Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting Plantenbescherming 2e semester €10,49   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting Plantenbescherming 2e semester

 5 vues  0 fois vendu

Samenvatting plantenbescherming 2e semester

Aperçu 4 sur 70  pages

  • 12 janvier 2024
  • 70
  • 2023/2024
  • Resume
Tous les documents sur ce sujet (1)
avatar-seller
brechjevdw
Plantenbescherming deel II

,Hoofdstuk 7: Beheersing van belagers

# Soorten belagers

- Insecten
- Mijten
- Nematoden
- Slakken
- Vogels
- ….
 Mens is oorzaak van plagen door moderne teelttechnieken

Afweer van planten tegen belagers

- Mechanische afweer
 Dikke cuticula ( Buitenste laag van planten)
 Haren op het blad- brandharen
 Doornen, steeksels
 Mimicry = nabootsen van eieren op bladeren om te verhinderen dat plantenetende insecten
eieren leggen op de planten

- Chemische afweer
 Productie van secundaire metabolieten: bitter- of gifstoffen
o Planten produceren secundaire plantenstoffen die herbivoren kunnen afweren. Deze
zorgen ervoor dat de plant heel bitter, of zelf giftig is.
 Productie van verteringsremmers
o Sommige planten produceren stoffen die de spijsvertering van herbivoren remmen,
waardoor ze ontmoedigd worden.
 Glucosinolaten in kool en mosterd  werken ook als afweer tegen Homo sapiens (zitten in
spruitjes) zoals

- Informatie- uitwisseling
 Chlorofyl- fluorescentie- superoxide en gamma aminoboterzuur
o Planten kunnen reageren op insectenvoetafdrukken door chlorofyl-fluorescentie-
superoxide en gamma aminoboterzuur, wat wijst op de registratie van insectenactiviteit.
 Daarnaast heb je ook induceerbare afweer ( Induced systemic resistance)
o Planten kunnen specifieke afweermechanismen activeren, zoals jasmonzuur en salicylzuur,
na detectie van belagers  schade rups  Productie signaalhormoon ( JA = jasmonzuur)
 Afweer wordt geproduceerd
o = lokaal en systematisch ( INDUCED SYSTEMIC RESISTANCE) = zodra een plant een insect
opmerkt, wordt in de plant het hormoon jasmonzuur gemaakt. Dat zorgt dat een
afweerreactie in gang wordt gezet, die verdere schade voorkomt. Al snel daarna wordt het
jasmonzuur weer afgebroken door enzymen omdat het hormoon de groei en ontwikkeling
van de plant remt. De geïnduceerde afweerreactie zorgt voor een algemene
plantweerbaarheid (ISR). Dit is een afweermechanisme dat niet specifiek is en dus
werkzaam is tegen een hele reeks insecten. Daarnaast is het afweermechanisme stabiel en
eenmaal geïnduceerd blijft het actief gedurende de levensduur van de plant.

,Indirecte afweer

 Uitzenden van SOS signalen = geurstoffen: aantrekken natuurlijke vijanden + alarmeren
buurplanten
 Per plaaginsect een specifiek mengsel van alarmstoffen
 Wanneer planten worden aangevreten door bepaalde insecten, kunnen ze geurstoffen
afgeven die de natuurlijke vijand van deze insecten aantrekken. Er is dan sprake van
indirecte afweer.
 Voorbeeld: sperzieboom ( Phaseolus vulgaris) die wordt belaagd door de bonenspintmijt
( Tetranychus urticae). Wanneer de plant wordt aangevreten, geeft deze geurstoffen af
die de roofmijt ( Phytoseiulus persimilis), de natuurlijke vijand van de bonenspintmijt
aantrekt. Bonenplanten in de indirecte omgeving van aangevreten planten vangen deze
geurstoffen ook op, deze plant gaat hierdoor ook geurstoffen produceren om de roofmijt
aan te trekken.

Biologische beheersing

 Predatoren
o Natuurlijke vijanden zoals zweefvliegen, galmuggen, lieveheersbeestjes, gaasvliegen,
roofwantsen, oorwormen, roofmijten en fluweelmijten worden ingezet voor biologische
beheersing.
 Parasitoiden
o Sluipwespen, Bacillus thuringiensis- Verticilum lenacii ( parasitaire schimmel) en Parasitaire
nematoden worden ingezet als natuurlijke vijanden

Toepassing van biologische beheersing:

 Zweefvlieg: 1 larve kan 250–400 bladluizen in 2 weken beheersen.
 Galmug: 1 larve kan 20–100 bladluizen in 2 weken beheersen.
 Gaasvlieg: 1 larve kan 15–20 bladluizen per dag beheersen.
 Roofwants: Beheerst verschillende insecten per dag.
 Lieveheersbeestje: Eén larve kan 50–70 bladluizen per dag beheersen.
 Oorworm: Beheerst bladluizen, mijten, larven, eieren, schildluizen, en kleine rupsen.
 Roofmijt en Fluweelmijt: Beheersen een verscheidenheid aan plagen.

, Functionele agrobiodiversiteit en duurzame gezondheid

Waarom functionele agrobiodiversiteit?

In de moderne landbouw is er een groeiende erkenning van de beperkingen van conventionele GBM.
Factoren zoals wetgeving, resistentieontwikkeling bij plagen, opkomst van nieuwe ziekten en plagen,
en de kosten van chemische bestrijdingsmiddelen hebben geleid tot een heroverweging van
benaderingen voor gewasbescherming. Daarnaast worden ongewenste neveneffecten van intensief
gebruik van chemische middelen erkend, en het imago van de landbouw wordt beïnvloed door de
ecologische impact van bepaalde praktijken.

Wat is functionele agrobiodiversiteit?

= FAB verwijst naar het gebruik van natuurlijke soortenrijkdom in de landbouw om ziekten en plagen
te onderdrukken. Het is een duurzame aanpak die verder kijkt dan het traditionele gebruik van GBM
en benadrukt het belang van biodiversiteit in agrarische ecosystemen.

Implementatie van functionele agrobiodiversiteit (FAB)

 Akker- en bloemenranden
o Door het creëren van akkerranden met bloemenmengsels kan de biodiversiteit worden
bevorderd. Deze randen fungeren als leefgebied voor natuurlijke vijanden van plagen
 Buffering van het milieu
o Door middel van FAB kunnen milieuproblemen worden verminderd, zoals de afspoeling van
chemische stoffen in waterbronnen

Rol van bloemenmengels

 Eenjarige Bloemenmengsels:
o Snelle bloei van eenjarige bloemenmengsels biedt voedsel en leefgebied voor natuurlijke
vijanden van plagen.
 Meerjarige Bloemenmengsels:
o Meerjarige bloemenmengsels voorzien in voedsel, leefgebied en overwinteringsgebieden
voor natuurlijke vijanden.

Seizoensgebonden Overwegingen

 Winter:
o Lopende fauna overwintert in bermen, slootkanten en akkerranden.
o Vliegende fauna overwintert in bosjes, hagen en heggen.
 Lente:
o Lopende fauna migreert van bermen, slootkanten en akkerranden de akker in.
o Vliegende fauna bereikt de akker vliegend, met meetbare effecten tot op 1 km.

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur brechjevdw. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €10,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

48298 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 15 ans

Commencez à vendre!
€10,49
  • (0)
  Ajouter