klinische psychologie: vergeet niet de kennisclips canvas!
klinische psychologie gaat over geestelijke gezondheidszorg (GGZ) (mentale/psychische gezondheid)
In vlaanderen is het niet altijd eenvoudig om te praten over psychische problemen. We weten dat het helpt maar om
zelf gemakkelijk erover te praten is niet zo evident.
wat houdt mensen tegen om te praten over mentale problemen?
→ onzekerheid, schaamte, taboe, mening van andere, oordelen, stigma (vooroordelen tov mensen
met mentale problemen), opvoeding, kwetsbaar lijken (prestatiemaatschappij), drempel is groot,
mensen denken dat hun problemen niet erg genoeg zijn,..
als we iets lichamelijk mankeren dan gaan we dat snel zeggen (griep, ziek,..) en ook snel naar de huisarts om
erover te praten. We doen dit niet even makkelijk als we ons mentaal slecht voelen.
→ iedereen heeft een huisarts maar heeft ook iedereen iemand waar ze terecht kunnen als het
mentaal minder is?
het is nog altijd moeilijk voor mensen om over die mentale kwetsbaarheid te praten.
we hebben dus mensen nodig die het goede voorbeeld geven → bekende mensen die toegeven dat ze
het moeilijk hebben gehad, dat ze in opname zijn geweest,..
bv: Graspop → Disturbed geeft het goede voorbeeld.
heel krachtig moment, duidelijk signaal → als het mij kan overkomen dan kan het iedereen
overkomen, het is een ziekte zoals kanker, je bent niet zwak → je ziet dat de drempel iets kleiner
wordt.
welke mogelijke problemen of moeilijkheden kan je tegenkomen in de geestelijke gezondheidszorg?
→ angst/leer/concentratieproblemen, rouwen, gevangenen terug naar de maatschappij, armoede,
revalideren, grote levensveranderingen, depressie, dwang (gevoelens/gedachten), trauma, je niet
goed in je vel voelen, …
→ vreemdelingen, ouderen, jongere, gevangenen,..
waar kunnen mensen hulp krijgen?
→ CLB, ziekenhuis (gewoon/psychiatrisch), woonzorgcentra, CAW, huisarts, zelfmoordlijn, crisisteams,
online aanbod, JAC, dagcentra, slachtofferhulp, CGG, armoedeverenigingen,..
structuur GGZ:
Geestelijke gezondheid verwijst naar ons cognitief, emotioneel, gedragsmatig en sociaal welzijn.
WHO (wereldgezondheidsorganisatie geestelijke gezondheid = “toestand van welbevinden waarin het
individu zich bewust is van eigen mogelijkheden, kan omgaan met de normale spanningen vh leven,
productief en lonend kan werken en in staat is een bijdrage te leveren aan zijn gemeenschap.
slechte geestelijke gezondheid verwijst naar psychische problemen die ieder van ons kan ondervinden wanneer de
eisen die aan ons worden gesteld onze middelen en vermogen om er mee om te gaan te boven gaan.
enorm veel organisaties binnen GGZ → piramide.
= heel belangrijk!
piramide → verschillende niveaus.
stepped care principe/elechonmodel → binnen onze vlaamse geestelijke gezondheidszorg
is er een trap terug te vinden. Als je onderaan begint dan is dat de meest laagdrempelige
,vorm van hulp. Als je heel die trap naar boven gaat kom je terecht bij de meest
gespecialiseerde/intensieve vorm van zorg. = getrapte zorg
bv: als je iemand bent die 1x in de 6 maanden buikpijn heeft → ik ga eens een gember theetje
drinken, op tijd slapen = de laagste trap → mezelf proberen te helpen (zelfzorg)
stel dat die buikpijn 1 week aanhoudt → ik ga eens langs de huisarts → je maakt een verschuiving (1e
lijn)
mijn huisarts zegt dat ik best langs een specialist kan gaan → trappen hoger
→ je gaat eerst langs de eerste lijn en die dient als poortwachter.
subsidiariteitsbeginsel → gaat over dat de zorgverleners die zich bovenaan in de piramide
bevinden dat ze zich niet hoeven bezig te houden met klachten die al wat lager in de
piramide opgelost konden worden.
bv: buikpijn → die specialist gaat zich niet moeten bezighouden met ik die dat 1x in de 6 maanden
buikpijn heb.
men kiest eerst de meest persoonsgerichte, minst ingrijpende en meest kortdurende zorgvorm en pas als dit niet
voldoende is zet men meer gespecialiseerde hulp in
piramide:
naast die getrapte structuur is het belangrijk die pijlen in de gaten te houden
hoeveelheid benodigde diensten dwz we gaan altijd op basis van dit principe de mensen zorg op maat geven.
→ onderaan in de piramide veel te laten gebeuren zodat mensen niet zo snel naar boven gaan in die
trap.
vroeger anders → piramide stond op zijn kop → mensen te snel naar boven in de piramide → te
gespecialiseerde hulp.
behoefte en frequentie:
hoe hoger op die piramide hoe intensiever/gespecialiseerder de zorg gaat zijn en frequentie neemt toe.
, kost:
hoe hoger in die piramide hoe hoger de kost, daarom zoveel mogelijk mensen willen helpen op die
lagere zorgniveaus als ze niet echt in ernstige nood zitten → zo de kost ook lager voor de mensen
zelf.
informele diensten → geen stap naar een externe hulpverlener. (zelfzorg+informele zorg in de
gemeenschap)
1. zelfzorg/self-care: informeel!
is individueel, kan voor iedereen verschillen (iemand leest zelfhulpboeken, de ander neemt een bad)
zaken die je zelf kan doen om jezelf te behelpen in allerlei verschillende situaties.
2. informele zorg in de gemeenschap:
zelfzorg is niet voldoende in een bepaalde situatie (wnn je je slecht voelt)
andere mensen raken erbij betrokken.
vb:
- mantelzorg → iemand die een warme mantel om iemand heen slaagt.
→ vanuit een sociaal-emotionele band die je hebt met een persoon in je omgeving hebt.
helpt bij bepaalde taken.
bv: buurvrouw die nimmer zelf naar de winkel kan → jij doet dit.
bv: moeder die voor haar eigen moeder gaat zorgen.
- patiëntenverenigingen → verenigingen voor patiënten
→ ze gaan zich inzetten voor de rechten/noden voor mensen die bv psychische
kwetsbaarheid hebben.
- zelfhulpgroepen → we hebben het over lotgenotencontact (dezelfde psychische kwetsbaarheid)
bv: mensen die allemaal depressieve klachten hebben, is steunend → eenzaam gevoel
wordt weggewerkt.
stigma → fijn om met iemand te praten die het ook doormaakt.
vaak aangestuurd door deskundigen.
- buddywerking → een bepaalde vrijwilliger wordt gekoppeld aan iemand met een
kwetsbaarheid, kan samen met die persoon activiteiten gaan doen. (zijn getraind)
bv: bij depressie, is soms lastig en om dan iemand te hebben om iets te gaan doen is heel mooi.
→ verslaving, kanker, MS, aids,..
voorzieningen en diensten die niet primair met GGZ bezig zijn (OCMW, VDAB, onderwijs)
→ zijn voorzieningen die vaak in contact komen met mensen met GGZ problemen maar ze gaan zich
er niet mee bezig houden
belangrijke doorwervijzingsfunctie/signaleringsfunctie!
bv: lln op school zegt ik voel me niet zo goed → komen er mee in aanraking maar ze gaan hem altijd
moeten doorverwijzen naar een externe hulpverlener die professioneel opgeleid is.