ORGANISATIEPSYCHOLOGIE
HFDST 1: INTRODUCTIE IN DE ORGANISATIEPSYCHOLOGIE
WAT IS ORGANISATIEPSYCHOLOGIE
Wetenschappelijke studie van gedrag in organisaties
Hoe kunnen medewerkers optimaal presteren?
Welke aspecten van het werk zorgen ervoor dat medewerkers gemotiveerd zijn?
Welke type leiderschap levert de beste resultaten?
Personeelsbeleid Organisatiepsychologie
Human resource management Organizational behavior
Nadruk op technieken, systemen, Nadruk op gedrag en psychologische
procedures in verband met: processen:
Rekrutering, selectie, assessment, Motivatie en tevredenheid, communicatie,
prestatiemanagement, functie-evaluatie, leiderschap en management skills,
loopbaanmanagement, verloning, promotie groepsprocessen en teamwork, conflicten
en overplaatsing en onderhandelingen, stress, macht en
beïnvloeding en veranderingsprocessen
Organisatie: 2 of meer mensen die op een bewuste manier samengebracht worden om
bepaalde doelstellingen te realiseren, en met het oog op deze realisatie wordt een specifieke
structuur ontwikkeld.
= Systematische studie van de impact van individuen, groepen, en structuren op gedrag
binnen organisaties
Wat is een organisatie?
1. Twee of meer mensen werken samen
2. Gericht op realiseren van doelstellingen/ nastreven van waarden (mission statement)
3. Specifieke taakverdeling en structuur
Coördinatie/ gezagsrelaties zijn nodig
4. Gericht op continuïteit
ORGANISATIEPSYCHOLOGIE ALS WETENSCHAP
Deterministische uitspraken: vb zwaartekracht (typisch voor natuurwetenschappen)
Probabilistische uitspraken (typisch voor menswetenschappen)
Frustratie leidt tot agressie in geval van..
Meest efficiënte type leider is afhankelijk van de omstandigheden
Belang van contingentievariabelen
Mogelijkheid, toeval
Tegengestelde van noodzakelijkheid, causaal verband
1
,1.3 HISTORIEK VAN OG: VOORGESCHIEDENIS
Adam Smith (1776)
The Wealth of Nations
1ste industriële revolutie
Grondlegger vrije markt denken (‘de onzichtbare hand’)
Comparatieve voordelen en efficiëntiewinst door samenwerking en arbeidsverdeling
Taken toegewezen in de richting van de laagste kost
F. Taylor (1911) : Principles of Scientific Management
Mens als ‘homo economicus’ : van nature lui en enkel te prikkelen met financiële stimuli
Arbeid kan alleen efficiënt worden aangewend als wetenschappelijke methodes worden
gebruikt
Scheiding van planning en uitvoer (verticale arbeidsverdeling)
Opsplitsen van arbeid in eenvoudige deelbewerkingen (horizontale arbeidsdeling)
Selectie en individuele verschillen
Prestatieloon
Tijds- bewegingsstudies
Smith en Taylor: gevolgen voor werknemers:
Vervreemding, onmenselijke omstandigheden, staking,…
DE HUMAN RELATIONS BEWEGING (ELTON MAYO)
Hawthorne Experimenten
Impact wijziging lichtintensiteit op productiviteit?
Hawthorne effect: stijging productiviteit vooral door extra aandacht die werknemers
kregen
Medewerkers gaan informele relaties opbouwen: deze relaties spelen een belangrijke rol
in productie en arbeidstevredenheid
Informele waarden en normen spelen een belangrijkere rol in productue dan
management, procedures
‘Homo sociologicus’
Het revisionisme
Reactie op scientific management en human relations beweging, die geen oog hadden
voor de effecten van uithollend en afstompend werk
Aandacht voor vervreemding en zinvolheid
Mensen hebben fundamentele nood om zich te ontplooien
Zoektocht naar zinvol taakontwerp en organisatiestructuur: hoe kunnen we inhoudelijk
motiverende jobs ontwerpen?
2
,HEDENDAAGSE ORGANISATIE: TENDENZEN EN TRENDS ALS UITDAGING VOOR DE
ORGANISATIEPSYCHOLOGIE
Virtuele organisaties
Virtualisering en flexibilisering
Outsourcing, verplatting, wendbaarheid, aanpasbaarheid aan snel veranderende
omstandigheden
Hoe een olifant aan het dansen krijgen?
Onzichtbare medewerkers
Vermenselijking/ mensgerichte organisaties
“People are our most important assets”
Maar ook cfr : “Great Lies of Management”, Scott Adams
Mensen maken het verschil
Empowerment, participatie, autonomie
De manager als ‘coach’ ipv ‘command & control’
Uitdagend werk
Kennis als belangrijkste troef
Drucker : medewerkers als ‘kenniswerkers’
Belang van de ‘lerende organisatie’ (Nonaka & Takeuchi)
Cfr verschuiving tewerkstelling België
arbeid => dienstverlening
Automatisering en digitalisering
Jobverlies, maar ook nieuwe werkvormen (vb thuiswerk, skype, international ‘real time’
teaching)
Artificiële intelligentie
Technostress
Nadruk op kwaliteitszorg en klantgerichtheid
(IKZ, lean management etc : niet kennen)
Kwaliteit vh proces (en niet alleen van het product) vereist snelheid en efficiëntie van
samenwerking
Succes van organisatie-verbetering is 80% psychologie : mensen als drijvende kracht
Cfr weerstand, alle neuzen in dezelfde richting
Betrokkenheid & enthousiasme is cruciaal
Klantgerichtheid
3
, Succes: behoeftes en zorgen van de klant begrijpen versus ‘you can get it any color as
long as it is black’
Globalisering
De wereld is plat…
Een Big Mac in Kandahar…
Europese call-centers in India, Filipijnen,…
Bedrijven als wereldwijde netwerken
Toename buitenlandse opdrachten
Werken met mensen uit andere culturen
Verschuiving naar lage-loon landen
PLURIFORM PERSONEELSBESTAND: MANAGEN VAN DIVERSITEIT
Heterogeniteit in ras, leeftijd, geloof, geaardheid,…
Openstellen van EU grenzen
Demografische verschuivingen
Vergrijzing, vervrouwelijking,…
Generatie X, Generatie Y, babyboomers
Centraliteit van het levensdomein ‘werk’
Meer vrouwen op topniveau (…maar nog steeds “glazen plafond”)
Inclusiebeleid
GEVOLGEN
“Eenheidsworst is de dood van de moderne organisatie”
Verschillen positief aanwenden = creativiteit, innovatie, besluitvorming stimuleren
Verschillen negeren = meer verloop, slechte communicatie, meer conflicten
Drang naar innovatie: en nieuwe uitdagingen op vlak van creativiteit, samenwerken etc
Het nieuwe werken: bv digital nomads (any time, any where)
Hedendaagse organisaties
Dalende loyaliteit van medewerkers
Van employment naar employability
Tijdelijkheid als norm
Balans tussen werk en privéleven
Leven om te werken of werken om te leven ?
Conclusie: Door al deze ontwikkelingen is de menselijke factor van groot belang in
organisaties en neemt de relevantie van organisatiepsychologie alsmaar toe
MOTIVATIE
WAT IS MOTIVATIE?
4