Samenvatting Historische Context 2 Steden en Burgers in de Lage Landen 1050-1700
Tout pour ce livre (119)
École, étude et sujet
Lycée
VWO / Gymnasium
Geschiedenis
6
Tous les documents sur ce sujet (4836)
Vendeur
S'abonner
annawijnands
Aperçu du contenu
Duitsland in Europa 1919-1991
P1. Zwakke plekken van de Republiek van Weimar
1919 - Duitsland wordt een republiek ipv keizerrijk → Republiek van Weimar. Dit
gebeurde door een sociaal-democratische regering. De regering was al vanaf het begin er
wankel, want:
Duitsland moest een wapenstilstand (1911-1918) tekenen in de oorlog die door het
keizerrijk was begonnen en verloren.
In een parlementaire democratie is het belangrijk dat het merendeel van de bevolking gelooft
en bereid is te werken aan dit streven. Dit was in de Republiek van Weimar niet het geval:
- De communisten (KPD) verzetten zich tegen de Duitse regering en wilden
een communistische staat → namen voorbeeld aan SU. Ze hadden geen
vertrouwen maar zagen het parlement wel als een goed middel om
propaganda te maken voor de eigen zaak.
- De nationalisten en de conservatieven wilden het keizerrijk terug en wilden meer
macht voor zichzelf. Ook hadden ze een grote afkeer en angst voor het
communisme. Dat werd volgens hen niet goed bestreden door de Republiek.
- Ex-soldaten sloten zich aan bij communistische, fascistische en conservatieve
groepen, omdat ze werkloos werden nadat ze thuis kwamen van de oorlog. Ze gaven
de parlementaire democratie daar de schuld van.
Dolkstootlegende: de nationalisten en conservatieven van Duitsland vonden dat Duitsland
niet hoefde te verliezen in de 1e WO maar ze hebben wel verloren door de steek in de rug
van de arbeiders (socialisten). Ze vonden dat het leger nog in staat was verder te strijden.
Tegenstanders van de Republiek hielden de regering verantwoordelijk voor:
- de nederlaag 1e WO
- het opgelegde V.v.V in 1919 → de leiders van de heersende partijen in de
Republiek wilden weer aanzien krijgen in Europa, maar het verdrag werkte
dit tegen. Hierin stond dat Duitsland veel herstelbetalingen moest betalen
aan de Geallieerden, ze moesten ontwapenen en ze moesten grondgebied
afstaan.
- gevolg: de hieruit voortvloeiende economische toestand in de eerste jaren na de
oorlog
Duitsland kon zich de herstelbetalingen niet veroorloven en ze liepen erg achter op de
betalingen. Daardoor bezetten Frankrijk en België het Ruhrgebied in 1923. Als gevolg
hiervan gingen de arbeiders staken, maar de Duitse regering betaalde hun lonen door. Om
dat te kunnen doen liet de regering veel geld drukken, wat leidde tot enorme inflatie. De
wisselkoersen liepen op en de markt werd vrijwel waardeloos.
Halverwege de jaren ‘20 bloeide de Duitse economie toch weer op als gevolg van:
Het Dawesplan:
- Duitsland moet terugbetalen op basis van de welvaart van hun economie
- VS gingen geld lenen aan Duitsland om hun economie te helpen →
1924/25 economie Duitsland gaat goed
,En als gevolg van de verzoeningspolitiek met Frankrijk. Briand werd minister van
Buitenlands zaken in Frankrijk en ging samen met de minister van buitenlandse zaken van
Duitsland samenwerken en er begon een politiek van Frans-Duitse toenadering.
P2. De nazi’s profiteren van de economische crisis van 1929
1929 - Amerikaanse beurskrach, aandelen op beurs van New York dalen sterk. Amerika wil
geld terug van Duitsland, wat duitsland had geleend als gevolg van het dawesplan.
Duitsland had die leningen alleen nog steeds hard nodig. Vanaf 1930 groeide het aantal
werklozen tot grote hoogte in Duitsland.
De crisis is gunstig voor de nazi’s:
- De economische crisis wordt ook een politieke crisis:
Er ontstond weer een grote politieke instabiliteit, de partijen die de republiek altijd
hadden gesteund konden nu geen oplossingen bedenken voor de economische
problemen. De coalitie regering viel in 1930 daarom uiteen. Hierdoor moest er
worden geregeerd met noodverordeningen. Dit hield in dat de macht in handen lag
van de president en de rijkskanselier.
- Vooral de NSDAP profiteert van de crisis:
→ Nationaalsocialistische Duitse Arbeiderspartij met als leider (Führer)
Adolf Hitler. Dit was de partij waarbij de aanhangers nazi’s werden genoemd. Hitler
beloofde dat hij het land zou leiden naar welvaart, nationale eenheid en het V.v.V
ongedaan zou maken.
