PUBLIEK RECHT
Deel 1: Inleiding tot het recht
HOOFDSTUK 1: INLEIDING
1. Definitie
1.1 Wat is recht
“Wat is recht?” geen algemeen aanvaarde definitie (niet belangrijk, lezen):
- “Recht is een systeem van instellingen en regelingen dat in zijn geheel op een dwingende wijze de uiterlijke
aspecten van het samenleven ordent en bevordert.”
- “Het recht is het geheel der regels die op een bepaald tijdstip, in een bepaalde gemeenschap gelden en op
haar gezag zijn vastgesteld.” deze gebruikt meneer
- “Het recht is een stelsel van dwingende leefregels uitgevaardigd tot beveiliging van menselijke belangen
welke in het contact der samenleving in het gedrang dreigen te komen.”
Recht – rechtvaardigheid?
- Recht is niet perse rechtvaardig
o Klassenjustitie
o Vrouwen
o Racisme..
o Verjaring
Gevoel dat na verloop van tijd je niet meer gestraft moet worden
Bv. God vergeten 95% verjaard
Wel dingen die nooit verjaren
Genocide
Oorlogsmisdaad
- Recht moet rechtvaardig zijn subjectief (tijd/ ruimte)
- Recht = ‘iets dat op dat moment en op die plaats rechtvaardig is’
Recht = variabel
- Recht als instrument in handen van beleidsmakers die samenleving in bepaalde richting doen uitgaan
- Ideologieën sturen maatschappij in bepaalde richting
Waarom doen we wat het recht ons vraagt? door gezag, dwang (doet je in een richting lopen, ook tegen je zin)
Bv: meningen verdeelt over cannabis: op dit moment verboden en sanctioneren, maar velen zijn voor de legalisering
2. Kenmerken van het recht
2.1. “het recht is een geheel van regels, regelingen en instellingen”
2.1.1.Het recht wordt gevormd door gedragsregels
Tal van regels die aan individuen een bepaalde gedraging voorschrijven (opleggen, verbieden) normen met
algemene draawijdte.
2.1.1.1. Gebodsbepalingen
- Regels die zeggen dat je iets moet doen
- Voorbeelden
, o 1/ De opkomstplicht
Bij verkiezingen: je moet er zijn maar je mag ook gewoon ongeldig stemmen, geen kiesplicht
dus
Voor sommige verkiezingen wel/ niet
Gemeente = recht
Maar 2 landen hebben dit
België
Griekenland
Gevolgen hiervan vertaald zich in andere politieke strekkingen die minder of meer impact
hebben daardoor
Amerika: geen opkomstplicht
Kiezen president, wij kiezen ons staatshoofd niet
Hillary vs. Trump: Trump had niet de popular vote maar ingewikkeld systeem:
kiesmannen die afgevaardigden kiezen , in sommige staten the winner takes all: alle
kiesmannen
= democratisch????
o 2/ Leerplicht
Je moet niet naar school gaan maar je mag ook thuis leren
Is dat wel een goed idee voor mensen die schoolmoe zijn?
We sanctioneren als het niet wordt nagekomen
Kindergeld afnemen, sociale toelage afnemen
Tijd geweest dat een leerplicht vooral de bedoeling had om de ouders vrij te stellen,
veredelde kinderopvang
Bij ons: van 18 naar jongere leeftijd leggen?
