Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Recht 1ste jaar samenvatting €5,89   Ajouter au panier

Resume

Recht 1ste jaar samenvatting

1 vérifier
 28 vues  2 fois vendu

dit is een duidelijke en grondige samenvatting van recht in het eerste jaar bachlor orthopedagogie

Aperçu 4 sur 69  pages

  • 19 novembre 2023
  • 69
  • 2023/2024
  • Resume
Tous les documents sur ce sujet (2)

1  vérifier

review-writer-avatar

Par: JulesMaes22 • 1 année de cela

avatar-seller
decorteinne
RECHT I
Deel 1 : Inleidende begrippen en staatsrecht




1. HOOFDSTUK 1 : RECHT EN RECHTSREGELS
1.1. RECHT IS EEN GEHEEL VAN NORMEN EN GEDRAGSREGELS

 Recht is een afdwingbaar geheel van normen en gedragsregels, die uitmonden in verboden, geboden,
rechten en plichten, vrijstellingen van handelen of verplichting tot handelen,…
 Rechtsregels zijn nodig om het maatschappelijk leven in goede banen te leiden
 Niet alle rechtsregels zijn gebiedend
 Rechtsregels van aanvullende aard: van toepassing als je zelf geen andere afspraken hebt gemaakt
 Soms zijn rechtsregels zeer algemeen qua draagwijdte, soms zijn ze technisch van aard
 Recht zijn de normen en gedragsregels die door de overheid worden opgelegd



1.2. RECHT HEEFT EEN ORDENENDE FUNCTIE IN DE SAMENLEVING

 Recht en rechtsregels zijn ontstaan omdat er een nood was aan de organisatie van de samenleving
 Rechtsordening  maatschappij in stand houden  algemeen welzijn en randvoorwaarden opdat
iedere individueel burger zijn doel kan bereiken
 Wettigheidsbeginsel: de gezagsdragers die de toepassing van het recht moeten verzekeren zijn zelf
ook door dit recht gebonden en moeten de regels naleven



1.3. RECHT IS AFDWINGBAAR

 Afdwingbaarheid impliceert de toepassing van sancties door de overheid, desnoods met fysiek geweld
 De rechterlijke macht wordt belast met de beteugeling van de inbreuken op de rechtsregels (volgens
vaste procedureregels)
 Herstellende beteugeling (bv. Herstel van schade, alternatieve straf)
 Bestraffende beteugeling (bv. Gevangenisstraf, geldboete)



1.4. DE OORSPRONG VAN HET BELGISCH RECHT

 Het Belgisch burgerlijk recht is gebaseerd op de Code Napoleon (samensmelting van het Romeins
recht, het kerkelijk recht en het gewoonterecht uit Parijs)
 Sterk beïnvloed door de evolutie van de mensenrechten (UVRM, Internationaal Verdrag Rechten van
het Kind,…)
 Onderhevig aan andere evoluties in de maatschappij (technologische, ethische, economische,
maatschappelijke)  steeds in verandering



1

,2. HOOFDSTUK 2: BRONNEN VAN HET RECHT

 Eeuwenlang is de “gewoonte” de belangrijkste bron van het recht geweest
 Vandaag onderscheidt men twee bronnen:
o Bindende bronnen: die op bindende wijze rechten en plichten voorschrijven aan (bepaalde)
rechtssubjecten of die bepaalde voorschriften inhouden (Grondwet, gewone wetten en
decreten en uitvoeringsbesluiten)
o Gezaghebbende bronnen: vormen een argument om een bepaalde regels of interpretatie te
volgen of niet te volgen, maar ze zijn niet bindend (rechtspraak, rechtsleer en gewoonte)



2.1. DE GRONDWET

 Organisatie en structuur van elke staat (inrichting en de onderlinge verhouding van de gestelde
machten)
 Fundamentele rechten en vrijheden van de burgers
 Grondgebied en de indeling ervan, de gemeenschapen, de gewesten en inrichting van de
staatsmachten en hun bevoegdheden
 Eerste wet van België en ook de meest fundamentele en belangrijkste wet
 Wanneer een gewone wet of een decreet een bepaling bevat die strijdig is met de Grondwet dan zal
deze door het Grondwettelijk Hof vernietigd worden
 Omslachtige procedure die nodig is om de Grondwet te kunnen wijzigen (verschillende stappen,
verkiezingen tussen de stappen)



2.2. DE WET – HET DECREET – DE ORDONNANTIE
2.2.1. DE WET

 Een wet is een geheel van rechtsregels
o Die door de federale staat onder sanctie en dwang gewild wordt
o Die gestemd wordt door het federaal parlement
o Die niet door de grondwet verboden is noch aan andere instellingen toekomt
 Kenmerken
o Is een algemeen bindend voorschrift (geldt voor verschillende personen tegelijk, rechtsregel
voor een bepaald persoon = individueel besluit)
o Is een abstract voorschrijft (maakt geen onderscheid tussen de personen die de wet nu en
later zullen naleven)
o Is een voorschrift met dwingende kracht (je kunt verplicht worden om de wet na te leven
indien je dit niet zelf zou doen)



2.2.2. HET DECREET


 Tekst die bestaat uit een geheel van rechtsregels
o Die door de Gemeenschap of door het Gewest gewild wordt
o Die gestemd wordt door het regionaal parlement



