Met deze uitgebreide samenvatting van het boek An Introduction to Brain and Behavior van Kolb en Wishaw (5e editie) heb ik, samen met mijn aantekeningen bij de hoorcolleges (zie bundel), dit vak uiteindelijk afgerond met een 9! In de samenvatting vind je alle informatie uit het boek die je nodig he...
Samenvatning hersenen en ingedraing
An introduction to Brain and Behavior
Femke van Leth, Tilburing University
Inhoudsopgave
Hoofdstuk 1 – What are the origins of brain and behavior?......................................................2
Darwin en materialisme..........................................................................................................3
Evolute....................................................................................................................................4
Intelligente en cultuur............................................................................................................5
Hoofdstuk 2 – What is the nervous system’s fun ctonal anatomy?...........................................6
Het centrale zenuwstelsel (van onder naar boven)................................................................9
Ruggenmerg........................................................................................................................9
Breinstam............................................................................................................................9
Grote hersenen.................................................................................................................10
Het somats che zenuwstelsel................................................................................................11
Cranial nerves....................................................................................................................11
Spinal nerves.....................................................................................................................12
Het autonome zenuwstelsel.................................................................................................12
Het enteris che zenuwstelsel.................................................................................................13
Hoofdstuk 3: What are the nervous system’s fun ctonal units?..............................................13
Het neuron............................................................................................................................15
Cellen, genen en gedrag........................................................................................................16
Hoofdstuk 4: How do neurons use ele ctri cal signals to transmit informaton?.......................17
Hoofdstuk 5: How do neurons communi cate and adapt?........................................................20
Habituaton response............................................................................................................24
Sensitzaton response..........................................................................................................24
Hoofdstuk 6 – How do drugs and hormones infuen ce the brain and behavior?....................25
Drugs.....................................................................................................................................28
Hormonen.............................................................................................................................29
Hoofdstuk 7 – How do we study the brain’s stru ctures and fun ctons?..................................30
Het gebruik van dieren in brein-gedrag onderzoek..............................................................34
Hoofdstuk 8 – How does the nervous system develop and adapt?........................................35
De neurobiologie van de ontwikkeling.................................................................................35
De neurale ontwikkeling aan de hand van gedragingen......................................................37
De ontwikkeling en de omgeving..........................................................................................38
Hoofdstuk 9 – How do we sense, per ceive and see the world?...............................................40
, Zien........................................................................................................................................41
Hoofdstuk 10 – How do we hear, speak and make musi c?......................................................45
Het gehoorsysteem...............................................................................................................45
Hoofdstuk 11 – How does the nervous system respond to stmulaton and produ ce
movement?...............................................................................................................................48
Het motoris che systeem.......................................................................................................50
Basale ganglia en het cerebellum.........................................................................................50
Het somato-sensoris che systeem.........................................................................................51
Hoofdstuk 12 – What causes emotonal and motvated behavior?.........................................53
De neuroanatomie van gemotveerd en emotoneel gedrag...............................................55
Regulerend (eten/drinken) en non-regulerend (seksueel) gedrag.......................................57
Hoofdstuk 13 – Why do we sleep and dream?.........................................................................58
De neurologie van de biologis che klok.................................................................................59
Slapen en dromen.................................................................................................................60
Hoofdstuk 14 – How do we learn and remember?..................................................................62
De neurale basis van expli ciet en impli ciet geheugen..........................................................63
Hersenplast citeit..................................................................................................................64
Hoofdstuk 15 – How does the brain think?..............................................................................65
Hoofdstuk 16 – What happens when the brain misbehaves?..................................................68
Leerdingetjes.............................................................................................................................72
Hoofdstuk 1 – What are the origins of brain and
behavior?
