Sophie De Clercq 2017-2018
Samenvatting interview en
observatie
Kwalitatief onderzoek
Kwalitatief onderzoek = verzamelen en verwerken van kwalitatieve gegevens via verschillende
methodes. Het doel is om te begrijpen.
Kenmerken kwalitatief onderzoek:
1. Vraagstelling en doel onderzoek: over complexe thema’s of sociale processen, de dagelijkse
werkelijkheid van de onderzochten staat centraal. Vooraf altijd eerst literatuurstudie. De
vraagstelling kan ook tijdens het onderzoek nog bijgeschaafd/aangepast worden. Doelstelling
kan breder gaan dan het antwoord op de vraagstelling (vb: verwerven van kennis; bijdragen
aan verfijning van theorie…)
2. Onderzoeksdesign: werkplan. Dit is flexibel, gericht op studie in een natuurlijke omgeving,
gericht op holistisch (systematisch, alomvattend, geïntegreerd) begrijpen van de context:
kijken naar wetmatigheden met als doel theorievorming. Je neemt de context van de
onderzochte mee
3. Dataverzamelingsmethode: verschillende methoden mogelijk; vaak meerdere methodes in
onderzoek; gebruik van methodes is flexibel; impliceert vaak intens en/of langdurig contact
met het veld. De onderzoeker heeft een belangrijke rol: interactie kan onderzochte
beïnvloeden
4. Analyse: eerder obv teksten dan cijfers; doel = betekenis achterhalen; processen staan
centraal; diepte begrijpen, niet beschrijven. Daarom is het ook flexibel. Generaliseerbaarheid
is niet noodzakelijk. Data wordt gelezen gecodeerd geïnterpreteerd. Vaak inductief
zonder vooropgestelde hypothese
5. Rapportering: onderzochten kunnen betrokken worden bij resultaten; geeft rijke
contextschets van het geheel weer; invloed van de onderzoeker wordt expliciet in beeld
genomen
Kwalitatief versus kwantitatief:
KWALITATIEF KWANTITATIEF
DOEL Leefwereld en ervaringen Causale verklaringen zoeken,
onderzochte begrijpen hypothese testen
voorspellen controleren
AANPAK Brede focus, proces- Nauwe focus; product-
georiënteerd; natuurlijke georiënteerd; geen context;
setting vaak laboratorium
SAMPLE Onderzochte niet random Random sampling
DATAVERZAMELING Niet-gestandaardiseerde Gestandaardiseerde interviews
interviews, observatie/ (vragenlijsten); strikt
veldwerk; video’s, foto’s… gereguleerde observatie
ANALYSE Thematisch Statistische analyse
RESULTAAT Verhaal, achtergrond, theorie Meetbare resultaten
RELATIE Onderzoeker staat dichtbij Beperkte invloed van
ondervraagde; veel invloed onderzoeker; afstand tussen
onderzoek en participant
1
, Sophie De Clercq 2017-2018
STRIKTHEID Authentiek; herkenbaar Generaliseerbaar
Probleemstelling en onderzoeksvraag locatie onderzoek bepalen steekproefkader en
dataverzamelingsstrategie bepalen, toegang tot het veld verwerven, eventueel toestemming vragen
aan poortwachters, respondenten benaderen dataverzameling ↔ data-analyse rapportage OF
probleemstelling en onderzoeksvragen bijschaven
↔ betekent cyclisch interactief: onderzoeksvraag kan gaandeweg aangepast worden, inzichten uit
eerdere observaties meenemen naar volgende observaties…
Onderzoeksvraag: basis onderzoek. Op papier, in vraagvorm. Proces van herformuleren, scherper
stellen, afbakenen… voor en tijdens het onderzoek:
Is het onderzoekbaar: is het antwoord niet te vinden in wetteksten, ligt de vraag niet te
gevoelig…?
Is het haalbaar: onderzoek op lange termijn is bv niet haalbaar voor een thesis
Waarom doe je dit onderzoek? Intellectuele redenen (begrijpen), praktische redenen (dingen
realiseren), persoonlijke redenen (bewustwording)
Waarom is dit onderzoek belangrijk?
Voor wie is dit onderzoek bedoeld?
Steekproef bepalen:
Beperkt aantal interviews/cases, deelnemers moeten link hebben met onderzoeksonderwerp
om bijdrage te kunnen leveren: doelgericht selecteren (purposive sampling)
Doelgerichte steekproefmethoden:
Typische cases selecteren: vb vader gaan interviewen
Maximale variatie (heterogeniteit): zo divers mogelijk (jonge/oude vaders met
jonge/oude kinderen…)
Homogeniteit: specifieke groep selecteren: vb vaders die in het buitenland zijn gaan
wonen
Kritische cases: uitzonderingen. Vb: klassiek blijven moeders financieel slechter
achter na scheiding vaders selecteren die financieel slechter achterblijven
Sneeuwbalsteekproef: je kent gescheiden vaders via hen leer je nieuwe gescheiden
vaders kennen
Gestratificeerd doelgericht: eerst een kenmerk bepalen (vb: leeftijd) en binnen dit
kenmerk verschillende vaders zoeken (vb: 30-jarige vaders met jonge/oude kinderen)
Geen selectie: opdrachtgever levert proefpersonen
Theoretische steekproeftrekking: oorsprong in Grounded Theory (sociologie). Een cyclisch proces van
steekproeftrekken, dataverzameling analyse (opnieuw en opnieuw en opnieuw) met als doel een
theorie te bekomen. Dit wordt gevolgd door verder uitbouwen en valideren van de bekomen theorie.
Soorten kwalitatieve databronnen:
Interview of observatie: je verzamelt zelf data (onderzoeker heeft dus ook invloed op de
verzamelde data)
Bestaande data: documenten (dagboeken, krantenartikelen), opgeslagen gegevens (bv
browsegeschiedenis), fysieke artefacten (vb opgegraven voorwerpen bij historisch onderzoek,
maar ook slijtage van de tegels in museum vertellen welke delen van het museum populair
2