In deze samenvatting vind je alle stof op het gebied van woordenschat van het vak: Taal uit het schooljaar 2017/2018. Dit vak wordt gegeven in het eerste jaar van de opleiding Maatschappelijk Werk en Dienstverlening aan de Hogeschool van Amsterdam. De docenten zijn: Naomi Helle en Jacqueline Kloppe...
Signaalwoorden, kernzinnen en leerstrategieën - Taal
Spelling - Taal
Stijl - Taal
Tout pour ce livre (6)
École, étude et sujet
Hogeschool van Amsterdam (HvA)
Maatschappelijk Werk en Dienstverlening
Taal en rapportage
Tous les documents sur ce sujet (12)
Vendeur
S'abonner
layla22536
Avis reçus
Aperçu du contenu
Hoofdstuk 3.1
Een punt (.)
Deze zet je na een zinslengte van 20 a 25 woorden. Een uitzondering is in het geval van
opsommingen.
Een puntkomma (;)
Deze gebruik je in een opsomming en vooral bij een opsomming van aparte zinnen. Je geeft
aan dat de ideeën die je weergeeft samenhangen. Het is minder sterk dan een punt maar
sterker dan een komma.
De komma (,)
Deze gebruik je in de volgende gevallen:
- Tussen twee vervoegde werkwoorden
- Tussen een lange hoofdzin en een hoofdzin
- Tussen de leden van een opsomming
- Als in de uitspraak een pauze en toonverschil te horen is
(De proefpersonen, allen studenten uit de opleiding mwd, kregen schokkende
beelden te zien)
Het gedachtestreepje (-)
Deze gebruik je om persoonlijke bedenkingen van de auteur weer te geven. Dit komt in
wetenschappelijke verslag nauwelijks voor.
De aanhalingstekens (“..” en ‘..’)
Deze dienen om een citaat weer te geven (dubbel en enkel). Dubbele aanhalingstekens
gebruik je voor een directe rede bijvoorbeeld: Hij zegt: “Ik verwacht ..”. Dit komt in
wetenschappelijke tekst weinig voor. Enkele aanhalingstekens worden ook gebruikt om een
woord te nuanceren of te benadrukken.
Ronde en vierkante haakjes ((..) en [..])
Ronde haakjes gebruik je op dezelfde manier als het gedachtestreepje: ze geven
bijkomende informatie. Dit komt weinig in wetenschappelijke teksten voor behalve bij de
bronvermelding.
Powerpoint + hand-out
Wanneer zet je een hoofdletter?
1. Aan het begin van een zin
2. Als na een dubbele punt een citaat volgt
3. Als na een dubbele punt een opsomming volgt met meer dan één zin
4. Aanhef in een brief
5. Het eerste woord van een opschrift/titel
6. Namen van mensen: Rafael van der Vaart, mevrouw Ten Brink.
7. Namen van landen, steden, straten en windrichtingen: Nederland, Amsterdam,
Wibautstraat, Oosten.
8. Instellingen, bedrijven en politieke partijen: RTL4, PvdA, Hva (als je het volledig
uitschrijft hou je de hoofdletters en kleine letters aan in de afkorting).
9. Namen van feestdagen: Pasen, Suikerfeest
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur layla22536. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €3,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.