1.1 startdefinitie van ontwikkelingspsychologie
Globale referentiekaders (om naar ontwikkeling te kijken)
1. biologische referentiekader
2. cognitieve referentiekader : manier waarop je informatie verwerkt (baby verwerkt anders dan wij 18-
jarigen)
3. sociaal-emotionele/affectieve referentiekader
Ontwikkelingstheorieën :
1. Sigmund Freud : psychoseksuele ontwikkelingstheorie
2. Jean Piaget : cognitieve ontwikkelingstheorie
3. Erik Erikson : sociale ontwikkelingstheorie
! Ontwikkelingspsychologie onderzoekt de ‘normale’ evolutie MAAR wat is normaal? Eerst moet je weten wat
een normale situatie is vooraleer je kan oordelen wat ‘raar’ is.
De drie verschillende perspectieven/ontwikkelingen (bio., cogn., soc-aff.) beïnvloeden elkaar allemaal =>
interactioneel model
vb: je kan pas schrijven als je ouder bent (+ je kan het niet zo goed als anderen) : je biologische
ontwikkeling beïnvloedt cognitieve ontwikkeling waardoor je gaat kunnen leren schrijven a.d.h.v.
motorische ontwikkelingen (+ het heeft ook effect op je affectieve ontwikkeling)
vb : wij jongeren sturen nu met onze crushes, daarvoor motoriek nodig (biologische ontwikkeling).
Daardoor kan je sturen en dat heeft dan invloed op je gevoelens (affectieve ontwikkeling).
1.2 ontwikkelingspsychologie doorheen de tijd
= wetenschappelijke studie gericht op de evolutie van menselijk gedrag doorheen alle fases van het leven
- wel zeer jonge discipline (21 e eeuw) maar wel al altijd historische interesse en evolutie plaatsgevonden want
kinderen leveren belangrijke inzichten op :
o Oudheid : ze hadden al door dat verschillende opvoedingsmethodes de persoonlijke ontwikkeling
beïnvloedden en dat we in verschillende fases ontwikkelen en deze elk hun kenmerken hebben (bv:
kindertijd =zwak, puberteit = onstuimigheid). Kwamen al tot inzicht toen dat investeren in kinderen
belangrijk is want zij zijn de toekomst voor de samenleving.
o Middeleeuwen : Kinderen werden als miniatuur volwassen behandeld (volwassen kleren) weinig
geïnvesteerd in de kinderen.
+ enorm dualisme: kind was godsgeschenk (katholicisme) t.o.v. erfzonde (manier waarop kinders
gemaakt worden : ga en vermenigvuldig u, MAAR DOE HET ONBEVLEKT”
+ Erasmus : Taal is de basis van alles !!! -> imitatie van ouders en leerkrachten was belangrijk bij
taalverwerving
o Verlichting : tegenfase katholicisme want ratio kwam naar boven niet vanzelfsprekend akkoord
gaan religie en afstappen God, realisatie van het eigen besturen en kunnen van de mensheid (bv
Rousseau: ook in tegenspraak met de kerk want het is niet zo zoals het is, het ligt aan verschillende
factoren die we zelf in de hand hebben). Locke : Kind is een tabula rasa / blanco blad en het is de taak
, van de ouders om hen op te voeden en ervaring bij te brengen SOCIOGENESE van de kindertijd:
kindertijd wordt ontdekt als belangrijke aparte periode in de ontwikkeling die welbepaalde
benadering vraagt.
o Moderne tijd : Charles Darwin en zijn evolutieleer die het scheppingsverhaal teniet deed. Gebruikte
zijn zoon als casusmateriaal en kwam het dichts in de buurt van het systematisch in kaart brengen van
de ontwikkelingspsychologie (bv babybiografieën)
+ Recapitulatietheorie van Ernst Haeckel : de ontogenese is een recapitulatie van de fylogenese : de
ontwikkeling van het individu van een soort is eigenlijk een herhaling van de ontwikkeling van de soort
houd in dat genen belangrijk zijn genetische psychologie : psychologische groei is sterk parallel
aan biologische groei + biologische mechanismen zijn sturend voor psychologische ontwikkeling
o De vorige eeuw tot nu : Maatschappelijke visie op kindertijd & wat aangepaste verwachtingen mogen
zijn t.a.v. kinderen is veranderd doorheen de tijd
o Dag van vandaag… : Kunnen kinderen nog kind zijn door de huidige sociale media maatschappij?
