Fysiologie H11 ademhaling
De lichaamscellen hebben energie nodig. Die komt vrij door verbranding van glucose, veten en eventueel
eiwiten. Daar is O2 voor nodig. Bij verbranding ontstaat CO2 . Die gassen moeten contnu worden aan-en
afgevoerd via de circulate. e worden ook wel bloedgassen of ademgassen genoemd. Ademhaling begint
fysiologisch gezien bij de aanvoer en opname van O2., en verloop via oxidateve omzetng van voedingsstofen
in de cellen tot afgife van CO2 aan de omgeving.
Luchtwegen en longen (11.2)
e vormen een buizenstelsel voor transport. Tijdens het transport door de
luchtwegen wordt de lucht verwarmd, bevochtgd en gereinigd.
Stofdeeltjes en bacteriën worden grotendeels verwijderd voordat de lucht
de longblaasjes bereikt.
Luchtwegen (11.2.1)
De neusholte is het contactoppervlak tussen neusslijmvlies en
ingeademde lucht vergroot door plooien (neusschelpen).
Het slijmvlies dat de neusholte bekleedt, bestaat uit slijmvliescellen en
trilhaarcellen. Het slijmvlies is sterk doorbloed. Dat draagt bij aan het
verwarmen en bevochtgen van de ingeademde lucht. Boven in de
neusholte bevinden zich reuk- en zintuigcellen die geuren waarnemen.
Vanwege deze functes is ademhaling via de neus beter dan via de mond.
In de keelholte (farynx) komen de routes van de ademhaling en
spijsvertering samen. Bij de ingang van het strotenhoofd
(larynx) scheiden de 2 wegen zich: lucht trachea en voedsel
ect oesophagus.
De ademhaling stopt even, de stemspleet wordt gesloten en het strotklepje
helpt mee het voedsel in de richtng van de oesophagus te transporteren zo
wordt voorkomen dat voedsel of dracht in de trachea terechtkomt.
In het strotenhoofd bevinden zich de stembanden. e kunnen
door contracte van spiertjes meer of minder strak gespannen
worden. Luchtstroom brengt de stembanden in trilling. De
spanning en trillingsfrequente van de stembanden bepalen de
hoogte van het stemgeluid
Trachea
De wand van de trachea is verstevigd met kraakbeenringen. Dat zijn C-vormige kraakbeenstroken die de
trachea openhouden wanneer er tjdens de inademing onderdruk ontstaat. De opening van de C-vormige ring
ligt aan de achterzijde van de trachea. Daar wordt de trachea afgesloten door glad spierweefsel. Door
contracte en relaxate van dit spierweefsel kan de diameter van
de trachea variëren. o wordt de diameter tjdens zware
inspanning groter.
, Bronchiën
De trachea vertakt zich in een rechter en linker
hoofdbronchus. De rechter vertakt zich vervolgens in 3
bronchiën naar de 3 rechterlongkrabben; de linker in 2
bronchiën naar 2 linkerlongkwabben.
Grote bronchiën hebben kraakbeenstukjes, kleine niet. De
kleinere takken heten bronchioli.
De luchtwegen zijn aan de binnenkant bekleed met
slijmvlies. Trilharen bewegen het slijm als een roltrap
contnu omhoog naar de keelholte.
Longen (11.2.2)
Alveoli
Longblaasjes.
Aan het einde van de bronchiaalboom bevinden zich de
alveoli. Aan de bronchiolus respiratorius ziten er al enkele,
aan het einde zit er een tros alveoli. Het alveolaire weefsel
wordt ondersteund door elastsche en collagene vezels in
het intersttum.
Tussen naast elkaar liggende alveoli zijn er kleine openingen: de poriën van Kohn, waardoor lucht van de ene
naar de andere alveolus kan. Dat heet collaterale ventlate.
Gaswisseling
De wand van de alveoli is heel dun en rijk aan capillairen. Door de alveolaire wand vindt gasuitwisseling plaats
tussen alveolaire lucht en het bloed difusie: van een gebied met een hoge druk naar gebied met een lage
druk.
Difusie van gassen door een wand is onder meer afankelijk van de wanddikte en het oppervlakte.
Surfactans
Aan de binnenzijde van de alveoli bevindt zich een vloedstofaagje dat zorgt voor een oppervlaktespanning.
Daardoor hebben alveoli de neiging kleiner te worden.
Kliercellen in de alveolaire wand scheiden een stof af die de oppervlaktespanning verlaagt: surfactans. Door de
aanwezigheid van surfactans is er minder druk nodig om de alveoli uit te laten zeten en open te houden.
alveoli zijn makkelijker rekbaar (compliante). Dat geef aan hoeveel drukverandering nodig is om een bepaalde
volume verandering tot stand te brengen.
Compliante verandering van volume / verandering van druk
o C ΔV / Δp
Compliantie
Bij een lage compliante zijn de longen weinig rekbaar. Er is dan een groot drukverschil nodig om de alveoli uit
te laten zeten. Het vereist dan veel spierkracht om in te ademen.
Bij een hoge compliante zijn de longen juist heel rekbaar. Er is dan weinig druk nodig. Komt voor bij mensen
met longemfyseem. Hun longweefsel rekt makkelijk uit , maar veert niet gemakkelijk terug.
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur PriscillaB. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €2,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.