Ontwikkelingspsychopathologie bij kinderen en jeugdigen
Dit bestand is een samenvatting van de tentamenstof, inclusief handboek, colleges en artikelen, van het vak psychopathologie op de UvA (bachelor, premaster, UpvA). Per stoornis is er heel overzichtelijk en duidelijk in een tabel gezet de stoornis, soorten, ontstaan, prevalentie, kernsymptomen, diff...
Samenvatting Week 2 - literatuur voor Verdieping in Orthopedagogiek (ESSB-E2070)
Samenvatting Week 1 - Verdieping in de orthopedagogiek (ESSB-E2070)
Tout pour ce livre (96)
École, étude et sujet
Universiteit van Amsterdam (UvA)
Pedagogische Wetenschappen
Psychopathologie (70120256AY)
Tous les documents sur ce sujet (56)
Vendeur
S'abonner
15153991M
Avis reçus
Aperçu du contenu
Psychopathologie
Kennis en inzicht
- Kunnen beschrijven van de structuur van de classificatiesystemen DC 0-5, DSM-5 en ICD-11. (eind-
term bachelor PW 1c, 1g)
- DSM-5 criteria (kernsymptomen, symptoomclusters, relevante differentiaaldiagnostische criteria en
relevante criteria mbt leeftijd of contexten) kunnen opnoemen van de besproken vormen van psy-
chopathologie. (eindterm bachelor PW 1c, 1g)
- Kunnen opnoemen welke stoornissen vaak samen voorkomen en weten hoe vaak dat dan ongeveer
is (comorbiditeit). (eindterm bachelor PW 1g)
- Leeftijdsverschillen in presentatie van symptomen van de besproken vormen van psychopathologie
kunnen beschrijven. (eindterm bachelor PW 1a, 1g)
- Sekseverschillen in presentatie van symptomen van de besproken vormen van psychopathologie
kunnen beschrijven. (eindterm bachelor PW 1g);
- Weten welke stoornissen zeldzaam en minder zeldzaam zijn, alsmede globaal sekseverschillen en
culturele verschillen in prevalentie kennen. (eindterm bachelor PW 1g)
- Risicofactoren, beschermende factoren en etiologische modellen van de behandelde vormen van
psychopathologie kunnen beschrijven. (eindterm bachelor PW 1g)
1
,Psychopathologie
- De gangbare behandelvorm en behandelcontexten kunnen benoemen voor de verschillende
vormen van psychopathologie, alsmede globaal kunnen benoemen hoe effectief de behandeling is.
(eindterm bachelor PW 1d, 1g).
- De voordelen en beperkingen van het gebruik classificatiesystemen kunnen benoemen en uitleggen.
(eindterm bachelor PW 1c, 1g).
- Kunnen uitleggen waarom psychopathologie gezien moet worden als een continuüm waar de gren-
zen tussen normaal en pathologie flexibel zijn en kunnen veranderen op basis van individuele (bijv.
leeftijd) en omgevingsfactoren (bijv. cultuur). (eindterm bachelor PW 1g)
Toepassen van kennis en inzicht
- DSM-classificaties kunnen relateren aan een (korte) gevalsbeschrijving van psychopathologische
beelden. (eindterm bachelor PW 2a, 2d)
- Uit een gevalsbeschrijving risico- en beschermende factoren voor een bepaalde
psychopathologische classificatie kunnen identificeren. (eindterm bachelor PW 2a, 2d)
Oordeelsvorming
- Op basis van een gevalsbeschrijving beredeneren aan de hand van algemene criteria voor psychopa-
thologie of er gesproken kan worden van psychopathologie. (eindterm bachelor PW 1g, 2a, 3c)
- Beredeneren welke vorm van psychopathologie het meest aannemelijk is op basis van een gevalsbe-
schrijving (eindterm bachelor PW 1g, 2a, 2d, 3c)
- Aan de hand van contextuele informatie beredeneren hoe behandelbaar een vorm van
psychopathologie is die omschreven staat in een gevalsbeschrijving. (eindterm bachelor PW 1g, 2a, 3c
2
,Psychopathologie
Inhoud
College 1 – classificeren en classificatiesystemen...................................................................................4
Hoorcollege 1......................................................................................................................................7
College 2 – Slaap- en zindelijksheidsproblemen.....................................................................................9
Hoorcollege 2....................................................................................................................................17
College 3 – ASS en hechtingsstoornissen..............................................................................................19
Hoorcollege 3....................................................................................................................................29
College 4 - ADHD, ODD, CD, IED............................................................................................................34
Hoorcollege 10-11-2023...................................................................................................................44
College 5 - Angststoornissen.................................................................................................................47
Hoorcollege 13-11-2023...................................................................................................................51
