Uitgebreide samenvatting van de literatuur voor studiedag 16 (Praktijktoets: het gedragstherapeutisch proces) van de opleiding 'Basiscursus Cognitieve Gedragstherapie Kind & Jeugd' van Forta Opleidingen. De volgende literatuur is hierin te vinden:
* H5 uit het boek 'Inleiding tot de gedragstherap...
Samenvatting Hoofdstuk 7, Informatieverzameling en de werkrelatie- Inleiding tot de gedragstherapie (Hermans, Raes, Orlemans)
Samenvatting Hoofdstuk 6 en 11- Inleiding tot de gedragstherapie (Hermans, Raes & Orlemans, 7e herziene druk)
Samenvatting Hoofdstuk 8, De holistische theorie en de probleemselectie- Inleiding tot de gedragstherapie (Hermans, Raes & Orlemans, 7e herziene druk)
Tout pour ce livre (10)
École, étude et sujet
Basiscursus CGT kind en jeugd
Tous les documents sur ce sujet (39)
1
vérifier
Par: bibimiggelbrink • 6 mois de cela
Vendeur
S'abonner
xjeaninexx
Avis reçus
Aperçu du contenu
Literatuur dag 16, Basiscursus Cognitieve Gedragstherapie Kind &
Jeugd
Inhoudsopgave
Boek: Inleiding tot de gedragstherapie (Hermans, Raes & Orlemans, 2018)...............................................................1
Hoofdstuk 5, Integratie van nieuwe ontwikkelingen..............................................................................................................1
5.1. Inleiding......................................................................................................................................................................................................1
5.2. Nieuwe ‘therapieën’ in het gedragstherapeutische veld........................................................................................1
5.3. Nieuwe ‘theorieën’ in het gedragstherapeutische veld..........................................................................................2
5.4. Experimentele cognitieve psychologie: kernconcepten........................................................................................2
5.5. Relational frame theory: kernconcepten...........................................................................................................................3
5.6. Integratie van theoretische kaders........................................................................................................................................5
Boek: Inleiding tot de gedragstherapie (Hermans, Raes & Orlemans, 2018)
Hoofdstuk 5, Integratie van nieuwe ontwikkelingen
5.1. Inleiding
Op het vlak van de praktijkvoering zien we een steeds verdergaande diversificatie. De cognitieve
therapie was nog maar net geïntegreerd in de meer traditionele gedragstherapie, of er stonden
alweer ‘nieuwe’ behandelvormen klaar. Daar waar cognitieve interventies doorgaans gericht waren
op het wijzigen van de ‘inhoud’ van negatieve of irrationele gedachten, zal men met derde-
generatie-interventies de patiënt vooral leren er op een andere wijze mee om te gaan. Men laat de
gedachten voor wat ze zijn en leert de patiënt ze te observeren en aanvaarden zonder er een
gevecht mee aan te gaan.
Op het vlak van de theorievorming is er een vergelijkbare diversificatie vast te stellen.
Ontwikkelingen in de cognitieve psychologie hebben meer recent een ander soort interventies
doen ontstaan, die buiten de ‘klassieke’ cognitieve therapie vallen. Het gaat dan om procedures die
als doel hebben specifieke informatieverwerkingsprocessen te beïnvloeden. Na de cognitieve
revolutie is de relational frame theory (RFT) steeds meer een rol gaan spelen in het theoretisch kader
van de gedragstherapie. RFT is een operante theorie over menselijke taal en cognitie. ACT is ook een
soort van gebaseerd op RFT.
5.2. Nieuwe ‘therapieën’ in het gedragstherapeutische veld
Gedragstherapie is een manier van denken, een welbepaalde benadering van psychologische
problemen en hun aanpak.
5.2.1. Vier basiskenmerken van de gedragstherapie
Kenmerken van gedragstherapie:
Aangrijpingspunt ligt in het gedrag: Cognities en emoties zijn per definitie niet
observeerbaar door anderen. Wat wel direct observeerbaar is, is gedrag, waarvan we kunnen
vermoeden dat het beïnvloed is door cognitieve of emotionele processen. Maar die
processen zelf zijn niet observeerbaar. De toegangspoort blijft gedrag waar je mee kunt
werken.
1
, Basisaxioma onderschrijft dat alle gedrag aangeleerd is: Gedrag wordt hier gezien als een
zinvolle respons op een betekenisvolle stimulus. Alle gedragingen zijn tot stand gekomen via
leerprincipes.
De ontwikkeling van nieuwe therapeutische technieken heeft haar basis in
wetenschappelijk onderzoek: Dit is historisch gezien de leerpsychologie.
