Hoofdstuk 1: Inleiding
Evidence-Based Policy (EBP) wordt gepresenteerd als een nieuw benadering die tot doel
heeft de besluitvorming bij het formuleren van beleid te verbeteren door ideologische
gedreven politiek te vervangen door meer rationele beslissingen te maken
EBP legt de nadruk op het testen van causale claims, waarbij effectiviteit en resultaten
centraal staan, wat debatten en verder onderzoek aanwakkert.
Hoofdstuk 2: Wat is EBP?
Historische wortels van EBP, die teruggaan tot het gebruik van systematische
gegevensverzameling → London School of Economics and Political Science → de oorzaken
van dingen kennen → rigoureus sociaal-wetenschappelijk onderzoek om beleidsmakers te
informeren, zodat zij betere beslissingen kunnen nemen over hoe ze de samenleving
kunnen verbeteren.
Kernbeginselen van EBP
Omvat meer dan alleen het gebruik van wetenschappelijk bewijs,
- Positivistische epistemologie die gericht is op het verminderen van ideologische
invloeden, vooroordelen en speculatieve en het bevorderen van rationele
besluitvorming op basis van rationele, objectieve, universele kennis over de sociale
wereld die politici en andere beleidsmakers kan informeren over hoe problemen
kunnen worden opgelost. Waarin zij streven naar een model van rationele
besluitvorming waarin zij er alles aan doen om het risico van vooringenomenheid en
onnauwkeurigheid in hun redeneringen te minimaliseren.
- Het testen van beweringen over causaliteit staat centraal
- Richt zich op het nemen van beslissingen in het beleid op basis van
wetenschappelijk bewijs en empirisch onderzoek → wat is de oorzaak van dingen
- Het identificeren van effectieve interventies, programma's of beleidsmaatregelen
door gebruik te maken van de best beschikbare empirische gegevens en methoden.
Het doel is om beleidsmaatregelen te ontwikkelen en te implementeren die
gebaseerd zijn op solide wetenschappelijk bewijs en die aantoonbaar positieve
resultaten opleveren en ervoor de te zorgen dat beleidsmakers betere beslissingen
maken om de samenleving te verbeteren.
'Evidence-based policymaking’ = beleidsproces dat beleidsmakers helpt om
geïnformeerde beslissingen, te nemen door gewetensvolle, expliciete en zorgvuldig gebruik
van het huidige beste bewijs
,Groeiende interesse in EBP door
1. Toenemende scepsis over professionele expertise
2. Grotere beschikbaarheid van gegevens als gevolg van vooruitgang in
informatietechnologie
3. De aantrekkelijkheid van EBP's belofte van solide, objectief op bewijs gebaseerd
beleid.
Hoofdstuk 3: Wat is 'Beste' Bewijs?
'Bewijs' is van iets, en het is nuttig voor iemand om te gebruiken als goede gronden voor
het accepteren van een bewering of claim.
Wat als bewijs wordt beschouwd, hangt af van de denkprocessen van de persoon die beslist
dat het bewijs zal ondersteunen wat ze proberen te maken.
In EBP is het type bewijs dat het belangrijkst is, bewijs dat claims over causale verbanden
ondersteunt. Dit is vaak beperkt tot de bevindingen van empirisch onderzoek, waarbij andere
informatie als te onbetrouwbaar wordt beschouwd.
→ De conclusies van een goed uitgevoerde gerandomiseerde gecontroleerde studie (RCT)
gelden dus als bewijs, maar niet als degene onbetrouwbaar is door mogelijk bevooroordeeld
te zijn door de persoonlijke overtuigingen en voorkeuren. Vanwege deze vele bronnen van
fouten die kunnen optreden bij evaluaties van beleid is methodologische nauwkeurigheid va
belang. Ethische kwesties, interacties, individuele voorkeuren, aangepaste interventies zijn
enkele van de problemen die kunnen optreden.
RCT's en systematische reviews worden beschouwd als de gouden standaard vanwege
verminderde vooringenomenheid en eliminatie van alternatieve plausibele verklaringen van
de bevindingen.
