1 Musea – over kunst en religie
1.1. Kerkbouw na WO II
Tot aan WO II draait het dorp, de stad rond de kerk of kathedraal. De kerken hebben ons landschap
gevormd. Het zijn nog steeds ijkpunten en referenties, maar de leegstand van de kerken getuigt van een
achteruitgang van het katholieke geloof.
De geschiedenis van de architectuur is de geschiedenis van de
kerken. Merkwaardig is hoe ons land, via de bouw van haar
kerken, haar kantelend geloof uitdrukt. Geert Bekaert omschreef
“10 eeuwen bouwen” in zijn boek “Landschap van Kerken”.
Na WO II → nieuwe zoektocht, met de meest diverse vormen en
materialen. De kerken worden nauwelijks als kerkgebouw ervaren
en lijken: silo’s, opslagplaatsen, dozen, industriegebouwen of
kantoren (hier en daar is er nog een toren of kruis te zien).
Hoe beelden we religie en spiritualiteit uit?
Eenheid is zoek, een grote verscheidenheid ontstaat. Toch slagen de ontwerpers erin spirituele interieurs
te bouwen die op een ingetogen manier, net dat zoeken naar betekenis en zingeving, vertalen.
Kerkbouw is door hun achteruitgang van geloof in de Westerse wereld eerder een uitzondering geworden.
Integendeel: de vraag wat we met al die lege kerken moeten aanvangen is een zeer actuele vraag.
1.2. Hedendaagse Musea
Tegelijk zijn de musea drastisch veranderd, niet alleen hun aanblik is
veranderd (van een eenduidige architectuur → veelzijdige expressiviteit)
ook hun aantal is vermenigvuldigd. Elke stad wil een museum als
aantrekkingspool, wordt ook eerder een ontmoetingsplek. In de laatste
decennia zijn er meer musea gebouwd dan in de hele voorafgaande
geschiedenis van de bouwkunst.
Als kind zie je bepaalde architectuur als stilte, verboden en ontzag. Je
mag er niet spelen, niet praten…. Dit zowel in de musea, de kerken en
de bibliotheken.
In ‘Beaux Arts-stijl’ → de kennis en de macht, in stenen gebeiteld, en straalde een zekere autoriteit uit.
We verwachtten van de musea dat wat binnen in hun muren getoond werd, hun goedkeuring droeg, de
‘waarheid’ verkondigde. ‘Wat hier getoond wordt, is kunst.’
De oude musea: symmetrische opbouw, de dramatiek van opstijgende trappen, de ritmerende stoere
kolommen. Voor de beeldentaal keert men terug naar onze oude beschaving, de Griekse of Romeinse
bouwkunst → om gezag en vertrouwen uit te stralen.
Tot in de 20ste eeuw blijven het deze neo- of classicistische stijlen die de waardigheid en kracht van een
natie uitdrukken. De musea refereren aan de tempells. De etymologische oorsprong van het woord
museum in het Griekse ‘museion’: de tempel voor de muses.
➔ Ze vervullen een heiligdom, de bezoekers van het museum hebben het privilege een blik te werpen
op de schatten van een natie. Ook vandaag spreken we nog over ‘hedendaagse kunsttempels’ ook
al is de (uiterlijke) verwijzing naar de Grieken en Romeinen ver te zoeken.
1
,De musea nemen de plaatsen in van de kerken → kunst als een nieuwe vorm van religie. In de
hedendaagse kunsttempels zoekt de mens naar een andere vorm van zingeving of betekenis. De
interieurs geven een antwoord op de noden en behoeften van de mensen, net als kerken die inspeelde op
de eeuwigdurende zoektocht van de mens naar een houvast, een kracht, een geloof.
De woorden van architect Walter Gropius:
Gropius spreekt over een gebouw dat alle kunsten in één beeld verenigt,
“kristallenes Sinnbild eines neuen kommenden Glaubens”, een
kristallen symbool van een nieuw geloof.
“Wollen, erdenken, erschaffen wir gemeinsam den neuen Bau der Zukunft, der alles in
einer Gestalt sein wird: Architektur und Plastik und Malerei, der aus Millionen Händen der
Handwerker einst gen Himmel steigen wird als kristallenes Sinnbild eines neuen
kommenden Glaubens.”
