Samenvatting 'Gedragsproblemen in de klas' H11 t/m H14
32 vues 0 fois vendu
Cours
Kennistoets passend onderwijs
Établissement
Hogeschool InHolland (InHolland)
Book
Gedragsproblemen in de klas in het basisonderwijs
Samenvatting van het boek 'Gedragsproblemen in de klas in het basisonderwijs. In deze samenvatting vind je woordwebben, rijtjes die je moet leren en voorbeelden.
Dit document bestaat uit H11 t/m H14 en is onderdeel van het tentamen Kennistoets Passend Onderwijs
Samenvatting - Werkplekleren: Inspelen op onderwijsbehoeften (gedrag en emotie, wiskunde, taal, motoriek)
Samenvatting boek: gedragsproblemen in de klas. Onderwijskunde Gedrag en Leren
Tout pour ce livre (22)
École, étude et sujet
Hogeschool InHolland (InHolland)
Leraar Basisonderwijs PABO
Kennistoets passend onderwijs
Tous les documents sur ce sujet (12)
Vendeur
S'abonner
anniquevanson
Avis reçus
Aperçu du contenu
HOOFDSTUK 11. DCD
11.1 Kenmerken
DCD = Developmental Coordination Disorder. (Coördinatieontwikkelingsstoornis)
Kinderen met DCD hebben heel veel problemen in dagelijks terugkerende situaties.
Deze stoornis, die voor een deel een rijpingsprobleem van het centrale zenuwstelsel is, gaat niet over.
De stoornis is relatief onbekend en wordt vaak pas op de basisschool ontdekt. Het is een stoornis op
verschillende niveaus in de hersenen. Ze hebben moeite met het uitvoeren van motorische
bewegingen in een bepaalde volgorde.
Ø Ze hebben daarnaast problemen met de motorische planning: het aanpassen van
hun bewegingen in tijd en ruimte aan de omgevingsfactoren. Hierbij speelt ideevorming mee:
het concept van de handeling, een plaatje van wat je gaat doen.
Ø Een vrij grote groep kinderen met DCD heeft een zwakker performaal IQ (visueel-
ruimtelijk inzicht) in vergelijking met het verbaal IQ.
Ø Bij een vermoeden van DCD kun je de Movement ABC checklist gebruiken.
Ø De symptomen variëren met de leeftijd en ontwikkeling van het kind. In de loop van de
tijd worden de motorische vaardigheden beter. (Ook al kost dit veel meer inspanning)
Ø Er is een duidelijke vertraging in het bereiken van mijlpalen in de motorische ontwikkeling.
Ø Het kan zich op verschillende manieren openbaren, bijv.:
o Moeite met de fijne motoriek (knippen, schrijven, tekenen)
o Moeite met schrijven en de grove motoriek. (fietsen, zwemmen, springen of lopen)
o Moeite met het organiseren van hun taken (tafel en kastje netjes maken, agenda goed invullen)
o Moeite met ruimtelijk inzicht en bepalen van een volgorde (hoe ver is je tafeltje?, wat
gebeurde er eerst?)
11.1 Hoe vaak komt het voor (Prevalentie)?
Ongeveer 5 – 10% van de kinderen tot 12 jaar heeft DCD. Het komt bij jongens 3x vaker voor dan bij
meisjes.
11.2 Comorbiditeit
Het komt vaak voor bij:
o ADHD, tot 50% comorbiditeit,
o ASS
o NLD.
o Dyslexie en dyscalculie komen regelmatig voor.
11.3 Wat merk je in de klas?
Dit merk je in de klas:
Ø Motoriek is zwakker.
Ø Gekeken naar de grove motoriek is het kind wat houterig. (Vaak slecht in sport, slecht
evenwichtsgevoel en valt sneller om)
Ø Opvallend onhandig.
Ø Moeilijkheden met schrijven en het inschatten van ruimte tussen…
Ø Problemen met de fijne motoriek: visuomotorische integratie. (Samenwerking tussen ogen en handen)
Ø Moeite met het overschrijven van teksten.
Ø Moeite met het onderscheiden van lijnvormen, grootte en richting. (kan voor problemen zorgen bij het
aanleren van letters en cijfers)
Ø Samengestelde motorische taken kosten veel moeite.
Ø Handelingen verrichten in een bepaalde.
Ø Moeite met links-rechts oriëntatie. (Werkt soms de verkeerde kant op)
Ø Minder goed ontwikkeld ruimtelijk inzicht.
Ø Heeft moeite met het handelen in tempo. (Te zwakke reactie)
Ø Taalvaardigheidsontwikkeling verloopt vaak problematisch en langzamer.
1
, Ø Sommige hebben geen besef van volume bij het praten en schreeuwen en hebben weinig
tijdsbesef.
Ø Lijken jonger dan hun leeftijdgenootjes.
Ø Hebben een normale intelligentie, maar kunnen wel een zwakker performaal (visueel) dan
verbaal (woordenschat en etc) IQ hebben.
Ø Groot hiaat tussen intelligentie (normaal) en sociale vaardigheden.
Ø Soms afwijkende tastzin: die kan te gevoelig zijn. (bijv. kleding / of niet prettig vinden
om aangeraakt te worden)
30 – 60% van de schooltaken vereisen motorische activiteiten.
11.4 Gevolgen op sociaal-emotioneel gebied
Kinderen met DCD merken zelf heel goed dat ze op motorisch gebied ver achterlopen en niet kunnen
wat anderen wel kunnen. Dit zorgt vaak voor een heel laag zelfbeeld. Ze worden vaak niet
geaccepteerd door klasgenoten, dus wees alert op pestgedrag.
