SAMENVATTING BCA &
VERZEKRINGSRECHT
T. Vansweevelt
2023/2024
Jorne Simons
,Jorne Simons
DEEL 1: Het belang en de situering van het
buitencontractueel aansprakelijkheidsrecht
Hoofdstuk 1: Situering, doelstellingen, krachtlijnen, kritiek en vooruitzichten
1. Situering
Inleidingscasus (eigenlijk een casus van de Hoge Raad van NL, zwiepende tak-arrest):
Vrouw en man gaan samen wandelen in een park. Meneer heeft kritiek op van alles, hij
wordt lastig en schopt vervolgens tegen een tak die op de grond ligt. Deze tak hing nog vast
aan een struik en die zwiept terug. De tak komt terecht in het oog van vrouw. De vrouw
verliest haar linkeroog en vraagt schadevergoeding aan de man.
Art. 1382 wordt toegepast op voorwaarde van een fout, schade en een causaal
verband hiertussen.
-> Schade: Vrouw heeft haar oog verloren. Misschien zal zij bepaalde jobs niet meer
kunnen uitvoeren, ziekenhuis kosten, morele schade.
-> Causaal verband: duidelijk, indien de man niet tegen de tak had geschopt was er
ook geen schade geweest.
-> Fout: Dit is het moeilijkere aspect in deze casus en dus het punt waarop we
concentreren. Er was geen opzet om de tak in het oog van de vrouw te doen maar
opzet is niet vereist om aansprakelijk gesteld te worden!
MAAR: heeft hij gehandeld als een normaal voorzichtig en redelijk persoon?
Stel: De man is niet aansprakelijk, zal de vrouw dan voor de schade vergoed worden? Ja, er is
de sociale zekerheid die voor een stuk tussenkomt. Dit is de basis, heel laagdrempelig, een
deel van de ziekenhuiskosten zal dekken. Dit is de meest laagdrempelige vergoedingsbron,
bijna iedereen in België valt hieronder. Het is wel maar een deel van de schade die vergoed
zal worden. Het kan ook zijn dat de vrouw een individuele verzekering heeft, maar weinig
mensen hebben dit. Als derde vergoedingsbron is er dan nog het aansprakelijkheidsrecht.
Dit is als vergoedingsbron de meest gulle, al je schade wordt hierbij vergoed, het gaat uit van
een integrale vergoeding. MAAR het kent ook de grootste drempels! (Kijk p.25 drie
pijlersysteem)
Aansprakelijkheid
Sociale zekerheid Private ongevallenverzekering
80% van de Belgische bevolking heeft een familiale verzekering. (Dit is geen wettelijk
verplichte verzekering)
1
,Jorne Simons
De Hoge Raad is ertoe gekomen dat de man NIET aansprakelijk is naar het idee van 1804
Code Napoleon. Men heeft zich gebaseerd dop de voorzienbaarheid van de schade. Iemand
begaat pas een fout als die schade voorzienbaar is en men de nodige maatregelen heeft
genomen om die schade te voorkomen. Hoge Raad oordeelde dat dat hier niet het geval was
dus kon de man niet aansprakelijk worden gesteld voor schadevergoeding. Want het
uitgangspunt van ons recht is dat de schade blijft liggen waar ze is ontstaan. (‘Loss Lies
Where It Falls’).
In principe moet je dus je eigen schade dragen maar als je kan aantonen dat een andere
vergoedingsbron aansprakelijk is kan een derde voor de schade instaan. Een cruciaal
element van de fout beoordeling is de vraag of de schade voorzienbaar was. Je begaat pas
een fout als de schade was voorzien en niet de nodige maatregelen heeft genomen om deze
schade te vermijden of te beperken. De schade was in deze casus niet voorzienbaar en dus
heeft de man GEEN FOUT begaan. Want hij kon niet voorzien dat die tak ging ‘terugzwiepen’
en in het oog van de vrouw terecht ging komen.
Extra casus: kus op oor. (examenvraag vorig jaar!!)
Man geeft een kus op het oor van haar vrouw. Dit doet pijn en om te laten zien dat het
niet zo aangenaam is doet de vrouw dit terug. De man houdt tinnitus over aan de kus van
de vrouw en hij dagvaardt zijn vrouw. De rechter beslist dat de schade (tinnitus) niet
voorzien was, en dus werd de vordering ongegrond verklaart omdat er geen fout
aanwezig was.