College 6 - Stemmingsstoornissen........................................................................................................55
Hoorcollege 17-11-2023...................................................................................................................59
College 7 – OCS en ticstoornissen.........................................................................................................65
Hoorcollege 7....................................................................................................................................67
College 8 - PTSS....................................................................................................................................71
Hoorcollege 24-11-2023...................................................................................................................72
College 9 – psychotische stoornissen....................................................................................................76
Hoorcollege 27-11-2023...................................................................................................................81
College 10 - Persoonlijkheidsstoornissen..............................................................................................83
Hoorcollege 1-12-2023.....................................................................................................................86
College 11 - Voeding- en eetstoornissen..............................................................................................87
Hoorcollege 4-12-2023.....................................................................................................................93
College 12 - Middelgerelateerde- en verslavingsstoornissen................................................................98
Hoorcollege 8-12-2023...................................................................................................................104
3
,Psychopathologie
College 1 – classificeren en classificatiesystemen
Handboek H1 Introductie
4 vragen die de richtlijnen vormen van dit boek:
Wat is er aan de hand?
Hoe is dit zo gekomen?
Wat kan eraan gedaan worden?
Hoe zal het hem of haar vergaan?
Psychopathologie = de wetenschap waarin psychische stoornissen worden bestudeerd.
Psychiatrie = de hulpverlening aan mensen die psychisch lijden.
Bij psychopathologie wordt kennis verzameld over algemene kenmerken van psychische stoornissen;
bij psychiatrie wordt met name gekeken naar hulpverlening aan mensen met stoornissen.
Bij de ontwikkelingsbenadering gaat men ervan uit dat gedrag in de loop van iemands leven
complexer wordt. Ervaringen uit het verleden hangen samen met actuele ervaringen. Het actuele
gedrag van het kind is altijd het gevolg van vroegere ervaringen en van de eisen die de huidige
situatie aan hem stelt. Een psychische stoornis kent nooit maar één oorzaak en is altijd het resultaat
van de wisselwerking tussen biologische en omgevingsfactoren.
Voor psychische stoornissen is het classificatiesysteem DSM het meest gebruikelijk. Hierbij wordt de
ontwikkeling van de persoon niet als uitgangspunt gebruikt. Er wordt gekeken naar:
Differentiaaldiagnose (welke stoornissen lijken erop)
Comorbiditeit (met welke andere problemen kan dit samengaan)
Prevalentie (hoevaak komt een stoornis voor)
Komt de stoornis verschillend tot uiting, aantal en verschijningsvorm?
Cultuur kan de kans dat kinderen bepaald gedrag vertonen vergroten of verkleinen. Ook kan een
bepaalde stoornis tot uiting komen in uiteenlopende culturen.
Risicofactor (bedreigende) = een factor die een negatieve invloed heeft op de ontwikkeling van het
kind.
Beschermingsfactor (protectieve) = een factor die in een situatie van risico de negatieve invloed van
de risicofactor op de ontwikkeling geheel/gedeeltelijk teniet doet.
4
,Psychopathologie
Voordeel hiervan is dat bij jonge kinderen preventief gehandeld kan worden.
Handboek H2 Classificatie, diagnostiek en epidemiologie
Classificeren = iets herkennen, er de juiste naam aan geven en het vervolgens indelen in een
categorie. Classificatie geeft de mogelijkheid tot ordening.
Classificatiesystemen = systematische beschrijvingen van gedrag op basis van door wetenschappers
onderscheiden en gegroepeerde gedragskenmerken, met als doel gedrag in te delen of om
onderscheid te maken tussen stoornissen.
Diagnostiek = het vaststellen van gedragskenmerken, of een kind lijdt onder problemen, behoefte
heeft aan hulp of zorg en of het kind wel of niet optimaal functioneert. Het antwoord op de vraag
Hoe is deze stoornis ontstaan? wordt onderzocht m.b.v. diagnostiek.
De vraag Hoeveel kinderen hebben deze problemen? wordt d.m.v. epidemiologisch onderzoek
beantwoord.
DSM = Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders.