➔ Bekijken we het Guggenheim Museum dan lijkt de beschrijving van
Gropius treffend deze gebouwen te beschrijven. Kunst wordt in de 20 ste
eeuw verheven tot een sacraal gegeven. Dat sacraal aspect wordt
ruimtelijk opgebouwd en kent net als in de kerkbouw of tempelbouw, een
bepaald scenario.
➔ Signaal / parcours / onthaal / ontzag / overgave
Elke sacrale beleving gaat gepaard met een beweging, een tocht, een pad. Het
onderweg zijn naar Lourdes of Santiago de Compostela heeft een betekenis. De
reis op zich is een loutering, een confrontatie met zichzelf, op weg naar een
bestemming. De ziel wordt gezuiverd en biedt via de fysieke verplaatsing de
mogelijkheid lichaam en geest voor te bereiden op de uiteindelijke bestemming
en het uiteindelijke doel → de transcendentie
De benadering van een museum en de circulatie in musea is essentieel in de
relatie van de mens tot de kunst. Door het pad te hernemen van het eerste
visuele contact met het museum tot aan het kunstwerk, wordt de houding van
de mens ten opzichte van de kunst geopenbaard.
Door de enorme aandacht die al die nieuwe hedendaagse musea verkrijgen,
beseffen architecten en stedenbouwkundige meer dan ook de impact van de
circulatie. De massa toeristen (pelgrims) moeten begeleid worden in hun
bewegingen. Of het nu gaat om een ingetogen architectuur of
spektakelarchitectuur, het zijn de ervaringen die het bezoek bepalen.
1.3. Licht
Een museum (Het Louvre, het Centre Pompidou of het Guggenheim) is niet langer alleen maar een
museum. Ze moeten verweven zijn met toegankelijkheid (luchthavens, openbaar vervoer, infrastructuur),
faciliteiten (events, restaurants, commerciële centra, congressen) en dient als katalysator van hele
stadswijken.
➔ Een museum moet een massa volk lokken en in lage rijen wort er aangeschoven om de museum
(in mindere mate de kunst) te aanschouwen.
➔ Zijn het tochten voor de kunst? Of tochten naar de musea?
2
,De logo’s zijn de gebouwen, de gebouwen vormen zo ‘iconische’ architectuur, die in
één beeld oproepen waar ze voor staan. Opvallend is het gebruik van licht in de
architectuur van de hedendaagse musea, vooral het licht spreekt (vergelijkbaar als in
de kerkelijke architectuur).
Wie of wat er onder dat hemelse licht getoond wordt, is de keuze van de curator. De kunstwerken worden
voorgesteld als ‘iconen’, in een architectuur voorgesteld als ‘iconen’. Het icoon is altijd omgeven door een
stralenbundel, een hemels licht.
Voor Chris Decron: voor hem is een museum in eerste plaats
een platform voor ontmoetingen. Het is leeg, het is enkel
structuur, in te vullen naar believen.
Tate Modern: Ingericht als een vrije publieke toegankelijke
ruimte, verschilt weinig van de manier waarop de gotische
kathedraal verwerven was in het stedelijke weefsel… Elke dag
doorkruisen duizenden bezoekers deze ruimtes, dag in dag uit,
van over de hele wereld. Bijna niemand onthoudt ‘wat’ hij of zij
er gezien heeft, wel onthouden we de ‘ervaring’, de ‘belevenis’,
het ‘samen met anderen’ zijn. Telkens in een wisselend licht.
1.4. Hedendaagse kunsttempels
Het nieuwe Louvre Abu Dhabi opende in 2017 zijn deuren.
Opnieuw past de tekst van Walter Gropius als gegoten op dit
‘kristallen symbool van een nieuw geloof’. Alle ingrediënten van
een sacrale architectuur zijn aanwezig.
- Het museum is gelegen aan de grenzen van het oude
Perzische rijk temidden van de oosterse cultuur, en dit roept vragen op over de richting van
culturele ontwikkeling en de kunst die er tentoongesteld zal worden. Wil de gesloten Arabische
wereld zich verruimen naar het westen toe of is het enkel een kwestie van kapitaal? Welke kunst
zal er getoond worden? Naar wie richt het Louvre zich?