2

, Regels die niet door de Grondwet verboden zijn en die niet tot de bevoegdheid van andere
instellingen behoren
 Een decreet heeft dezelfde kracht als een wet en heeft dezelfde drie kenmerken
 Een wet is geldig voor het hele Belgische grondgebied, maar een decreet is maar van toepassing in en
bepaalde gemeenschap (Vlaamse, Franstalige of Duitstalige) of in een bepaald gewest (Waals of
Vlaams)
 Of een bepaalde materie door een wet of een decreet moet worden geregeld hangt af van de
bevoegdheden
 De federale overheid is o.a. bevoegd voor het leger, justitie, de sociale zekerheid, veiligheid,… (wetten)
 De gemeenschappen zijn o.a. bevoegd voor taalaangelegenheden, onderwijs, cultuur,… (decreten)
 De gewesten zijn o.a. bevoegd voor wetenschappelijk onderzoek, landbouw, milieu,… (decreten)


2.2.3. DE ORDONNANTIE


 Tekst bestaande uit een geheel van rechtsregels die het Brussels Hoofdstedelijk Gewest wil en die het
Brussels Hoofdstedelijk Parlement stemt
 De rechtsregels zijn niet door de Grondwet verboden en behoren ook niet tot de bevoegdheid van een
andere instelling
 Een ordonnantie heeft dus ook kracht van wet en heeft dezelfde drie kenmerken
 Alleen in Brussel van toepassing voor aangelegenheden waarvoor het BHG zelf bevoegd is



2.3. DE UITVOERINGSBESLUITEN

 Besluiten, reglementen en omzendbrieven gaan uit van de uitvoerende macht en hebben doorgaans
een minder algemene draagwijdte dan de wetten
 Zij dienen mee om de tekst van de wetten in beleid en concrete maatregelen om te zetten



2.3.1. KONINKLIJKE BESLUITEN (KB)


 KB’s voeren federale wetten uit
 Een KB wordt uitgevaardigd door de federale regering, ondertekend door de Koning en tegengetekend
door een minister



2.3.2. BESLUITEN VAN DE VLAAMSE REGERING


 Deze besluiten voeren Vlaamse decreten uit
 Ze worden uitgevaardigd door de Vlaamse Regering



2.3.3. MINISTERIËLE BESLUITEN (MB)




3

,  De Ministeriële Besluiten gaan uit van één of meerdere minister(s) van de federale regering of van een
gemeenschaps- of gewestregering en regelen vaak een heel specifieke situatie
 Voor een MB is niet altijd een basiswettekst nodig

2.3.4. OMZENDBRIEVEN


 Een omzendbrief bevat praktische administratieve richtlijnen aan de ambtenaren van het
departement/de FOD of andere ambtenaren
 Indeling op basis van de aard van het besluit  we onderscheiden de volgende drie soorten besluiten:
o Organieke besluiten = besluiten die een openbare dienst organiseren (bv. Oprichting van een
nieuwe overheidsdienst)
o Reglementaire besluiten = besluiten die een reglement, normen, gedragsregels voorschrijven
en die dus een algemene draagwijdte hebben (bv. De wegcode)
o Gewone besluiten = besluiten die geen algemene draagwijdte hebben, maar die een
algemene norm toepassen op een bepaalde persoon of zaak (bv. Benoeming)



2.4. RECHTSPRAAK

 Rechterlijke uitlegging door middel van vonnissen of arresten
 Vindt plaats bij de beoordeling van een bepaald geval (casus – casuïstiek)
 Heeft dus geen algemene draagwijdte
 In heel wat gevallen is de wet niet helemaal duidelijk of is een geval niet voorzien  interpretatie door
de rechter om een uitspraak te doen
 De rechtspraak vormt in principe geen bindende regels, maar heeft wel een zeker gezag
 Bepaalde uitspraken kunnen evenwel “rechtscheppend” genoemd worden, men spreekt dan van
“principe-arresten”
 Rechtspraak wordt gekenmerkt door een aantal beginselen waarvan sommigen in de Grondwet zijn
opgenomen
o De zittingen en het uitspreken van een vonnis of een arrest gebeuren openbaar
o De rechter moet zijn beslissing motiveren of anders gezegd: elk vonnis of arrest is met
redenen omkleed
o De rechter mag geen beslissingen treffen bij wijze van algemene beschikking
o De beslissing heeft slechts gezag t.o.v. de personen die partij waren in het geding
(rechtspraak is dus relatief)
o Elke beslissing is (in principe) vatbaar voor beroep
o De rechter moet recht spreken, een rechtsweigering kan zelfs strafrechtelijk vervolgd worden
 De rechtspraak bestaat uit de uitspraken en de motiveringen bij vonnissen en arresten
o Vonnis: rechterlijke uitspraak van een rechtbank
o Arrest: rechterlijke uitspraak van een gerechtshof



2.5. RECHTSLEER

 Geheel van commentaren die door rechtsgeleerden geleverd wordt op andere rechtsbronnen (artikels
in juridische tijdschriften, handboeken, commentaren)
o Onderzoekt het huidige geldende recht

4

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur decorteinne. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,89. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

67474 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€5,89  2x  vendu
  • (1)
  Ajouter