Uitgebreide samenvattingen van de literatuur voor studiedag 11 (Cognitieve gedragstherapie bij trauma gereIateerde klachten) van de opleiding 'Basiscursus Cognitieve Gedragstherapie Kind & Jeugd' van Forta Opleidingen.
De volgende literatuur is hierin te vinden:
* H9 uit het boek 'Cognitieve ...
Literatuur dag , Basiscursus Cognitieve Gedragstherapie Kind &
Jeugd
Inhoudsopgave
Boek: Cognitieve Therapie, Theorie en praktijk (Bögels & van Oppen, 2019)..............................................................2
Hoofdstuk 9, Cognitieve therapie bij posttraumatische stressstoornis....................................................................2
9.1. Inleiding.....................................................................................................................................................................................................2
9.2. Cognitieve modellen van posttraumatische stressstoornis.................................................................................2
9.3. Behandeling...........................................................................................................................................................................................2
9.4. Valkuilen..................................................................................................................................................................................................4
9.5. Therapie-effectstudies....................................................................................................................................................................4
Boek: Geïntegreerde cognitieve gedragstherapie. Handboek voor theorie en praktijk (Korrelboom &
Ten Broeke, 2014)..................................................................................................................................................................................................5
13.3. Directe specifieke strategieën om de US/UR-representatie te herevalueren............................................5
13.3.1. Desensitisatie van traumatische herinneringen en herbelevingen met imaginaire exposure
..................................................................................................................................................................................................................................5
13.3.2. Desensitisatie van traumatische herinneringen en herbelevingen met eye movement
desensitization and reprocessing....................................................................................................................................................6
13.3.3. Desensitisatie van een flash forward met behulp van EMDR.......................................................................7
13.3.4. Imaginaire rescripting..............................................................................................................................................................8
Artikel ‘Stabilisatie: Een gestructureerd programma voor taxatie en interventie’ (J. Spierings) in
Praktijkboek EMDR (Ten Broeke & De Jong, 2009).....................................................................................................................11
Openleggen of toedekken, that’s the question.........................................................................................................................11
Waarom stabiliseren?..................................................................................................................................................................................11
Window of tolerance................................................................................................................................................................................11
Stabilisatie: wat doe je eigenlijk?.....................................................................................................................................................11
De therapeutische relatie..........................................................................................................................................................................11
Opbouw van de drie testen....................................................................................................................................................................12
Test 1: De Dagelijkse Leven Test......................................................................................................................................................12
Test 2: De Draagkracht test................................................................................................................................................................12
Het testen van het zelfbeeld..............................................................................................................................................................13
Test 3: De Notendop Test.....................................................................................................................................................................13
Beoordeling van de testen......................................................................................................................................................................13
Ten slotte..............................................................................................................................................................................................................13
Factsheet ‘Cognitieve gedragstherapie bij kinderen met trauma-gerelateerde klachten’ (VGCT, 2020)
.........................................................................................................................................................................................................................................14
Hoe herken je trauma-gerelateerde klachten bij kinderen?..........................................................................................14
Uiteenlopende reacties op verschillende leeftijden..............................................................................................................15
CGT bij traumagerelateerde klachten.............................................................................................................................................15
1
, Boek: Cognitieve Therapie, Theorie en praktijk (Bögels & van Oppen, 2019).
Hoofdstuk 9, Cognitieve therapie bij posttraumatische stressstoornis
9.1. Inleiding
Posttraumatische stressstoornis (PTSS)= een langdurige toestand van prikkelbaarheid,
herbelevingen en nachtmerries en soms verwachting van herhaling van de traumatische
gebeurtenis. Personen met PTSS leiden vaak ook aan een gevoel van schuld, schaamte, agressie,
verlies van eigenwaarde en vertrouwen in de wereld.
