Samenvatting grondslag van het strafrecht
Thema 1 pg 5-19
§2. Wat is recht pg 5-9
Rechtsregels-> afdwingbare normen door bevoegde overheid -> sancties -> geweldsmonopolie
Recht is meer dan rechtsregels -> vakjargon, een methode, een geheel van instellingen
Maatschappelijk fenomeen dat evolueert
Algemene verbintenisrecht-> recht gaat proberen de effectieve gedwongen naleving van een
aangegane verplichting mogelijk te maken-> liever dan een alternatief
Recht gaat een probleem niet altijd oplossen maar het beëindigen. -> vaak een financiële oplossing=
de facto
Definitie; Recht is een rationeel opgebouwd geheel van precies afgelijnde begrippen en normen
waaraan van overheidswege opgelegde, minstens van overheidswege erkende sancties kleven, die
langs instellingen kunnen worden afgedwongen en waarvan de bedoeling is de orde in de
samenleving te organiseren, handhaven of te herstellen.
Toelichting op die definitie;
A; Recht is een rationeel opgebouwd geheel
Recht is een zaak van rede-> logisch en rationeel
o Rechtsregels -> rationeel toegepast
Regel-> rechtsregel als hij past binnen de logische samenstelling v/h recht
Probleem juridisch opgelost-> met de juiste normen en denktechnieken
Recht= wetenschap -> vertrekt uit paradigma’s
B; Van begrippen, normen en instellingen
Belangrijke terminologie -> verschillende betekenis v/e woord in verschillende rechtstakken en
dan volkstaal
Recht is een begrippenarsenaal en normenarsenaal
Redenen voor moeilijke terminologie
o Wetenschappelijk definities en toepassingsgebieden opschrijven
o Menselijke situaties objectiveren
Juridische taal moet vak-en volkstaal zijn -> verstaanbaar blijven maar correct
Instellingen; politie, rechtbanken
C; Met de bedoeling de maatschappij te ordenen door regels
Recht=maatschappelijk verschijnsel om maatschappij te regelen, handhaven en herstellen
o Handhaven; ervoor zorgen dat de gemaakte regels worden gevolg met allerlei middelen;
bv: politie
o Herstellen; financiële tegemoetkoming
o Beperkt beleid -> moet toegepast worden als is de rechter niet akkoord
o Middel om ideaal wereldbeeld te bereiken
o Is een politiek beleid
Reguleren en dereguleren
o Te veel regels en normen om te kennen?
1
,D; Waaraan van overheidswege sancties kleven
Norm -> rechtsnorm als er sancties aan kleven
o Sancties door overheid opgelegd en uitgevoerd
Overheid; elk orgaan dat aan geweldmonopolie doet
o Wnr overheid zorgt van de naleving van rechtsnormen door in te grijpen=
rechtshandhaving.
Sanctie; gevolg dat recht toekent aan een bepaald feit
E; Recht en rechtsregels
Civil law
o België
o Algemene codificatie v/d rechtsnormen
o Wetgeving neemt prominente plaats in
o Wetten hebben een aanvullende rol omdat ze voortbouwen op een wettelijk systeem
Common law
o GB en VS
o Draaischijf v/h rechtssysteem= rechtsspraak -> rechtersrecht
o Recht ontstaat op basis van wat de rechter beslist
o Recht ontwikkelt zich van toeval tot toeval
o Wetten hebben een vervolledigende en corrigerende rol
o Gebrek aan gedetailleerde wettelijke regels-> verschillende bepalingen in detail regelen
o Veel vrijheid voor rechters
§3. Recht- rechtvaardigheid-rechtswetenschap-rechtspraktijk-rechtsbedeling pg 10-13
rechts≠rechtvaardigheid
o kan leiden tot onrechtvaardige uitkomsten maar rechtsgeldig zijn
rechter moet eed afleggen-> gaat alleen eerlijke zaken behandel; geen corruptie
rechtspositivistische benadering
o recht=het geheel van regels dat werd vastgelegd door de overheid en bindend is voor alle
burgers
positief recht= recht dat we toepassen in een bepaalde tijd, plaats en samenleving. Recht van
hier en nu
o Is te vinden in formele bronnen v/h recht; bv; wetten en rechtsspraak
o ><natuurrecht; rechtsregels kunnen afgeleid worden uit de natuur en wezen v/d mens; is
ideaalrecht; recht v/d ideale samenleving (filosofisch beginsel)
Gebaseerd op de natuur van de mens en zijn eigenschappen -> hieruit gaan
samenlevingsregels volgen
Hieruit; natuurlijke, onvervreemdbare of universele rechten, fundamentele rechten
o Wnr jurist door morele bedenken het recht niet toepast-> gevolg v/d eigen
verantwoordelijkheid; kan niet als rechtvaardiging het natuurrecht gebruiken
Algemeen rechtsbeginsel; nemo censetur legem ignorare; Ied wordt geacht de wet te kennen
o Kan alleen recht toepassen als men ze kent
o =illusie; niemand kent het hele recht= juridische fictie= axioma, paradigma
o Rechtsdwaling is geen verweermiddel; “ik wist dat niet”
o Rechtsbedeling; toepassing v/h recht alleen door gediplomeerde juristen
