Doelgroepen 2
Deel 1: Personen met een visuele beperking
Hoofdstuk 1: Terminologie
‘Personen met een visuele beperking’ → juiste terminologie, respectvol en
inclusief
● Blind = mensen met een totaal verlies van gezichtsvermogen
● ‘Visueel beperkt' = inclusieve term die beter aansluit bij de diverse gradaties van
visuele beperkingen
!! Luisteren naar voorkeuren van mensen en controle geven over eigen identificatie
!! 'Persoon' als individu → een visuele beperking is slechts één van de vele
aspecten van iemands identiteit (kruispuntdenken)
1.1 Oftalmologische indeling
● Oftalmologie = oogheelkunde = de medische definitie en classificatie van visuele
beperkingen, gebaseerd op het vaststellen of meten van het visuele
waarnemingsvermogen
→ gaat uit van een stoornis
● Comorbiditeit = een opstapeling van verschillende oogziektes (vb. kleurenblind zijn
en nachtblind zijn,...)
1.1.1 Gezichtsscherpte of visus
● Gezichtsscherpte = visus = maakt het mogelijk om de details en vormen van
objecten te onderscheiden = de maat voor de kleinste details die iemand kan
onderscheiden (vb. kleine puntjes van elkaar niet kunnen onderscheiden)
● E-figuren of de onderbroken cirkels = zijn in alle richtingen gedraaid. Men moet met
de hand de oriëntatie van de figuur aangeven. De specifieke groottes moeten
theoretisch door een oog met normale functie herkend worden. Er is een grootte
bepaald voor 60 m, 36 m, 24 m, 12 m, 9 m en 6 m. Een visus van 6/6 of 1 wordt
toegekend als de persoon de letter met waarde 6 op 6 meter afstand kan herkennen.
Als de persoon alleen de letter met waarde 36 op 6 meter afstand kan zien, dan
wordt een visus van 6/36 toegekend.
1
,Gezichtsscherpte voor dichtbij zien → leeskaarten met letters en cijfers, die op 30
cm van de ogen worden gehouden.
Meten van de visus van zeer jonge kinderen (-12 maanden) → geautomatiseerd
auto- en
photorefractometer
Meten van de visus van kleuters → een soort leeskaarten, maar met figuurtjes
ipv letters.
Screening en onderzoek:
- screening → bij geboorte <32 weken of geboortegewicht <1500g
⇒ bij Kind en Gezin (oogtest op amblyogene factoren of doorverwijzing)
‘GoCheckKidsapp’
⇒ bij CLB (opvolging)
- onderzoek → oogarts of uitgebreid onderzoek bij aanwijzing op aandoening
Medische definities voor blindheid en slechtziendheid op basis van visus in België en NL:
- volgen indeling van WGO (Wereldgezondheidsorganisatie)
● Blind = als de gezichtsscherpte van het beste oog (met correctie door bril/ lenzen),
op afstand minder dan 1/20 is. De persoon heeft vaak nog visuele mogelijkheden,
maar moet waarschijnlijk braille leren.
● Slechtziend = als het gezichtsvermogen op afstand van het beste oog (met correctie
door bril/ lenzen) hoger is dan 1/20, maar lager of gelijk aan 3/10.
● Matig tot licht slechtziend = als een persoon die meer dan 3/10 ziet, maar minder dan
het ‘normale’ gezichtsvermogen heeft (met correctie door bril/ lenzen)
!!Veel meningsverschillen om grenzen tussen blindheid en slechtziendheid te
bepalen → niet alle beperkingen kunnen worden vastgesteld door het meten van
gezichtsscherpte, zoals blinde vlekken in het gezichtsveld of een kokervormig
blikveld
1.1.2 Gezichtsveld
● Gezichtsveld = het totale gebied dat overzien kan worden wanneer het hoofd en de
ogen volkomen stil worden gehouden. Gezichtsvelden van beide ogen overlappen
elkaar voor een deel en we zien enkel scherp in het centrale gezichtsveld.
● Gele vlek = centraal deeltje netvlies, zorgt ervoor dat we enkel scherp zien in het
centrale gezichtsveld. Er liggen voornamelijk de kegeltjes waarmee we scherp zien in
daglicht en kleuren zien.
