Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting criminologische sociologie €15,49
Ajouter au panier

Resume

Samenvatting criminologische sociologie

 5 vues  0 fois vendu

Deze samenvatting bevat de informatie van op de PowerPoint en de extra informatie van de prof.

Aperçu 4 sur 31  pages

  • 19 février 2024
  • 31
  • 2023/2024
  • Resume
Tous les documents sur ce sujet (43)
avatar-seller
edkids
H1. Situering van sociologische theorieën over
criminaliteit
Een voor-sociologische wijze: de vroeger denkwijze en kijk over de sociologie

1. Klassieke theorie

Historische context: grote transities in de 18e- 19e eeuw in Europa

In de 18e eeuw waren er grote ontwikkelingen:
- Van feodaliteit ( systeem gebaseerd op een fued, een band die staat tussen een leenman en
leenheer) naar moderniteit
 Koning (leenman) geeft land en vraagt loyaliteit in de plaats, ze moeten koning steunen
in oorlog.
 Veel autonomie, bepalen regels,voeren regels uit en zijn rechter (geen scheiding der
machten, Charles de montesqiue ) -> één persoon heeft veel macht
 Filosofen vaak voorlopers van maatschappelijke veranderingen
 Frankrijk had absolutistische monarchie ( koning had alles te zeggen), filosofen gaan hier
tegen in.

- Van brutale lichamelijke bestraffing (= niet rationeel) naar regels gefundeerde instutionele
sanctie (= rationeel)
 In de middeleeuwen brutale straffen, worden in vraag gesteld door filosofen
 Regels worden belangrijk

- Fundamentele rechten van de mens:
 Iedereen heeft aangeboren rechten, gewoon omdat je en mens bent
 Idee hiervan groeit in de 18e eeuw ( vooral in Frankrijk -> Franse revolutie 1789)

- Cesate Beccaria: dei delitti e delle pene ( over misdrijven en straffen) ( 1764)
 Hij werd geconfronteerd met mensen die misdrijven begingen, vroeg zich af wat volgens
de verlichting principes de beste manier was om criminaliteit aan te pakken
 Doelstelling van straffen is preventie, ze moeten toegepast worden om het onmogelijk te
maken dat dezelfde gedragingen opnieuw worden gesteld = het preventie principe,
straffen uitspreken met het oog op preventie, zowel individuele preventie ( gestrafte
persoon gaat die gedragingen niet meer stellen) en algemene preventie ( ook anderen
zullen zich weerhouden om gelijk aardige gedragingen te stellen omdat ze die zelfde straf
niet willen ondergaan)
 Let the punishment fit the crime: de straf moet in verhouding staan met het misdrijf
( disproportioneel karakter = straf is niet in verhouding met het misdrijf) (een
theoretische constructie)
 Grondlegger van een nieuwe manier van denken
 het utilitarisme = benadering in de filosofie die uitgaat van het utiliteits principe,
 het nuttigheids principe = mensen doen wat ze denken dat nuttig is voor andere
mensen
 Visie van utilitarisme met homo rationals, mensen zijn rationale wezens, ze denken aan
het voordeel en het nadeel dat ze er uit kunnen halen, deze moeten dus in evenwicht zijn
= utilitaire overwegingen van een rationele mens

,  Kenmerken van straffen:
 Openbaar ( anders is er geen kans op preventie doordat niemand er van weet)
 Snel ( hoe langer her duurt voordat een straf word toegepast, hoe sneller er vergeten
word waarvoor er gestraft is)
 Noodzakelijk ( om andere misdrijven te vermijden)
 De ‘juiste’ straf ( moet juist zijn om het volledige effect te bekomen)
 Proportioneel ( hoe zwaarder de inbreuk hoe zwaarder devstrafmaaat en ongekeerd)
 ‘Nulla poena sine lege’ ( geen straf zonder wet) het is onaanvaardbaar om straffen
uit te spreken die niet in de wet staat. Er moet een wet zijn waar in staat wat niet
mag, bij overtreding kan er dus gestraft worden. Er word niet gekeken naar de
persoon zelf alleen naar het misdrijf.
 Tegenhanger: nullum crimen dromen sine lege = geen misdrijf kan bestaan zonder
dat er op voorhand in de wet staat welk gedrag schadelijk is, er mag dus geen straf
worden toegekend die niet in de wet is opgenomen

 Panopticon gevangenis ( centrale gevangenis Leuven): centrale beuk en zijbeuken die
elkaar kruisen. Het middelpunt is het punt van waaruit de hele gevangenis bewaakt kan
worden. Typische gevangenis volgens het principe van Beccaria. Met minimale
inspanning een optimaal zicht op de gehele gevangenis. (voor de moderne technologie).
Beccaria was een pragmaticus.

