Autre
Stadsgeografie Samenvatting Artikelen Tentamen 1
- Cours
- Établissement
Een samenvatting van de artikelen van Stadsgeografie voor het eerste tentamen.
[Montrer plus]
Vendeur
S'abonner
waardlennart
Avis reçus
Aperçu du contenu
Literatuur StadsgeografieWeek 1:
1. Glaeser (pagina 1-15)
Glaeser beschrijft de geschiedenis van New York City, hoe de stad van een kleine handelspost uitgroeide tot een
megapolis. Een kleine handelspost veranderde in een stad met een redelijke haven, gevolgd door veel banen in
de industrie, waarbij hub-spoke structuur belangrijk was. Door mondialisering veranderde de wereld en ook de
stad.
Nabijheid wordt door de tekst gegeven als drijver van succesvolle steden. Nabijheid en dichtheid creëerden een
sociaal netwerk voor mensen die hun ideeën met elkaar deelden en gebruik maakten van talloze resources.
Bedrijven bleven dicht bij elkaar zitten en versterkte de aantrekkingskracht en genereerde daarmee weer nieuwe
ideeën en inspiratie.
Door mondialisering is afstand geen issue, echter is het de afwezigheid van afstand dat New York tot een
succesvolle stad maakt. Door weinig afstand, minder productiekosten en andere vervoerskosten.
Steden zijn de gateways tussen markten en culturen, steden versnellen de innovatie door de verbinding tussen
haar ‘slimme’ inwoners. Ideeën versterken de aantrekkingskracht van de stad en het (menselijk) kapitaal.
Oftewel, verspreiding van kennis en de mogelijkheid om te innoveren.
Pechverhalen zijn die van Detroit: de stad verloor haar oorspronkelijke en essentiële tools voor stedelijke
herontdekking. Men deed een poging steden te doen herleven, maar dit gebeurd niet door enorme nieuwe
projecten, de onderliggende problemen moeten worden aangepakt. Het moet arme mensen helpen, niet de arme
stad. Het kenmerk in deze steden is dat er te veel huizen en infrastructuur is/zijn in relatie met de kracht van de
economie = te veel aanbod.
Steden maken mensen niet arm, maar steden trekken arme mensen aan.
Door toegenomen welvaart konden mensen kiezen in welke steden men wilden wonen, op basis van onder
andere de lifestyle in deze steden. Hierbij keek men onder andere naar de pleasure of proximity. Deze pleasures
hebben hoge kosten, dus zijn gelokaliseerd op een plaats met veel mensen/afzet.
Hoge prijzen in gewilde gebieden komt door de restricties van bouwen in de bestaande gebieden, de vraag is
enorm en het aanbod is schaars.
Transport bepaald de stedelijke opzet: auto, openbaar vervoer en lopen (in Nederland de fiets)
Snelheid en ruimte zijn de twee voordelen van een land/stad dat is ingesteld op auto’s. Voor auto-ingerichte
samenlevingen zijn slecht voor het milieu, echter zijn andere dingen ook aanwezig: romantiseren van
dorpsleven, behouden van oude gebouwen en leven in het groen. Dit is niet haalbaar. India en China zullen door
enorme verstedelijking bepalen of de aarde nog meer zal opwarmen, mensen in India en China worden rijker en
zullen toegang krijgen tot het bezit van een auto en de emissies zullen toenemen.
, 2. Bettencourt (pagina 912-913)
Bettencourt praat over de toekomst van steden en de gevolgen, gevaren en de mogelijke oplossingen.
Steden zijn de plaats van innovatie, groei en welvaart. Echter, zijn steden ook de plaats van vervuiling en
armoede.
Bettencourt stelt dat er een urgente noodzaak is van een geïntegreerde, kwantitatieve, voorspelbare,
wetenschapsgebaseerde uitleg over de dynamiek, groei en organisatie van steden. Een trans disciplinaire aanpak
is vereist tussen meerdere actoren. Aangezien gevoerd beleid vaak eendimensionaal en korte termijn denken
was.
Kenmerken van steden die bepalend zijn in de gevolgen en de oplossing zijn de grootte van de steden, de
populatie, de geschiedenis, geografie en het design.
Door toenemen van bevolking zijn er positieve gevolgen, echter zijn deze net zo groot als de negatieve gevolgen.
Steden hebben een ‘blueprint’ die voor veel steden gelden: universele kenmerken en structuur.
Naar mate steden groter worden en dichtbevolkt: meer creativiteit, meer bedrijven, ziektes verspreiden sneller.
Er zijn dus plus- en minpunten.
De vraag is: Hoe kunnen we doorgroeien, doorgaan met innoveren zonder dat dit negatieve (milieu)(sociale)
effecten met zich mee brengt, en of dit dan überhaupt nog wel kan?
