Celine Van Horenbeeck
Werken aan verandering
INLEIDING
1. Inleiding
1.1. Verandering in definitie sociaal werk
“Sociaal werk is een praktijkgebaseerd beroep en een academische discipline die sociale
verandering en ontwikkeling, sociale cohesie, empowerment en bevrijding van mensen
bevordert. Sociale rechtvaardigheid, mensenrechten, collectieve verantwoordelijkheid en
respect voor diversiteit staan centraal in het sociaal werk. Onderbouwd door
sociaalwerktheorieën, sociale wetenschappen, menswetenschappen en inheemse en lokale,
vormen van kennis, engageert sociaal werk mensen en structuren om levensuitdagingen en
problemen aan te pakken en welzijn te bevorderen.”
1.2. Agogie
= voeren, leiden
= niet brut veranderen, je leidt voert, leidt, helpt, begeleidt of beïnvloedt mensen doorheen
een verandering
Professionele beïnvloeding, geen toevallige: vanuit professionele context
Agoog heeft bedoeling dat ander het beter krijgt
Agogische beroepen: vrijwilligers, sociaal werkers…
9 kenmerken
1. Het gaat om psychosociale verandering
Psyche = ziel of geest
Sociaal = onderlinge verhouding tussen mensen
moeilijk los te koppelen
psychische gesteldheid bepaald door opvoeding en met wie je omgaat
hoe je je gedraagt wordt bepaald door wat je voelt, denkt
bv. werken in een gedreven team VS een gelaten team
Psychosociaal:
o Individu: gevoelens, houding, gedrag, gedachten…
o Groep: communicatie
o Samenleving: waarden en normen
2. De verandering wordt door de betrokkenen gewenst
Belang van diegene die verandert, staat centraal
mensen niet dwingen tot verandering
1
,Celine Van Horenbeeck
3. De beïnvloeding vindt beroepsmatig plaats
Diegene die verandering uitvoert, doet dit op basis van beroep dat hij uitoefent, ook
onbetaald (bv. vrijwilligers)
Veranderaar is herkenbaar en aanspreekbaar
Helpen veranderen (een deel van) zijn taak
bv.
niet agogisch: vragen aan je partner om meer in het huishouden te helpen
wel agogisch: gesprek houden rond pesten in een jeugdbeweging als leiding
(vrijwilliger)
4. De beïnvloeding is doelgericht
Veranderen naar situatie die op voorhand (min of meer) bedacht en gepland is.
5. De veranderaar werkt systematisch
Omstandigheden creëren dat beoogde verandering vergemakkelijken
Niet in wilde weg en niet toevallig
6. De beïnvloeding vindt bewust plaats
Beïnvloeding voor beide partijen is open en eerlijk
bv. geen sekteleider
7. De beïnvloeding wordt vrijwillig ondergaan
Diegene die beïnvloed wordt doet dit vrijwillig
discussieerbaar bv. drugsverslaagde helpen om van verslaving af te komen (je
grijpt in omdat het gevaarlijk wordt voor zijn gezondheid, maar kan niet vrijwillig zijn)
8. De beïnvloeding is niet wederzijds
Beïnvloeding is van agoog naar diegene die verandert wordt
9. Het gaat om (jong)volwassenen
Geen kinderen = (ortho)pedagogie
MAAR: agogen moeten niet aan alle kenmerken voldoen. Ze zijn richtinggevend, niet
absoluut
Voorbeelden:
Voedingsconsulent: geen agoog, niet vrijwillig
Jouw partner of huisgenoot verwijst je door je snurken naar een slaapkliniek: geen
agoog, niet beroepsmatig
Bibliotheekmedewerker plaats boeken over gezonde voeding: geen agoog,
verandering is niet bewust
2
,Celine Van Horenbeeck
Jeugdwerker voet gesprek met jongeren over problematisch alcoholgebruik: agoog
Tienerpooier: geen agoog, niet gewenst, niet bewust, niet vrijwillig en niet wederzijds
Degene die worden beïnvloed geven we een naam: niet patiënt = passief, afhankelijk
bv. cliënten, buurtbewoners, patiënten, leerlingen, jongeren, gezin, studenten…
2. Methodisch handelen
bv. fietsen, autorijden
Professioneel methodisch handelen als sociaal werker:
Basis voor het handelen als professioneel SW
Helpt je om verantwoorde handelingskeuzes te maken
Laat je toe aan anderen uit te leggen wat je waarom doet
Vele verschijningsvormen: psychosociale hulpverlening, belangenbehartiging,
educatief werken, preventie, netwerkvorming, beleidsbeïnvloeding…
2.1. Begrippenkader methodisch handelen
Methodiek = het ‘waarom’: handelen vanuit een praktijktheorie (snijvlak praktijk – theorie –
wetenschap)
Methode = het ‘wat’ en ‘hoe’: de weg naar, strategie, specifieke manier van handelen om
een bepaald doel te bereiken
Methodologie = logica achter het systematisch ontwerpen van methoden
Methodiekontwikkeling = ontwerpproces waarbij methoden systematisch afgeleid worden
van theorieën en referentiekaders
Werkvormen, technieken en interventies = bouwstenen van methoden en methodieken
3
, Celine Van Horenbeeck
Bv. Outreachend werken (straathoekwerk)
De methodiek outreachend werken (= vindplaatsgericht) vertrekt vanuit het
proactieve idee om ondersteuning te bieden buiten de eigen organisatie en binnen de
leefwereld van maatschappelijk kwetsbare mensen. Het gaat om een actieve manier
van contact leggen met mensen die daar niet zelf om vragen, maar wel gebaat zijn bij
professionele ondersteuning. Outreachers gaan aan de slag op straten en pleinen,
wassalons, in de gevangenis, bij mensen thuis om zo doelgroepen te bereiken die
initieel niet steeds de weg vinden naar de hulpverlening (= het waarom van het
handelen)
Een methode binnen het outreachend werken is ‘kwartier maken’: gastvrije plaatsen
(veilige plek) creëren in de samenleving voor maatschappelijk kwetsbare mensen. (=
het wat en hoe om het doel te bereiken)
Tijdens het huisbezoek gebruikt de maatschappelijk werker verschillende
gesprekstechnieken, zoals ‘actief luisteren’ met doorvragen en concretiseren, om het
volledige verhaal van de ‘gast’ in beeld te krijgen (= bouwsteen van de methode) of de
werkvorm ‘maatje ter plekke’ waarbij je iemand die de lokale situatie kent, koppelt
aan een ‘nieuwkomer’ uit de doelgroep
2.2. Professioneel methodisch handelen
= doordacht, doelgericht, bewust, systematisch en procesmatig werken uitgaande van een
welbepaalde beroepsethiek en visie. Het overstijgt het automatisch, onbewust en intuïtief
handelen.
Sociaal werk = mengeling van zeer verschillende praktijken:
Verschillende werkvelden
Verschillende doelgroepen
Verschillende processen
Verschillende doelstellingen
Eén methodiek bestaat niet
4