Hoofdstuk 4: Randomized Controlled Trials (RCT's)
RCT's worden gezien als een speciale, hoge status te hebben als bron van bewijs voor
causale claims. Ze worden beschouwd als een essentieel instrument voor het beoordelen
van de effectiviteit van sociale interventies.
RCT's zijn belangrijk omdat ze ontworpen zijn om 'confounding factors' (factoren die van
invloed kunnen zijn op de resultaten, maar geen deel uitmaken van de interventie) te
controleren en het risico op vooringenomenheid en onnauwkeurigheid en causale claims te
minimaliseren. Ze creëren twee groepen die gelijk zijn aan elkaar op alle relevante aspecten,
behalve de interventie die slechts aan één groep wordt gegeven.
De sleutelkenmerken van RCT's zijn: willekeurige toewijzing van deelnemers aan een
experimentele of controlegroep, controle van procedures om ervoor te zorgen dat alle
deelnemers gelijk worden behandeld behalve voor de interventie, en het gebruik van een
blindering om beïnvloeding te minimaliseren. Hoewel randomisatie geen garantie biedt voor
het elimineren van alle verschillen tussen de twee groepen, blijft het RCT-ontwerp een goed
manier om causale claims te ondersteunen.
,Hoofdstuk 5: Systematische Reviews
Systematische reviews = het hoogtepunt van de bewijs-hiërarchie. Bevindingen van
meerdere studies worden geïntegreerd met statistische methoden om de betrouwbaarheid
van de resultaten te versterken en de kans op vooroordelen te verkleinen. Gebruik van de
Cochrane Collaboration → vooraf bepaalde, rigoureuze en expliciete methodologie.
Ondanks een expliciete methodologie kunnen er toch nog tal van beoordelingen en oordelen
nodig zijn tijdens het proces, zoals beslissingen over welke studies worden opgenomen en
hoe kwaliteitsfactoren worden gecombineerd. Dit kan leiden tot variabiliteit in de resultaten,
aangezien individuen mogelijk verschillende conclusies trekken bij het uitvoeren.
Hoofdstuk 6: Kritiek op EBP 1: De Claim van Objectiviteit
EBP wordt bekritiseerd vanwege de claim van objectiviteit, waarbij wordt gesteld dat de
sociale wetenschappen moeten streven naar dezelfde objectiviteit als de
natuurwetenschappen.
Sociale feiten en objecten zijn anders dan natuurlijke fenomenen omdat ze afhankelijk zijn
van menselijke overeenstemming en sociale constructie. Deze sociale constructies worden
beïnvloed door de waarden en voorkeuren van bepaalde groepen in de samenleving, wat
kan leiden tot vertekeningen in onderzoek en beleidsvorming. Sociale constructies gaan
over keuzes. We kunnen daarom niet spreken van objectiviteit.
Hoewel sommigen pleiten voor het elimineren van waarden uit EBP, stellen critici dat
waarden een diepgaande invloed hebben die niet genegeerd kan worden. Het taalgebruik en
de prioriteiten in onderzoek worden beïnvloed door sociale en politieke
machtsverhoudingen, wat kan leiden tot eenzijdige of bevooroordeelde bevindingen.
Hoofdstuk 7: Kritiek op EBP 2: De Claim van Universele Kennis
EBP wordt bekritiseerd vanwege de claim dat de bevindingen van sociaal onderzoek
universeel geldig zijn. Het idee is dat de resultaten van goed uitgevoerde RCT's kunnen
worden gebruikt om besluitvorming te informeren, maar de universaliteit van deze resultaten
wordt betwist.
- Externe geldigheid, de mogelijkheid om onderzoeksresultaten naar nieuwe
populaties te generaliseren is een probleem, want moeilijk of die overeenkomt met
de oorspronkelijke onderzochte populatie.
- Kritiek op EBP omvat ook het idee dat sociale concepten sociaal geconstrueerd zijn
en daarom variëren tussen sociale groepen en culturen. Dit betekent dat
onderzoeksresultaten niet eenvoudigweg als universeel relevant kunnen worden
beschouwd.