Duaal leren
Werkplek leren
…
o 3/ Belastingplicht
Meer dan 1
Plicht om te zeggen wat onze inkomsten zijn: aangifte
Betalingsplicht
Waarom? Financieren het overheidsapparaat: geld nodig om de dingen kunnen doen die je
als overheid wilt doen wordt ook politiek gestuurd
Partijen die willen dat overheid weinig/ veel doet weinig / veel belastingen
o 4/ Plicht aangifte van geboorte
Waarom? Idee van 200 jaar oud, wetgeving ook van die tijd. Napoleon die dat bedacht
wou weten hoeveel soldaten hij ging hebben
o 4/ Dienstplicht
Verplicht om militaire dienst te leveren
Landen in oorlog vaak dienstplicht (1830) allemaal invloeden op regelgeving
Gehad tot eind 1980: was er nog dreiging? Kostte heel veel geld
2.1.1.2. Verbodsbepalingen
- Regels die zeggen dat je iets absoluut niet mag doen
- Voorbeelden
o 1/ Verbod op bigamie
2 huwelijken
Trouwen = rechten en plichten tegenover elkaar
2
, Polygamie = heel gebruikelijk in verschillende landen (Arabische landen, Afrika, VS, …)
o 2/ oneerlijke handelspraktijken
o 3/ Strafrecht
Verzameling van alle gedragingen die wij als samenleving niet wenselijk vinden
Bv. Wegcode
Daden die in het handelsverkeer zorgen voor negatieve gevolgen
Leurhandel
2.1.1.3. Verlofbepalingen
- Regels die niet moeten nageleefd worden, maar waar de mogelijkheid bestaat om al dan niet gebruik hiervan
te maken keuzerecht: ‘is dat op mij van toepassing of niet’
- Voorbeelden
o 1/ Indexering van woninghuur
Indexering dat wet toelaat (afgebakend percentage dat maar 1 keer per jaar mag), spelregels
Niet indexeren: contract
Niet in contract: er vanuit gaan dat indexering er wel is
o 2/ Bij trouwen
dingen die je niet vanonder raakt maar als je in statuut stapt komen er dus automatisch
plichten
je hebt ook een stukje keuzerecht: hoe gaan we onze goederen verdelen etc. ons inkomen
2.1.1.4. Louter technische regels
- Regels die geen gebod/ verbod inhouden, beïnvloeden ons gedrag dus niet dienen op het rechtsapparaat
te laten draaien
- Voorbeelden
o 1/ De inhoud van een dagvaarding
Hoe moet een dagvaarding eruit zien = dag uitgevaardigd dat je naar de rechtbank moet
gestandaardiseerd (40 bladzijden)
o 2/ De regels over de verplichte vermeldingen op een rijbewijs, identiteitskaart, ..
o 3/ De akten van de Burgerlijke Stand
Napoleon wou hele levensloop van zijn onderdanen in kaart brengen
Alles van juridisch belang in kaart brengen
Geboorteakte
Adoptieakte
Huwelijksakte
Scheidingsakte
Overlijdensakte
Via kantmeldingen: stamboomonderzoek
Regels hoe dat er moest uitzien: alles moest met de hand geschreven worden (digitalisering)
2.2.1 Het recht omvat het geheel van regelingen en instellingen
Recht zijn niet alleen regels, bestaat niet alleen uit abstracte normen die een algemene draawijdte hebben en op
iedereen van toepassing zijn.
- Bestaat ook uit regelingen die geen regels of normen zijn (geen algemene draawijdte):
o Voorbeelden
3
, 1/ Beschikkingen die een individuele draagwijdte hebben
Beslissingen met kleine groep in vizier
Benoemingen
2/ Rechtspraak
- Recht bevat ook aantal regels die betrekking hebben op de instellingen van het land
o Parlementen, regeringen, …
o Voorbeelden
1/ De staatsstructuur
Samenstelling, werking en bevoegdheid van de wetgevende, uitvoerende en
rechterlijke macht
2/ De gerechtelijke organisatie:
De samenstelling, werking en de bevoegdheden van de rechtbanken
2.2 Het doel van het recht is het ordenen van de samenleving
2.2.1 Het recht is een instrument om het samenleven in groep mogelijk te maken
Organisatie als onderzoeksobject recht als instrument in handen van beleid
Al in zeer primitieve maatschappij bestond een vorm van recht. Vanaf men in groepen leeft moeten er afspraken
gemaakt worden (bv. Over jacht, verdeling buit, voortplanting, …).
Recht is geen doel op zich maar een middel om bepaalde beleidsopties te realiseren. Dit is een politiek gebeuren en
geen kenmerk van het recht. Recht is om die reden dus ook steeds een afspiegeling van de overheersende
maatschappelijke tendensen in de maatschappij, een afspiegeling van waarden die historisch zijn gegroeid recht is
dus tijdsgebonden.
Recht in grote mate gebruikt om samenleving te sturen in een bepaalde richting en gebeurd via ideologische
richtingen. Ons recht is het resultaat van verschillende ideologische stromingen die onze maatschappij diepgaand
hebben beïnvloed:
- Duurt even vooraleer een ideologie een politieke partij worden en politieke invloed krijgen
o Bv globalisten hebben nog geen politieke partijen maar toch al invloed
- Focus:
o Welke?
o Vanwaar komen ze?
o België
- 20 jaar terug 1789: Franse Revolutie
o Kenmerken: egalité, fraternité, liberté
- Verschillende ideologieën
o 1/ Liberalisme
Partijen
Open VLD
MR
Lijst Dedecker
Traditionele mensenrechten = “vrijheid van …”
Verantwoordelijk voor rechten en vrijheden in de grondwet
o 2/ Christendemocratie
Broederschap = naastenliefde
Politieke ideologie gebaseerd op religie
4