Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Uitgebreide, complete samenvatting Ontwikkelingspsychologie €7,49   Ajouter au panier

Resume

Uitgebreide, complete samenvatting Ontwikkelingspsychologie

9 revues
 585 vues  34 fois vendu
  • Cours
  • Établissement

Samenvatting van Ontwikkelingspsychologie. Feldman, R. (2012) Ontwikkelingspsychologie (5e ed.) Amsterdam: Pearson Education Benelux. Het boek bevat 13 hoofdstukken, alle hoofdstukken uitgebreid samengevat, inclusief afbeeldingen van tabellen, grafieken etc, en voorbeelden. Je hebt het boek in prin...

[Montrer plus]
Dernier document publié: 5 année de cela

Aperçu 6 sur 123  pages

  • 11 février 2019
  • 12 février 2019
  • 123
  • 2018/2019
  • Resume

9  revues

review-writer-avatar

Par: ruby-ann • 3 année de cela

review-writer-avatar

Par: maritasetz • 3 année de cela

review-writer-avatar

Par: mariejeanne1980 • 4 année de cela

review-writer-avatar

Par: e_ten_velde • 4 année de cela

review-writer-avatar

Par: ingehessler • 4 année de cela

review-writer-avatar

Par: wilmabroeseliske • 5 année de cela

reply-writer-avatar

Par: femkegjeltema • 5 année de cela

Traduit par Google

Thank you!

review-writer-avatar

Par: rooswigbout • 5 année de cela

reply-writer-avatar

Par: femkegjeltema • 5 année de cela

Traduit par Google

Thank you!

Afficher plus de commentaires  
avatar-seller
Ontwikkelingspsychologie

Deel 1: de ontwikkeling van het kind

Hoofdstuk 1: een inleiding in de ontwikkeling van het kind
Specialisten die naar het voorbeeld van Louise Brown kijken, de eerste ivf-baby hebben samen een ding gemeen: ze
zijn geïnteresseerd in de groei en veranderingen die een kind in zijn jeugd en adolescentie doormaakt. Ze kijken op
allerlei manieren naar hoe ons gedrag wordt beïnvloed door de biologische erfenis van onze ouders en door de
omgeving waarin we leven.

1.1 Een oriëntatie op de ontwikkelingspsychologie
Ontwikkelingspsychologie (ook wel levenslooppsychologie) = de wetenschappelijke studie naar groei, verandering
en stabiliteit van conceptie tot adolescentie
➔ Bij de periode conceptie-adolescentie volgen de veranderingen elkaar het snelst op, vandaar dat deze periode
het meest bestudeerd wordt
➔ Babyjaren, peuterjaren, kleuterjaren, schoolperiode, adolescentie, volwassenheid, ouderdom
Bij het bestuderen van groei, verandering en stabiliteit kiest de ontwikkelingspsychologie voor een
wetenschappelijke benadering. Ze formuleren theorieën over ontwikkeling en gebruiken methodische,
wetenschappelijke technieken om de juistheid van de theorieën systematisch aan te tonen.
Ontwikkelingspsychologie richt zich op de menselijke ontwikkeling, een kleiner deel van specialisten gericht op niet-
menselijke wezens. Doorgronden van universele ontwikkelingsprincipes, bestuderen invloed van culturele en
etnische verschillen op verloop van ontwikkeling etc.
➔ Beschouwen allemaal ontwikkeling als continu proces
Ontwikkelingspsychologen kijken niet alleen naar de veranderingen, maar ook naar stabiliteit in verschillende
levensperiodes.