- EBP wordt bekritiseerd vanwege een te eenvoudige opvatting van causaliteit in de
sociale wereld. Sociale causale processen zijn complex en contextafhankelijk,
waardoor generalisatie moeilijk is.
- De voorkeur voor kwantitatieve gegevens wordt ook bekritiseerd, omdat het de
neiging heeft om menselijke ervaringen en nuances over het hoofd te zien. Het is
belangrijk om zowel kwantitatieve als kwalitatieve gegevens te verzamelen om een
compleet beeld te krijgen van de impact van een beleid.
, Hoofdstuk 8: Kritiek op EBP 3: De Voorkeur voor RCTs Beperkt de Gestelde Vragen
Kritiek op EBP omvat de zorg dat de prominente rol van RCT's als bron van bewijsmateriaal
kan leiden tot het onderwaarderen van andere onderzoeksvragen die niet worden
beantwoord door deze methode. Sommige terreinen van kennis lenen zich niet goed voor
kwantitatief onderzoek of roepen vragen op die niet worden beantwoord door RCT's.
Het beperken van de focus tot vragen over de effectiviteit van interventies en of ze hun
beoogde doelen hebben bereikt, zorgt ervoor dat andere belangrijke vragen in het
beleidsontwikkelingsproces negeert. Bv het begrijpen van de situatie, het identificeren van
problemen, het vinden van oorzaken, het evalueren van opties en het monitoren van de
impact van beleid.
Kwalitatief onderzoek en enquêtes kunnen in bepaalde gevallen superieur zijn aan RCT's,
vooral bij het verkrijgen van inzichten in de ervaringen
Hoofdstuk 9: De Beperkte Rol van Onderzoeksbewijs in Beleidsvorming
- EBP heeft een bescheiden bijdrage aan beleidsvorming, omdat onderzoeksbewijs
alleen niet kan bepalen welk beleid gevolgd moet worden. Er zijn veel andere
factoren waarmee rekening moet worden gehouden.
- Beleidsvorming is een complex proces waarbij veel verschillende groepen in de
samenleving betrokken zijn, die vaak verschillende waarden en opvattingen hebben
over de mogelijke beleidsopties. Het gaat om het afwegen en verzoenen van de
voorkeuren van deze verschillende belanghebbenden.
Tijmstra & Boeije - 1.3 Drie wetenschappelijke paradigma’s
Het individuele gedrag en met de fatoren die dit gedrag beinvloeden
Wetenschappelijk paradigma: een door een groep wetenschappers gedeelde opvatting over
wat wetenschap is, waar een wetenschappelijke theorie aan moet voldoen en op welke
manier wetenschap bedreven dient te worden.
De manieren waarop wetenschappers onderzoek aanpakken, wordt deels bepaald door het
beeld dat zij hebben van de sociale werkelijkheid: hun ideën over de sociale structuren die in
de werkelijkheid aanwezig zijnn en die een rol spelen in het leven van mensen in de
samenleving.
- Epistemologie: hoe kunnen we kennis in werkelijkheid opdoen? (kennisleer)
- Ontologie: welke dingen zijn er in werkelijkheid? (sociale structuren)
Paradigma 1: Empirish-analystische paradigma
- Sterk beïnvloed door de natuurwetenschappen en richt zich op objectieve metingen
en experimenten/waarnemingen om causale relaties in de sociale wereld te
identificeren. Belangrijk zijn daarin de herhaalbaarheid van onderzoek en
controleerbaarheid van de omstandigheden
- Het positivisme (gebaseerd op feiten waarvan de juistheid kan worden nagegaan)
en empirisme (wetenschappelijke kennis moet gebasseerd zijn op
observaties/waarnemingen)
- Onderzoekers binnen deze benadering streven naar nomothetische kennis, waarbij
ze algemene wetten of regelmatigheden in verschijnselen willen vinden die voor zo
veel mogelijk gevallen gelden.
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur floortjekoop1. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,00. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.