- Traumatic raincinjuryc(TI): ceen wond in het brein die ontstaat door een klap op het
hoofd (door bijvoorbeeld een auto-ongeluk)
- Het brein is een deel van het menselijke zenuwstelsel: veel conne ctes tussen het
brein en de rest van het li chaam worden gemaakt via de spinalciordc(ruggenmerg)
o Brein en ruggenmerg = ientralcnervouscsystem (CNS)
o De pro cessen die verder uitstralen ri chtng de rest van het li chaam maken
samen het peripheralcnervouscsystem (PNS) -> meerdere systemen
o Zenuw cellen (neurons) controleren het gedrag redelijk dire ct
- Het brein bestaat uit:
o Cere rumc(grote hersenen): bestaat uit twee symmetris che hersenhelfen:
hemispheresc-> verantwoordelijk voor onze bewuste gedragingen
o Irainstemc(hersenstam): verantwoordelijk voor onze onbewuste gedragingen
o Cere ellumc(kleine hersenen): verantwoordelijk voor leren en het coördineren
van onze bewegingen -> assisteert het cerebrum in veel gedragingen
- De term brein bestaat uit de defnite van het orgaan en de note dat dit orgaan ons
gedrag beïnvloedt en produ ceert -> in conne cte met de rest van het zenuwstelsel
o Em odiedc ehavior cgedrag bestaat voornamelijk uit onze bewegingen en die
van anderen -> het brein bestaat niet los van het li chaam
, o Sensory deprivaton: de afwezigheid van elke mogelijke vorm van sensoris che
stmulate -> dit is niet fjn -> het CNS heef dus sensoris che stmulate van de
omgeving en de beweging van de rest van het li chaam nodig
Het brein communi ceert dus door het produ ceren van beweging en
het observeren van de bewegingen van anderen
Loiked-incsyndrome ceen ziekte waarbij iemand bewust en wakker is,
maar zi ch niet kan bewegen en niet kan communi ceren door complete
verlamming van bijna alle vrijwillige spieren (behalve de ogen)
- Eibl-Eibesfeldt: gedrag bestaat uit patronen in de tjd (zoals bewegingen, verbaal
gedrag, veranderingen van het uiterlijk (gezi chtsuitdrukkingen) en geda chtes)
o Het gedrag van dieren bestaat zowel uit erfelijke als geleerde gedragingen
Gedrag dat de moeder het nagesla cht leert is cultureel gedrag
Hoe kleiner het zenuwstelsel van een dier, hoe meer het gedrag
bestaat uit erfelijke in plaats van geleerde responsen
- Er zijn vers chillende opvatngen over de oorsprong van gedrag:
o Aristoteles: alle menselijke intelle ctuele fun ctes en gedragingen worden
geprodu ceerd door iemands psyihe cgeest -> verantwoordelijk voor het leven
Standpunt dat onze mindc(psy che) verantwoordelijk is voor alle
vormen van gedrag: mentalismec
o Des cartes nam de belangrijkheid van de mind over, maar gaf meer betekenis
aan het brein (als de lo cate van de mind) en het li chaam
Des cartes bes chreef li chaamsfun ctes aan de hand van me chanis che
prin cipes, maar wist niet hoe hij dit moest doen met bewustzijn
De mind bestaat onafankelijk van het li chaam en produ ceert gedrag
Via de pineal gland (pijnappelklier) en de ventrikels zouden de geest
en het li chaam volgens hem intera cteren op een me chanis che manier
Het idee dat de geest en het li chaam onafankelijke entteiten
zijn wordt dualismecgenoemd
Problemen in deze theorie: s chade aan de pineal gland betekent niet
dat de geest niet meer werkt en een immateriële geest kan het
li chaam niet beïnvloeden: mind- odycpro leem
o Het materialisme chet brein en de rest van het zenuwstelsel zorgen voor
(ratoneel) gedrag -> ondersteund door de evolutetheorie van Darwin
Darwin en materialisme
- Het materialisme werd ondersteund door de evolutetheorie van Walla ce en Darwin:
alle levende wezens zijn waars chijnlijk verwant (ze lijken op elkaar), omdat ze zijn
voortgekomen uit dezelfde voorouder (Darwin)
o Naturalcseleitoncis Darwins theorie over hoe speiiesc(groepen dieren die zi ch
onderling kunnen voortplanten) evolueren en hoe bestaande soorten
veranderen over tjd aan de hand van druk uit de omgeving
Elk dier en elk mens heef een uniek phenotype ceigens chappen die we
kunnen zien of meten
Dieren wiens eigens chappen hen het beste helpen om te overleven in
hun omgeving krijgen meer nagesla cht -> deze eigens chappen erven
over en komen dus steeds meer voor in volgende generates
, - Gregor Mendel stelde dat erfelijke fa ctoren (genen) zorgen voor fysieke
eigens chappen van diersoorten (fenotypis che variante)
o Diersoorten die een bepaalde gelijke genets che samenstelling (genotype)
hebben, hebben ook vaak gelijke fenotypis che eigens chappen
