Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting Blok 1.6 €4,49   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting Blok 1.6

2 revues
 152 vues  9 fois vendu
  • Cours
  • Établissement

Samenvatting van blok 1.6 handige afbeeldingen/plaatjes en een overzicht van alle preventies en co-morbiditeit. Het is een samenvatting van alle problemen, artikelen en colleges.

Aperçu 4 sur 31  pages

  • 17 avril 2018
  • 31
  • 2017/2018
  • Resume

2  revues

review-writer-avatar

Par: bartvdbosch24 • 5 année de cela

review-writer-avatar

Par: annakd2001 • 5 année de cela

avatar-seller
Blok 6 Normal or Abnormal

Probleem 1 Just scared?
(Angststoornissen)

Angst/anxiety is een algemeen bezorgd gevoel voor mogelijk gevaar en fear is een alarmreactie dat
opkomt als reactie op gevaar. Fear wordt gezien als basisemotie dat de fight or flight reactie activeert
in het autonome zenuwstelsel. Fear is een angst op het moment zelf en anxiety is een vrees voor iets.
Dit heeft drie componenten:
- Cognitief: bijvoorbeeld denken ‘ik ga dood’.
- Fysiologisch: bijvoorbeeld een snellere hartslag.
- Gedragsmatig: sterke drang om te vluchten of te ontsnappen.

De meest voorkomende angststoornis is een fobie. Angststoornissen bevatten een onrealistische,
irrationele angst voor het uitschakelen van principes en uitdrukkingen. Er zijn specifieke, sociale en
agorafobieën.

Specifieke fobie

Sterke, volharde angst dat wordt getriggerd door een specifieke situatie of object. Bij het zien van de
stimuli laten mensen direct angst zien. Er zijn verschillende soorten specifieke fobieën:
- Animal: bijvoorbeeld bang voor spinnen, 90-95% vrouwelijk
- Natural environment: bijvoorbeeld bang voor de storm.
- Blood-injection-injury: bijvoorbeeld bang voor prikken, bij deze fobie gaat als enige de bloed-
en hartslag omlaag.
- Situationeel: bijvoorbeeld bang voor liften.
- Overig: bijvoorbeeld bang voor overgeven.

12-20% van de bevolking heeft deze fobie en 75% daarvan heeft ook een andere specifieke fobie.
Specifieke fobieën komen vooral voor met depressies, misbruik van alcohol en/of drugs en
eetstoornissen.

Oorzaken:
- Psychologische factoren
o Psychoanalytische theorie (Freud): een fobie is een verdediging tegen angsten die
impulsen van het ID onderdrukken.
o Learning theory (Wolpe): een fobie is aangeleerd door klassieke conditionering
waarbij angst als neutrale stimuli wordt gekoppeld aan een traumatische of pijnlijke
stoornis.
o Tweefactorentheorie: fobie is aangeleerd door klassieke conditionering en wordt in
stand gehouden door operante conditionering, door bijvoorbeeld de beloning voor
het ontwijken van de angst.
o Vicarious conditionering: een angst/fobie overnemen van iemand, of bijvoorbeeld
een jongetje die zijn opa ziet overgeven vlak voor hij overlijdt en hier een fobie aan
overhoudt.
o Prepared learning: evolutionair bang zijn voor situaties of objecten die een
bedreiging vormen dus hier wordt sneller een fobie voor gevormd.
- Biologische factoren
o Hersenen: gebieden die het meeste te maken hebben met fobieën zijn het limbisch
systeem waaronder de hypothalamus, hippocampus en de amygdala (vooral bij
specifieke fobieën)

, o Neurotransmitters die met fobieën te maken hebben zijn GABA, noradrenaline en
serotonine
o Mensen die het serotonine transporter gene dragen zijn eerder geneigd om een
angst te ontwikkelen.
o Disease avoidant model: angst voor een dier door walging.

Behandelingen:
- Medicijnen
o Benzodiazepines om angst te verminderen.
o Valium tegen vliegangst of angst om bijvoorbeeld te presenteren.
- Gedragstherapieën
o Systematisch desensitization: rangschrikken van de angsten en deze stap voor stap
doorlopen.
o Flooding: blootstellen aan een angst tot de persoon de angst niet meer voelt, werkt
het snelst maar de cliënt zal hier niet snel voor kiezen.
o Modeling: vaak in combinatie met desensitization, de therapeut laat eerst zien hoe
het stap voor stap doorlopen moet worden.
o Applied tension technique: speciale techniek voor blood-injection-injury, eerst leren
om de bloeddruk en hartslag te verhogen om flauwvallen tegen te gaan hierna kan
systematisch desensitization gebruikt worden.




Sociale fobie

Angst voor één of meerdere specifieke sociale situaties. Vrezen voor eventuele negatieve evaluaties
van anderen of dat ze zich gedragen in een gênante of vernederende manier, mensen zullen deze
situaties dan ook vermijden.
- Performance/public speaking: angst voor bijvoorbeeld het geven van een presentatie.
- Non performance: angst voor bijvoorbeeld eten in het openbaar.

