Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting SV Gedragsleer les 3.1, 3.2, 3.3, 3.4-3.5, 4.1, 4.2, 4.3, 4.5-4.6 €8,99   Ajouter au panier

Resume

Samenvatting SV Gedragsleer les 3.1, 3.2, 3.3, 3.4-3.5, 4.1, 4.2, 4.3, 4.5-4.6

2 revues
 112 vues  3 fois vendu
  • Cours
  • Établissement
  • Book

Samenvatting Gedragsleer les 3.1, 3.2, 3.3, 3.4-3.5, 4.1, 4.2, 4.3 en 4.5-4.6. Literatuur voor de gemaakte samenvattingen per les, staat beschreven bovenaan de bladzijde van elke samenvatting!!

Aperçu 4 sur 71  pages

  • Non
  • H5: 5.2, h6: 6.3 6.5
  • 14 juin 2018
  • 71
  • 2017/2018
  • Resume

2  revues

review-writer-avatar

Par: saskiavanstraalen • 5 année de cela

review-writer-avatar

Par: famkehagel • 6 année de cela

Traduit par Google

A good summary, but I still think it is very extensive. It is not a summary that you can read through.

avatar-seller
GL 3.1 - De afwijkende ontwikkeling

Leerdoelen:
 Herkennen gedragskenmerken van autisme, angst en depressie
 Herkennen gedragskenmerken ad(h)d en odd
 Benoemen welke (evidence based) begeleiding- en/of behandelmethodieken worden
toegepast, rekeninghoudend met transculturele aspecten.

Theorie:
 Nevid, J. S., Rathus, S. A. & Greene, B. (2012). Psychiatrie in de Verpleegkunde. Pearson
Education Benelux, Amsterdam.[copyright content] Paragraaf 7.1.1 en 7.1.2, Paragraaf 7.2
tot en met 7.2.1, Paragraaf 7.5 tot en met 7.5.6, Paragraaf 7.6 tot en met 7.6.4.
 Ripken, S.P. (2009). Handboek Kinderen en Adolescenten. Bohn Stafleu vanLoghum,
Houten. Hoofdstuk "Gedragsstoornissen". [via copyright content]
 Kat, F., Beenackers, A.& Brugge, ter W. (2009). "Leven met ADHD". Psycho Praktijk,
1(2) [via mijn bsl]

Psychiatrie in de verpleegkunde
7.1.1 Prevalentie van geestelijke gezondheidsproblemen bij kinderen en adolescenten.
13% van de kinderen lijdt aan psychische problematiek die zo ernstig is dat hier professionele hulp
bij nodig is. Er zijn 2 soorten:
 Geïnternaliseerde problemen ( angst, depressie)
 Geëxternaliseerde problemen( afreageren van agressie)

7.1.2 Risicofactoren voor jeugdstoornissen
Risicofactoren:
 Genetische vatbaarheid
 Stressoren uit de omgeving ( bijv. achterstandswijk)
 Gezinsfactoren (bijv. verwaarlozing of misbruik)
 Geslacht ( jongens meer tijdens de jeugd, meiden meer tijdens adolescentie en vrouwen
meer tijdens volwassenheid)

Kindermishandeling en verwaarlozing
Spelen een belangrijke rol bij de ontwikkeling van psychologische- en persoonlijkheidstoornissen.
Mishandelende of verwaarloosde kinderen hebben vaak problemen met het vormen van gezonde
relaties met leeftijdsgenoten en met het ontwikkelen van een gezonde hechting aan anderen.
Voorbeelden: Geen empathie tonen, geen geweten en geen bezorgdheid over anderen. Ook kunnen
ze zich op een wrede manier uiten door hun ervaringen. Seksueel misbruik en mishandeling van
kinderen is bepaald geen geïsoleerd probleem. De gevolgen van kindermishandeling voor het
gedrag en de emoties duren soms voort tot in de volwassenheid. In de VS is misbruik en
mishandeling meer aan de orde dan in andere (westerse) landen. Zelfs met de dood als gevolg. Ook
zijn er veel kinderen slachtofer van kindermishandeling of verwaarlozing.
Het is naast lichamelijke verwaarlozing of misbruik moeten we ook aandacht hebben voor de
emotionele schade. Schelden veroorzaakt grote emotionele schade. Ook heeft pesten een negatief
efect op het zelfbeeld van een kind.

