Samenvatting Prof Willaert: Heelkunde
,Hoofdstuk 1
1. De geschiedenis
Men had vaak al te maken met hevige tandpijnen → oplossing:
- Ether (gassen)
- Lachgas
- Choloroform, wat veel minder irriterend werkt dan ether. Het is toch wel krachtig.
Waardoor ook mensen hier van stieven.
➔ Gassen zijn makkelijk in te ademen, maar het heeft een effect op het gehele lichaam.
Hierdoor is men gekomen op het gebruik van locale anesthesie. We hadden als eerste cocaine
snoepjes. Dit was verslavend, wat natuurlijk nadelig was.
➔ Men ondekte dan producten die op cocaine leken, maar minder veslavend werkte, zoals:
- Procaine, Novocaine, Lidocaine, Xylocaine
In de 20ste eeuw: Men zocht anesthesie/ verdoving die verschillende effecten had
o Analgesie: minder pijn
o Amnesie: geheugenverlies
o Bewustzijn verminderd, waardoor de patiënt niet meer reageert op prikkels.
o Relaxatie: patiënt zal niet op zichzelf ademen, de spieren ontspannen.
Al deze effecten bekomen we niet door het gebruik van één product. We kunnen naargelang wat we
willen bereiken, de verschillende producten laten combineren. We kunnen de verschillende
producten titreren, zodat we een gebalanceerde anesthesie bekomen. Afhankelijk van de ingreep zijn
dit andere hoeveelheden. We kunnen locale, systemische, inspuitingen en gassen met elkaar mengen
→ BALANCED: bijvoorbeeld Barbituraten
- Thiopental
- 50-60: Benzodiazepines
- 60-70: Phencyclidine afgeleiden
- 70’: Fentantyl: sterke pijnstiller, zeer verslavend -> monitoring
- 80’: Midazolam: Bendodiazepine -> monitoring
- 90’: Propofol Zeer krachtig en werkt snel uit. Mensen worden hierdoor minder
opgenomen in de dagkliniek en kunnen sneller naar huis-> monitoring
,We hebben een heel spectrum van technieken. Het is de bedoeling dat we de juiste techniek
(combinatie van technieken) aan de patiënt.
- Iatrosedatie: hieronder verstaan we alle technieken om de angst van de patiënt te
reduceren waarbij we geen gebruik maken van anesthesie/ medicatie. We doen dit bij
mensen die zeer kalm zijn en op hun gemak zijn. We moeten altijd de afweging maken of
verdoving nodig is. Heel belangrijk bij iatrosedatie is het gedrag van de behandelaar,
assistent, de werkomgeving, de patiënt voldoende te informeren over de ingreep. We
doen dit vaak bij procedures zoals tandsteenverwijdering, mondonderzoek.
- Topische anesthesie: we zullen adhv van farmaceutica een gevoelsuitval bekomen,
zonder de huid of mucosa te doorboren met een naald. Slechts enkele LA kunnen door de
huid of mucosa diffunderen en zo erg lokaal een effect uitoefenen. Dit wordt vaak
gebruikt om de pijn bij het aanprikken van een infuus of een prik van LA te verminderen.
Opgelet: bij de berekening van de maximum dosis LA die mag toegediend worden, moet
men dan ook steeds rekening houden met de dosis reeds toegediende topische
anestheticum
- Locale anesthesie: Voor veel tandheelkunde ingrepen volstaat het om enkel de
pijnprikkel weg te nemen, we spreken dan over lokale of locoregionale anesthesie. Het
aangrijpingspunt is perifeer. Het wordt gedefinieerd als reversibel gevoelsverlies in een
omschreven gebied door inhibitie van de geleiding van de zenuwpotentialen. We zullen
een LA injecteren in de buurt van een zenuw. We krijgen dus enkel het effect van
analgesie. De locale anesthesie is de aangewezen voordovingswijze in de tandheelkunde.
We kunnen aan de hand van medicatie die daar boven op ook het bewustzijn van de
patiënt beinvloedt. We spreken dan over sedatie (oraal, lachgas, intranasaal, sublinguaal,
…).
, Ons aangrijpingspunt is perifeer: het ontbreekt de geleiding en voorkomt de vorming van
de pijnprikkel door interactie met de perifere zenuwvezel.
- Lachgas: het is systemisch/ algemeen. Het wordt niet vaak gebruikt voor volwassenen.
Het wordt meer gebruikt bij kinderen. Het is vaak een mengsel van N2O en O2. Het is dus
een gasmengsel van lachgas en zuurstof. Het kan zowel intermittent (masker zoals bij de
algemene anesthesie) als continu (neusmasker) gebruikt worden.
- IV sedatie: intraveneuze bewuste sedatie: medicatie inspuiten in lage hoeveelheden,
zodat ze niet slapen/ in narcose gaan. De patiënt ademt zelf, antwoord, maar de patiënt
wordt wel zeer kalm. Bijvoorbeeld; wijsheidstanden trekken. Het voordeel van de IV
sedatie is ook dat de patiënt zich vaak niet meer veel herinnerd van de pijn/ ingreep.
- Narcose: algehele anesthesie, dan zullen aan deze 4 voorwaarden voldaan zijn. Het
aangrijpingspunt is centraal.
o Analgesie: minder pijn
o Amnesie: geheugenverlies
o Bewustzijn verminderd, waardoor de patiënt niet meer reageert op prikkels.
o Relaxatie: patiënt zal niet op zichzelf ademen, de spieren ontspannen.
De anesthesiemiddelen kunnen intraveneus worden toegediend (IV-narcose) of via inhalatie. Vaak
worden beide gecombineerd.
Om de effecten van narcose of algehele anesthesie te bekomen, wordt een combinatie van producten
gebruikt. Narcose gaat gepaard met een hoge kostprijs. Als we algemene anesthesie doen, dan zal de
patiënt beademt worden. Bijvoorbeeld: tumor verwijdering. De patiënt is niet bewust, intubatie, geen
bescherming tegen reflexen, curarisatie (=chemische stof die spierverlamming geeft), mechanische
ventilatie, …
2. Medicatie en werking