PROEFEXAMEN 2022-2023
KORTE VRAGEN
1. Sihame, wonende in 2018 Antwerpen, Sint-Thomasstraat 31, [hof van beroep Antwerpen;
arbeidshof Antwerpen, afdeling Antwerpen; rechtbank van eerste aanleg Antwerpen, afdeling
Antwerpen; ondernemingsrechtbank Antwerpen, afdeling Antwerpen; arbeidsrechtbank
Antwerpen, afdeling Antwerpen; vrederechter zesde kanton Antwerpen; politierechtbank
Antwerpen, afdeling Antwerpen] heeft de auto van Gustaph, wonende in 3583 Beringen, Driesstraat
45 [hof van beroep Antwerpen; arbeidshof Antwerpen, afdeling Hasselt; rechtbank van eerste
aanleg Limburg, afdeling Hasselt; ondernemingsrechtbank Antwerpen, afdeling Hasselt;
arbeidsrechtbank Antwerpen, afdeling Hasselt; vrederechter Beringen; politierechtbank Limburg,
afdeling Beringen] tweedehands gekocht voor de prijs van 3.800 euro. Bij eerste gebruik stelt
Sihame echter vast dat de motor onherstelbaar defect is. Sihame wil deze verkoop laten ontbinden
en de prijs terugkrijgen. Welke rechter is materieel en territoriaal bevoegd om kennis te nemen van
deze vordering en op basis van welke wetsbepalingen steunt uw antwoord (verwijs zo precies
mogelijk naar §, lid en ° van deze wettelijke bepalingen)?
a) bevoegde rechter: vrederechter Beringen (want onder 5000 euro)
b) art. 624, 1° Ger.W. en art 590, lid 1 Ger.W.
2. Gustaph vindt dat de vordering van Sihame volledig tergend en roekeloos is omdat Sihame zeer
goed wist in welke staat de auto was en deze heeft kunnen uittesten voor de aankoop. Gustaph wil
een schadevergoeding van 6.000 euro vorderen wegens procesrechtsmisbruik. Welke rechter is
territoriaal en materieel bevoegd om kennis te nemen van deze tegenvordering wegens tergend en
roekeloos geding en op basis van welke wetsbepaling steunt uw antwoord (verwijs zo precies
mogelijk naar §, lid en ° van deze wettelijke bepaling)?
a) bevoegde rechter: vrederechter Beringen (rechter die kennis heeft genomen van de
hoofdvordering is bevoegd om kennis te nemen van een tegenvordering) (enkel de
beslagrechter is bevoegd voor executie geschillen)
b) art. 563, lid 3 Ger.W.
3. Friethandel Big Patat NV heeft nog een openstaande factuur ten belope van 2.200 euro op frituur
Het Frietuurtje BV voor geleverde aardappelen. Big Patat NV vordert dit bedrag in rechte en Het
Frietuurtje BV wordt door de rechter bij verstek veroordeeld tot betaling van 2.200 euro, te
vermeerderen met de gerechtelijke intresten en de gerechtskosten. Welk rechtsmiddel kan Het
Frietuurtje BV tegen dit verstekvonnis aanwenden en op welke wetsbepalingen steunt uw antwoord
(verwijs zo precies mogelijk naar §, lid en ° van deze wettelijke bepaling)?
a) rechtsmiddel: verzet (vordering komt voor ondernemingsrechtbank (art. 575, lid 1
Ger.W.) verstekvonnis) (vonnis in laatste aanleg, want bedrag is lager dan 2500 euro
(art. 617 Ger.W.))
, PROEFEXAMEN 2022-2023
b) art. 1047, lid 1 Ger.W.
4. Dream Cars NV vordert de ontbinding van een huurovereenkomst van een personenwagen ten
aanzien van de heer en mevrouw Macallan. Dream Cars NV stelt haar vordering in middels een
tegensprekelijk verzoekschrift. Is dit de juiste wijze om de zaak aanhangig te maken bij de rechter en
op welke wetsbepaling steunt uw antwoord (verwijs zo precies mogelijk naar §, lid en ° van deze
wettelijke bepaling)?
a) ja/nee
b) art. 700 Ger.W. (sanctie: nietigheid)
5. Voor de rechtbank van eerste aanleg vordert Mario schadevergoeding van Bob De Bouwer BV
omdat de renovatie van zijn keuken volledig mis is ingelopen. Mario had zijn keuken al besteld bij
Keukens Het Klooster NV en Bob De Bouwer BV zou de nodige werken uitvoeren, maar liet het
zonder enige reden afweten. Mario vordert 8.000 euro schadevergoeding van Bob De Bouwer BV.
Volgens Bob De Bouwer BV kan Mario niet bewijzen dat zij een overeenkomst hadden want er werd
geen schriftelijk contract opgesteld. Is de stelling van Bob De Bouwer BV correct, waarom wel of
waarom niet en op basis van welke wetsbepaling is uw antwoord gebaseerd (verwijs zo precies
mogelijk naar §, lid en ° van deze wettelijke bepaling)?
a) ja/nee
b) art. 8.11, §1, lid 1 BW
6. Jan wordt voor de rechtbank van eerste aanleg gedagvaard in betaling van een openstaande
ziekenhuisfactuur voor een knieoperatie ten belope van 5.345 euro. Jan stuurt onmiddellijk een
conclusie naar de rechter en de advocaat van het ziekenhuis, waarin hij deze factuur betwist. Volgens
Jan moet hij die factuur niet betalen maar wel zijn verzekering. Op de inleidende terechtzitting
verschijnt Jan niet, noch een advocaat voor hem. De advocaat van het ziekenhuis vordert verstek.
Kan de rechter verstek verlenen en op basis van welke wetsbepaling steunt uw antwoord (verwijs zo
precies mogelijk naar §, lid en ° van deze wettelijke bepaling)?
a) ja/nee
b) art. 804, tweede lid Ger.W.
7. Moira verneemt dat haar buurman, boer Stijn, zijn schuur te koop gaat stellen. Moira vreest dat de
lokale jeugdbeweging grote belangstelling zal hebben om deze schuur te kopen om er hun
jeugdbewegingslokaal in te vestigen. Volgens Moira gaat zij hierdoor aanzienlijk geluidsoverlast
ondervinden en een toename van het verkeer in haar anders zo rustige straat. Moira stelt een
vordering in voor de rechter om aan boer Stijn verbod te horen opleggen om zijn schuur aan iemand
anders dan een landbouwer te verkopen. Is deze vordering van Moira toelaatbaar en op welke