- Jeremy Bentham:
 Het doel van het leven is geluk produceren op micro-, meso- en macroniveau
 Hedonisme = legt de nadruk op het zoeken van geluk
 Criminaliteit is inbreuk op het ‘greatest happiness principle’. Criminaliteit verminderd het
geluk van de samenleving.
 Achterliggende visie van de hedonistische calculus. Mensen kunnen ook vanuit een
rationele levensvisie een berekening maken over de vraag wat het meeste geluk
produceert voor henzelf, hun naasten en de samenleving. Als je hen kunt overtuigen dat
sommige gedragingen meer geluk produceren dan anderen, dan heb je geslaagd.
 Invloed op penologische en juridische praktijk:
 Hij had veel impact op de juridische praktijk. Hij werd soms gevraagd om
wetgevingen te schrijven en herschrijven. Zijn advies werd zeer op prijs gesteld.
 Hij had veel invloed op de pedologische praktijk = de praktijk die betrekking heeft op
straffen. Penologie = de leer van het straffen, welke straffen bestaan er en hoe
worden ze toegemeten en wat zijn de effecten van straffen.


1.1. Evaluaties van de klassieke school:
 Sterktes:
 Lot in eigen handen nemen ( je hebt vrijheid om te beslissen wat je doet)
emancipatorisch = iets wat mensen de kans geeft om mensen te laten ontplooien en
minder bedrukt en afhankelijk te zijn door anderen en hun lot in eigen handen te
nemen.
 Rationele visie op mens en samenleving

 Zwaktes:
 Geen oog voor oorzaken van criminaliteit
 Weinig oog voor verschillende types van criminaliteit
 Is plegen van misdaad echt een ‘vrije’ keuze?

, 2. Overgang naar sociologische theorieën

- Essentiële invalshoek:
 Aandacht voor relatie criminaliteit en sociale omgeving.
 Nadruk op gelijkheid van criminelen en niet-criminelen. ( criminelen verschillen niet veel
van niet-criminelen, hangt vaak af van de sociale context)

- Probleem van de individuele verantwoordelijkheid:
 Er is niet altijd een mogelijkheid om nee te zeggen tegen criminaliteit
 Afhankelijk van de groep, omgeving en context
 Een persoon kan niet anders reageren dan dat de sociale omgeving hem opdwingt


3. Grondleggers van de sociologische benadering
3.1. Ecologische theorie

De sociale omgeving waarin mensen leven en de manier waarop dat invloed heeft op hun gedachten
en gedragingen.

- Historische context:
 Ecologische theorie komt tot stand een paar decennia na dat er veel onrust was in
Europa. ( Franse revolutie 1789) ( val van Berlijnse muur 1989)
 Revolutie = omwenteling , de samenleving is gigantisch veranderd
 Periode na 1989, evolutie van de sociale wetenschappen

- André-Michel Guerry:
 Analyse van de officiële misdaadstatistieken in Frankrijk (1833 –
personen/eigendommen)
 Wou de misdaad van Frankrijk meten
 De cartografische school = school die gebruik maakt van kaarten ( de statistiek in kaart
brengen)
 Black box = ongekend gedeelte van criminaliteit omdat het niet gerapporteerd werd
 1833 hij publiceerde zijn eerste werken
 Er maakte een onderscheid tussen criminaliteit tussen personen en eigendommen

- Adolphe Quetelet:
Sur l’homme te le développement de ses facultés Où Essai de physique sociale (1835) (boek)

 Wiskundige, wiskunde gestudeerd in Gent
 De vader van de sociale statistiek, gegevens die verzameld worden uit de sociale realiteit
 Conclusie: niet de vrije wil is belangrijk, maar de impact van sociale factoren
 Criminaliteit heeft alles te maken met de sociale context
 Vergeet de vrije wil
 A.d.h.v. Statistische gegevens fundeert hij dit (Beccaria deed dit niet)
 Sociologische manier van denken

,  Tekst zie pwp:
 Hij wil weten wat mensen er toe leid om criminaliteit te plegen
 Hij wil nagaan op welke manier de seizoenen, het klimaat, het geslacht en de leeftijd
een rol spelen in hè toegaan van criminaliteit
 Hij gaat uit van een aantal constante factoren, maar mensen verschillen waardoor het
crimineel gedrag ook kan verschillen
 Personen kunnen zich bewegen in de richting van criminaliteit tegen eigendommen
en personen
 Mensen kunnen een gelijkaardige neiging tot criminaliteit vertoeven, maar dat
betekent niet dat ze dezelfde vorm van criminaliteit gaan plegen
 Hij beseft dat het niet over alle vormen van criminaliteit zal gaan omdat er altijd een
deel onbekend zal zijn, hierdoor kan je de totaliteit van de criminaliteit niet meten.
Alleen het gekende kan Gemeeten worden .
 Hij zegt dat er een redelijk contsante verhouding is tussen wat we niet kennen en wat
wel.
 Hij besluit dat er verschillen zullen zijn door de verschillende vormen van
criminaliteit. De verhouding tussen de gekende en ongekende criminaliteit hangt
samen aan de performantie van de justitie en aan de medewerking van de criminelen
en slachtoffers.
 Hij vergelijkt de cijfers binnenin Frankrijk, vergelijken tussen verschillende landen is
moeilijker en moet je voorzichtiger zijn
 Conclusie tabel 1: misdrijven veranderen in aantallen nauwelijks doorheen de tijd
omdat ze gekoppeld zijn aan de sociale context waaruit ze ontstaan, als deze context
niet veranderd dan is dan is het ook logisch dat de verhouding tussen de misdrijven
ook niet veranderd.
Zodra de sociale context veranderd zullen er waarschijnlijk wel veranderingen zijn in
de cijfers.
”Als de effecten in proportie zijn met de oorzaken dan zullen de effecten hetzelfde
zijn als de oorzaken onveranderlijke zijn”.
 Conclusie tabel 2: mensen met een betere opleiding hebben een betere plaats in de
samenleving en dus minder nood voelen om diefstallen te plegen, als ze toch
criminaliteit plegen zal dit vooral tegen personen zijn.
Het opleidingsniveau heeft dus vooral invloed op het TYPE van criminalitiet

 Algemene conclusie op basis van alle cijfers: factoren die een invloed hebben op de
criminalitiet zijn:
 leeftijd is zonder enige twijfel de grote oorzaak die met de meeste intensiteit
werkt om de neiging tot criminaliteit te ontwikkelen of te verzachten ( jongere en
oudere mensen plegen geen criminaliteit het zit allemaal in die midden categorie
23-33 jaar).
 Geslacht, vrouwen plegen andere criminaliteit dan mannen
 De seizoenen, in de zomer is er meer criminaliteit dan in de winter omdat meer
mensen buiten zijn en er meer conflicten kunnen ontstaan
 Het klimaat, harde natuurlijke omstandigheden zijn moeilijker om daar te
overleven waardoor de criminaliteit hoger kan oplopen.
 De job, de vrije beroepen ( eigen baas) zijn eerder geneigd om misdrijven tegen
personen te begaan. De werkende klasse ( werkgever) begaan eerder misdrijven
tegenover eigendommen, dit heeft te maken met hun sociaal economisch
statuut, als je armer bent heb je sneller de neiging om iets te stelen
 De morele opleiding en de meer technische opleiding worden vaak verward, er
moet dus een onderscheid gemaakt worden omdat de technische opleiding niets

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur edkids. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €15,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

51036 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 15 ans

Commencez à vendre!
€15,49
  • (0)
Ajouter au panier
Ajouté