1.Welke van de onderstaande uitspraken is juist:
C: rots en water zorgt ervoor dat iemand na kan denken over keuzes en verschillende gedragingen de
hierbij passend zijn ( rots en water)
2. Rots en water gaat er vanuit dat jongens en meiden in aanleg van elkaar verschillen. Dit verschil
impliceert dat:
A: meiden een sterkere ontwikkelde linkerhersenhelft hebben en dit uit zich in een sterke capaciteit
voor het onder woorden brengen van gedachten en gevoelens
3. marit is een vrouw met een laag zelfbeeld. Ze weet niet zo goed wat ze wil in het leven, is erg op
zoek naar erkenning en vertoont aanpassend gedrag. Dit gesdrag is typerend voor een:
B: afhankelijke persoonlijkheidsstoornis
4. de prevalentie van een sociale angstoornis is:
B: rond de 8%
5. welke uitspraak is correct?
C: beide uitspraken zijn correct
A: karakter is een uniek en duurzaam denk en gedragspatroon van een persoon
B: Persoonljkheid is de eigen aard waarmee iemand zich in de omgang herkenbaar onderscheidt van
anderen
6. Waarom kampen kinderen tussen twee culturen leven vaker met stress?
B: deze kinderen leven tussen een wij-cultuur en een ik- cultuur in en dit kan verwarring scheppen
7. een constant gevoel van onrust, piekeren , nare voorgevoelens en verhoogte staat van lichame.ijke
arousal is typerend vor:
A: gegeneraliseerde angststoornis
8. Het verschil tussen een obsessieve compulsieve stoornis en een dwangmatige/obsessieve
compulsieve persoonlijkheidsstoornis is:
A: obsessieve compulsieve stoornis heeft last van dwanghandelingen
9. in het artikel van deboutte (1995) staat dat pesten verschillende oorzaken kan hebben. Welk van
de onderstaande antwoorden wordt NIET gezien als een oorzaak van pesten:
C: als plaaggedrag van kinderen niet tijdig gestopt wordt, eindigt dit vaak in pestgedrag
WAT IS WEL GOED BIJ VRAAG 9:
A: een verandering in de groepssamenstelling kan de groepsdynamiek veranderen met bijbehorende
onzekerheden. Dit kan leiden tot pestgedrag
B: Ouders die hun vooroordelen overdragen op hun kinderen, kan leiden tot pestgedrag door het
kind.
10. met een IQ test kan:
B: een bijdrage geleverd worden aan de diagnose verstandelijke beperking.
11. mensen met een licht verstandelijke beperking hebben… keer meer kans op psychopathologie:
B: 3-4
, 12. met de productomschrijving`psychomotorische weerbaarheidstraining ter vergroting van
psychosociale weerbaarheid`wordt…
A: door middel van lichamelijke weerbaarheid geprobeerd de sociale en mentale weerbaarheid te
vergroten
13. welke begrippen staan centraal in de definities van weerbaarheid uit de rots en water training en
uit de marietje kessels interventie?
B: empathie en autonomie
14. …. Wat zijn risico`s van verminderde weerbaarheid?
B: slachtoffer en of dader worden van misbruik enof pesten
15. wat is ook uiting van descructieve symbiose?
C: `ik kan niet zonder jou`
16. hoe meet je het effect van een weerbaarheidstraning?
B door bij de deelnemers en bij een controlegroep een voor en na meting te doen met een valide en
betrouwbaar meetinstrument. De controlegroep krijgt de weerbaarheidstrining niet.
17. welke aspecten van het begrip weerbaarheid zijn meetbaar met behulp van een valide en
betrouwbare meetinstrument?
C: competentie beleving en self efficacy
18. wat betekent self efficacy?
A: het ingeschatte vermogen en de overtuiging om adequaat te handelen in een gegeven situatie
19. uit de literatuur over seksueel geweld wordt duidelijk dat ervaringen met seksueel geweld op
jonge leeftijd kwetsbaar kunnen maken voor seksueel geweld op latere leeftijd. Welk risico wordt
hier beschreven?
C: Risico op revictimizatie
20. Waarom zijn kinderne en jongeren met een fysieke beperking extra kwetsbaar voor seksueel
misbruik?
A: hun fysieke weerbaarheid is verminderd en ze komen vaker in situaties waarin ze fysiek afhankelijk
zijn van een ander
21. een hydrocephalus is een waterhoofd. Hoe ontstaat deze?
A: een hydrocephalus kan ontstaan als complicatie bij een spina bifida, door een slechte afvoer van
hersenvocht
22. wat betekent het begrip codering in de seksespecifiieke hulpverlening?
C: geinternaliseerde ge-en verboden betreffende dat wat gepast is aan sekserolgedrag voor een
vrouw of een man
23. wat is het doel van seksespecifieke hulpverlening?
B: de bewustwording van de invloed van onbewuste seksestereotypen op het ontstaan van het
probleem
24. in de hulpverlening aan vrouwen zorg je er als hulpverlener in het algemeen voor dat je:
C: je de autonomie en hetmaken van eigen keuzes bevordert
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur BestePMTer. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.