7.2 Pervasieve ontwikkelingsstoornissen
Pervasieve ontwikkelingsstoornissen: Kinderen die dit hebben vertonen opvallende beperkingen
van het gedrag of het functioneren op verschillende ontwikkelingsterreinen.
Deze stoornissen worden vaak tijdens de eerste levensjaren ontdekt.
Vormen (zie tabel 7.3):
 Autisme (zie hieronder voor uitwerking)
 Stoornis van ASperger: lichtere vorm. Kenmerken: gebrekkige sociale interacties en
ontwikkeling van beperkt, obsessief of repetitief gedrag. Deze kinderen worden meestal
niet geremd door een belangrijke intellectuele achterstand of taalachterstand.
 Syndroom van Rett: komt alleen bij vrouwen voor
 Desintegratiestoornis van de kinderleeftijd: -

7.2.1 Autisme
De laatste 10 jaar is de diagnose autisme 10 keer zo vaak gesteld. Oorzaken hiervan zijn
onduidelijk en kan voor een deel worden verklaard door betere diagnostiek. Oorzaak autisme is
onbekend. Prevalentie: 30 kinderen per 10.000. Komt 4 keer zo veel voor bij jongens als bij meisjes.
Diagnose wordt gemiddeld op 6 jarige leeftijd gesteld. Vroege diagnose verbeterd het perspectief
omdat eerder behandeld kan worden.

,Kenmerken (zie tabel 7.2):
 Herhaalde, doelloze, stereotiepe bewegingen: eindeloos rondtollen, met de handen
wapperen, naar voren of achteren wiegen of met de armen rond de knieën zitten.
 vermijden oogcontact
 vertonen nauwelijks gezichtsuitdrukkingen
 automutilatie (zelfverwonding)
 driftbuien of in paniek raken
 aversie tegen veranderingen in de omgeving
 gehecht aan rituelen
 tekenen van zwakzinnigheid
 moeilijk om te leren symboliseren
 moeilijk vind om interactie te hebben met anderen
 ontbreken van coöperatie

Theoretische perspectieven
Vroeger werd gedacht dat autisme ontstond doordat ouders koud en afstandelijk waren. Uit
onderzoek is echter gebleken dat dit niet zo is. Momenteel wordt gedacht dat de oorzaak van
autisme een neurologische basis veroorzaakt door een hersenafwijking is. OP MRI en PET scan zijn
afwijkingen in de hersenen te zien welke mogelijk duid op een verlies van hersencellen. De
specifieke achterliggende oorzaak is nu nog steeds onduidelijk.
Wetenschappers vermoeden dat autisme ontstaat door een combinatie van (meerdere) genetische
factoren en (onbekende) omgevingsfactoren.

Behandeling
Autisme is niet te genezen. Vroegtijdige, intensieve gedragstherapeutische behandelprogramma's
kunnen leer- en taalvaardigheden en sociaal aangepast gedrag bij autistische kinderen aanzienlijk
verbeteren. Therapeuten en ouders maken gebruik van beloning en straf om het kind sociale
vaardigheden te leren. Voor de behandeling is het van belang dat ouders en andere gezinsleden
gesteund worden in het omgaan met hun kinderen met autisme.
Biomedische behandelmethoden zijn grotendeels beperkt gebleven tot het gebruik van
psychiatrische geneesmiddelen om storen gedrag te reguleren. Echter geeft dit geen constante
verbetering.
Autisme zet zich gewoonlijk door in meer of mindere mate in de volwassenheid. Het niveau
verschild tusen hoger onderwijs en zelfstandig functioneren en opname.

,7.5 Gedragsstoornissen
Gedragsstoornissen zijn sociaal verstorende en meestal problematischer voor anderen mensen dan
voor het kind bij wie de diagnose is gesteld. Comorbiditeit is zeer hoog bij deze kinderen.

7.5.1 Aandachtstekortstoornis met (ADHD) en zonder hyperactiviteit (ADD)
ADHD: aandachtstekortstoornis met hyperactiviteit. Kenmerkend: buitensporige motorische
activiteit en onvermogen om te concentreren.
Hyperactiviteit: afwijkend gedragspatroon dat wordt gekenmerkt door problemen met het
vasthouden van de aandacht en extreme rusteloosheid.
ADD: aandachtstekortstoornis zonder hyperactiviteit.

3 typen ADHD:
 Hoofdzakelijk onoplettend type.
 Hoofdzakelijk hyperactief of impulsief type.
 Combinatie, gekenmerkt door: hoge mate van onoplettendheid en hyperactiviteit-
impulsiviteit.

Diagnose wordt vaak tijdens de basisschool gesteld. Als bij peuters hyperactiviteit wordt
geobserveerd, ontwikkeld zich vaan geen ADHD. ADHD is momenteel de meest gediagnosticeerde
stoornis bij kinderen en komt 2 à 3 maal zo veel voor bij jongens. Bij volwassenen liggen de cijfers
meer gelijk tussen mannen en vrouwen.
Bij jongens met ADHD ontbreekt het vaak aan empathie en besef van andermans gevoelens. Deze
kinderen zijn meestal niet zo populair. Kinderen met ADHD lopen meer risico op problemen met
gebruik van een middel, antisociaal gedrag en stemmings- en angststoornissen.

ADHD-symptomen nemen op latere leeftijd af, maar houd vaak in een minder vorm stand tijdens
adolescentie en volwassenheid. Prevalentie bij volwassenen in NL: 5.0 %. Kwam vaker voor bij
mannen en lager opgeleiden.
ADHD werd minder frequent vastgesteld in ontwikkelingslanden.

Kenmerken ADD:
 Moeite om aandacht ergens op te richten.
 Hoofd- en bijzaken niet goed onderscheiden.

,  Veel moeite met plannen en organiseren.
 Problemen bij taakgericht werken en omgang met leeftijdgenoten.
 komen stil, teruggetrokken, passief en vergeetachtig over.

Kenmerken ADHD:
 hyperactief en impulsief
 concentratieproblemen
 problemen op school
 niet stil kunnen zitten
 driftbuien
 gevaarlijk gedrag (zomaar de straat oversteken).

De beoordeling van 'normale' overactiviteit en hyperactiviteit is essentieel, anders worden kinderen
'in hokjes gestopt' alsof ze geestelijk gestoord of ziek zijn. Er moet een duidelijk verschil gemaakt
worden tussen kinderen die overactief, doelgericht en hun gedrag kunnen aan sturen En kinderen
die hyperactief zijn en hun gedrag niet lijken te kunnen conformeren aan eisen.

Theoretische perspectieven
Onderzoek toont een belangrijke rol van
erfelijkheid aan bij ADHD. Wel moet rekening
worden gehouden met omgevingsfactoren met
wisselwerking van erfelijke factoren.
Omgevingsfactoren die verband houden met
aandachtstekortstoornissen met hyperactiviteit
zijn: roken en emotionele stress tijdens de
zwangerschap, hoopoplopende gezinsconflicten
en gebrekkige vaardigheden van ouders om
met wangedrag om te gaan.
Uit onderzoek blijkt dat ADHD waarschijnlijk
ontstaat door een defect in de uitvoerende
controlefuncties van de hersenen dit betrekking
hebben tot de aandachtsprocessen en
onderdrukking van impulsief gedrag die nodig
zijn voor de organisatie en uitvoering van
doelgericht gedrag (prefrontale cortex).

7.5.3 Gedragsstoornis
Gedragsstoornis: psychische stoornis tijdens
de jeugd en adolescentie die wordt gekenmerkt door verstoren, antisociaal gedrag.
Bij ADHD kunnen hun gedrag niet beheersen. Kinderen met een gedragsstoornis vertonen
opzettelijk patronen van antisociaal gedrag waarbij sociale normen en de rechten van anderen
worden geschonden. Net als antisociale volwassenen zijn veel kinderen met een gedragsstoornis
gevoelloos en hebben blijkbaar geen schuldgevoel of berouw over hun misdaden.
Gedragsstoornis komt bij jongens vaker voor dan bij meiden. Bij jongens komen stelen, vechten,
vandalisme of disciplineproblemen vaker voor en bij meisjes liegen, spijbelen, weglopen,
drugsgebruik en prostitutie. Kinderen met een gedragsstoornis hebben vaak onder ander
stoornissen of ander problematische gedragingen.
Een gedragsstoornis is meestal chronisch of hardnekkig. Antisociaal gedrag tijdens de vroege
adolescentie is vaak een voorbode van alcohol- en drugsmisbruik later.
Ander vorm van gedragsstoornis kent zijn oorsprong in antisociaal gedrag ( gevoelloosheid en kille
omgangswijze)

7.5.4 Oppositioneel-opstandige gedragsstoornis
Oppositioneel-opstandige gedragsstoornis: een psychologische stoornis tijdens de jeugd en de
adolescentie die wordt gekenmerkt door excessieve opstandigheid of door te weigeren zich te
voegen naar verzoeken of regels van ouders en anderen.
gedragsstoornis en oppositioneel-opstandige gedragsstoornis worden vaak gecombineerd onder de
algehele noemer 'gedragsproblemen'. De ppppositioneel-opstandige gedragsstoornisis echter meer
verwant aan een niet-delinquente (negativistische of opstandige) gedragsstoornis, terwijl bij een
gedragsstoornis sprake is van een meer uitgesproken delinquent gedrag. Een oppositioneel-
opstandige gedragsstoorniskan op latere leeftijd lijden tot antisociaal gedrag en een
gedragsstoornis.
Kinderen met een oppositioneel-opstandige gedragsstoornis zijn meestal negativistische of
opstandig en ze verzetten zich autoriteiten. De stoornis begint meestal voor het 8e levensjaar en
begint meestal thuis maar het kan zich aan andere omgevingen uitbereiden.

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur verpleegkundestudentjessaxion. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €8,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

75632 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€8,99  3x  vendu
  • (2)
  Ajouter