Groepsdruk speel een veel grotere rol in de huidige maatschappelijke context. Met iedereen
verbonden is super leuk maar ook confronterend.
Wetenschappelijk ontwikkelingspsychologie
Nieuwe wetenschappelijke onderzoeksmethodes en nieuwe theorieën:
- Alfred Binet : Normeringsprincipe -> wat is de norm om een kind intelligent te noemen ->
grondlegger van latere IQ-test (guass-curve)
- Stern : Cross-sectioneel onderzoek : op 1 moment groep van zelfde leeftijd onderzoeken/bestuderen
om bepaalde patronen ontdekken
- Hall : Vragenlijsten van grote groepen kinderen om zicht te krijgen op attitudes, interesses,
gedragingen,… op zoek naar relaties tussen persoonlijkheidskenmerken, aanpassingsproblemen en
vroegere ervaringen
- Verwetenschappelijking : Biologische kijk maakt plaats voor andere invalshoeken
Naast verwetenschappelijking ook aantal toonaangevende theorieën vanuit verschillende invalshoeken:
1. Psychodynamisch : Freud (psychoanalytische visie) & Erikson
2. Gedragspsychologisch : conditionerings- en sociaal/observationeel leren
3. Cognitief : Piaget
- Biologische kijk op ontwikkeling schuift naar achtergrond. Ook aandacht voor levensfasen na
kindertijd en jeugd. Volwassenheid en ouderdom nu ook in het vizier ontwikkelingspsychologie als
wetenschappelijk vakgebied
Les 1 deel 1 : 1:29:00
Over de toekomst
- Het vakgebied evolueert nog steeds, maar dit zal blijven veranderen zolang andere evoluties invloed
hebben op de psychologische ontwikkelingen.
- Geen overkoepelende, eenduidige theorie over de totaliteit van de ontwikkeling verschillende
theoretische kaders
- Voortgekomen uit filosofie, biologie en geneeskunde nood aan samenwerking om zo samen de
processen van ontwikkeling te bestuderen
- Verdere studies zeker nog nodig voor verdere wetenschappelijke onderbouw
ontwikkelingspsychologie kan in de diepte zeer specifiek de ontwikkeling bestuderen
- Onderlinge dwarsverbindingen kunnen tot algemeen geformuleerde theorieën stand komen.
- In zeer veel velden van het maatschappelijk leven wordt een appèl gedaan op de
ontwikkelingspsychologie o.b.v. empirische basis
,1.3 basisbegrippen -en inzichten in de psychologie
Beschrijven vs Verklaren
Ontwikkelingspsychologie is niet enkel descriptief, wil niet beperken tot zicht op moment zelf wil ook
werkzame processen en mechanismen verklaren om zo tot predictie van ontwikkelingsfenomenen te komen
Nomothetische invalshoek vs Idiografische invalshoek
Nomos – thèsis Idios – graphein
wet – stelling - eigene – beschrijven
Observatie van grote groep mensen - Beschrijven van individu besluiten formuleren over
normatieve wetmatigheden over ontwikkelingsverloop en mechanismen
de ontwikkeling bloot leggen
Complementair : geen van beide is alleenzaligmakend
Differentiatie, integratie en organisatie
Ontwikkeling = combinatie van de processen :
differentiatie = verfijningsproces van capaciteiten (bv: ongecontroleerde handbeweging->grijpen->
pincetgreep)
integratie = verschillende domeinen van functioneren gaan samenwerken zodat de mogelijkheid van
het individu toeneemt (bv: oog-handcoördinatie = visus+ motoriek)
leiden samen tot complexere vormen van gedrag = gedragsorganisatie tot hoger niveau
(bv: tennis = lopen + zien +grijpen)
! ontwikkeling kan ook minder differentiatie vertonen er is evolutie mogelijke naar mindere onderlinge
samenwerking van ontwikkelingsdomeinen bv: minder toegang tot fantasie bij volwassen, moeilijker