1.1.1 De reikwijdte van het vakgebied
Ontwikkelingspsychologen specialiseren zich vaak in een thema of leeftijdscategorie.
Thematische gebieden binnen de ontwikkelingspsychologie:
- Fysieke ontwikkeling
- Cognitieve ontwikkeling
- Sociale en persoonlijkheidsontwikkeling
Fysieke ontwikkeling = ontwikkeling die betrekking heeft op de fysieke opbouw van het lichaam, zoals de hersenen,
het zenuwstelsel, de spieren, de zintuigen en de behoefte aan eten, drinken en slaap. Psychologen kijken vaan de
invloed van het lichaam op ons gedrag.
Cognitieve ontwikkeling = de ontwikkeling die betrekking heeft op de manier waarop het gedrag van mensen wordt
beïnvloed door groei en verandering in intellectuele vermogens. Psychologen houden zich bezig met leren,
geheugen, probleemoplossing en intelligentie.
Sociale ontwikkeling = ontwikkeling die betrekking heeft op sociale relaties en interacties met elkaar. Psychologen
kijken hoe deze relaties in het leven groeien, veranderen en stabiel blijven.
Persoonlijkheidsontwikkeling = ontwikkeling die betrekking heeft op de manier waarop het gedrag van mensen
wordt beïnvloed door groei en verandering in de eigenschappen die de ene persoon van de andere onderscheiden.
Psycholoog kijkt naar verandering en stabiliteit van deze eigenschappen.
➔ Sociale en persoonlijkheidsspecialisten kijken ook naar sociaal-emotionele ontwikkeling
➔ Tabel 1.1
Leeftijdsgroepen:
- De prenatale periode: conceptie tot geboorte
- De baby- en peutertijd: geboorte tot drie jaar
- De kleutertijd: drie tot zes jaar
- De schooltijd: zes tot twaalf jaar
- De adolescentie: twaalf tot twintig jaar
De groepen zijn niet strik afgebakend, de adolescentie begint tijdens de biologische verandering, dit is voor ieder
anders, maar meestal rond de 12 jaar. Het gaat dus om gemiddelden.

,De tijdstippen waarop gebeurtenissen zich in het leven van mensen volstrekken kunnen aanzienlijk variëren. Dit
heeft een biologische (sneller/langzamer volgroeid) en een omgevings- (cultuur) oorzaak.

Diversiteit in ontwikkeling
De cultuur, etnische afkomst en het ras binvloeden de ontwikkeling. We moeten rekening houden met de culturele
context. Alle culturen en subculturen hebben eigen opvattingen over de juiste manier om kinderen op te voeden, zo
hebben ze ook eigen ontwikkelingsdoelen. Ook globale culturele factoren, zoals individualisme of collectivisme.
Ras is een biologisch concept dat verwijst naar classificaties die zijn gebaseerd op fysieke en structurele
eigenschappen van soorten. Etnische groep en etniciteit zijn bredere termen die verwijzen naar culturele
achtergronden, zoals nationaliteit, religie en taal. Aandeel van minderheden in samenleving blijft groeien, waardoor
het noodzakelijk wordt om rekening te houden met diversiteitskwesties, wil men een compleet beeld krijgen van
menselijke ontwikkeling.

1.1.2 De invloed van cohorten op ontwikkeling: ontwikkelingen in een sociale wereld
Ieder mens behoort tot een specifieke cohort.
Cohort = een groep mensen die rond dezelfde tijd op dezelfde plek is geboren.
Lidmaatschap van een cohort onderwerpt mensen aan invloeden die betrekking hebben op historische
gebeurtenissen, leeftijdsgebonden gebeurtenissen, socioculturele gebeurtenissen en niet-normatieve
gebeurtenissen.
Voorbeeld: oorlogen, economische oplevingen en depressies, hongersnoden, epidemieën.

Mensen die tot een bepaalde cohort behoren, zijn onderhevig aan bepaalde normatieve gebeurtenissen.
Normatieve gebeurtenissen = gebeurtenissen die zich voor de meeste individuen binnen een groep op dezelfde
manier voltrekken. Deze gebeurtenissen kunnen biologisch, sociaal of cultureel bepaald zijn.
Voorbeeld: het bereiken van de puberteit (voor iedereen ongeveer dezelfde periode), het beginnen van verplicht
onderwijs rond vijfde/zesde levensjaar in westerse culturen
Cohorteffecten treden bijvoorbeeld op als gevolg van normatieve historisch bepaalde invloeden, biologische en
omgevingsinvloeden die verbonden zijn aan een specifiek historisch moment.
Voorbeeld: kinderen in wijk Roombeek in Enschede, geconfronteerd met biologische en omgevingseffecten als
gevolg van de vuurwerkramp. Ontwikkeling zal beïnvloed worden door deze normatieve, historische bepaald
gebeurtenis.
Leeftijdsgebonden invloeden zijn biologische en omgevingsinvloeden die gelijk zijn voor mensen van een bepaalde
leeftijdsgroep ongeacht waar of wanneer ze opgroeien.
Voorbeeld: biologische gebeurtenissen zoals de puberteit en de menopauze, naar school gaan, social media