Uitzondering: Hof van assisen; lekenjury
Uitzondering; strafuitvoeringsrechtbank= SUR; specialisten in de strafuitvoering;
criminologen, psychologen
Uitzondering; arbeids-en ondernemingsrechten; bevat lekenrechters. Gaat kennis v/d
werkvloer inbrengen
2
, o Werkelijke wereld≠ wettelijke wereld
Algemene normen moeten geïnterpreteerd worden voor toe te passen op specifieke
situaties
Maar bij interpretatie zijn er niet juridische invloeden; ideologie
Rechtspraktijk wordt gestuurd door; juridische, economische, sociale en andere
principes
Eco; te weinig personeel dus niet alle misdrijven worden vervolgd
De verjaring; misdrijf te lang geleden; schuldig verklaren maar niet vervolgen
Handeling die door het recht beheerst worden, worden in praktijk gesteld zonder
juridisch correct te zijn. Er is geen sprake van (correcte) toepassing v/h recht
Interpretatienood; oude regels moeten geïnterpreteerd worden voor nieuwe
problemen
Verbod eigenrichting
o Mag zelf geen recht verschaffen
o Mag zelf niet sanctioneren; moet via overheid
o Rechter moet de juridische correctheid v/e handeling en de gevolgen ervan
beoordelen=rechtsspraak
Rechtsspraak
o Oordeel van de rechter; geeft recht/gelijk aan deze of gene partij
o =aan rechtsbedeling doen
o Middel van de rechterlijke macht om de afdwingbaarheid en voortzetting van de
rechtsregels te verzekeren
o Rechtsregels laten aansluiten bij rechtsgevoel-> vrijwillige naleving ervan
o Enge zin; de rechtsspraak die wordt uitgesproken door hoven v/d rechtbank
o Brede zin; alles wat we doen in het recht
In hoger beroep gaan
o Niet blij met rechtsspraak dan gaat men een tweede opinie vragen
Rechters zijn menselijk-> maken fouten
o Niet alle rechterlijke uitspraken doorstaan de wetenschappelijke toetsing; gerechtelijke
dwaling
o Problemen kunnen op verschillende manieren opgelost worden
o Recht is een rationele bezigheid≠ exacte wetenschap
§4. Één recht of publiekrecht en privaatrecht? Pg 13-
A; twee soorten verhoudingen
Privaatrecht
Beheerst relaties tussen particuliere personen
o Mensen van vlees en bloed en rechtspersonen
o Horizontale relaties
Is burgerlijk recht
o Burgerlijke aansprakelijkheid= iem begaat een fout en veroorzaakt schade aan iemand; die
gaat recht op schadevergoeding eisen
Er is een normale basis verplichting. Je moet handelen volgens de goede trouw. Je moet alles
doen dat in redelijkheid en ridderlijkheid van jou kan verwacht worden.
Publiekrecht
Beheerst relaties tussen de overheid en privépersonen
Beheerst relaties tussen de overheden en overheidsinstellingen en -organen onderling
Verticale relaties en horizontale relaties
3
, De macht van de overheid gaat zich manifesteren
Geen toepassing van goede trouw; wnr overheid vertrouwen opwekt moet ze die vervullen
Gaat interpreteren in voordeel van zwakke partij
PPS; publiek-private samenwerking
Sommigen willen jurisdictioneel monisme
o Afschaffing van administratieve rechtbanken
o Hetzelfde recht horizontale en verticale relaties beheersen
Zoveel geregeld waarbij privaat als publiek recht van toepassing is
B; belang v/h onderheid
Weten bij welke rechtbank je moet zijn voor een probleem
Administratieve rechtbanken; verticale relaties
o Administratieve rechter
Burgerlijke rechtbanken; horizontale relaties
o Heeft vrederechter
Verschillende juridische terminologie
Verschillende denkcategorieën en concepten
Privaatrecht; goede trouw gaan richtinggevend zijn
Publiekrecht; beginselen van behoorlijk bestuur gaan richtinggevend zijn
Heuristiek; de kennis, vaardigheid en kunde van het zoeken en vinden
De oplossing van een juridisch probleem op de juiste plek zoeken
Privaat en publiek rechterlijke wetboeken
C; criteria voor het onderscheid
NOOIT uitgaan van de aard van de partijen!!!
Publiekrecht
Overheid gaat overheidsprivilege uitoefenen
o Belastingen
o Organiek criterium -> niet doorslaggevend want kijken naar aard!!!
Wnr het betrekking heet tot organen van de overheid
Doet aan machtsmonopolie
Kan derdenbindende beslissingen nemen
o Is een functioneel criterium
Nutcriterium; doet iets voor het algemeen belang
Privaatrecht
Schadevergoeding
Nutcriterium; maatschappij heeft er niet direct belang bij
Thema 2: basisbegrippen en indeling van het recht pg 23-41
§1. Basisbegrippen
A; Norm, regel, wet, bevel
4
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur nolwennheyvaert. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €10,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.