Het praktijkwerk zelf neemt de vorm aan van een empirische cyclus: Het
gedragstherapeutisch proces volgt een vergelijkbare reeks stappen als die een
wetenschapper doorloopt (vraagstelling/aanmeldingsklacht – fase van informatie
verzamelen en theorieën opstellen/ holistische theorie en functieanalyse – voorspellingen
doen (behandelplan) – testen van voorspellingen (inzet van technieken) - kijken of de
verandering ook optrad (evaluatie).
5.2.2. Wat is nu gedragstherapie en wat niet?
Gedragstherapie is eigenlijk een beetje een lege doos, een model, waarbinnen vele diverse
methoden, technieken en onderzoeksbevindingen een plaats kunnen vinden, zo lang ze op goed
onderzoek gebaseerd zijn en je ze zinvol kunt inzetten in de behandeling van patiënten.
5.3. Nieuwe ‘theorieën’ in het gedragstherapeutische veld
5.3.1. Experimentele cognitieve psychologie krijgt een centralere plaats
De (experimentele) cognitieve psychologie heeft een wat centralere plaats veroverd in het
gedragstherapeutisch denken. De experimentele studie van waarneming, aandacht, geheugen en
redeneren kwam voor het eerst aan bod in de gedragstherapeutische literatuur toen de cognitieve
therapie een wetenschappelijker verankering zocht. Nieuwe behandelingen worden ontwikkeld op
basis van wetenschappelijke inzichten. De meeste behandelingen zijn niet gericht op het wijzigen
van de inhoud van cognities, maar op het hertrainen van bepaalde problematische vormen van
informatieverwerking.
5.3.2. Ook relational frame theory verovert een plek
Na enkele decennia kwam cognitieve psychologie steeds meer in beeld naast de leerpsychologie
binnen de gedragstherapie. Dit kwam door de opkomst van de cognitieve therapie en de nieuwe
ontwikkelingen rond behandelingen die rechtstreeks voortvloeien uit kennis van
informatieverwerking bij psychopathologie. De laatste 15 jaar heeft ook de RFT een plek gekregen in
het domein van de gedragstherapie. RFT is een operant leertheoretisch model. Kenmerkend is dat
het zich richt op het begrijpen van menselijke taal en hogere cognitie. Als basis voor ACT komt RFT
steeds meer onder de aandacht.
5.3.3. De vele hoekstenen, en hoe dat tot verwarring leidt
Gedragstherapeuten lijken meer dan ooit gericht te zijn op de vraag ‘hoe doe ik het?’ in plaats van
op de vraag ‘waarom doe ik het?’. Wanneer er aandacht wordt besteed aan wetenschappelijk
onderzoek, dan gaat het doorgaans over effectonderzoek ‘werkt deze techniek wel?’.
Dat wetenschap en praktijk niet optimaal geïntegreerd raken, kent een aantal verklaringen:
wetenschappers kennen de praktijk onvoldoende, wetenschappers slagen er niet altijd goed in hun
bevindingen begrijpelijk te vertalen naar de praktijk, en praktijkmensen hebben vaak onvoldoende
tijd om zich te verdiepen in wetenschappelijke literatuur. Maar de hoofdvraag is vaak ‘Hoe moeten
we die veelheid aan theoretische kaders integreren?’
We hebben enerzijds leerpsychologen en cognitief psychologen, die soms ook wel een meer
‘cognitieve’ visie delen, maar hun onderzoeksobject gescheiden houden in afzonderlijke
onderzoekscentra. En anderzijds hebben we cognitief psychologen en gedragsanalisten, die soms
eenzelfde studieobject delen, maar dat benaderen vanuit schijnbaar moeilijk te verzoenen kaders.
5.4. Experimentele cognitieve psychologie: kernconcepten
5.4.1. Inleiding
De cognitieve psychologie is een substroming van de algemene psychologie, waarvan we de
opkomst moeten situeren aan het einde van de jaren 60. Het is deels ontstaan in reactie op het
behaviorisme. De cognitieve psychologie ging zich juist wel focussen op mentale of cognitieve
processen. De cognitieve psychologie en de cognitieve therapie waren bij aanvang 2 relatief
gescheiden werelden. Er was wel enige overlap, zo ontleende de cognitieve therapie een aantal
centrale concepten aan het cognitief psychologisch theoretisch kader.
Uit de cognitieve psychologie zijn een aantal basisconcepten ontstaan: schema’s, aandacht,
geheugen, interpretatie en emotieregulatie.
2
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur xjeaninexx. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €2,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.