Ontwikkeling wordt ook bepaald door normatieve invloeden.
Normatieve invloeden = invloeden die leiden tot conformiteit omdat men de gevolgen van afwijkend gedrag vreest.
Voorbeeld invloeden: etnische afkomst, sociale klasse, lidmaatschap van een subcultuur etc.
Voorbeeld: Kim steekt ook haar hand op in de klas bij antwoord A, omdat de rest van de klas denkt dat dit het goede
antwoord is (zijzelf denkt B), bang om uitgelachen te worden.

Ook niet-normatieve gebeurtenissen zijn van invloed op de ontwikkeling. Dit zijn specifieke gebeurtenissen die
plaatsvinden in het leven van een specifiek persoon op een tijdstip dat zulke gebeurtenissen de meeste andere
mensen niet overkomen.
Voorbeeld: Louise Brown die opgroeit als eerste ivf-baby, zestienjarige eindexamenleerling die landelijke
wetenschapelijkwedstrijd wint.

1.2 Kinderen: verleden heden en toekomst
Het is relatief kortgeleden dat kinderen vanuit een wetenschappelijke invalshoek worden bestudeerd. Er is veel
veranderd in de manier waarop we naar kinderen kijken.

1.2.1 Vroege denkbeelden over kinderen – facultatief, geen leerstof
1.2.2 De twintigste eeuw: ontwikkelingspsychologie als discipline – facultatief, geen leerstof

1.2.3 Actuele vraagstukken en onderwerpen: de onderliggende thema’s van de ontwikkelingspsychologie
Op dit moment speelt er een aantal centrale vraagstukken en onderwerpen over de ontwikkeling van kinderen.
➔ Tabel 1.2 voor samenvatting

, - Continue verandering versus discontinue verandering
De vraag of ontwikkeling zich op een continue of een discontinue manier voltrekt.
Continue verandering = geleidelijke ontwikkeling waarbij prestaties op een bepaald niveau voortvloeien uit die van
de vorige niveaus. Continue verandering is kwantitatief; de onderliggende ontwikkelingsprocessen die de aanzet
geven tot verandering blijven gedurende het hele leven hetzelfde. In het geval van voortdurende verandering
vertoont de manier waarop kinderen zich bekwamen in denken, praten en handelen sterke overeenkomsten met de
manier waarop hun lichaam groeit: via een geleidelijk ontwikkelingsproces.
Voorbeeld: veranderingen in lengte zijn continu
Discontinue verandering = ontwikkeling die in aparte stappen of stadia plaatsvindt, en waarbij elk stadium gedrag
oplevert dat kwalitatief anders is dan gedrag in eerdere stadia. Zulke stadia zijn de onder meer de kleutertijd, de
kindertijd en de adolescentie. Een ontwikkeling kan dus heel abrupt, oftewel discontinue, verlopen.
Voorbeeld: cognitieve ontwikkeling, veranderingen in denken zijn niet alleen kwantitatief, maar ook kwalitatief
➔ Figuur 1.1