Beleidsmakers moeten worden gestuurd door positieve stedelijke ontwikkeling. Door theorie kan hier een basis
voor worden gecreëerd voor een wetenschapsgeleide planning van steden.
De uitkomst is volgens Bettencourt dan een duurzame, creatieve, welvarende en verstedelijkte wereld voor de
mens.
,Week 2:
3. Sjoberg (pagina 438-445)
Sjoberg probeert in zijn artikel een analyse te geven over de sociale organisatie van de pre-industriële
stad. Verder, Sjoberg geeft een beschrijving van de instituties in deze stad en hoe deze werden
gevormd door de economische en sociaal condities van die tijd. De pre-industriële stad was
georganiseerd rondom hiërarchische sociale relaties gebaseerd op status, macht en kinship. Dit werd
gekenmerkt door grote ongelijkheden. Religie en religieuze instituties namen een grote rol in de
organisatie van het sociale en economische leven.
Op economisch gebied liet de pre-industriële stad zich vormen door herverdeling en systeem van
uitwisseling in plaats van marktwerking. De pre-industriële stad was gekenmerkt door een complex
systeem van relaties die werden onderhouden door sociale normen en tradities. Politieke macht was
vaak in handen van een kleine elite: autoritair, beperkte representatie en gecentraliseerd controle.
Ecologische organisatie: kleine inwoneraantallen, stad is ingedeeld volgens economische en sociale
structuur/status waarbij blokken werden ingericht op etniciteit en werk.
Economische organisatie:
- Pre-industriële stad: geen specialisatie, geen grootschalige productie;
- Industriële stad: productie hangt af van vormen van macht, specialisatie, stratificatie van
arbeiders en marketing
Sociale organisatie: sociale klassensysteem was aanwezig: elite/religieuze tegenover massa,
afwezigheid van een middenklasse en sociale mobiliteit was niet aanwezig. Onder de massa nog de
outcasts, denigrerende taken (verbonden met etniciteit) Overheidstaken werden uitgevoerd door de
elite.
Pre-industriële stad is anders dan industriële stad.
4. Vance (pagina 101-120)
Artikel van Vance beschrijft drie verschillende types van stedelijke samenlevingen: Pre-Kapitalistisch,
Kapitalistisch en Post-Kapitalistisch. Elke type van stedelijke samenlevingen heeft een verschillend
systeem van toewijzing en bezit van land dit is afhankelijk sociale en economische condities.
1. Pre-kapitalistische samenlevingen werd land gezien als gemeenschappelijk en verdeeld onder
huishoudens met bepaalde sociale status of sociale relaties. Dit systeem werd gevormd door
religieuze en culturele tradities en was gerelateerd aan de sociale en economische organisatie
in de tijd;
2. Kapitalistische samenlevingen is land iets dat kan bemachtigd worden door individuen of
bedrijven door het bezitten van privé eigendom(rechten), land is hier een vorm van winst en
accumulatie en het reflecteert het kapitalistische model van productie. Winst is hier de
belangrijkste drijfveer;
3. In Post-Kapitalistische samenlevingen wordt land verdeeld of bezit op basis van sociale
rechtvaardigheid en egalitarisme. Land is toegewezen op basis van behoefte of van de
gemeenschap in plaats van in bezit van bedrijven of individuen.
Sociale en economische condities hebben de manier van landbezit gevormd. Maar ook hoe steden zijn
ontstaan door landverdeling en beleid.
, 5. Burgess (pagina 47-62)
Uitbreiding van de stad wordt voornamelijk gezien in de fysieke vorm. Uitbreiding van steden gezien
als een proces. Uitbreiding als proces ziet er als volgt uit: (l) de loop met daarin het CBD, (ll) gebied
met businesses en manufacturing, (lll) zone met mensen die dichtbij de fabriek wonen omdat ze daar
werken, (lV) zones met ééngezinswoningen en hogere klasse appartementen = exclusief. Steden
vormen niet per se naar dit model, door allerlei omstandigheden. In de stad zijn ook de processen van
organisatie en reorganisatie aan de gang.
Burgess geeft een overzicht van de voornaamste eigenschappen van steden ten opzichte van rurale
gebieden, door het benadrukken van de rol van sociale differentiatie, fysieke dichtheid en transportatie
infrastructuur die het stedelijke leven vormen.
Week 3:
6. Harvey (pagina 3-17)
Er is een transformatie van een model van managerialism naar een model van entrepreneurialism
volgens Harvey. Deze transformatie is gedreven door de combinatie van neoliberale economische
beleidskeuzes, afbrokkeling van de verzorgingsstaat en de opkomst van nieuwe vormen van stedelijke
sociale bewegingen.