Traumatische gebeurtenis= Blootstelling aan een gebeurtenis waarbij sprake is van feitelijke
of dreigende dood, ernstige verwonding of seksueel geweld. De blootstelling vond plaats via
directe ervaring, getuige zijn, vernemen van wat een naast familielid of een goede vriend(in)
is overkomen en/of via herhaaldelijke of extreme blootstelling aan aversieve details van de
gebeurtenis(sen).
In de DSM-5 valt PTSS onder de trauma- en stressor gerelateerde stoornissen. De symptomen van
PTSS zijn in de DSM-5 verdeeld over 4 clusters:
1. Herbeleving van de traumatische gebeurtenis (≥1 symptoom aanwezig)
2. Aanhoudende vermijding van prikkels die geassocieerd zijn met het trauma (≥1 symptoom
aanwezig)
3. Negatieve veranderingen in cognities en stemming, gerelateerd aan het trauma (≥2
symptomen aanwezig)
4. Verhoogde arousal en reactiviteit, gerelateerd aan het trauma (≥ 2 symptomen aanwezig)
De symptomen moeten minimaal een maand aanhouden om van PTSS te mogen spreken.
Het onderscheid tussen PTSS en een specifieke fobie als gevolg van een trauma is erg belangrijk,
omdat de behandeling van PTSS complexer is dan de behandeling van een specifieke fobie.
9.2. Cognitieve modellen van posttraumatische stressstoornis
Geheugenmodellen veronderstellen dat een ervaring op verschillende manieren kan worden
verwerkt en op verschillende manier kan worden opgeslagen in het langetermijngeheugen. Bij een
traumatische ervaring komt allereerst nieuwe informatie binnen via de zintuigen. Deze informatie
kan verwerkt worden op 2 manieren:
1. Data-driven processing: Vooral de fysieke kenmerken van de informatie wordt opgeslagen
2. Conceptually-driven processing: In verband brengen met bestaande kennis ofwel de
informatie wordt gerelateerd aan de context. Er wordt dan gebruik gemaakt van kennis die
is opgeslagen in het langetermijngeheugen waardoor het in bestaande schema’s wordt
ingepast.
Bij personen met PTSS is het verwerkingsproces vastgelopen en blijft het traumatisch geheugen
actief. Dit geheugen dringt zich op in de vorm van herbelevingen van het trauma, met name visueel.
De mate waarin intrusies catastrofaal/negatief geïnterpreteerd worden hangt samen met ervaren
spanning tijdens intrusies, vermijdingsgedrag en het voortduren van PTSS-klachten. Personen die
deze intrusies onder controle willen houden of willen vermijden, blijken PTSS-klachten in stand te
houden. PTSS kan ook ontstaan op het moment dat de gebeurtenis niet overeenkomt met de
opvattingen die iemand heeft over een bepaalde situatie/onderwerp. Er zijn dan 2 mogelijkheden
om zo’n ervaring toch een plaats te geven:
1. Assimilatie: Betekenis van het trauma vervormen zodat deze alsnog overeenkomt met de
bestaande opvattingen.
2. Accommodatie: Bestaande opvattingen veranderen.
Bij slachtoffers die PTSS ontwikkelen zijn deze 2 processen zo extreem dat ze disfunctioneel zijn.
Samengevat, er zijn 3 factoren die de verwerking van een trauma kan belemmeren:
1. Negatieve opvattingen over PTSS-symptomen, die leiden tot angst en vermijding waardoor
de verwerking stagneert
2. Vervorming van de traumatische gebeurtenis (assimilatie)
3. Disfunctionele vervorming van de bestaande opvattingen (overaccommodatie) over zichzelf,
andere mensen en de wereld.
9.3. Behandeling
9.3.1. Rationale
De therapie start met een uitleg over de gestelde diagnose PTSS met het uitleggen van de 4
hoofdcategorieën van symptomen: herbeleven, vermijden, negatieve stemming/cognities en
verhoogde prikkelbaarheid. Per symptoom legt de therapeut uit welke symptomen bij de persoon
2
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur xjeaninexx. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,19. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.