2
, ● Perifeer gezichtsveld = alles dat onscherp wordt waargenomen, het is een
waarschuwingsapparaat en is noodzakelijk voor oriëntatie. Er liggen voornamelijk
staafjes waarmee we kunnen nachtzien en gaan onze ogen draaien wanneer we in
het gezichtsveld iets waarnemen dat belangrijk lijkt (beeld valt dan op gele vlek)
Het meten van het gezichtsveld:
● Perimeter = een koepel met centraal spiegeltje waarop een persoon zijn blik moet
fixeren. Ondertussen beweegt een lichtje door koepel. Persoon geeft aan wanneer
lichtje waarneemt zonder ernaar te zoeken.
!! Vraagt concentratie en goede medewerking
!! Pas vanaf 6 jaar met enige betrouwbaarheid uit te voeren.
→ Op jongere leeftijd inschatting maken door aantrekkelijk voorwerp in
gezichtsveld van kind te bewegen.
- Normaal gezichtsveld = horizontaal 160° en verticaal 130°
- Gezichtsveld gezond oog = 140° en van 2 ogen = 180°
● Blind = gezichtsveld 10° of minder
● Zwaar slechtziende = gezichtsveld tussen 10° en 20°
● Matig of licht slechtziende = gezichtsveld minder dan optimale maar meer dan 20°
⇒ Je wordt in België als blind beschouwd als gezichtsscherpte 0 of minder dan
1/20 is en/of gezichtsveld gereduceerd is tot 10° of minder. Dit alles gemeten
met het correctie door bril/lenzen en met het beste oog.
Blind volgens WHO:
● Totaal blind = helemaal geen lichtwaarneming
● Blind = gezichtsscherpte max 2%
● Maatschappelijk blind = gezichtsscherpte tussen 2 en 5%
1.2 Indeling volgens lokalisatie van het letsel
⇒ De locatie van de stoornis kan verschillende gevolgen hebben (gaat uit van
stoornissen)
3
, ● Visuele systeem = beide ogen, de gezichtsbanen en het optisch centrum in de
hersenen.
Twee soorten visuele stoornissen:
1. Oculaire stoornissen (OVS) ⇒ doen zich voor in de ogen
2. Cerebrale visusstoornissen (CVS) = cerebrale visuele inperking (CVI) ⇒
doen zich voor in de gezichtsbanen of het optisch centrum in de hersenen
Aandacht voor cerebrale visusstoornissen is laatste jaren toegenomen, omdat ze vaker
voorkomen bij mensen met meervoudige beperkingen. Deze stoornissen kunnen zich op
verschillende manieren uiten (vb. door problemen met het richten van de blik, korte
aandachtsspanne, afhankelijkheid van de houding of vertrouwdheid met de omgeving ) Na een
oftalmologisch onderzoek kan een gespecialiseerd multidisciplinair team de diagnose CVI
stellen.
1.3 Functionele indeling
⇒ visuele beperking heeft grote gevolgen voor de ontwikkeling en opvoeding van
een kind
Een functionele diagnostische benadering biedt meer aangrijpingspunten voor de nodige
begeleiding.
!! Indeling is gebaseerd op het resterende gezichtsvermogen, niet op hetgeen er niet is.
● Functionele visuele efficiëntie = hoe goed een persoon gebruikmaakt van de
beschikbare gezichtsresten
⇒ Onderscheid maken tussen:
1. Personen die geen enkele visuele reactie vertonen
2. Personen met minimale visuele reacties
(Mogelijkheid bestaat om door medisch ingrijpen of stimulering van het visuele systeem tot
enige verbetering te komen in het visueel functioneren) !! kinderen worden soms als ‘blind’
gediagnosticeerd, maar hebben nog een resterend gezichtsvermogen
3. Personen die zich visueel kunnen oriënteren en toch stoornissen vertonen in
gezichtsscherpte, gezichtsveld of kleurenzicht.
(Deze groep kinderen wordt aangeduid als 'slechtziend', maar de aard en omvang van de
beperkingen en daaruit voortvloeiende beperking kunnen in deze groep enorm verschillen.
Weinig informatie over de mate van zelfredzaamheid van mensen met een visuele beperking
vb. zelfstandig boodschappen kunnen doen of kunnen koken .
● Het visuele profiel = meetinstrument dat de participatie in het dagelijks leven meet,
het omvat alle aspecten die te maken hebben met het zien en de slechtziendheid van
een persoon. Het vormt een samenhangend geheel van informatie over
mogelijkheden en beperkingen van iemands visuele waarneming
→ bevat gegevens over:
4
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur anthonissenmyrthe. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,96. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.