o Hij kwam era chter dat veel eigens chappen bestaan uit 2 fa ctoren (allelen),
maar dat de ene vaak domineert over de andere (die wordt onderdrukt)
o Maar: omgeving en ervaring spelen ook een rol -> epigenetisc
- Tegenwoordig wordt het materialisme grotendeels aangenomen in de studie naar
hersenen en gedrag -> Donald O. Hebb: leren gebeurt door het vormen van nieuwe
conne ctes tussen neuronen -> neuronaal netwerk: cell assembly
- Eliminatve materialisme stelt dat mentale verklaringen van eigens chappen volledig
vervangen kunnen worden door het begrip van de fun ctes van het brein
- Minimallycionsiiouscstatec(MCS): ziekte waarbij iemand enkele eenvoudige
gedragingen uit kan voeren, maar verder niet bewust is -> volgt uit TBI
- Persistentcvegetatvecstatec(PVS): ziekte waarbij iemand leef maar onbewust is en
niet in staat om te communi ceren of onafankelijk te fun ctoneren
o Er wordt veel onderzoek gedaan naar de hoeveelheid bewustzijn die deze
mensen nog over hebben en of dit kan worden vermeerderd
Dit wordt gedaan door o.a. iliniialctrials cexperimenten voor het
ontwikkelen van een behandeling of therapie
Het hierbij toepassen van elektris che stmulate van het brein via
elektrodes wordt deepc raincstmulatonc(DBS) genoemd -> dit zorgt
voor een toename in de mogelijkheid om gedragingen uit te voeren
Evolutie
- We zijn gerelateerd aan levende apen doordat we een iommoncaniestorcdelen
- Het brein ontwikkelde zi ch pas later in de evolute en werd pas veel later het
menselijk brein zoals we dit nu kennen
- Het zenuwstelsel bestaat in lang niet alle soorten maar ontwikkelt zi ch als volgt:
o Neuronen en spieren ontstaan -> dieren kunnen zi ch bewegen
o Nervecnet ceen simpel zenuwstelsel dat geen centrum heef of iets dat lijkt op
een brein/ruggenmerg, maar bestaat uit neuronen die sensoris che info
ontvangen en dire ct in conta ct staan met andere neuronen -> spieren
o Iilateralcsymmetry het zenuwstelsel is symmetris ch aan beide kanten van het
li chaam (dit geldt ook voor organen die aan beide kanten voorkomen)
o Segmentaton organisate in een aantal delen die gelijk zijn (ruggenmerg)
o Ganglia een verzameling van zenuw cellen die fun ctoneren als een brein
o Het ruggenmerg/ruggengraat worden gezien in ihordates cgewervelde dieren
o Het ontwikkelen van een brein
- Een iladogramcweergeef groepen van verwante organismen als takken aan een
boom -> hierin zie je dat het ontwikkelen van complexer gedrag sterk gerelateerd is
aan het ontwikkelen van een groter cerebrum (en ook een groter cerebellum)
- Mensen zijn primaten: ze hebben goed kleurzi cht, ogen aan de voorkant van het
gezi cht voor dieptezi cht, dragen vaak maar 1 kind per zwangers chap en verzorgen dit
kind ook uitgebreid. Ook hebben ze relatef grote hersenen.
o Mensen zijn ook onderdeel van de ‘great ape’ familie: lenige s chouders (het
zwaaien in bomen -> hand op steken in de les) en hoge intelligente
, We zijn het meest verwant aan de chimpansee
Hominids cprimaten die re chtop lopen (ook uitgestorven mensen)
1 hominid voorouder van ons is waars chijnlijk de
Australopithe cus (Lu cy) -> liet menselijke eigens chappen zien
- De ontwikkeling van het gesla cht ‘Homo’: Homo habilis (handige mens -> maakte
gereeds chappen) -> Homo ere ctus (re chtopstaande mens) en de sub-soort Homo
foresiensis -> Homo neanderthalis -> Homo sapiens (sapiens) = de moderne mens
- Er zijn 2 manieren waarop de complexiteit en groote van het brein worden gemeten:
o Harry Jerison heef een manier gevonden om de groote van het brein te
vergelijken met de groote van het li chaam van een bepaalde diersoort
Hoe groter het brein in relate tot het li chaam, hoe meer complex
gedrag de diersoort waars chijnlijk zou laten zien
Daadwerkelijke grootte van het brein
Eniephalizatoncquotentc(EQ):
Verwachtte grootte van het brein
Mensen hebben het hoogste EQ van alle diersoorten
o Dit kan ook gedaan worden door het vergelijken van de hoeveelheid cellen in
het brein of in een deel van het brein en door de pa cking density van de
cellen -> hoe meer pa cking density in het cerebrum, hoe meer complex
cognitef gedrag een diersoort laat zien ( cerebellum = motoriek)
- Er zijn 4 mogelijke verklaringen voor de veranderingen in brein- en li chaamsgroote,
en daarmee de veranderingen in het gedrag van mensen en al onze voorouders:
o Drasts che klimaatveranderingen -> fysieke veranderingen in hominids (in het
brein en in ons gedrag -> het ontstaan van cultuur) -> nieuwe vormen van
