Gender & diversiteit
Basis-theoretisch kader
1. Gender
2. Intersectionaliteit
3. Postkoloniale kritieken
4. Feministische epistemologie
Thema’s
5. Gender, religie en agency
6. Gender en migratie
7. Transgender
8. Zwart in Vlaanderen
9. Functionele diversiteit
1
,1 Gender: wat is gender? Gender als culturele instructie
Het begrip ‘gender’ komt eigenlijk uit de taalkunde, om te verwijzen naar grammaticaal
‘geslacht’.
1.1 Genderrol
1.1.1 John Money (1921 – 2006)
= eerste persoon (seksuoloog) die sprak over een onderscheid tussen sekse en gender:
“De term genderrol wordt gebruikt om al die dingen aan te duiden die een persoon zegt of
doet om zichzelf bekend te maken als respectievelijk de status van jongen of man, meisje of
vrouw. Het omvat, maar is niet beperkt tot, seksualiteit in de zin van erotiek” (1955)
‘Genderrol’ verwijst naar al die zaken die een persoon zegt of doet om de
mannelijkheid/vrouwelijkheid te onthullen;
Benadrukte het ‘geconstrueerd’ karakter van mannelijkheid/vrouwelijkheid (een rol
die je aanneemt via acties die je stelt);
Genderrol omvat, maar is niet beperkt tot seksualiteit in de betekenis van erotiek,
maar bestaat uit complex geheel van uiterlijk, spraak en beweging (m.a.w. beperkt
tot biologische kenmerken);
Genderrol = alles wat een persoon zegt of doet om te tonen dat hij of zij een man of
een vrouw is (gender als een cultureel geconstrueerde theorie).
1.1.2 Robert Stoller (1924 -1991)
Lanceerde de begrippen ‘genderidentiteit’ en ‘seksuele identiteit’, waarmee hij
trachtte een strikt onderscheid te creëren tussen het biologische en culturele (o.a. in
het boek: ‘Sex and Gender’, 1968);
Er zijn twee seksen (op een paar uitzonderingen na), mannelijk en vrouwelijk;
Om de sekse te bepalen moeten volgende fysieke condities worden gemeten:
o Chromosomen;
o Externe genitaliën;
o Gonaden (zaadballen, eierstokken, geslachtsklieren);
o Hormonale toestand (androgenen, estrogenen);
o Secundaire geslachtskenmerken.
Iemands sekse wordt bepaald door algebraïsche opsomming van deze eigenschappen
(waarvan het ene kenmerk vrouwelijk en het andere kenmerk mannelijk wordt
genoemd);
Gender = term met eerder psychologische en culturele connotaties (eerder dan
biologische), m.a.w. gender is de hoeveelheid mannelijk/vrouwelijkheid in een
persoon.
2
,1.1.3 Maatschappij- en opvoedingsrol
Money en Stoller duidelijk geïnteresseerd in de rol v/d maatschappij en opvoeding (‘nurture’),
ondanks dat de ‘nature’ verklaringsgrond berustte op de ontwikkeling van mannelijke of
vrouwelijke rollen en identiteiten;
Verrichtten onderzoek naar kinderen met afwijkende/dubbelzinnige
geslachtskenmerken (cfr. interseksuelen, transseksuelen);
Argumenten en onderzoeksresultaten waren controversieel;
Ideeën lagen wel aan de basis van een alternatief voor het biologisch-deterministisch
perspectief (“biologie bepaalt alles”) op mannelijke/vrouwelijke rollen;
Inzicht voorzag de politieke strijd v/d vrouwenbewegingen (ca. ’60-‘70) v/e
wetenschappelijke basis: als men ervan uitging dat de positie niet door de ‘natuur’
werd opgelegd, kwam er ook ruimte om die maatschappelijke positie te veranderen
(m.a.w. wetenschappelijke basis voor feministische strijd).
1.1.4 Ann Oakley: Sex, Gender & Society (1972)
Inspireerde zich op de werken van Money en Stoller (nl. het onderscheid tussen sekse
en gender);
Interdisciplinaire aanpak: brengt bestaande biologische, antropologische en
sociologische studies samen
Doel = nagaan welke waarneembare verschillen tussen man en vrouw i/d biologie en
psychologie gegrond zijn, welke resultaat zijn van culturele conditionering;
Conclusie: biologisch geslacht is startpunt voor maatschappelijke indeling in vrouwen
en mannen, maar geen enkele samenleving is het erover eens wat de ene van de
andere gender onderscheidt;
Verschillende samenlevingen definiëren mannelijkheid/vrouwelijkheid anders;
Zag genderverschillen als de maatschappelijke en culturele interpretaties v/d
waargenomen fysieke sekseverschillen.