Managerialism als een model van stedelijk governance gekenmerkt door rationele planning,
bureaucratische besluitvorming en de voorziening van publieke goederen en diensten. In tegenstelling
is het model van entrepreneurialism een vorm van stedelijke governance gekenmerkt door focus op
competitie, innovatie en de betrokkenheid van de private sector in stedelijke ontwikkeling.
Managerialism vindt de oorsprong na WO2, wanneer er sterke focus was op sociale voorzieningen en
publieke provisie. Vanaf de jaren zeventig en tachtig veranderd het model naar entrepreneurialism,
gedreven door economisch neoliberaal beleid en afbrokkeling van de verzorgingsstaat.
Harvey bespreekt ook de opkomst van nieuwe stedelijke vormen van sociale bewegingen, die de
dominante vormen van stedelijke governance uitdagen en pleiten voor een democratischer proces in
besluitvorming. Ze hebben het potentieel om de hegemonie van entrepreneurialism uit te dagen en
daarmee het promoten van alternatieve vormen van stedelijke governance gericht op sociaal en milieu
rechtvaardigheid.
, Entrepreneurialism heeft bepaalde implicaties, de oneven distributie van resources en publieke
goederen en de natuur van democratie in de huidige steden.
Competitie tussen steden wordt een grote drijfveer voor economische groei, en daarbij is kapitaal dus
geconcentreerd in stedelijke gebieden => inter-stedelijke competitie. Dit leidt tot een race to the
bottom in de competitie voor gekwalificeerd personeel, investeringen en competitie voor consumenten
=> dit wil men bereiken door subsidies, belastingvrije kosten en lage arbeidskosten. Resultaat is
economische groei in sommige steden, maar ook economisch verval in andere steden. Uiteindelijk
leidt dit tot (inkomen)ongelijkheid, ruimtelijke segregatie en oneven regionale ontwikkeling. De
winsten kunnen dan terecht komen bij hoogopgeleide elite en de kosten van economisch verval bij
gemarginaliseerde groepen.
7. Sassen (pagina 13-30)
Sassen bespreekt de rol van steden in de mondiale economie, steden zijn keys sites van mondialisering
en functioneren als nodes in mondiale economische netwerken en faciliteren flows van kapitaal,
informatie en mensen over grenzen. De mondiale economie is een serie van circuits in plaats van
discrete markten. Deze circuits worden gevormd door de mondiale steden, deze zijn namelijk het
begin en eindpunt van mondiale flows van goederen, diensten en mensen. Dit maakt de mondiale
steden keys sites voor de creatie van circulatie van kennis, innovatie, cultuur en economische
exchange.
De mondiale steden zijn bepaald door verschillende factoren die variëren van economische
machtsrelaties, technologische verandering en sociale/culturele dynamiek. Steden kunnen profiteren
van hun positie in het circuit of leiden daardoor, mede door de ontwikkeling van infrastructuur, het
economische systeem en de mate van autonomie van de politiek. De positie van steden in deze
hiërarchie van circuits is ook bepaald door het vermogen van de bepaalde steden om resources te
mobiliseren en innovatief te blijven. Steden vormen daarbij ook weer de mondiale economie.
Verstedelijking en mondialisering hangt op die manier samen.
De geografie van hiërarchie en centraliteit van steden is volgens Sassen belangrijk: de plek van steden
in de hiërarchie bepaald de machtsrelaties, men is verweven in een netwerk en hebben toegang tot
flows en resources en andere steden hebben dit niet. Steden zijn gerankt in deze hiërarchie.
Mondiale steden zijn afhankelijk van elkaar: want men is verbonden in het mondiale economische
netwerk, steden dienen als node in het netwerk van flows (kapitaal, goederen, mensen etc.). Wat in één
stad gebeurd kan effect hebben op de andere steden. Dit kan winstgevend zijn, maar ook uitdagend:
concentratie van macht en kennis in een paar steden, waardoor veel steden buiten het netwerk komen,
maar ook door creatie en innovatie is er veel exchange.
Mondiale steden blijven die steden door de veranderende rol (ondanks de verspreiding van productie).
De flow van kennis, informatie en kapitaal is hoog geconcentreerd en steden faciliteren dit, en kunnen
dit door de ontwikkelde, gespecialiseerde economieën en met hoog niveau van menselijke kapitaal en
infrastructuur.
Ordinary cities is een concept van Sassen waarin de diversiteit van steden en stedelijke ervaringen
centraal staan. Daarbij worden de uitdagingen op verschillende niveaus (economisch etc.) bekeken en
zijn voor elke stad anders.
8. Chen (pagina 49-71)
De tekst heeft als focus hoe de invloed van Marx merkbaar en zichtbaar is in steden, verschillende
auteurs zijn geïnspireerd door Marx en hebben marxisme toegepast op stadstudies en aangevuld:
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur waardlennart. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.
Peut-on faire confiance à Stuvia ?
4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)
73314 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours
Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans