Met behulp van deze uitwerkingen heb ik dit vak afgesloten met ruim een 7.
(Zorgvuldige) bestudering van deze uitwerkingen levert gegarandeerd een voldoende op voor het vak sanctierecht.
Werkgroep 1
1. Beantwoord – bij voorkeur zonder iets van de stof te hebben gelezen – de volgende
vraag: waarom straffen wij?
(Sommige straffen kunnen afzonderlijk als hoofddoel van een straf gezien worden, maar ook
als subcategorieën. De dikgedrukte zijn toch wel de hoofdstraffen. De nadruk tussen de
hoofdstraffen is wat aan het verschuiven. Waar vroeger de nadruk op resocialisatie lag, is
het nu richting beveiliging, vergelding en herstel aan het veschuiven).
Afschrikken
Vergelding
Is vergelden een doel of is straffen hetzelfde als vergelding? Er kan namelijk gesteld
worden dat straffen per definitie vergelding is, want je voegt hoe dan ook leed toe
(definitie van Keule & Knigge). Daartegenover staat dat straffen/vervolgen een keuze
is ofwel men beoogt een doel hiermee.
Speciale preventie
Afschrikken van het individu.
Resocialisatie en behandeling.
Onschadelijk making.
Generale preventie
Normbevestiging + norminprenting.
Afschrikken potentiele toekomstige dader.
Conflictoplossing, voorkomen van eigenrichting.
Beveiliging
Herstel
De situatie terugbrengen naar het oude ‘normaal’ voordat de daad werd uitgevoerd.
Het conflict teruggeven aan de betrokken partijen zonder bemoeienis van de
overheid.
Laatste jaren is het steeds meer een strafdoel geworden, bijvoorbeeld: de
ontnemingsmaatregel. De oude toestand wordt hersteld door het ontnemen van het
wederrechtelijke voordeel.
Norminprenting = duidelijk maken dat iets niet mag.
Resocialisatie (behandeling) = iemand die een straf krijgt daarna op een goede manier laten
terugkeren in de samenleving. Ervoor zorgen dat iemand niet meer de criminaliteit in wilt.
Heeft zowel betrekking op straffen als op maatregelen.
Beveiliging van de samenleving = ook wel onschadelijk making genoemd.
Tbs-behandeling valt hieronder, recidivegevaar laten teruglopen naast het opsluiten
van de dader.
Verschil straffen en maatregel
Straffen = echt gericht op leedtoevoeging ofwel het vergelden.
Maatregelen = meer gericht op de behandeling. Zijn niet bedoeld om leed toe te
brengen bij een individu. Vergelding speelt geen rol. Het richt zich op andere doelen
dan vergelding, zoals bescherming van de maatschappij.
2. Om de vraag te beantwoorden waarom wij straffen wordt in de literatuur
onderscheid gemaakt tussen een drietal clusters van strafrechttheorieën, te weten
de retributieve straftheorieën (ook wel: absolute vergeldingstheorieën), de relatieve
, (ook wel: doeltheorieën) en de verenigingstheorieën.
Licht ieder van deze theorieën toe. Geef daarbij aan wat deze theorieën inhouden,
wat daarbij als grondslag en als doel van de straf wordt gezien en wat thans de
heersende strafrechtstheorie is. Noem voorts de kenmerken van elke
strafrechtstheorie en licht toe in welke tijd deze theorie kan worden geplaatst.
Uit de tekst van Bleichrodt en Vegter.
Klassieke richting (VOOR 1900) = wordt vooral naar de daad gekeken.
Absolute vergeldingstheorie (retributieve straftheorie) = schuldvergelding. Uit een feit dat
het een delict is gepleegd en de schuld dat iemand daaraan heeft, dient een straf te volgen.
De grondslag is gelegen in de normoverschrijding van een individu. Er wordt dan ook
gekeken naar het verleden ofwel de DAAD die is begaan.
Vloeit voort uit de Verlichting en het idee dat elke mens een rationeel wezen is. De
mens is een calculerend wezen. Er was een afweging gemaakt tussen voordelen en nadelen
van de misdaad, uiteindelijk wogen de voordelen dus af tegen de nadelen en werd ernaar
gehandeld. Het straffen zou effect hebben omdat het de nadelen zou vergroten.
Rechtvaardiging van de straf? Dit is ook weer vanwege de normoverschrijding + het
vergelden van de schuld die de dader op zich heeft.
Doel van deze theorie? Vergelden (ofwel leedtoevoeging), kan heel vergaand zijn
volgens sommige filosofen (zoals Kant). Denk aan: als morgen de wereld vergaat, moet
vandaag de misdadiger toch nog gestraft worden. Het doel is namelijk vergelden, ook al
eindigt de wereld de volgende dag en heb je niks aan de straf.
Verschil tussen wraak en vergelding. Wraak is meer door emoties gedreven en niet
proportioneel. Terwijl vergelding enkel de toegebrachte schade probeert recht te brengen,
er zitten dus grenzen aan.
Klassieke richting (NA 1900) = wordt vooral gekeken naar de dader.
Relatieve theorie (doeltheorie) = de grondslag/rechtvaardiging van deze theorie is gelegen
in het doel van de straf ofwel het nut dat een straf kan hebben. Het doel is dan voornamelijk
speciale en generale preventie van misdaad. Doel wordt dus gevonden in de verschillende
strafdoelen. Men kijkt echt wat het aan wilt met de toekomst van de dader, de straf moet
een bepaald NUT hebben. Wordt gekeken naar de toekomstige gevolgen/te verwachten
effect van de straf.
Rationale wezen werd losgelaten. Calculeren van misdaad werd losgelaten. Werd
juist gepleit dat mensen tot misdaad overgaan aan de hand van economische, situationele,
sociale, biologische etc. factoren. Hierdoor werd aangenomen dat deze factoren
beïnvloedbaar zijn en dus veel meer focus op behandeling van misdadigers. Het straffen
richtte zich dus op de DADER en de toekomst van het individu.
Moderne richting = gekeken naar het beveiligen van de samenleving
Verenigingstheorie = de grondslag is gelegen in de vergelding en de rechtvaardiging van
de straf is gelegen in de verschillende doelen waarvoor gekozen kan worden. Het DOEL is
dus niet per se vergelden, want vergelding wordt gelijkgetrokken met het straffen.
Straffen worden ingegeven door vergelding, daarom wordt straf opgelegd. Maar de
keuze voor de straf is gelegen in de keuze voor welk DOEL wordt nagestreefd. Vaak wordt
het doel gelijkgesteld aan een vorm van preventie. Dit is de heersende straftheorie. Hierbij
wordt rekening gehouden met de zwaarte van de straf als het doel ook bereikt kan worden
, met een minder zwar straf. Dus niet meer “oog om oog, tand om tand” maar meer gekeken
naar de proportionaliteit van een straf die dus ook lager/minder zwaar kan uitvallen.
3. De absolute vergeldingstheorieën en de doeltheorieën kennen in hun meest zuivere
vorm zowel een beschermend aspect dat (veelal) in het voordeel van de dader
uitpakt, of in ieder geval kan uitpakken, als een duidelijke schaduwzijde die uiterst
nadelig kan zijn voor de veroordeelde. Licht toe waarom dat het geval is.
Absolute vergeldingstheorie
Nadelen?
Straf mag nooit hoger zijn dan de schuld. Minder ernstige feiten worden minder hard
gestraft. Desalniettemin moet er hoe dan ook gestraft worden ook al heeft het geen
nut meer (bijvoorbeeld de dader gaat over een week dood).
Geen rekening gehouden met persoonlijke omstandigheden.
Voordelen?
Er wordt hoe dan ook altijd gestraft. Zorgt voor grote mate van rechtszekerheid.
Doeltheorie = relatieve theorie
Nadelen?
De straf kan veel zwaarder uitvallen dan de mate dat je schuld hebt. De dader als
persoon wordt namelijk erg in acht genomen.
Voordelen?
Kan leiden tot kortere/minder zware straffen als de kenmerken van de dader dat
toelaten.
Jonkers schrijft voornamelijk over vergelding
Vechter schrijft veel over behandeling
Mijer gaat veelal in op resocialisatie
4. Jonkers definieert de straf als de vergelding van schuld. Aan die constatering verbindt
hij ook een heel duidelijke consequentie.
a. Welke consequentie is dat?
Schuld zorgt voor legitimering van de straf. Schuld is de reden
waardoor gestraft kan worden. Daartegenover limiteert schuld de straf ook.
De straf mag enkel even groot zijn als de schuld die is veroorzaakt bij de daad.
Schuld maakt dat de straf is verdiend.
b. Wordt de door Jonkers gehuldigde opvatting door de Hoge Raad gedeeld?
Licht toe waarom dat het geval is.
Deelt de opvatting van Jonkers NIET. Omdat je zwaarder mag straffen
dan de schuld die iemand heeft. Zie het Zwarte Ruiter arrest (belangrijk)
waar Jonkers naar verwijst. In dit arrest was het nog zo dat rechters de
beveiligende werking van TBS wantrouwde. Hierdoor legde de rechter, naast
TBS, een flinke gevangenisstraf. De Hoge Raad besloot hierna dat de straf dus
groter/hoger/langer kan zijn dan wat de schuld rechtvaardigt. Dit met het oog
op de beveiliging van de samenleving.
Dit is tegenwoordig nog steeds van toepassing, denk aan de moord
op Peter R de Vries. Moordenaar kreeg levenslang voor enkelvoudige moord
om zo een duidelijk signaal af te geven naar de samenleving en niet enkel
gebaseerd op vergelding van de daad.
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur SjorsenHenk. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €15,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.