Boekouden voor de overheid
Hoofdstuk 2: Karakteristieken Publieke en non-
profitsector en conceptueel boekhoudkader
1. Afbakening van de non-profit en publieke sector
1.1 Algemeen overzicht
Privésector Publieke sector
Doel Met Zonder winstoogmerk Zonder winstoogmerk Met winstoogmerk
Middelen winstoogmerk
Commerciële Privéondernemi - Vennootschappen - Overheidsbedrijven Overheidsbedrijven
inkomsten ngen VSO - Autonomie
- Onderlinge gemeentebedrijven
verzekeringsvereni
gingen
Gemengde Privéondernemi - Verenigingen en - Overheidsbedrijven Overheidsbedrijven
inkomstens ngen met stichtingen - Ziekenfondsen:
publieke - Ziekenfondsen: verplichte
financiering (bv. vrije verzekering verzekering
Uitbesteding
van diensten)
Niet- Verenigingen en - Overheidsdiensten
commerciële stichtingen - Openbare besturen
inkomsten
- Instelling zonder winstoogmerk: Mogen wel degelijk winst maken voor zover die winst
binnen de instelling gebruikt wordt voor de realisatie van haar maatschappelijke
doelstellingen. De winst mag dus niet verdeeld worden onder bijvoorbeeld de stichters of
leden van de instelling.
- Commerciële inkomsten: inkomsten door verkoop
- Niet-commerciële inkomsten: subsidies, giften, …
,1.2 Structuur non-profitsector
- Gezondheidszorgen
Algemene ziekenhuizen
Gezondheids- en welzijnsorganisaties
Kinderopvangvoorzieningen
Kinderbijslagfonds
Sociale verzekeringsinstelling
- Onderwijs
Basis- en secundair onderwijs
Universiteiten, hogescholen…
Centra voor leerlingenbegeleiding
- Sportsector
Sportverenigingen
- Cultuursector
Theatergezelschappen
Musea
- Diverse
Beroepsverenigingen
ESS
Politieke partijen
Religieuze instellingen
1.3 Structuur publieke sector
- Federale overheid
Federale overheidsdiensten (FOD’s),
Openbare instellingen voor sociale zekerheid (RSZ, RIZIC, Famifed)
De staatsbedrijven (Koninklijke Munt)
De genationaliseerde bedrijven (instelling van openbaar nut: ION:
de Nationale Loterij) (NMBS, De Post)
- Gemeenschappen en gewesten
Vlaamse ministeries en diensten met afzonderlijk beheer (bv. DAB Vloot)
Vlaamse rechtspersonen
Vlaamse openbare instellingen (bv. UZ Gent)
Eigen vermogens
Strategische adviesraden (bv. Vlaamse onderwijsraad)
Intern verzelfstandigde agentschappen (bv. OVAM, Sport Vlaanderen…)
Extern verzelfstandigde agentschappen (bv. De Lijn, VDAB…)
- Lokale overheden
Gemeenten
Provincies
OCMW ‘s
IGS
Eredienstbesturen
Politiezones
Hulpverleningszones
, 2. Belang van de overheids- en non-profitsector
2.1 Overheid
2.1.1 Tewerkstelling
2.1.2 Nationale rekeningen
- Officiële gestandaardiseerde, overzicht statistiek over de nationale economie opgesteld
door het INR (Instituut voor de Nationale Rekeningen)
- Informatie tabellen (Dia’s 10-12):
Federale overheid die bevoegdheden overdraagt aan gemeenschappen en gewesten.
De gemeenschappen en de gewesten hebben grootste aandeel in bbp en in
stijgende lijn
De gemeenschappen en de gewesten hebben grootste aandeel in loonsommen
en in stijgende lijn. (Dit in % van de totale overheid)
2.2 Non-profit
- Overal ter wereld wordt volgens eenzelfde werkwijze informatie over instellingen
zonderoogmerk verzameld doormiddel van een ‘satellietrekening’ van de instellingen
zonder winstoogmerk (izw’s)
- Verenigingen zonder winstoogmerk
- Tabel dia 13
Deze tabel geeft aan dat de non-profitsector alsmaar belangrijker wordt.
- Tabel dia 14
Bij de toegevoegde waarde wordt er geen rekening gehouden met de
maatschappelijk toegevoegde waarde (MTW)
Het vrijwilligerswerk heeft zo’n 76.259 voltijdse werknemers wat een kostenbesparing
van 2.257 miljoen euro oplevert.
3. Onderscheid non-profitsector/publieke sector profitsector
“Je kunt niet zomaar een publieke instelling gelijkstellen aan een onderneming”
Non-profit/Publieke Sector Profit Sector
Doelstelling van de organisatie
- Dienstenmaximalisatie - Winstmaximalisatie
- Bestedingsboekhouding (budgettair) - Vermogensboekhouding
- Dienen leden/bevolking; niet van de - Dienen van de organisatie zelf
organisatie zelf
Omgeving
- Geen aandeelhouders - Aandeelhouders
- Complex en moeilijk beheersbaar - Mogelijkheid tot beheersbaarheid
- Investeringen uit noodzaak - Investeringen i.f.v. verwacht rendement
- Continuïteit verzekerd door externe - Zelf verdienend
ondersteuning en bijdragen
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur saradeleu. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.