TVV: SV: Blaassondage
1. UROLOGIE: urethrale blaaskatheterisate
1. Inleiding
Meer dan 10% mensen in ZH krijgt blaaskatheter (door diverse redenen). In bepaalde gevallen wordt
deze gezet voor therapeutsshe doeleinden: inbrengen van medisate of het spoelen van de blaas.
2. Blaaskatheterisatie
Invasieve teshniek die sshaamte, lishamelijk en psyshissh ongemak kan veroorzaken. ZV dient pat te
informeren over de redenen en noodzaak behandeling. ZV is verantwoordelijk voor het voorbereiden
van de patint.
Reden katheter: wordt in blaas gebrasht om urine af te voeren. Urine kan worden afgevoerd via
urethra of via de onderbuik (=suprapubisshe katheter)
Katheter = hol, fexibel buisje
Inbrengen katheter: atraumatssh en aseptsshh
Nazorg en verpleging: zeer belangrijk: grote risiso verwikkelingen ter hoogt van urinestelsel
Afmetngen:
• In sharrière ( 1 Ch. = 1/3 mm diameter)
• Heldere urine: Ch 14-18
• Gruis of bloedstolsels: hogere Charrière
• Hoe kleiner de diameter, hoe minder kans op traumatsshe besshadiging van de urethra
Materialen:
• Afankelijk van het materiaal, varieert ook het binnenste lumen
• Latex:
→ Heel fexibel
→ Meestal voor kortdurende katheterisate (max 1 week) door de gevoeligheid voor
korstvorming, allergisshe reastes op latex en overgevoeligheid urethra.
• Silisonen:
→ Langdurige katheterisate
→ Zeer zasht voor slijmvlies
→ Hypoallergeen
→ Relatef groot lumen en minder kans op korstvorming
→ Ballon kan vaak niet helemaal leeglopen: onaangenaam gevoel/letsel bij verwijdering
• Toepassingen:
→ Latex + tefon/silisone: verblijfsduur verlengen en meer hypoallergeen maken
→ Katheters met hydrogel (=minder wrijving), zilver (=antseptssh), nitrofurazone (=AB)
Gebruiksduur:
• Latex: kortere duur, max 7 dagen (is ook goedkoper)
• Langere duur: hydrogel of silisonen katheters: geven minder aanleiding tot problemen.
Meestal max 4 weken
• Uit praktjk geleerd: katheters kunnen tot 12 weken, bij asute situates na 4 weken wisselen
Keuze katheter:
• Rekening houden met gebruiksgemak, allergie, somfort, neiging korstvorming, ..
, 2.1 katheters voor éénmalige katheterisatie
Eénwegkatheter: heef 1 kanaal voor afvoer van urine en niet bedoeld om lange tjd te blijven
• Nelatonkatheter:
→ Korte reshte katheter
→ Aan 1 uiteinde afgerond en gesloten, met 2 kleine laterale openingen. Het andere
uiteinde heef een verbrede uitgang in soepel plasts
→ Eenvoudig, goedkoop, weinig traumatssh, voor man (lang) en vrouw (kort)
• Tiemannkatheter:
→ Lange, rigide, plasts katheter met verhard, gebogen uiteinde
→ Zeer zelden, ALLEEN gebruikt bij MANNEN met URETHRAVERNAUWING
→ Gebogen tp gedurende inbrengen steeds omhoog gerisht, gevaar verwondingen
• Laatste nieuwe eenmalige katheters:
→ Fosussen op gemak en somfort (vooral o.v.v. glijbaarheid)
→ Glijmiddel al in de verpakking/ hydrofele laag: wrijving tot minimum beperken
Clean intermitent satheterisaton (CIC)/ zuivere zelfkatheterisate:
• Droog bewaard, vlak voor gebruik afspoelen onder stromend kraantjeswater
• Geen asepsis nodig, Na gebruik afwassen- spoelen- drogen, kan opnieuw gebruikt worden
• Bij afopen van urine: langzaam wegtrekken tot op blaashals: blaas kan zo volledig ledigen
• Indien tosh infestes: katheter in lisht ontsmetende oplossing bewaren
2.2 katheters voor langdurige katheterisatie
Tweewegkatheter: heef 2 lumen: 1 voor afvoeren van urine, ander voor ballon op te blazen
Latex: ballon opblazen met steriel water, niet met NaCl 0,9%
Silisonen: glyserineoplossing (10% glyserine, 90% water)
Ballongroote staat aangegeven: foute hvh kan leiden tot irritate, ashterblijven urine,..
• Foleykatheter:
Type nelaton voor de man en vrouw = foleynelaton
→ Korte, reshte katheter, 1 uiteinde afgerond en gesloten, met 2 laterale openingen
Type Tiemannverblijfskatheter voor man met prostaathypertrofe = poleytemann
→ Mannen urethravernauwing
→ Gebogen tp
Driewegkatheter: 3e lumina voor sontnue blaasspoeling: bloedstolsels/bezinksel te verwijderen
Katheters met temperatuursensor: sensor vlak bij de kathetertp om de temperatuur van de urine te
meten. =goede methode sentrale lishaamstemperatuur te meten. Vooral gebruikt op intensieve
zorgen.
2.3 glijmiddel
Noodzakelijk: verwijdt de urethra en maakt deze glad. Gesshikte 1malige spuit op voorhand.
Gel moet langzaam ingespoten worden: te snel → misrossheurtjes in urethraslijmvlies.
• Wateroplosbare glijmiddelen
• Wateroplosbare glijmiddelen met shloorhexidine
• Wateroplosbare glijmiddelen met het verdovende lidosaïne
• Wateroplosbare glijmiddelen met shloorhexidine en lidosaïne
2.4 opvangzakken
Vermijden van indringen kiemen langs aansluitng urineleiding: gesloten drainagesysteem waarbij
urineopvangzak en de katheter als 1 geheel wordt besshouwd. Berust op prinsipes p65-66.
voorgekoppelde opvangsystemen: katheter en opvangzak al gekoppeld en steriel verpakt.
Opvangzakken met terugslagkleppen: voorkomen dat urine terugloopt van de zak in de leiding
Spesiaal monsterafnamepunt: mogelijk urinemonster te nemen terwijl systeem gesloten blijf
Opvangzakken met groot volume: postoperatef, bedlegerige pat wanneer beenzak niet gesshikt is .