Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Volledige samenvatting Kwantitatieve Onderzoeksmethoden €7,39
Ajouter au panier

Resume

Volledige samenvatting Kwantitatieve Onderzoeksmethoden

 41 vues  4 fois vendu

Dit is een volledige samenvatting van het vak 'Kwantitatieve Onderzoeksmethoden', gegeven door Maïka De Keyzer in de 2e bachelor Geschiedenis aan de KU Leuven. Het omvat notities van alle theorie en casusvideo's, alsook uitgebreide beschrijving van de instructies.

Aperçu 4 sur 82  pages

  • 30 novembre 2023
  • 82
  • 2023/2024
  • Resume
Tous les documents sur ce sujet (1)
avatar-seller
Studen2002
Kwantitatieve onderzoeksmethoden

1. Beschrijvende statistiek
1.1. Concepten en jargon
1.1.1. Soorten data
Categorische data = kwalitatief Numerieke data of kardinale data
Nominaal (ongeordend) Interval (afstand tussen waarden)
Ordinaal (geordend) Ratio (verhouding tussen waarden)

a. Nominale data
• Bv. plaatsnamen, religies, instituties, bezittingen, terugkerende woorden in een tekst…
• Kenmerken:
o Altijd uniek en afgescheiden
o Soms dichotoom (vb. man/vrouw, open/gesloten)
o Vaak gecodeerd (numerieke codes om statistische bewerkingen toe te staan)
§ Zie SPSS
o Feitelijke namen niet relevant
o Geen rangorde tussen verschillende waarden
o Discreet en categorisch: kunnen eindig aantal elkaar uitsluitende
waarden/categorieën aannemen
• Voorbeeld tabel: naam en gestolen goed




b. Ordinale data
• Kenmerken:
o Ordinaal = geordend
o Hiërarchie of ordening is belangrijk
o Afstand tussen categorieën moet niet altijd even groot zijn
• Voorbeeld bovenstaande tabel: professionele status en omschrijving misdaad
o Matroos staat onder kapitein, en piraterij zal minder streng worden bestraft dan
piraterij met fysiek geweld
• Voorbeeld tabel sociale klassen: klassen geordend volgens sociale hiërarchie, dus
ordinale data


1

, c. Interval data
• Kenmerken
o Interval of afstand is altijd betekenisvol (bv. afstand tss 1° & 2° = tss 2° & 3°)
o Continue schaal (kunnen in principe oneindig doorlopen)
o Onderscheid: discrete en continue data
§ Discrete data: unieke getallen, dus 1, 2, 3… bv. hoeveel kinderen in gezin
§ Continue data: cijfers na de komma mogelijk, bv. 1,5
d. Ratio data
• Kenmerken
o Nooit onder nul: je hebt altijd een nulpunt
o Niet de exacte afstand maar de ratio of verhouding tussen de data is belangrijk
o Opnieuw discreet of continu mogelijk (eigenlijk # kinderen hier, want niet -1 kind)
o Bv. afstanden, opbrengsten of lonen
• Voorbeeld Engelse wolprijzen = numerieke ratiodata want niet onder 0

1.1.2. Datamatrix: algemeen
• Tabel
o Steeds een titel en een bronvermelding (anders niet juist gelezen & geïnterpreteerd)
o Waarnemingseenheid = rij die alle informatie bevat over 1 individuele categorie
o Variabelen = eigenschappen binnen waarnemingseenheden, bv. naam, leeftijd…
o Individuele cel wordt steeds gevuld door 1 waarde




1.2. Vuistregels
• Hoe te bepalen wat variabelen en wat waarnemingseenheid moet zijn?
o Steeds relatief
o Bepaald door onderzoeksvraag en soort data
o Dezelfde data kunnen anders georganiseerd worden
• Tabel lees je doorgaans van links naar rechts en van boven naar onder
• Minimumeisen voor tabellen
o Titel: beschrijving van inhoud, periode en munteenheid
o Voetnoot: bron en mogelijk extra uitleg
o Rij- en kolomtitels: kort en duidelijk
o Gegevens die met elkaar vergeleken worden, moeten dicht bij elkaar staan


2

,1.3. Gegevens ordenen: frequentietabellen
• Tabellen vooral gebuikt voor ordinale en nominale data
• Bijna alle tabellen zijn variatie van de frequentietabel, verschillende elementen:
o Distributie = reeks waarden per variabele
o Frequentie = hoeveelheid of aantal keer een waarde van deze variabele voorkomt
è Frequentietabel = tabel van frequentie waarmee een specifieke variabele
voorkomt, bv. tabel rond transportvoorkeuren
o 3 soorten frequentietabellen: simpel, gegroepeerd of cumulatief
o Al deze tabellen kunnen absolute of relatieve frequenties weergeven
• Casus: rol van handelaars uit de Zuidelijke Nederlanden in de Noordelijke Nederlanden
o Gelderblom onderwierp de gevluchte handelaars aan een prosopografische studie:
keek naar hun herkomst, beroep, leeftijd en welstand immigranten
§ Vraag 1: wat was de origine van de Zuid-Nederlandse kooplui die zich na 1578
in Amsterdam vestigde?
¨ Gebruikte hiervoor poortersboeken: hierin worden alle burgers van de stad
ingeschreven, nieuwe immigranten genoteerd met vermelding origine
¨ Koos voor simpele frequentietabel
- Links de variabele: plaats van oorsprong, rechts de frequenties




3

, ¨ Wat leert deze grafiek ons?
- Veruit de meeste immigranten komen uit Antwerpen
- Absolute waarden interessant, maar moeilijk om verhoudingen in te
schatten, dus relatief aandeel
¨ Ongegroepeerde frequentietabellen zijn nuttig wanneer er weinig
verschillende waarden weergegeven moeten worden
¨ Vaak echter veel meer verschillende waarden per variabele, dan is het beter
te kiezen voor een gegroepeerde frequentietabel
§ Vraag 2: wat is de welstand van de migranten?
¨ Gebruikte hiervoor vermogensbelastingslijsten, nl. de Maandelyckse
Quotatie uit 1584-1585: maandelijkse heffing op het vermogen van
gegoede Antwerpenaren
- Lange lijst van inwoners van verschillende steden, waarbij de geïnde
bedragen variëren van enkele stuivers tot honderden gulden
¨ Koos voor gegroepeerde frequentietabel
- Belastingen gegroepeerd in 7 klassen
- Wisselende klassenbreedte
- Wetenschappelijke quotatie
- Absolute frequentie in kolom 1
- Relatieve frequentie in kolom 2
- Cumulatieve frequentie in kolom 3




- Duidelijkheid (niet alle individuele belastingaanslagen), maar verlies
van detail (onmogelijk exacte aanslag te achterhalen)
- Keuze van klassenbreedte essentieel en afhankelijk van vraag &
boodschap: wat wil je meegeven en wat zijn relevante categorieën?
l Bv. voor vroegmoderne periode is verschil 2-3 gulden groter dan
10-20 gulden
§ Vraag 3: hoeveel percent van de handelaarsgezinnen betaalt minder dan 5
gulden? Hoe verhoudt zich dit tot de totale populatie?
¨ Wordt meteen duidelijk in een cumulatieve frequentietabel
- Geen absolute frequenties
- N = aantal observaties
- Ideaal om aandeel van totaal in hiërarchische variant weer te geven
- Onderste rij moet steeds op 100% uitkomen!


4

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur Studen2002. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €7,39. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

49497 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€7,39  4x  vendu
  • (0)
Ajouter au panier
Ajouté