1.1.5 Ontstaan vrouwenstudies / genderstudies
Het ontstaan van vrouwenstudies a/d universiteiten zorgt ervoor dat het conceptueel
sekse/gender onderscheid meer slagkracht krijgt in wetenschappelijk onderzoek en
theorievorming en dit werd in verschillende takken v/d geesteswetenschappen en
mensenwetenschappen ingevoerd (alsook seksuologie en psychologie).
Ontstaan genderstudies (voortkomend uit vrouwenstudies) grijpt op een
fundamenteel onderscheid waarbij vrouwelijkheid en mannelijkheid als cultureel,
maatschappelijk, historisch en symbolisch geconstrueerde fenomenen worden
bestudeerd.
1.1.6 Feminisme, de strijd voor gendergelijkheid
Kritiek op concept ‘gender’ (i.p.v. vrouwenstudies/feminisme) = begrip wordt vaak
losgekoppeld v/h feministisch project dat het dit feministisch project van zijn politieke
kracht kan ontdoen;
3
, Gender krijgt aura van objectiviteit en neutraliteit (meer wetenschappelijkheid), maar
loopt het risico gebruikt te worden i/e discours v. ‘genderverschillen’ (genders als
verschillend, maar in een soort even waardigheid en evenwicht) zonder machtsrelaties
in beschouwing te nemen;
Genderverschillen = verwant met genderongelijkheid: maatschappelijke beperkingen
dan wel vrijheden zijn gerelateerd aan gendereigenschappen (hebben impact op
keuzes, kansen, rechten, autonomie en macht) waarover mannen/vrouwen op een
bepaald moment i/d geschiedenis kunnen beschikken;
o Tot 20ste E: geen kiesrecht voor vrouwen, geen recht op eigendom, geen recht
op onderwijs (“vrouwen konden niet denken en handelen als mannen”);
o Vrouwen voorbestemd voor moederschap en huishouden.
1.1.7 Feministische golven (3)
Eind 19e eeuw: eerste feministische golf was een protestbeweging tegen de
uitsluiting en ongelijke behandeling v/d vrouw i/d bredere maatschappij
o Vb. vrouwen organiseerden zich in Europa en Noord-Amerika en kwamen op
straat om stemrecht te eisen (eis die in veel landen pas decennia na deze eerste
acties zou plaatsvinden);
o Vb. 1948: stemrecht voor vrouwen in België;
De jaren 1960: tweede feministische golf had hoofdzakelijk aandacht voor thema’s in
de privésfeer, zoals seksualiteit (naast de voortgezette strijd van economische,
juridische en politiek gelijke rechten vb. gelijk loon, eigendomsrecht, ...);
o Vrouwen werden op vele vlakken als minderwaardig aan de man beschouwd;
o Tweede-golf-feministen: ingezet voor maatschappelijke bewustmaking v/d
onderdrukte patronen (o.a. in privésfeer);
▪ Vb. reproductieve rechten (recht op abortus);
▪ Vb. zelfbeschikkingsrecht inzake seksualiteit (tegen misbruik en voor
seksuele vrijheid);
o Tevens getracht om stereotiepe verwachtingen/denkbeelden te doorbreken
o.v.v. plaats i/d maatschappij, intellectuele mogelijkheden, uiterlijk, …
De jaren 1990: derde feministische golf omvat diverse, verschillende bewegingen en
tendensen (gefragmenteerd en geïndividualiseerd)
o Vb. girl power, cyberfeminisme, postfeminisme;
o Sommige auteurs zien een breuk tussen de 2e en 3e golf:
▪ Derde-golf-feministen verzetten zich tegen een te homogeen
vrouwbeeld dat in de 2e golf naar voren werd geschoven (vb. als
slachtoffers, als witte middenklasse vrouwen, etc.);
▪ Derde-golf-feministen leggen nadruk op diversiteit onder vrouwen en
positieve aspecten van seksualiteit e.d.
▪ Typisch = feministische strijd van vrouwen uit etnische, culturele en
religieuze minderheden (vb. islam-feminisme);
4