De NSDAP werd opgericht in 1920 en werd bekend door de staatsgreep in 1923, die echter
wel mislukte. Hitler moest de gevangenis in, maar in 1925 begon hij opnieuw. Ze maakten
gebruik van grootscheepse propaganda en paramilitair vertoon wat leidde tot een
massaorganisatie.
In Italië ontstond het fascisme door Mussolini.
Fascisme:
- Fasces, symbool voor het fascisme
- Het is een anti-beweging, ze waren alle ideologieën: socialisme, kapitalisme,
socialisme enzv…
- Belang eigen groep staat voorop
- Ultranationalistisch
- Ze willen 1 corporatieve staat: werknemers, werkgevers en regering moeten
samenwerken
- Mensen zijn niet gelijk, hogere moeten het volk leiden
- Aan het hoofd staat 1 leider (leidersprincipe)
- De fascistische partij beheerst alle uitingen van cultuur in de staat
- Fascisten gaan uit van het gevoel en emotie in plaats van het verstand/wetenschap
- Fascisten verheerlijken geweld en dit is belangrijk
- Vrouwen zijn ondergeschikt en moeten veel kinderen voortbrengen en het gezin
verzorgen
, Nationaalsocialisme (het Duitse fascisme):
Zelfde kenmerken van fascisme +2 extra:
- Rassenleer:
- Hoogwaardig ras = Arisch ras
- Minderwaardig ras = Slavische volken, Roma en Sinti, ook wel zigeuners
genoemd
- Verderfelijk ras = Joden, kregen overal de schuld van → antisemitisme
- Lebensraum (leefruimte) voor het Duitse volk. Het grondgebied dat Duitsland nu had
was niet genoeg om alle Duitsers een goed bestaan te bieden. Ze moesten daarom
nieuwe grond veroveren , hiervoor had Hitler Oost-Europa en de SU op het oog. Het
daar wonende Slavische ras zou zich in dienst van het Germaanse ras moeten
stellen.
P3. De nazi’s grijpen de macht → Hitler wordt langzaam steeds
machtiger
1933 - Hitler wordt benoemd tot rijkskanselier (regeringsleider). Dit ging alleen
niet zomaar → In juli 1932 was de NSDAP de grootste partij op de Rijksdag. Hitler
eiste daarom ook het Rijkskanselierschap voor zich op. De conservatieve
Rijkskanselier Von Papen en president Von Hindenburg vonden dit te ver gaan en
besloten toen, dat er toch geen kabinet met een parlementaire meerderheid kon
worden gevormd tot de nieuwe verkiezingen 4 maanden later. Later (jan 1933),
op voorstel van Von Papen, kwam er een kabinet met Hitler als Rijkskanselier en
Von Papen als vice-kanselier, maar waarin de conservatieven de meerderheid hadden.
Hitler had echter andere plannen en al op 1 feb 1933 ontbond hij de Rijksdag en schreef hij
met toestemming van Hindenburg nieuwe verkiezingen uit. Zijn Sturm Abteilung (SA)
moest er met terreur voor zorgen dat ze de absolute meerderheid zouden behalen.
Feb 1933 - het gebouw van de Rijksdag stond in brand. Göring (lid van de NSDAP) had de
leiding over het politieonderzoek en volgens hem was de brand het gevolg van een
geplande communistische revolutie door de KPD en de Komintern (de organisatie van alle
communistische partijen in de wereld geleid door SU).
Diezelfde nacht arresteerden de politie en SA duizenden communistische leiders. De
volgende ochtend werd de actie tegen de communisten goedgekeurd in een nieuwe wet:
"noodverordening ter bescherming van volk en staat”. Dit maakte een einde aan alle
burgerrechten en gaf de politie de vrijheid tot willekeurige arrestaties.
Daarnaast was er een nieuwe wet dat de KPD wel mocht deelnemen aan de verkiezingen
maar de vertegenwoordigers die dan gekozen zouden worden mochten hun zetels niet
innemen. Het zou hierdoor makkelijker worden om als NSDAP de meerderheid te krijgen.
Hitler kreeg hierbij de medewerking van de conservatieve ministers en president
Hindenburg, omdat zij de communisten een groter gevaar vonden dan de fascisten.
Maart 1933 - Er werd een nieuwe Rijksdag gekozen. Hitler werd alleen nogsteeds niet
onafhankelijk van de andere partijen en daarom besloot hij zich door de Rijksdag te laten
machtigen alleen verder te regeren. Deze Machtigingswet moest zowel de Rijksdag als de
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur annawijnands. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €4,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.