- Kritieke en gevoelige perioden: de invloed van omgeving
Kritieke periode = een specifieke tijd in de ontwikkeling waarin een bepaalde gebeurtenis de grootste gevolgen
heeft. Er is sprake van kritieke perioden wanneer de aanwezigheid van bepaalde soorten omgevingsstimuli
noodzakelijk is voor een normale ontwikkeling.
Voorbeeld: De Lange vindt dat de betrouwbare aanwezigheid van een liefdevolle volwassene in de vroege
kinderjaren essentieel is voor het kind om zich veilig en gehecht te voelen.
Momenteel overheerst de overtuiging dat mensen op veel vlakken, met name op het gebied van cognitieve, sociale
en persoonlijkheidsontwikkeling, flexibeler zijn dan aanvankelijk werd aangenomen (eerst veel belang kritieke
perioden). Op deze gebieden manifesteert zich een mate van plasticiteit.
Plasticiteit = de mate waarin ontwikkelingsgedrag of fysieke structuur kan worden gewijzigd.
Aanwijzingen dat kinderen latere ervaringen kunnen gebruiken om eerdere achterstanden in te halen waardoor ze
dus geen ‘blijvende schade’ oplopen als ze sociale ervaringen hebben gemist.
Daarom spreken ontwikkelingspsychologen nu liever over gevoelige perioden.
Gevoelige perioden = een afgebakende periode, meestal vroeg in het leven van een organisme, waarin dat
organisme extra gevoelig is voor omgevingsinvloeden die betrekking hebben op een bepaald facet van de
ontwikkeling.
Het verschil tussen een kritieke periode en een gevoelige periode is dus dat het missen van bepaalde invloeden in de
kritieke periode zorgt voor permanente en onomkeerbare gevolgen. Bij de gevoelige periode hoeft dit niet zo te zijn,
dit erkent dus de plasticiteit van mensen in de ontwikkeling.

- Levensloopmodel versus focus op specifieke perioden
Vroeger ging de meeste aandacht naar de babytijd en de adolescentie, bijna geen aandacht naar de andere delen.
Tegenwoordig wordt de gehele periode van conceptie tot en met de adolescentie van belang geacht. Dit vanwege de
ontdekking dat er in elk levensstadium sprake is van groei en ontwikkeling. Bovendien wordt een belangrijk deel van
iemand omgeving bepaald door de andere mensen in zijn sociale omgeving. We moeten de mensen begrijpen die
voor die invloeden verantwoordelijk zijn.
Voorbeeld: een 15-jairge moeder heeft een andere invloed op haar kind dan een 37-jarige moeder.

- De relatieve invloed van nature en nurture op de ontwikkeling
De vraag in hoeverre het gedrag van mensen het gevolg is van hun genetisch bepaalde natuur enerzijds en de fysieke
en sociale omgeving waarin de opgroeien anderzijds.
Nature = eigenschappen, vermogens en capaciteiten die mensen van hun ouders erven. Het omvat elke factor die
het resultaat is van maturatie.
Maturatie = het proces van geleidelijk ontvouwen van voorbestemde genetische informatie
Voorbeeld: nature bepaalt welke kleur ogen we hebben
Nurture = de omgevingsinvloeden die ons gedrag bepalen. Deze invloeden kunnen biologisch en sociaal zijn, maar
ook maatschappelijke factoren vallen onder deze invloeden.
Voorbeeld: de invloed van cocaïnegebruik van een zwangere vrouw op haar ongeboren kind

,1.2.4 De toekomst van de ontwikkelingspsychologie
De toekomst van de ontwikkelingspsychologie:
- Er zal steeds meer onderzoek gedaan worden naar ontwikkeling en er zullen nieuwe onderzoeksgebieden en
perspectieven bij komen.
- De explosie van informatie over genen en de genetische basis van gedrag zal invloed hebben op alle aspecten
van de ontwikkelingspsychologie. Grenzen tussen sub disciplines zullen vervagen.
- Groeiende etnische, taalkundige en culturele diversiteit van de bevolking zal leiden tot meer
diversiteitsvraagstukken.
- Een groeiend aantal professionals in verschillende vakgebieden zal gebruik maken van het onderzoek en de
bevindingen van de ontwikkelingspsychologie.
- Werkzaamheden in het kader van de ontwikkelingspsychologie zullen een steeds grotere invloed hebben op
kwesties van algemeen belang.