12% van de bevolking heeft deze fobie, hiervan is 60% vrouw en heeft 2/3 ook een andere stoornis.
50% lijdt ook aan een depressie, 1/3 gebruikt alcohol om situaties aan te kunnen. Vooral mensen met
een lage sociaaleconomische status en maar 37% is na twaalf jaar genezen (zonder behandeling).
Sociale fobieën ontstaan vaak voor het 18e levensjaar.

Oorzaken:
- Aangeleerd gedrag: bijvoorbeeld conditionering van een vernederend optreden.
- Evolutionair perspectief: door dominante hiërarchie.

, - Niet controleerbare of onvoorspelbare gebeurtenissen kunnen zorgen voor de ontwikkeling
van een fobie, bijvoorbeeld de scheiding van je ouders.
- Cognitieve bias: mensen met een sociale fobie gaan ervan uit dat mensen slechter over hen
denken.
- Gedrag inhibitie speelt een belangrijke rol bij sociale fobieën, het kind vertoont verlegen
terugtrekkend gedrag en gaat onbekende situaties vaak niet aan. Een combinatie van
neuroticisme en introversie is een risicofactor.

Behandelingen:
- Cognitieve gedragstherapieën zoals cognitieve hersenstructurering en social skills therapie
zijn erg effectief. In tegenstelling tot specifieke fobieën zijn medicijnen ook effectiever. Er
wordt vaak gebruik gemaakt van MOI en SSRI, dit zijn antidepressiva’s.




Agorafobie

Angst voor publieke situaties zoals drukke straten, in de rij van de kassa staan, etc. Dit kan worden
ontwikkeld door meerdere keren een paniekaanval te hebben gekregen in een situatie. Of de angst
om een paniekaanval te krijgen in publieke situaties.

Deze fobie komt vaker voor bij vrouwen, dit zou kunnen komen door culturele factoren. 1.4% van de
bevolking heeft deze fobie dus van de fobieën is dit de zeldzaamste. Het ontwikkelt zich rond 23e- 34e
levensjaar. De fobie gaat vaak samen met een depressie, alcohol en/of drugsmisbruik of een andere
angststoornis. 50% van de mensen met deze fobie heeft ook last van paniekaanvallen, 50% is
genezen binnen 12 jaar.

Oorzaken:
- Locus courculeus en noradrenaline spelen een rol bij paniekaanvallen. Amygdala speelt de
belangrijkste rol.

Behandelingen:
- Benzodiazepine en anxiolytica werden eerst vaak gebruikt maar er zaten veel bijwerkingen
aan gebonden. Antidepressiva wordt nu vaker gebruikt, alleen duurt het langer tot er een
effect is. Terugval is groot bij de medicijnen.

, Artikel: Bürkner et al. ‘D-cycloserine augmentation of behavior therapy for anxiety and obsessive-
compulsive disorders’.

Een meta-analyse zijn heel veel onderzoeken bij elkaar nemen en deze te vergelijken met elkaar. Hier
wordt dan een conclusie uit gehaald. Bij dit onderzoek was de conclusie dat het medicijn d-
cycloserine geen toegevoegde waarde heeft dus er zijn geen verschillen gevonden in mensen die het
medicijn wel namen en mensen die het niet namen.



Probleem 2 Unusual preferences?
(Parafilieën en genderdysforie)

Mensen met parafilieën hebben intense seksuele opwindende fantasieën, seksuele neigingen of
seksueel gedrag gericht op voorwerpen of lijden van zichzelf of een ander. Dit komt vaker voor bij
mannen dan bij vrouwen. Er zijn acht verschillende soorten:
- Fetisj: terugkerend intense seksuele fantasie, behoefte of gedrag waar het niet gelijk van
verwacht zou worden. Het komt vrijwel alleen bij mannen voor.
- Transvestie stoornis: heteromannen die opgewonden raken van het verkleden als vrouw,
deze mannen zijn vaak seksueel mishandeld toen ze 10 jaar of jonger waren.
- Voyeurisme: opgewonden raken van vrouwen die zich omkleden of koppels die seks hebben,
dit gaat samen met masturbatie. 11,5% zijn mannen en 3% vrouwen. Komt waarschijnlijk het
vaakst voor.
- Exhibitionistische stoornis: opgewonden raken van het laten zien van eigen geslachtsdelen
(potloodventer). Co-morbiditeit met voyeurisme en gaat vaak samen met grotere
psychologische problemen, weinig levensbevrediging, veel masturbatie en het kijken van
veel porno.
- Frotteurisme: opgewonden van het wrijven van genitaliën tegen iemand anders zonder
toestemming of die van een ander aanraken. Dit gaat vaak samen met voyeurisme en
exhibitionisme, komt vaak voor in de adolescentie.
- Seksuele sadistische stoornis: opgewonden door psychologische of fysieke pijn bij iemand
anders. Gaat vaak samen met andere stoornissen zoals narcisme, schizofrenie of andere
antisociale persoonlijkheidsstoornissen. Moordenaars halen hier vaak hun bevrediging uit.

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur estherseverins. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €4,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

85443 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€4,49  9x  vendu
  • (2)
  Ajouter