ttyttttttttttttttttttttttttttttttttttttttttttttttttttttttttttttmeerdere taken tegelijk uitvoeren
Structuur vs Functie
Bv: bij bestuderen ontwikkeling gezichtsvermogen van een baby kan men twee dingen bestuderen :
1.de visuele structuren : de verschillende onderdelen van het oog etc
2.de ontwikkeling van het functioneren : manier waarop beeld gevormd wordt, wanneer het kleur kan
zien etc
beide zijn even belangrijk en staan in wisselwerking met elkaar (hebben invloed op elkaar)
Nature vs Nurture
Controverse in de ontwikkelingspsychologie = nature-nurture-tegenstelling :
Nature: pedagogisch pessimisme : ontwikkelingsverloop aangestuurd vanuit aard individu +
onveranderbaar
Nurture: pedagogsisch optimisme :ontwikkelingsverloop aangestuurd door omgevingsinvloeden
Interactioneel model
(Bv: casus tweelingen/familie en hun IQ : opvoeding speelt dan toch eigenlijk niet zo grote rol als het
aankomt op intelligentie, aanleg in dit geval wel zeer belangrijk)
, Continue vs Discontinue
Controverse = is ontwikkeling een continue of discontinue verlopend proces?
Continue : ontwikkeling = geleidelijk in opbouwende lijn vaardigheden bouwen voort op vorige
Discontinue : ontwikkeling = sprongen met abrupte veranderingen gedrag ondergaat
metamorfose (nieuwe gedragsmogelijkheden zijn niet te verklaren uit eerder bestaande
mogelijkheden)
Bv: zoontje die begon met kruipen, optrekken naar stappen op zijn 1jaar (= continue) t.o.v. dochter die op
18maand plots kon stappen (= discontinue)
! denken in termen van ontwikkelings-en overgangsfases/stadia/periodes past binnen de discontinuïteitsvisie
maar de continuïteitsvisie stelt dat aangezien de verschillende ontwikkelingsdomeinen niet synchroon
ontwikkelen er geen sprake kan zijn van een plotse overstap naar een volgende fase !
Kwantitatieve ontwikkeling vs Kwalitatieve ontwikkeling
Toename #woorden vs kwaliteit taalgebruik
Onomkeerbaar
Vaste volgorde in het verwerven van vaardigheden
Eenmaal verworven = voor altijd ! uitzondering : regressie !
Cumulatief
Elke nieuwe fase bevat alle voorgaande verworvenheden en is als geheel groter dan de delen
Bv: taalontwikkeling, stappen, emotieregulatie
Normatief vs Individueel
Vaardigheden = universeel (bv: lopen, schrijven etc)
Elk zijn tempo en eigen aanvulling ! belangrijk bij hulpverlening!
Normen geven richtlijnen op vlak van ontwikkelingsvertraging
Ontwikkelingsdeterminanten
Bepalende factoren in de ontwikkeling :
nature/nurture debat:
o Nature: biologische georiënteerde visie
ontwikkeling is endogeen: een van binnenuit gestuurd rijpingsproces
o Nurture: omgevingsgeoriënteerde visie
ontwikkeling is exogeen: omgevingsinvloeden bepalen de ontwikkeling
Interactionistische visie : ontwikkeling = resultante interactie aanleg & milieu
o gevoelige periodes : biologische rijping en noodzakelijke omgevingsinvloeden
Bv : voor lezen en schrijven is er een specifiek tijdvenster (6/7 jaar) waarin de rijping zich op
een ideaal punt bevindt om door omgevingsstimulatie de vaardigheden ideaal tot
ontwikkeling te laten komen
o kritische periodes : als men in die tijdvensters de vaardigheden niet aanleert zal dit zich
moeilijk/niet meer kunnen ontwikkelen bv: wolfskind : geen menselijk contact geen
kennis taal/gedrag
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur jenssenpelgrims. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.