Geschiedenis: psychiater Emil Kraepelin is de grondlegger en is gebaseerd op categorieën. In
DSM-5 is er onderscheid gemaakt tussen lichte, matige en ernstige stoornissen. Vaak geldt:
hoe meer symptomen, hoe ernstiger de stoornis.
Uitgangspunt: de symptomen zijn een beschrijving van de stoornis en niet een verklaring.
DSM vermeldt ook aantal, duur en impact van de symptomen.
In DSM-5 worden ongeveer 300 stoornissen beschreven. In onderstaande tabel zijn de
hoofdgroepen gegeven.
5
,Psychopathologie
Comorbiditeit = het tegelijkertijd voorkomen van meerdere stoornissen. De diagnosticus zal ernaar
streven om de symptomen die herkent worden bij één categorie onder te brengen, maar in de
praktijk is dit moeilijker.
Naast DSM bestaat er ook CBCL (= Child Behavior Check-list), dit zijn vragenlijsten.
Bij de diagnose wordt gebruikgemaakt van wetenschappelijke inzichten. De kennis kan gebruikt
worden bij het begrijpen en verklaren van het ontstaan van de stoornis. Als het lukt om het probleem
te classificeren, kan er een begin gemaakt worden met het diagnosticeren door antwoord te krijgen
op de 3 waarom vragen:
Waarom heeft dit kind deze klachten op dit moment?
Waarom heeft dit kind juist deze problemen met deze klachten ontwikkeld?
Waarom heeft dit kind psychische problemen en bijv. niet een ander familielid?
Classificatie Diagnostiek
Wat Hoe
Algemene kennis Specifieke kennis
Beschrijvend Verklarend
Betreft groepen Betreft een individu
Gedragskenmerken Zijn meerdere niveaus van de persoon en
context bij betrokken
Relatief snel te stellen Tijdrovend proces
6
,Psychopathologie
Geeft enige richting aan hulpverlening Is voorwaardelijk voor goede hulpverlening
Vier diagnostische methoden:
1. Diagnostisch gesprek: luisteren, vragen stellen en observeren.
a. Anamnese: voorgeschiedenis wordt in kaart gebracht
b. Diagnostic Interview Schedule for Children (DISC): gestandaardiseerde interview
2. Observeren: opzettelijk, doelgericht en systematisch waarnemen.
3. Psychodiagnostiek: onderzoek met vragenlijsten, testen en beoordelingsschalen.
a. Functietesten: meten een bepaalde functie.
b. Zelfinvullijsten: vragenlijsten waarmee een bepaalde problematiek gemeten kan
worden.
c. Projectieve testen: het aanbieden van stimuli waarbij het kind gevraagd wordt te
vertellen wat het bij zo’n stimulus denkt.
4. Lichamelijk onderzoek: mag alleen uitgevoerd worden door een arts en is om lichamelijke
problemen uit te sluiten.
Prevalentie = het percentage aan van een groep dat een bepaalde stoornis heeft op een bepaald
moment in de tijd.
Een hulpverlener werkt met verschillende informanten en hoort daarbij vaak verschillende verhalen
en interpretaties. Die verschillen kunnen bijdragen aan een beter zicht op wat er precies met het kind
aan de hand is. Hierbij moet je rekening houden met de betrouwbaarheid van de informanten en de
validiteit.
Wanneer sprake van psychopathologie?
Klachten
o Lichamelijk functioneren
o Gedrag
o Emoties
o Cognities
o Relaties
Wanneer klachten
o Niet passen bij de leeftijd
o Moeilijk te corrigeren
o Algemeen functioneren nadelig beïnvloed
o Kind en/of omgeving lijdt eronder
o Mogelijke ontwikkeling doen stagneren
Stoornis = deels afhankelijk van sociaal-culturele context.
3 classificatiesystemen:
1. International Classification of Diseases (ICD)
7
,Psychopathologie
2. Diagnostic and Statistical Manual of the mental disorders (DSM)
3. Diagnostic Classification of Mental Health and Development Disorders in Infancy and Early
Childhood, Zero to Five (DC: 0-5)
a. Stoornis
b. Relationele context
c. Medische, lichamelijke conditie
d. Psychosociale stressoren
e. Niveau van ontwikkeling
Voordelen classificatiesystemen:
Duidelijke beschrijving kern problematiek
International eenduidigheid
Richtinggevend voor behandeling
Nadelen classificatiesystemen:
Mogelijk te sterk gereduceerd
Categoriale indeling
Suboptimale basis voor behandeling
DSM-5 classificatie:
Aanwezige stoornissen
Specificities en stressoren (V en Z codes)
Ernst: per stoornis
Niveaus van functioneren (scoring 0% = goed functionerend, scoring 100% = volledig
afhankelijk)
Classificeren vs. diagnosticeren:
Classificeren = alleen beschrijvend, niet verklarend.
o Semigestructureerde klinische interviews met ouders en kind.
