BEKNOPTE SAMENVATTING
GENEESKUNDE
1. CHRONOLOGISCH OVERZICHT VAN LIJKVERSCHIJNSELEN
Vroegtijdig: eerste 3 dagen na overlijden (= lijkvlekken, lijkstijfheid, lijkafkoeling)
Laattijdig: na 3 dagen na overlijden (= autolyse en rotting)
LIJKVLEKKEN LIJKSTIJFHEID LIJKAFKOELING AUTOLYSE ROTTING
Ontstaan: 30 min na Ontstaan: 3u na Plateaufase: trage Meteen na overlijden Ontstaan: 3 dagen na
overlijden overlijden afname van halve overlijden
graad
3-6u: geconflueerde 6-8u: volledig 3d: groene buikvlek
vlekken Afkoelingsfase: 1-2°C
12-24u: maximaal afname per uur 4d: marbrering
Tot 6u: verplaatsbaar
2-3d: verdwijnen Vertragingsfase: 4d: rottingsblaren
6-12u: gedeeltelijk temperatuurverschil
verplaatsbaar tussen omgeving en 7d: opzwellen gezicht
persoon is klein buik en geslachtsdeel
20-24u: wegdrukbaar
8d: uitrekken haren
Na 24u: gefixeerde
vlekken 10d: uittrekken
nagels
2. VROEGTIJDIGE LIJKVERSCHIJNSELEN
Lijkvlekken, lijkstijfheid en lijkafkoeling
Lijkvlekken = bloed zoekt zijn weg naar laagst gelegen gebieden opstapeling van bloed zorgt voor verkleuring
Principe: bloedvaatwanden worden doorlaatbaar en de rode bloedcellen barsten (= autolyse) waardoor verkleuring ontstaat
Door verzwakte bloedsomloop kunnen lijkvlekken ook al ontstaan tijdens het stervensproces
Intensiteit: vibices (= kleine bloedophopingen of vlekjes), exsanguinatie (= niet goed zichtbare vlekken)
Lokalisatie:
- Sterven op rugligging: rugzijde en nek, ledematen achteraan
- Sterven op buikligging: voorzijde
- Sterven door verhanging: handen, onderste ledematen, onderkant borst bij vrouwen
- Uitsparingstekenen door contactplaatsen (bv. spannende kledij dragen)
Chronologie: zie vraag 1
Kleur: donkerrode tot blauwpaarse kleur (afhankelijk van hemoglobine)
! Onderhuidse bloedingen zijn geen lijkvlekken
Lijkstijfheid = eerst spierverslapping en daarna spierverstijving
SPIERVERSLAPPING SPIERVERSTIJVING
Zenuwstelsel valt uit maar er is nog ATP aanwezig ATP neemt af dus spieren verstijven
Houding aangenomen t.o.v. zwaartekracht (maar let op voor Verstijving houdt aan tot ontbinding optreedt
manipulatie van lichaam!)
