SAMENVATTING
PSYCHOLOGIE/PYSCHOPATHOLOGIE
ONTWIKKELINGSPYSCHOLOGIE – HOORCOLLEGE 1: DE COGNITIEVE
ONTWIKKELING IN DE PEUTER- EN KLEUTERTIJD
DE INTELLECTUELE ONTWIKKELING
PIAGETS STADIUM VAN PREOPERATIONEEL DENKEN
Peuters en kleuters
- Hoge creativiteit en verbeeldingskracht =
- Steeds meer genuanceerd taalgebruik: vooral in de eerste drie jaar gaan ze enorm veel taal
ontwikkelen
- Redeneren gaat vooruit: gaan meer nadenken naarmate ze ouder worden
Verklaring: verschillende theorieën
STAPPEN IN HET PREOOPERATIONEEL STADIUM (VAN 2 TOT 7 JAAR)
- Gebruik van symbolische denken groeit
o Symboolgebruik = het vermogen om een symbool, woord of object te gebruiken om
iets weer te geven of te vervangen op het moment dat deze fysiek niet aanwezig is
Vb: banaan is revolver
o Ook gesystematiseerde tekeningen of afbeeldingen worden vaak gebruikt om
kinderen te ondersteunen bij het gebruiken van symbolen
Vb: PECS (Picture Exchange Communication System)
- Het vermogen om te redeneren ontstaat
o Operaties = georganiseerde, logische, formele mentale processen
worden beter in het denken
- Het gebruik van begrippen neemt toe
hoe langer hoe meer dat ze gaan begrijpen
DE RELATIE TUSSEN TAAL EN GEDACHTEN
- Taal is onlosmakelijk verbonden met gedachten
o Kunnen vertellen wat ze denken
o Taal vloeit voort uit cognitieve vooruitgang (hangt samen met cognitieve ontwikkeling)
Voortdurende groei van cognitieve vaardigheden tijdens de preoperationele
periode vormt de basis voor taalvaardigheid
taalontwikkeling is gebaseerd op de ontwikkeling van complexere
denkwijzen
- Symboolgebruik = kern van complexer taalgebruik
o Symbolisch denken verloopt sneller dan het denken in het sensomotorisch stadium
omdat ze de acties symbolisch kunnen weergeven
o Kunnen denken over het heden en over de toekomst
dankzij taal een toekomst voorstellen
Pagina 1 van 149
,CENTRATIE: WAT JE ZIET, IS WAT JE DENKT
= het onvermogen van jonge kinderen om zich op meer dan één aspect van de stimulus te
concentreren
- Kunnen zich niet op alle beschikbare informatie over een stimulus richten, in plaats daarvan
concentreren ze zich op oppervlakkige elementen
focus op opvallende elementen leidt tot onnauwkeurigheden in het denken
- Een belangrijk element en een belangrijke beperking binnen het denken van kinderen in de
preoperationele periode
- Oorzaak: visuele beeld domineert het denken
CONSERVATIE: LEREN DAT UITERLIJKE SCHIJN BEDRIEGT
= het inzicht dat kwantiteit niet gerelateerd is aan de opstelling en de uiterlijke verschijningsvorm van
objecten
- Kinderen kunnen niet begrijpen dat een verandering in één dimensie (zoals verschijning) niet
noodzakelijkwijs betekent dat andere dimensies (zoals kwantiteit) ook veranderd zijn
- Oorzaak: omdat hun neiging tot centratie hen ervan weerhoudt zich te concentreren op de
relevantste kenmerken van de situatie
kleuters hebben enkel oog voor toestanden en letten niet op transformaties
ONVOLLEDIG BEGRIP VAN TRANSFORMATIE
Transformatie = het proces waarbij de ene toestand verandert in de andere
kind is niet in staat om de transformatie te reconstrueren, ze negeren de tussenstadia, zien enkel
de toestand
Pagina 2 van 149
,EGOCENTRISME = HET ONVERMOGEN OM ZICH TE VERPLAATSEN IN ANDEREN
- Peuters en kleuters begrijpen niet dat anderen dingen op een andere manier zien dan zijzelf
- 2 vormen:
o Het gebrek aan besef dat anderen dingen vanuit een ander fysiek perspectief zien
o Het onvermogen om zich te realiseren dat anderen gedachte, gevoelens en
standpunten hebben die anders zijn dan de eigen gedachten, gevoelens en
standpunten
wilt niet zeggen dat ze doelbewust zelfzuchtig denken!
- Maken zich geen zorgen over hun non-verbale gedrag en over de invloed die dat op anderen
heeft
niet bewust van effect van hun gedrag op anderen
- Egocentrisme vormt de kern van verschillende typen gedrag in het preoperationele stadium
HET ONTSTAAN VAN INTUÏTIEF DENKEN
= vorm van denken waarbij peuters en kleuters gretig kennis over de wereld verwerven en primitief
redeneren (waardoor ze vaak niet-kloppende verklaringen hebben over alles wat ze waarnemen)
- Voorbereiding op geavanceerde vormen van redeneren:
o Functionaliteit houdt in dat acties, gebeurtenissen en resultaten volgens vaste
patronen aan elkaar zijn gerelateerd
Vb: een fiets gaat sneller als ze harder trappen
o Identiteit is het besef dat bepaalde dingen hetzelfde blijven ongeacht veranderingen in
vorm, omvang en uiterlijk
Vb: een stuk klei bevat evenveel klei of het nu tot een bal is gekneed of
uitgerold is als een slang
noodzakelijk om het concept conservatie te kunnen begrijpen
- Kinderen zijn er zeker van dat zij het juiste antwoord op een vraag kennen, maar eens je
doorvraagt, zijn ze niet in staat om hun redenering te onderbouwen en hebben ze geen
aandacht voor hoe ze weten wat ze weten
o Vb: kind kan beweren dat een vliegtuig kan vliegen zoals een vogel (door de vleugels
op en neer te bewegen), terwijl hij nooit een vliegtuig heeft gezien dat zo vliegt
Pagina 3 van 149
, DE INFORMATIEVERWERKINGSTHEORIE VAN COGNITIEVE ONTWIKKELING
= gericht op veranderingen in de mentale programma’s die kinderen gebruiken om problemen te
benaderen
concentreren op twee gebieden binnen deze theorie: het begrip van getallen en de ontwikkeling
van het geheugen in de peuter- en kleutertijd
HET BEGRIP VAN GETALLEN IN DE PEUTER- EN KLEUTERTIJD
- Kleuters hebben een buitengewoon goed ontwikkeld begrip van getallen
kan niet alleen tellen, maar doet dat op een vrij systematische en consistente manier
- Volgen een aantal principes bij het tellen: hebben een goed inzicht, maar is nog niet stabiel
STRUCTUUR EN FUNCTIE SENSORISCH GEHEUGEN
STRUCTUUR EN FUNCTIE WERKGEHEUGEN
Werkgeheugen omvat een centrale bestuurder die de aandacht richt, een schetsboek voor visuele en
ruimtelijke informatie, een fonologische lus voor geluiden en een episodische buffer die veel
verschillende soorten informatie kan combineren tot herinneringen aan gebeurtenissen. Er komt ook
nog een semantische buffer bij die een beroep doet op de betekenis van woorden in het
langetermijngeheugen.
Pagina 4 van 149
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur joniseghers. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €3,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.