- De Verenigde Arabische Emiraten worden een culturele hub en investeren in cultuur door musea
als het Louvre Abu Dhabi = een eiland verheft zich boven het zeepeil. Onder haar immense koepel
verbergt zich de morfologie van de Arabische stad, grillig en rechtlijnig.
Het is het licht van de koepel dat ons vertelt dat hier meer aan de hand is dan enkel de
bouw van een museum. De koepel verwijst naar de oude beschaving. De koepel van
de Bibi Khanym (1400) in Samarkand toont het universum, het sterrenrijk in zijn
geometrie en decoratie.
De koepel van het Louvre Abu Dhabi is niet gesloten maar laat het licht door. Via
zijn stervormige openingen penetreert een regenboog van lichtstralen de open ruimtes
tussen de tentoonstellingsruimtes, restaurants, terassen. Het is een stad op zich "a
place to be”.
Het licht intensifieert de ervaring en verleent een sacrale dimensie aan alles wat er zich onder beweegt,
de kunst, de mensen, het water. De uitendelijke samenstelling van de delen van de koepel is merkwaardig
genoeg bijna handenarbeid, de ‘miljoenen handen van de ambachtslui’ uit de tekst van Gropius die samen
de bouw hebben uitgevoerd. De filtering van het licht, vertoont gelijkenis met het glasraam in de
kathedraal of de fijne mazen van de gotiek. Het onwezenlijke, magistrale licht van de koepel straalt
vlekken uit op en rond de witte kubusssen waarin de kunst schuil houdt.
3
, - Opmerkelijk is dat zowel Jean Nouvel als Frank Gehry religieuze gebouwen als inspiratiebron
gebruiken voor hun hedendaagse musea.
➔ Jean Nouvel verwijst naar de moskee Bibi Khanym (1400) in Samarkand
➔ Frank Gehry inspireert zich op de zeggingskracht van de Haghia Sophia (6 de eeuw) in Istanbul
1.5. Hedendaagse kunst
De Duitse fotograaf Thomas Struth (1954) maakt kunst van mensen die kijken
naar kunst, maakt foto’s van mensen die foto’s maken van kunst of zichzelf en
stelt zo onze kijk op kunst in vraag. Zijn ‘Museumphotographs’ getuigen hoe
belangrijk of banaal we kunst wel vinden.
Gemiddeld spenderen we 3 tot 8 seconden aan een kunstwerk in een museum.
Wat als we er leren mee omgaan, wat als kunst ons werkelijk zingeving en
betekenis kan brengen. Zijn al die mensen in de foto’s van Struth niet zoekenden,
waar zijn kunstenaars mee bezig?
1. KIJKEN
2. ONDERZOEKEN
3. VRAGEN STELLEN
Relatie tussen kunst en religie: ‘iconische’ kunstenaars en ‘iconische’
architectuur. Wat is een icoon? Een afbeelding van Christus, de
Moeder Gods, heiligen of hoogfeesten. Iconen behoren tot de
oosterse-orthodoxe, oriëntaals-orthodoxe en oosterse-katholieke
kerken en zijn onlosmakelijk verbonden met het kerkelijke en
spirituele leven van deze kerken en hun gelovigen.
- Rechts: Russische schilder Kazimir Malevich uit 1914
- Links: Russisch-orthodoxe icoon uit 17de eeuw.
Volgens Malevich zal kunst een nieuwe religie teweeg brengen, zal de kunstenaar de nieuwe god zijn en
zijn ‘Zwart Vierkant’ is voor hem een symbool van een nieuwe spiritualiteit.
2 Zaha Hadid (1950 – 2016)
Is geboren in 1950 in Bagdad. Samenvatting leven, werk en perspectief tegenover
haar voedingsbodem (Bagdad), mentor (Moskou), strijd (Cardiff) en erkenning
(Sint-Petersburg). Gestorven in 2016 in Miami
2.1. Bagdad
Groeit op in Bagdad in een rijke familie. Het was een kosmopolitische en progressieve stad waar men
geloofde te kunnen bouwen aan een betere wereld. Utopische ideeën, niet te stoppen optimisme, nieuwe
idealen & voortuikijken was allemaal aanwezig in het Midden-Oosten na WO II
4