2. Doelstellingen van het aansprakelijkheidsrecht
1) De vergoeding van slachtoffers (P. 5 handboek): Door de eeuwen heen ziet men dat
de vergoedingsfunctie meer en meer op de voorgrond trekt. Men spreekt wel eens
van de ‘socialisering van het aansprakelijkheidsrecht’. Dit is te verklaren door de
opkomst van verzekeringen. De rechtspraak kan strenger zijn omdat men weet dat
een schadeverwekker verzekerd is.
Sommigen zeggen zelfs dat we van de “loss lies where it falls”-theorie meer en meer
evolueren naar een “waar pech is, moet die weg”-theorie.
2) Preventie: Is het strafrecht hier misschien niet meer geschikt voor? Sommigen
twijfelen dus aan deze preventiefunctie van het aansprakelijkheidsrecht. Als er
namelijk een schadevergoeding betaalt moet worden is het vaak niet de
schadeverwekker die het moet betalen. (Bij een straf zou dit anders zijn) Natuurlijk
gaat de premie van je verzekering vermeerderen wanneer je vaak fouten maakt die
schade veroorzaken, op die manier gaan mensen trachtten niet te veel schade te
berokkenen. Ook wordt veel schade NIET gedekt door de verzekering.
3) Schadespreiding: Bv: producent van een auto brengt gebrekkige wagen op de markt.
De producent zal dan de prijs van zijn wagen optrekken om schadevergoedingen te
kunnen betalen.
2
, Jorne Simons
4) Reglementerende functie: De foutdefinitie (= gedragen als zorgvuldig persoon) kan
erg makkelijk aangepast worden aan de nieuwe maatschappelijke en technologische
ontwikkelingen. Artikel 1382 kan heel breed bekeken worden doordat men een
strengere interpretatie van de foutdefinitie kan toepassen. Het begrip fout wordt hier
niet in uitgelegd.
-> Punitive damages: vergoedingen die schadeverwekkers moeten betalen
boven op de schadevergoedingen die ze moeten betalen aan het slachtoffer
omdat ze zo’n roekeloos gedrag hebben vertoond. Dit is een soort private
straf. (In België aanvaard men dit niet)
-> Maar soms komt men hier ook toe via andere wegen, namelijk door
lucratieve fouten. Bv: een fotograaf maakt onrechtmatig foto’s van een
filmster in private omstandigheden en verkoopt deze aan een blad. Dit blad
weet ook dat het onrechtmatig handelt door deze foto’s te kopen. Maar ze
weten ook dat de prijs voor die foto’s die men kan halen veel groter zal zijn
dan de schadevergoeding die ze zullen moeten betalen. De rechtspraak weet
dit natuurlijk en in deze zaak geven ze een zeer grote morele
schadevergoeding toe. (tijdens de les werd het voorbeeld met Harry Styles en
Paris Match gebruikt)
Wetsvoorstel boek 6: in dit boek is er een specifieke bepaling aan gewijd, met name
artikel 6.33 zegt: “wanneer de aansprakelijke opzettelijk en met de bedoeling winst te
realiseren (Paris Match), inbreuk heeft gemaakt op een persoonlijkheidsrecht van de
benadeelde of zijn eer of reputatie heeft aangetast. Kan de rechter de benadeelde een
bijkomende vergoeding toekennen gelijk aan het geheel of een deel van de nettowinst
gerealiseerd door de aansprakelijke”. Dus eigenlijk een soort van punitive damages.
3. Hoofdlijnen en evolutie van het buitencontractueel aansprakelijkheidsrecht
Wordt niet besproken tijdens de les.
4. Kritiek
1) Incoherent stelsel, er zijn heel wat foutloze aansprakelijkheden ingevoerd. In het
BCA werd stilaan steeds meer gefocust op de schade vergoedende functie ervan.
Men ging dus steeds meer de voorwaarde van de fout aan de kant schuiven om toch
schadevergoeding te kunnen geven. (Bv: schade van olietankers, schade van
kerncentrales, schade bij experimenten, … zijn foutloze aansprakelijkheden. Deze
werden ook in andere wetten opgenomen) Dit maakt het recht hierrond incoherent.
Naast artikelen 1382, 1683, 1384, … zijn er nadien een heelal foutloze
aansprakelijkheden bijgekomen die allemaal worden geregeld in een heel tal
bijzondere wetgevingen.
Nu is men bezig met een hervorming van dit BCA in het Nieuw BW boek 6.
2) Onduidelijk systeem, het geheel van regels is onoverzichtelijk geworden.
3