Bij afbraak van spierweefstel weer verslapping
Voorwerpen worden losgelaten
Chronologie: zie vraag 1
,Beïnvloedende factor: omgevingstemperatuur (warm = sneller, koud = trager)
Kadaverspasme = onmiddellijke verstijving bij overlijden
- Vaak onder hevige stress
- Bij epilepsie: spitsstand van voeten
- Mogelijk bij elektrocutie, verdrinking, hersenschade
Lijkafkoeling = hersenen vallen uit na dood dus temperatuurregeling ook
Chronologie: zie vraag 1
Beïnvloedende factoren:
- Verschil omgevings- en lichaamstemperatuur (= temperatuurgradiënt)
- Lichaamgebonden: gewicht en houding
- Omgevinggebonden: kledij en ondergrond
Andere veranderingen:
- Supravitaliteit = cellen ontlokken nog reacties (mechanisch, elektrisch, pupilreacties)
- Uitdroging
- Verlies van urine, zaadvocht en stoelgang
- Bloedstolling
3. ONTBINDING VAN EEN LIJK
Autolyse en rotting
Verkleuring, opzwelling, verwerking, skelettering
! Proces kan versneld worden door aaseters
Autolyse = zelfoplossing van de cellen, onmiddellijk na overlijden
Rotting = na 3 dagen na overlijden, bacteriën doen lichaam vergaan tot vocht en gas verkleuring lichaam: groen naar zwart
Waarneembare verschijnselen: zie vraag 1
Beïnvloedende factoren:
- Omgeving (= ondergrond)
- Temperatuur
- Diervraat: in vochtige openingen
Huidletsels, vermomming andere letsels ( cyclus van aaseters is belangrijk voor tijdstip van overlijden)
Bijzondere bewaarvormen:
- Mummificatie = snelle uitdroging
- Adipocire = lijk vertoont na 3 maanden verzeping en vetverharding (bij waterlijken of vochtige graven)
- Skelettering = afbraak weke weefsels waarbij skelet langst bewaard blijft
Problematiek: identificatie, tijdstip + oorzaak van overlijden
4. WETTELIJKE BEPALING VAN VASTSTELLING EN AANGIFTE OVERLIJDEN
VASTSTELLING AANGIFTE GEWELDDADIG/VERDACHT OVERLIJDEN
Door arts Door ambtenaar burgerlijke stand Proces verbaal opgesteld door politie
en arts
Overlijdensattest (= model 3C of 3D) Akte van overlijden
Lichaam in beslag genomen door
4 stroken: 3 ingevuld door arts 4 stroken: 1 ingevuld door ABS procureur des konings voor verder
Strook C: anoniem (aard en oorzaak) Strook D: toestemming begraving of onderzoek
, Strook A: tijdstip, identiteit, bezwaar? crematie WANNEER identiteit bekend is
Strook B: datum en plaats, geslacht en geen bezwaar aangetekend is
5. WETTELIJKE REGELING VAN TERAARDEBESTELLING EN CREMATIE
Regeling: zie aangifte vraag 4
Begraven: ten vroegste 24u na overlijden
Crematie: ten vroegste 24u na aanvraag (crematie-attest) implantaten moeten verwijderd worden
Begraven zonder aangifte en lijkverberging zijn strafbaar!
6. WELKE ROL VERVULLEN ARTS, PROCUREUR DES KONINGS EN AMBTENAAR BURGERLIJKE STAND
Arts: zie vaststelling vraag 4
ABS: zie aangifte vraag 4
PDK: zie gewelddadig/verdacht overlijden vraag 4
7. UITWENDIGE LIJKSCHOUWING
Antwoord op 4 vragen zoeken:
- Is het een lijk
- Wie is het
- Sinds wanneer is het een lijk
- Waarom is het een lijk
Geen antwoorden: overgaan op inwendige lijkschouwing (= autopsie)
Systematiek: altijd eerst onderzoek op plaats delict, daarna
- Algemene beschrijving
- Postmortale verschijnselen
- Lichamelijk onderzoek + biologische sporen
Bijzondere elementen nakijken: handpalmen en puntbloedinkjes
8. IDENTIFICATIE
Wanneer en hoe?
Wanneer: bij rampen en individuele omstandigheden om psychische, administratieve en juridische redenen
Hoe: vergelijkingsproces tussen premortem en postmortem gegevens gebaseerd op zo goed mogelijke persoonsbeschrijving
- Politionele methode: persoonsbeschrijving en persoonlijke voorwerpen
- Wetenschappelijke methode: vingerafdrukken, gebit, DNA
- Unieke medische eigenschappen: implantaten en frontale sinus
= medicolegale taak
9. TIJDSTIP VAN OVERLIJDEN
Chronologisch verloop van lijkverschijnselen ligt aan basis (zie vraag 1)
Onderzoek van lijk ter plaatse = belangrijk voor omgevingsfactoren
Vroegtijdige verschijnselen: lijkvlekken, lijkstijfheid, temperatuursmethode van Henssge gebruiken
Laattijdig: loop van ontbindingsproces