Geschiedenis & esthetiek vd film
Les 1: Inleiding: Film en filmgeschiedschrijving
Actua
European film academy: Treasures of european film culture
Website met lijst over bekende en belangrijke plaatsen waar europese films zijn
opgenomen
o Bv: James Bond 007 films in Oostenrijks landschap
Disney schrapt 21st century Fox als merknaam
Disney is een cruciale speler in globale mediaindustrie
o Pioniers in ontwikkeling vd animatiefilm
Multimedia conglomeraat (pretparken, merch, zenders…)
Fox is een vd klassieke studio’s v hollywood
o Fox is ook tv zender, politieke connotatie
Vlaams regeerakkoord sept 2019
Tax shelter, minder belastingen voor bedrijven in de audiovisuele sector, fiscaal
voordeel
o Werd misbruik gemaakt door antwerpse productiehuizen die het fiscaal
voordeel gebruikten maar geen films produceerden
Het belang van films als medium
Marginaal:
o Dalend bioscoopbezoek (in Europa en de VS)
o Dalende productie (in Europa en de VS)
o Concurrentie ‘nieuwe’ media
o Illustratie:
‘Home cinema 1912’
Advertentiefoto studio
Kinetoscope Edison
Centraal:
o Start van audiovisuele keten
o Archieven en catalogi
o Synergie
o Film als tijdbeeld
o Eerste audiovisuele massamedium
o Productie, distributie, vertoning, representatie,
beleving, regulering
o Technologie, esthetiek, cultuur, economie
o Het belang van filmgeschiedenis om onze om hedendaagse multimediale
maatschappij te begrijpen
o Mediabeleid, industrie en identiteit
Definities van film
Drager/ technologie
1
, o Pellicule (nitraat/tri-acetaat) 8, 9.5, 16, 35, 70 mm
o 35mm klassieke formaat, 70mm breed beeld op pellicule
o Televisie (golven), medium waar nog steeds het meeste film wordt op
bekeken
o Videocasette (magnetisch, analoog), toegankelijk
o DVD, computer, USB-stick (digital)/restauratie?
Vorm, inhoud en betekenis/esthetiek
o Formats & genres: animatie/ live action
Filmcultuur/ vertoningscontext / kanalen
o Bioscoop, (analoog/ digital), huiskamer, PC, tablet, smartphone
Productiestructuren/economie
o Studiosysteem / arthouse / avant-garde / third cinema
Soorten geschiedschrijving
Klassieke filmgeschiedenis
o Historisch overzicht ‘grand story’
o Bv. Sadoul: canon van films en filmmakers
o Unieke visionering van films (geheugen!)
New revisionist film history (jaren ’80-heden)
o Empirisch onderzoek (archieven, films/andere bronnen)
o Bv. Bordwell, Thompson & Staiger: klassieke Hollywood
o Allen & Gomery: productiegeschiedenis, aanzet receptie
o Formeel-esthetische geschiedenis
o Vroege cinema: ‘cinema of attractions’ vs ‘primitieve’ cinema (Gunning)
2
,Les 2: Hfst 3: Griffith en de ontwikkeling van de
narratieve film
(Cook pp. 51-85)
David Wark Griffith (1875-1948)
o Invloeden en begin als acteur/regisseur
o Innovatie 1908-1909: interframe narratie
o 1909-1911: intraframe narratie
Films
o Judith of Bethulia
o The Birth of a Nation
o Intolerance
Verdere evolutie
Innovatie 1908-1909: interframe narratie
o The adventures of Dollie (1908)
o Ontdekkingen tijdens productie
Uitvindingen = oplossing praktisch probleem
Geen ‘theoretisch kader’ (cfr. door hem beïnvloede Eisenstein)
o Vaste cameraman Bitzer
o =? Overgang ‘primitieve’ naar ‘klassieke’ cinema
o Kritiek op pioniersrol Griffith?
Thompson (& Bordwell & Staiger): Classical Hollywood Cinema
Barry Salt: Film Style & Technology
Innovatie/narratie in context van productiesysteem en technische
ontwikkelingen = Griffiths belang nuanceren
o Antwoord Cook?
neen, want: tijdgenoten & ”Birth of a Nation”
ja, want vb. 180 graden regel
o Ruimtelijke lengteverschillen binnen dramatisch geheel van een scène
o The Greasers Gauntlett (1908): Medium Long naar Full shot
o (35 mm zoom filmcamera’s pas in 1935)
3
, o Temporele lengteverschillen (parallelmontage) buiten ‘chase’ scènes =
Crosscutting of intercutting meerdere scènes
o 3 in The Lonely Villa (1909)
o Later 4 in Intolerance (1916)
o Voorloper subjectieve camera: Motivated point of view shots / eye line
matching
o Flashback
o Door montage shots verschillende lengte tempo / spanning creëren
Voorbeeld: A Corner in wheat (1909)
1909-1911: intraframe narratie
o Wat gebeurt er binnen het frame?
o Hoge kwaliteit van verhalen
o Chase films en Shakespeare
o Goede acteurs: naturel en subtiliteit in expressie
o Decors (naar Hollywood seizoen)
o Expressieve belichting (Rembrandt lighting)
o Camerabeweging en -plaatsing
The lonedale operator (1911) travelling shots
o Diepte in het shot
o Camerahoek: kikker/vogel/ visuele metaforen
o Dissolve / fade-in fade-out (manueel!)
o Iris shot
o Mask
o Split screen
o Soft focus
Het streven naar langere films
Complexere narratie:
o The Painted Lady (1912)
4