Van onderzoek naar praktijk
Misdaad en geweld komen steeds meer voor in Nederland. De ontwikkelingspsychologie probeert dit soort
problemen vanuit verschillende invalshoeken te benaderen. Hieronder volgen een aantal concrete oplossingen voor
sociale problemen:
- Verklaringen zoeken voor de oorzaken van geweld: verband zoeken tussen eerdere gedragsproblemen en
agressie
- Verklaringen zoeken die een verband leggen tussen opvoedingspraktijken en moeilijk gedrag: heldere en
duidelijkere opvoedingsstijl zou probleemgedrag bij jongens voorkomen
- Bestuderen hoe blootstelling aan agressie tot geweld kan leiden: blootstelling aan geweld in media en
videospelletjes kan tot agressie leiden
- Programma’s ontwikkelen die agressie moeten verminderen: Staub en Spielman hebben programma
ontworpen dat helpt bij bestrijden agressie, kinderen leren hun basisbehoeften op een constructieve manier te
bevredigen

Ontwikkelingspsychologie in het dagelijks leven
Veel adviezen in de media over opvoeding. Niet elk advies is even bruikbaar, hier zijn richtlijnen voor:
- Kijk naar waar het advies vandaan komt
- Kijk naar de achtergrond van de persoon van wie de informatie afkomstig is
- Maak onderscheid tussen anekdotisch (een of twee voorbeelden) bewijs en wetenschappelijk bewijs
- Houd rekening met de culturele context
- Ga er nooit vanuit dat iets automatisch waar is omdat mensen erin geloven
Geen enkele informatiebron is dus betrouwbaar. Blijf kritisch.

,Hoofdstuk 2: theoretische perspectieven en onderzoek

2.1 Visies op kinderen
We hebben allemaal vastomlijnde ideeën over de ontwikkeling van kinderen en die gebruiken we om een mening te
vormen of een bepaald gevoel te ontwikkelen over het gedrag van een kind. Ook ontwikkelingspsychologen hebben
hun eigen visies over de kindertijd. Deze visies zijn echter gerichter en preciezer en omvatten een of meerdere
theorieën en voorspellingen over het verschijnsel waarop ze zich richten.
Theorie = verklaring of voorspelling over een interessant verschijnsel die een raamwerk biedt om de relaties tussen
een geordende reek feiten of principes te begrijpen
Theorieën zijn formeler dan onze eigen willekeurige observaties en zijn gebaseerd op systematische integratie van
eerdere bevinden en theoretische veronderstellingen. Aan de hand van de theorieën kunnen psychologen eerdere
observaties samenvatten en ordenen, worden getest door onderzoek.

Vijf verschillende visies op de ontwikkeling van het kind. De verschillende perspectieven op ontwikkeling bieden ons
verschillende inzichten in het gedrag van kinderen en adolescenten. Elk perspectief verandert continu.

2.1.1 Het psychodynamisch perspectief: focus op innerlijke krachten
Psychodynamisch perspectief = benadering van ontwikkeling waarbij men ervan uitgaat dat gedrag gemotiveerd
wordt door innerlijke krachten, herinneringen en conflicten waarvan een persoon zich nauwelijks bewust is en
waarover hij weinig controle heeft.
Deze innerlijke krachten, die hun oorsprong hebben in de kindertijd, blijven iemands gedrag gedurende zijn hele
leven beïnvloeden.

Het psychodynamisch perspectief is nauw gekoppeld aan de psychoanalytische theorie van Sigmund Freud.
Psychoanalytische theorie = theorie van Freud die ervan uitgaat dat onbewuste krachten bepalend zijn voor
iemands persoonlijkheid en gedrag.
Freud zegt dat het onbewuste het deel is van iemands persoonlijkheid waarvan hij zich niet bewust is. Het bevat
infantiele wensen, verlangens en behoeften die vanwege hun verstorende aard afgesloten zijn van het bewustzijn.
Dit onbewuste is verantwoordelijk voor een groot deel van ons dagelijkse gedrag.
Voorbeeld: kind krijgt weinig aandacht van opvoeders, zoekt aandacht bij juf en later bij partner. Het is nooit
genoeg, persoon is zich er niet van bewust dat dit gedrag voortkomt uit het ervaren tekort in de vroege kindertijd.
Het idee dat de ouders niet voor voldoende aandacht hebben gezorgd is ondragelijk dus wordt het verdrongen
(onbewuste).

