Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting Zenuwstelsel, bloed- en lymfestelsel en de huid €8,99
Ajouter au panier

Resume

Samenvatting Zenuwstelsel, bloed- en lymfestelsel en de huid

 0 fois vendu
  • Cours
  • Établissement
  • Book

Anatomie, fysiologie en pathologie van het zenuwstelsel, bloed- en lymfestelsel en de huid.

Aperçu 3 sur 30  pages

  • Oui
  • 7 janvier 2024
  • 30
  • 2023/2024
  • Resume
avatar-seller
Biomedisch 1.4
Functies van bloed
1. Transport van opgeloste gassen, voedingsstoffen, hormonen en afvalproducten van de
stofwisseling.
2. Stabilisering van de pH en de ionensamenstelling van de interstitiële vloeistof in het gehele
lichaam.
3. Beperking van het vloeistofverlies bij verwonding.
4. Verdediging tegen gifstoffen en ziekteverwekkers.
5. Stabilisering van de lichaamstemperatuur.

Veneuze punctie= het afnemen van vol bloed uit een oppervlakkig gelegen ader, zoals de v. mediana
cubiti. Oppervlakkig gelegen venen zijn makkelijk te lokaliseren, hebben dunnere wanden dan
arteriën en de bloeddruk is betrekkelijk laag, zodat de prikwond snel geneest.
Arteriële punctie= het afnemen van bloed uit een arterie om te beoordelen hoe efficiënt de
gaswisseling verloopt.

Bloed bestaat uit 55% plasma en 45% celfragmenten. Plasma bestaat uit 7% plasma-eiwitten, 1%
andere opgeloste stoffen en 92% water. De belangrijkste plasma-eiwitten zijn
 Albuminen 60%, handhaven de osmotische druk van het plasma.
 Globulinen 35%, omvatten antilichamen en transportglobulinen.
 Fibrinogeen 4%, speelt een rol blij bloedstolling.
Celfragmenten bestaan uit 0,1% trombocyten (bloedplaatjes), 0,1% leukocyten (witte bloedcellen) en
99,9% erytrocyten (rode bloedcellen).

,Erytrocyten hebben een ongewone vorm, zodat de diffusiesnelheid tussen het cytoplasma en het
omringende bloedplasma wordt verhoogd en zodat ze door nieuwe capillairen kunnen worden
geperst. Hemoglobine in de erytrocyten binden zuurstof en koolstofdioxide.
Hematocriet= het volumepercentage erytrocyten.
Hemolyse= erytrocyten scheuren in het bloed, worden gefilterd door de nieren en uitgescheiden in
de urine.
Hemoglobinurie= roodbruin of bruin kleurende urine als gevolg van veel hemolyse.
Meestal worden beschadigde erytrocyten herkend in de lever of milt door fagocyterende cellen en
worden ze opgenomen in deze cellen.
1. Vier globulaire eiwitten worden afgebroken tot de aminozuren waaruit ze zijn opgebouwd.
2. Elk haemmolecuul wordt ontdaan van ijzer en omgezet in biliverdine. Daarna wordt
biliverdine omgezet in bilirubine. Levercellen nemen bilirubine op en geven het met gal af
aan de dunne darm. In de dikke darm worden ze voor een deel opgenomen in bloed en
uitgescheiden in de urine en verder met de ontlasting uitgescheiden.
3. IJzer kan in een macrofaag worden opgeslagen of worden afgegeven aan het bloed. In het
bloed bindt ijzer aan transferrine, een transporteiwit in het bloedplasma. Daarna kan het
ijzer weer worden opgenomen voor nieuwe hemoglobine.
Erytropoëse= de vorming van erytrocyten in het rode beenmerg (myeloïde weefsel).
Erytropoëtine (EPO) wordt afgegeven tijdens bloedarmoede, als de bloedtoevoer naar de nieren
afneemt, als het zuurstofgehalte van de lucht in de longen afneemt en wanneer het
gaswisselingsoppervlak van de longen beschadigd is. EPO in het bloed bevordert de deling van
stamcellen en het ontwikkelen van erytrocyten.

Bloedgroep A= antigeen A op erytrocyten en antistoffen B in het bloedplasma.
Bloedgroep B= antigeen B op erytrocyten en antistoffen A in het bloedplasma.
Bloedgroep AB= antigenen A en B op erytrocyten en geen antistoffen in het bloedplasma.
Bloedgroep O= geen antigenen op erytrocyten en antistoffen A en B in het bloedplasma.
Resuspositief= resusantigenen.
Resusnegatief= geen resusantigenen.
Agglutinatie= het samenklonteren van lichaamsvreemde erytrocyten als gevolg van binding tussen
antigenen en antistoffen.

Leukocyten hebben vier kenmerken:
1. Ze zijn in staat tot amoeboïde bewegingen, hierdoor kunnen ze langs wanden van
bloedvaten en door omringende weefsels verplaatsen.
2. Ze kunnen de bloedstroom verlaten (diapedese).
3. Ze worden aangetrokken door specifieke chemische prikkels (positieve chemotaxis)
4. Neutrofielen, eosinofielen (microfagen) en monocyten (macrofagen) zijn in staat tot
fagocytose.

, Neutrofielen 4150
De eerste leukocyten die bij verwondingen aankomen. Ze vallen bacteriën aan en verteren ze. Bij de
afbraak van de neutrofielen komen chemische stoffen vrij die andere neutrofielen aantrekken.

Eosinofielen 165
Ze vallen voorwerpen aan die met antistoffen zijn omgeven. De belangrijkste aanvalstactiek is de
exocytose van chemische stoffen. Dezelfde grootte als neutrofielen.

Basofielen 44
Kleiner dan neutrofielen en zeldzaam. Ze verplaatsen zich naar verwondingen, gaan door de wand
van capillairen heen en hopen zich op in beschadigde weefsels, waar ze hun granulen afgeven. De
granulen bevatten heparine, wat bloedstolling tegengaat, en histamine. Door histamine wordt de
plaatselijke ontstekingsreactie versterkt. Overige stoffen trekken andere basofielen en eosinofielen
aan.

Monocyten 456
Twee keer zo groot als erytrocyten. Blijven 24 uur in de bloedbaan en worden dan vrije macrofagen
in weefsels. Stoffen van monocyten trekken neutrofielen en andere fagocyten aan. Daarnaast
worden fibroblasten aangetrokken, waardoor littekenweefsel gevormd wordt.

Lymfocyten 2185
Iets groter van erytrocyten. Sommige geven antistoffen aan het bloed af en andere vallen
lichaamsvreemde cellen en afwijkende lichaamscellen aan. Maakt geen gebruik van fagocytose.

Leukopenie= minder leukocyten dan normaal.
Leukocytose= abnormaal hoge aantallen leukocyten.

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur lyndseybommer. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €8,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

69052 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 15 ans

Commencez à vendre!
€8,99
  • (0)
Ajouter au panier
Ajouté