11.5 Wat kun je doen in je klas?
Dit kun je doen in de klas:
Veel kinderen met DCD gaan op den duur proberen om lichamelijke taken te vermijden.
Ø Het kind moet zich competent voelt.
Ø Geef veel complimenten.
Ø Het kind stimuleren om zijn prestaties te verbeteren. Samen taken oefenen om bijv. de juiste
volgorde van handelingen aan te leren.
Ø Geduldig zijn met het opvoeren van de moeilijkheidsgraad.
Ø Eenduidige opdrachten geven.
Ø Een opgeruimde klas hebben.
Ø Het kind in het midden vooraan zetten, als dat mogelijk is, en zet het kind bij voorkeur met
het.
Ø Beperk het overschrijven.
11.5.1 Ondersteuning bij het voorbereidend schrijven
Er zijn 3 voorwaarden om voorbereidend schrijven succesvol te maken:
1. Een goede schrijfhouding
2. Het op een goede manier toepassen van de schrijfbewegingen
3. Het automatiseren van het verschillend richtingsbesef.
Er is sprake van vertraagde lateralisatie: (heel lang blijven wisselen van handvoorkeur)
11.5.2 Ondersteuning bij schrijven
Help het kind door:
Ø Per kind te kijken of het methodisch of met blokletters gaat schrijven.
Ø Het uitgewerkte aantekeningen te geven.
Ø Te schrijven met een stabilo-pen of potlood.
Ø Te leren werken met een computer.
Al met al het schrijven te beperken.
11.5.3 Schrijfhouding
Zorg voor:
Ø Goed schrijfmeubilair.
Ø Dat het kind rechte rug heeft, door een wigkussen aan te schaffen.
Ø Dat het hoofd voldoende afstand heeft van het schrijfblad.
Ø Dat het een goede zithouding heeft.
Ø Dat bij vakken als taal en spelling schriften met liniatuur zijn. (De hulplijnen geven steun)
Ø Als een kind moeite heeft met ruimte tussen de woorden aten, leer ze dan die ruimte af
te meten met hun vinger.
11.5.4 Instructie
Houdt rekening met de volgende punten:
2
, Ø Instructie opdelen in kleine stapjes. (1 probleem per stap)
Ø Vaste routines aanhouden.
Ø Geduld hebben en op verschillende manieren informatie aanbieden, zodat verschillende
zintuigen worden gebruikt.
Ø Geheugen stimuleren met veelvoudig herhalen.
11.5.5 De taak
Ø Laat het kind de taak herhalen, zo controleer je of het weet wat het moet doen.
Ø Houd in de gaten of het op het goede spoor blijft.
Ø Werk eventueel met een stappenplan.
Ø Geef het meer tijd voor de taak of pas de hoeveelheid aan.
o Vuistregel: 2/3 van het werk maken.
11.5.6 Problemen bij andere vakken
Aanvankelijk lezen
Ø Maak gebruik van een magneetletterdoos, vilten antislipmatje of letterdoos app.
Ø Laat kinderen bijwijzen tijdens het lezen met hun vinger.
Ø Het leren lezen zelf geeft bij 70% van de kinderen met DCD geen problemen.
Ø Gebruik in alle groepen liefst dezelfde lettertypes
Ø Zet zo min mogelijk druk op de leerprestaties.
Taal / Spelling
Problemen bij spelling zijn voor een deel indirect. Doordat schrijven inspannend is, heeft het geen
aandacht over voor de juiste schrijfwijze. Beperkt het overschrijven van het bord of uit het boek.
Rekenen
Ø Een ruitjesschrift met extra grote ruitjes (wiskundeschrift) kan helpen om de cijfers beter onder
elkaar te krijgen.
Ø Het kan nodig zijn om stipjes in het schrift te zetten waar een getal moet beginnen.
Ø De tafels leren gaat vaak trager, omdat automatiseren lastiger is. Geef evt. een tafelkaart.
Ø Gebruik in elk leerjaar vaste termen voor klokkijken. Ze hebben moeite met plaatsbepaling in
cirkelvormige volgorde.
Ø Maak een vaste werkwijzen voor redactiesommen. (moeite met gelijktijdig verwerken van meerdere
gegevens)
Aardrijkskunde
Ø Probeer een vaste zoekwijze aan te leren, van linksboven naar rechtsonder, net als bij het
lezen. (Oriëntatie op de kaart of plattegrond is vaak lastig)
Ø Maak gebruik van een Time Timer waarmee het kind tijd beter kan begrijpen en overzien.
Tekenen en handvaardigheid
Wees niet te kritisch en geef geen onmogelijk hoge eisen.
Gym
Ø Een kind met een beperkt ruimtelijk inzicht kan het best voor- of achteraan in de rij staan.
Ø Dwing geen oefeningen af en vereenvoudig de oefeningen eventueel.
Ø Laat de kinderen niet zelf groepjes kiezen.
Toetsen
Ø Je kan ervoor kiezen om mondeling extra info te gen of de toets mondeling af te nemen.
Ø Geef alle tijd die ze nodig hebben.
Ø Onleesbaar handschrift? Vraag eerst om uitleg/verduidelijking voordat je het fout rekent.
11.6 Huiswerk
Ø Controleer samen met het kind of het goed in de agenda staat, of laat een ander kind dat
doen.
3
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur anniquevanson. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €2,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.