Diagnosticeren = nauwkeurig leren kennen, hypothesen vormen met informatie over
symptomen, ontstaan, omstandigheden, contexten, interventie.
o Classificeren + in kaart brengen van:
Geschiedenis
Risico- en beschermende factoren kind en omgeving
Eerdere interventies + effect daarvan
Validiteit binnen stoornissen: grote heterogeniteit (grote verscheidenheid met dezelfde naam) en
verschillende effectieve medicatie.
Validiteit tussen stoornissen: overlap in symptomen en hoge comorbiditeit.
Classificeren vs. Dimensioneel meten
Afzonderlijke eenheden Glijdende schaal
Makkelijke communicatie Moeilijkere communicatie
Zwart-wit Graduele verschillen
Verandering niet gemakkelijk te meten Veranderingen gemakkelijk te meten
8
,Psychopathologie
College 2 – Slaap- en zindelijksheidsproblemen
Handboek H5 Slaapstoornissen en slaapproblemen
Stoornis Slaapstoornis
De slaap over langere tijd verstoord is (+3
maanden) en het duidelijk negatieve effecten
heeft op de activiteiten overdag.
Soorten Dyssomnia (vormen van slechte slaap)
- Insomnia (slaaptekort)
o Inslaapprobleem
o Doorslaapprobleem
o Te vroeg wakker worden
- Ademhaling gerelateerde
slaapstoornissen
- Hypersomnia (te veel aan slaap)
- Narcolepsie
o Patiënten voelen zich constant moe
en sukkelen overdag in slaap
o Bij heftige emoties treedt een acute
spierslapte op (kataplexie)
o Bij inslapen vaak hallucinaties
o Slaapverlamming
- Circadianeritme-slaap-waakstoornissen
(biologische klok)
o De slaapcyclus is niet afgestemd op
24 uur
o Jetlag
Parasomnia (vormen van vreemde slaap)
- Problemen in de overgang van waken
naar slapen
- Pavor nocturnus
o Non-remslaapfase
o Angst nachtelijkheid (kind kan zich
er niks van herinneren)
- Slaapwandelen
- Nachtmerriestoornis
Slaapgebonden bewegingsstoornis
- Rustelozebenensyndroom
- Bruxisme (tanden knarsen)
Centrale slaapapneu = onrijpheid van de
hersenen
Obstructieve slaapapneu = versperring van
luchtwegen
Ontstaan Niveau kind:
- Prematuriteit
- Biologische aanleg voor lichte slaap,
angstige constitutie
- Verminderde productie melatonine
- Darmkrampjes
- Keel-, neus-, oorproblemen
(amandelen)
9
, Psychopathologie
- Chronische ziekten (astma)
- Allergieën (koemelk)
- Stress
- Overgewicht
Niveau gezin:
- Stress
- Oververmoeidheid ouders
- Huwelijksproblemen
- Onervaren ouders
- Angst/depressie moeder
- Psychische problemen
- Geen rustgevend slaapritueel
- Kind valt ergens anders in slaap
Niveau omgeving:
- Slechte huisvesting
- Geen steunend netwerk
- Culturele opvattingen over samenslaap
Prevalentie Insomnia meest voorkomende.
25 tot 50% van alle kinderen op enig moment
last van insomnia.
Kernsymptomen Slaapproblemen als risicofactor voor latere
ontwikkeling
- Cognitief en talig functioneren
- Executieve functies en schoolprestaties
- Internaliserende stoornissen
- Middelengebruik
- Obesitas
Verschillen met andere stoornissen Slaapproblemen en -stoornissen zijn makkelijk
te onderscheiden.
Comorbiditeit Primaire slaapstoornis = als de slaapstoornis op
zichzelf staat
Secundaire slaapstoornis = als deze veroorzaakt
wordt door andere factoren
Relatie kinderen met eczeem en slaapstoornis
gedrag- en concentratieproblemen
Behandelvorm Aanbevelingen voor jonge kinderen:
Het kind moet overdag zo veel mogelijk
actief zijn, maar vlak voor het slapengaan
10
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur 15153991M. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €9,79. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.