mensen ontstonden en oudere vormen van mensen verdwenen hierdoor
Homo sapiens zou zijn aangepast aan klimaatveranderingen
o De grote so ciale groep waarin wij mensen leven zorgt voor een toename van
de groote van ons brein + hoe moeilijker het is om ons eten te nutgen (fruit
= moeilijker dan gras), hoe groter ons brein
Het koken van eten en het samenwerken om eten te vinden en te
koken zorgen ook voor de ontwikkeling van een groter brein
o Als rondgaand bloed een efe ctever koelingssysteem wordt voor het brein,
kan de groote van het brein daardoor toenemen -> koeling is nodig door de
hoge metabolis che a ctviteit van het brein -> oververhitng is een risi co
o De levensges chiedenis van alle diersoorten kan worden opgedeeld in stadia:
veranderde pro cessen in deze stadia kunnen de oorzaak zijn geweest van ons
grotere brein en andere eigens chappen
Neoteny cpro ces waarbij jeugdige stadia van voorouders veranderen in
volwassen stadia van de afstammelingen -> mensen lijken meer op
jonge chimpansees dan op oudere (in hun uiterlijk en hun gedrag)
Ander argument: onze stadia van ontwikkeling duren langer
dan die van onze voorouders -> meer neuronen ontwikkelen
Intelligentie en cultuur
- Hebben mensen met de grootste hersenen de meeste intelligente? -> Kritek:
o Dit is waars chijnlijk alleen zo tussen diersoorten, niet binnenin soorten
, o Ook is het meten van iemands brein enorm moeilijk -> je kunt het hoofd
meten, maar dan zou je de s chedeldikte moeten meenemen (dit kan niet)
Volume en gewi cht lijken ook geen goede metngen te zijn
o Grote mensen (mannen) hebben ook grotere cellen -> groter brein
o Als mensen ouder worden sterven er brein cellen af -> kleiner brein
o Ook kunnen vers chillende aandoeningen zorgen voor vers chillen tussen
mensen in breingroote
o Goede voeding in je eerdere jaren -> groter brein + meer brein plastiity chet
vermogen van het brein en het zenuwstelsel om te veranderen -> zorgt weer
voor een toename in brein cellen en dus voor een groter brein
o Als we het gedrag tussen soorten vergelijken, doen we dit aan de hand van
speiies-typiialc ehavior cgedrag dat alle leden van de soort laten zien
Binnen een soort kijk je hoe goed een dier is in bepaald gedrag -> dit
hangt af van heel veel fa ctoren en mensen vers chillen in hun
vermogens (de 1 is beter in taal, de ander in rekenen)
Wat is intelligente? -> Spearman: general intelligen ce (g) ->
maar, dit niveau varieert aan de hand van andere fa ctoren
Een IQ test wordt een generate later beter gemaakt dan in de
generate ervoor -> Flynn efe ct -> meer intelligente? -> nee,
waars chijnlijk meer onderwijs en andere levenservaringen
Howard Gardner: intelligente bestaat uit veel vers chillende
vormen (7) die in andere delen van de hersenen a ctef zijn
- De meest opvallende nieuwe vorm van gedrag in ons ontwikkelde brein in
vergelijking met andere primaten is iulture cgeleerde gedragingen die (via de mama)
van generate op generate worden doorgegeven door onderwijs en ervaringen
Hoofdstuk 2 – What is the nervous system’s
functional anatomy?
- De belangrijkste fun cte van het brein is het produ ceren van gedrag (of beweging)
o Om dit te doen moet het brein info uit onze omgeving halen -> de organen
van het zenuwstelsel zijn gemaakt dit te doen en sensates om te zeten in
biologis che a ctviteit -> per cepte (subje cteve ervaring van de werkelijkheid)
Het idee van ‘geluid’ bestaat alleen maar omdat ons brein reageert op
trillende lu chtmole culen die worden opgevangen door de oren
Dieren vers chillen in de subje cteve omgeving die ze waarnemen op
basis van vers chillende sensates die ontstaan in hun hersenen
Dit is afankelijk van wat goed is voor de overleving -> evolute
- Zenuwweefsel heef de mogelijkheid om zi ch aan te passen aan de wereld door te
veranderen hoe de fun ctes zijn georganiseerd -> het zenuwstelsel is plasts ch
o Conne ctes tussen neuronen veranderen contnu en als bepaalde fun ctes
uitvallen, kunnen andere fun ctes verbeteren (blinden horen beter)
o Om nieuwe dingen te kunnen leren is deze plast citeit essenteel
o De basis voor veranderingen in het zenuwstelsel is neuroplastiity chet
fundamentele vermogen van het zenuwstelsel om fysieke of chemis che
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur femkevanleth. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,24. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.