Samenvatting
Niveau: mavo 3
Vak: geschiedenis
Hoofdstuk: de koude oorlog
Boek: feniks vmbo-bkgt de koude oorlog
Met begrippen
Zelf geschreven met plaatjes
Terug in de tijd
Rusland was in 1917 bondgenoot van Groot-Brittannië, Frankrijk en de verenigde staten. Ze vochten
samen tegen Duitsland in de eerste Wereldoorlog. Rusland was arm en zwak, en in 1917 kwam de
bevolking in opstand. Tijdens de Russische Revolutie grepen de communisten de macht. De
aanhangers van het communisme verdreven de tsaar (de keizer van rusland) en namen zelf de macht
over. Zij veranderde veel. Zo sloot de regering vrede met Duitsland. Bondgenoten Groot-Brittannië,
Frankrijk en de verengde staten waren het hier niet mee eens.
Onder leiding van Lenin wilden de communisten het kapitalisme in Rusland vernietigen. Alle
bezittingen, zoals fabrieken en grond, werden nu van de staat. De oude eigenaren waren dus in één
klap hun bezit kwijt. Een groot deel van de Russische industrie en spoorwegen was eigendom van
buitenlanders. Die probeerden samen met Russische tegenstanders van de communisten de
nieuwe regering van Lenin ten val te brengen. Dit liep uit op een bloedige burgeroorlog.
Toen deze burgeroorlog in 1922 eindigde, kreeg Rusland een andere naam: de Sovjet-Unie.
Communisme:
• Iedereen is gelijk.
• Iedereen verdient evenveel.
• Er is geen privébezit.
• Alle bezittingen zijn eigendom van de
staat.
• De overheid bepaalt en controleert alles.
• Burgers in een communistisch land
hebben geen vrijheid.
Kapitalisme:
• Productiemiddelen zijn privébezit.
• Het maken van winst is het hoofddoel.
• Ondernemers mogen zelf bepalen wat
er geproduceerd word
(vrijemarkteconomie).
• Vooral de eigenaren profiteren hiervan.
• In een kapitalistisch land hebben de
burgers grondrechten.
Angst voor het communisme
1933 kwam in Duitsland hitler aan de macht. Hij haatte joden en communisten. Bij zijn plannen om
Duitsland in oostelijke richting uit te bereiden, kon hij in het begin rekenen op steun van Frankrijk en
Groot-Brittannië.
In 1928 werd Stalin de nieuwe leider van de Sovjet-Unie. Hij vond Hitler een grote bedreiging en zag
dat zijn land niet klaar was voor een oorlog tegen het Duitsland van Hitler. Daarom sloot hij in 1939
een niet-aanvalsverdrag met Duitsland, waarin ze ook afspraken Polen te zullen verdelen. Een week
later viel Duitsland polen binnen en bezette het westelijke deel. Kort daarna bezette het rode leger,
het leger van de sovjet-unie, het oostelijke deel van polen.
Het vertrouwen in Stalin nam af bij westerse leiders. Maar ook Hitler was onbetrouwbaar. Hij viel
Stalin in juni 1941 toch aan. Nu móesten het Westen (de geallieerde) en Stalin wel met elkaar
samenwerken.
, 4.1 het begin van de koude oorlog
Van bondgenoot naar vijand
Tijdens de tweede Wereldoorlog vroeg Stalin zijn bondgenoten haast te maken met de invasie in
west-europa. Die kwam in de zomer van 1944 (6 juni, D-Day). Tijdens de oorlog ontmoetten de
belangrijkste geallieerde regeringsleiders elkaar regelmatig. Zij werden de Grote Drie genoemd:
De Amerikaanse president Roosevelt
De Britse premier Churchill
De leider van de Sovjet-Unie Stalin
Een belangrijke bijeenkomst was de Conferentie van Jalta in februari 1945. Hier bespraken ze op
welke manier de oorlog zo snel mogelijk tot een goed einde gebracht kon worden. Ze bespraken ook
hoe het na de oorlog verder zou moeten met Europa. Een lastig onderwerp was polen. Stalin wilde
voorkomen dat Duitsland nog een keer zijn land wilde binnenvallen. Daarom wilde hij dat delen van
polen bij de Sovjet-Unie kwamen. Polen stond in het oosten de grond af aan de sovjet-unie, maar
kreeg er in het westen delen van Duitsland bij. Zo schoof polen 150 km naar het westen op.
In mei 1945 eindigde in europa de tweede Wereldoorlog. Een paar maanden later kwamen de
overwinnaars weer bij elkaar.
Tijdens de Conferentie van Potsdam ging het over de toekomst van Duitsland. Over enkele zaken was
men het eens, zoals de verdeling van Duitsland en Berlijn: elk van de vier belangrijkste geallieerde
landen zou een deel van Duitsland en Berlijn bezetten (Amerika, Engeland, Frankrijk en Rusland).
Deze landen moesten in hun eigen zone ervoor zorgen dat Duitsland weer een democratie zou
worden. Ook zouden zij nazi’s opsporen en bestraffen. Verder moest het Duitse leger ontwapend
worden en moest de oorlogsindustrie verdwijnen. Al snel bleek dat iedere bezettingsmacht deze
afspraken op z’n eigen manier uitvoerde. Vooral de Sovjet-Unie ging zijn eigen gang. Voor iedereen
was duidelijk dat de communistische Sovjet-Unie nooit een democratie zou maken van haar
bezettingszone in Duitsland. Het beetje vertrouwen dat er was, maakte snel plaats voor een groeiend
wantrouwen: de Koude Oorlog was een feit.
De grote drie tijdens de conferentie van Jalta in februari 1945. Van links naar rechts: Churchill, roosevelt en Stalin.
Een verdeeld Europa
Europa raakte verdeeld in twee helften. De landen in Oost-Europa waren door het Rode leger van de
Sovjet-Unie bevrijd. De soldaten van het Rode Leger zorgden ervoor dat in deze landen
communistische regeringen aan de macht kwamen. Deze landen kregen hetzelfde politieke systeem
als de Sovjet-Unie. Omdat er maar een partij alle macht had was er een dictatuur. Er was geen
vrijheid van meningsuiting of vrijheid van drukpers. En ook op economisch gebied was er geen
vrijheid. De staat bepaalde wat de bedrijven moesten maken en wat de prijzen van de producten
waren. Ook de planeconomie was hetzelfde als in de Sovjet-Unie. Europa raakte verdeeld in twee
invloedssferen: in West-Europa was de invloed van de Verenigde Staten groot, Oost-Europa viel
onder invloed van de Sovjet-Unie. Ook Hongarije werd na de oorlog communistische.
4.1 het begin van de koude oorlog
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur Robinedv. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.