Volgend Freud heeft de persoonlijkheid drie aspecten: id, ego en superego.
- Id = het primitieve, ongeorganiseerde, aangeboren deel van de persoonlijkheid dat aanwezig is bij de geboorte.
Het staat voor onze primitieve driften die verband houden met honger, seks, agressie en irrationele impulsen.
Het id opereert vanuit het genotprincipe, met het doel om zoveel mogelijk bevrediging en zo weinig moeilijk
spanning te creëren.
- Ego = het rationele en redelijke deel van de persoonlijkheid. Het vormt een buffer tussen de echte wereld om
ons heen en het primitieve id. Het ego opereert vanuit het realiteitsprincipe, waarbij instinctieve energie in
toom gehouden wordt om de veiligheid van het individu te bewaren en hem te helpen te integreren in de
samenleving.
- Superego = het aspect van de persoonlijkheid dat iemands geweten vertegenwoordigt en het onderscheid
belichaamt tussen goed en kwaad. Het ontwikkelt zich rond 5/6 jaar. Mensen nemen het over van hun ouders,
onderwijzers en andere belangrijke figuren in het leven.

Freud ontwikkelde ook een theorie over de manier waarop de persoonlijkheid zich tijdens de kindertijd vormt.
Psychoseksuele ontwikkeling = een aantal fasen die kinderen doorlopen waarin genot, of bevrediging, steeds meer
gericht is op een andere biologische functie en een ander deel van het lichaam.
Volgens Freud verlegt het genot zich van de mond (de orale fase) naar de anus (de anale fase) en uiteindelijk naar de
genitaliën (de fallische fase en de genitale fase).
➔ Tabel 2.1
Als kinderen niet in staat zijn zichzelf in een bepaalde fase voldoende te bevredigen of als ze teveel worden
bevredigd, kan dit leiden tot fixatie.
Fixatie = gedrag dat in een eerdere ontwikkelingsfase is blijven steken als gevolg van een onopgelost conflict.

, Voorbeeld: fixatie op de orale fase kan er tot leiden dat een volwassene voortdurend bezig is met orale activiteiten,
zoals eten, praten, nagels bijten of kauwgom kauwen.




Erik Erikson ontwikkelde een alternatieve psychodynamische visie met een theorie over de psychosociale
ontwikkeling. Hierin ligt de nadruk op onze sociale interactie met anderen. We worden zowel gevormd als
belemmerd door de samenleving en cultuur.
Psychosociale ontwikkeling = benadering van ontwikkeling die de veranderingen omvat in de manier waarop we
aankijken tegen onze interacties met anderen, tegen het gedrag van anderen en tegen onszelf als leden van de
maatschappij.
Volgens de theorie ontwikkelen we ons in acht aparte stadia. Deze stadia manifesteren zich volgens een vast patroon
en zijn min of meer gelijk voor alle mensen. In elk stadium is er sprake van crisis of conflict dat het individu moet
oplossen. De crisis wordt nooit volledig opgelost, maar het individu moet de crisis het hoofd hebben geboden om te
kunnen voldoen aan de eisen van het volgende ontwikkelingsstadium.
➔ Tabel 2.1
Freud meent dat de ontwikkeling min of meer compleet is tegen de tijd dat een individu de adolescentie heeft
bereikt, Erikson denkt dat groei en verandering gedurende het hele leven doorgaat.

Freuds introductie van het idee dat onbewuste invloeden medebepalend zijn voor ons gedrag was een monumentale
mijlpaal, en het feit dat dat ons nu nog volkomen logisch voorkomt, bewijst hoezeer het begrip onbewuste zich heeft
genesteld in het denken van de westerse culturen. Hedendaagse studies tonen aan dat we onbewuste herinneringen
met ons meedragen die grote invloed hebben op ons gedrag.
Een aantal van de meest fundamentele principes van Freuds theorie worden tegenwoordig in twijfel getrokken
omdat er geen bewijs voor kan worden gevonden. Vooral het idee dat mensen in hun jeugdstadia doorlopen die hun
persoonlijkheid als volwassene bepalen wordt slechts door een enkel onderzoek onderschreven. Freuds theorie
gebaseerd op beperkte populatie, seksistisch en discriminerend, vooral gericht op mannelijke ontwikkeling.
Eriksons theorie meer ondersteund, maar kritiek dat ze zich vooral richt op mannen en dat het vaag is.

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur femkegjeltema. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €7,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

83750 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€7,49  34x  vendu
  • (9)
  Ajouter