SAMENVATTING WIJSBEGEERTE
INLEIDING: WAT IS FILOSOFIE?
We weten (zo ongeveer) wat filosofie is. Woorden zoals ‘filosoof’, ‘filosoferen’ begrijpen we wel. Maar we
moeten afbreken wat we al weten.
Men zegt dat de filosofie:
“…een soort van wetenschap over de eerste principes en oorzaken is”
“… nutteloos of zinloos is”
“…te abstract is, moeilijk maakt wat eenvoudig is”
Het woord filosofie lijkt vanzelfsprekend, maar de definitie blijft vaag (bovenstaande definities blijven vaag):
filosofie kan alles en niets zijn
Hoe specifieker de definitie, hoe minder elementen binnen de definitie vallen.
Filosofie als visie of concept: vb. de mens
Filosofie life-philosophy, spiritualiteit: werktuigen om te denken
Filosofie als persoonlijke levensvisie: “het is mijn filosofie” of “het is mijn mening”
AFBREKEN VANZELFSPREKENDHEDEN
Men of ik
Men zegt…, maar wat zeg ik? iemand herhaalt iets, wat iemand anders al zei zeg iets waarvan je
overtuigt bent
Men denkt…, maar wat denk ik?
Was ik niet gewoon een verhaal aan het herhalen?
Filosofie ≠ vanzelfsprekendheden
Eerste stap afbreken van vanzelfsprekendheden algemene en beheersende meningen, wat ‘in’ of ‘mode’ is,
clichés
Het is niet dat we niets weten, het probleem is dat we altijd te veel weten. Filosofie vraagt daarentegen
afstand (ruimte) en geduld (tijd), wantrouw (in de eigen wijsheid), vertrouw (in de niet-gevonden waarheid)
Van mythe naar logos?
Gebruikelijk zegt men dat de filosofie een kritische overgang is geweest van mythologische verhalen
naar rationele uitleg van de realiteit (dat is de weg van de wetenschappen)
Filosofie begint met het bewustzijn dat we te veel weten, komt dan in een sceptisch moment (ik weet
eigenlijk niets) en eindigt in een docta ignorantia (nu weet ik dat ik niets weet) leren kritisch zijn
Onwetendheid als mogelijkheidsvoorwaarde voor begrijpen, beseffen (en niet voor wetenschappelijke
kennis!)
Filosofie is een odyssee (terug naar jezelf), DUS: geen vooruitgang!
γνῶθι σεαυτόν = ken uzelf
1
,DELEUZE (1925 – 1955) EN DE FILOSOFIE
Deleuze schreef boek “Wat is filosofie?”
Filosofie is de kunst van vorming, uitvinding en productie van concepten
Filosofie is de discipline van de creatie van concepten
Filosofie is kennis door zuivere concepten en kennis = constructie in de mogelijke ervaring en in de
intuïtie (constructivisme)
Filosofie maakt het onzichtbare zichtbaar (toont een probleem dat voordien onzichtbaar was, vb.
concept van ‘gender’, maar biedt geen oplossing)
Filosofie is noch kunst noch wetenschap
Filosofie is geen aanschouwing (θεωρία), geen reflectie (ancilla …), geen communicatie (democratie,
consensus), geen marketing, computer science, mens-wetenschap
Filosofie en metafysica zijn niet dood, ideeën veranderen, ideëen kunnen sterven …
Historiciteit van het denken
GESCHIEDENIS VAN DE FILOSOFIE
Als we definities geven, zijn die vaak te abstract. Vb. als iemand vraagt “Wie ben jij?”, is het antwoord “een
mens” te abstract. Het zegt niets.
Filosofie heeft een geschiedenis
Twee definities van substantie
o Aristoteles: to ti ên einai (wat iets moest zijn)
“ik ben het verhaal dat ik over mijn verleden tijd schrijf” (narratieve identiteit)
o Hegel: Substantie = som van de accidenten
“alles wat ik ben, ben ik” (neen-zeggen is verboden)
o Regulatieve idee of motto:
Hegel: Het geheel is het ware
Is de kennis van de geschiedenis van de filosofie nodig om te weten wat filosofie is? JA, filosofie is niet te
begrijpen zonder haar geschiedenis
de verschillende filosofische disciplines: natuurfilosofie, metafysica, moraalwetenschap, (bio-)ethiek,
politieke filosofie, esthetica, logica, wetenschapsfilosofie , praktische filosofie, cultuurfilosofie,
filosofie van de geschiedenis, godsdienstfilosofie, kritische filosofie
de tijdperken
o Antieke Wijsbegeerte (7de tot 2de eeuw v. Chr.)
o Middeleeuwse Wijsbegeerte (2de eeuw v. Chr. tot 15de eeuw n. Chr.)
o Moderne Wijsbegeerte (15de eeuw tot 1831)
o Moderniteit (ca. 1831-1945)
o Postmoderniteit (ca. 1945 tot heden)
de grote stromingen: scepticisme, rationalisme, empirisme, materialisme, transcendentale filosofie,
idealisme, atheïsme, existetialisme, analythische filosofie, humanisme
Antieke Middeleeuwse Moderne Moderniteit Postmoderne
7de eeuw v. Chr 400 1641 1831 1945 heden
2
,Grote politieke en/of economische veranderingen hebben een parallellisme met de filosofie.
WAT IS FILOSOFIE NOG?
Filosofie = wijsbegeerte
o wijsbegeerte = begeerte (wens, dorst, drang), gebrek aan iets wijsheid
o Filosofie: een soort van wijsheid: “Ik weet dat ik niets weet” – Socrates (Griekse filosoof, 470 v.
Chr. – 399 v. Chr.)
Filosofie is een rare vriendschap
o Filosofie = vriend van de wijsheid
o Betekent ook: vijand van de wijze, de wetenschappers, van de dominante opinie en ook van
andere “vrienden” van de wijsheid
Filosofie is een wedstrijd: “Filosofie is AGON” – Gilles Deleuze
o Vriend, tegenstander en rivaliteit is inherent aan de filosofie
o Filosofie: een strijdtoneel, een atletiek
Filosofie is een storende wijsheid
o Socrates (469-399 v. Chr.)
“Ik weet dat ik niets weet”
“Ik weet dat wat jullie voor waar, goed, juist en schoon houden, vals is”
De horzel van Athene
Voerde nieuwe goden in, ‘misleidde’ de jeugd
Ter dood veroordeeld
FILOSOFEN ZIJN AMBETANTE MENSEN
Spinoza (1632-1677)
Slechts één substantie kan bestaan
Deus sive natura
Radicaal egalitarisme en radicale democratie
Gevaarlijk voor de sociale, religieuze, politieke en economische orde
“un monstre de confusion et de ténèbres”, “universally infamous”,“atheorum nostra aetate princeps”
“Spinozist” als belediging
F. Nietzsche (1844-1900)
De hamer-filosoof
Filosofie is “aan gene zijde van goed en kwaad”
Provocatief, controversieel, polemisch? Nihilist? Atheïst?
o “God is dood”: Er was ooit een God. Hij is nu dood. Wij hebben hem vermoord. En nu? Wat
doen we nu zonder God? De dood van God is dus geen antwoord, maar een probleem
Nietzsches dolle mens: “Hier zweeg de dolle mens en keek opnieuw zijn toehoorders aan. Ook zij
zwegen en keken bevreemd terug. Eindelijk wierp hij zijn lantaarn op de grond, zodat die in stukken
sprong en uitdoofde. ‘Ik kom te vroeg,’ zei hij toen, ‘het is mijn tijd nog niet’.” “sommige mensen zijn
postuum geboren”
DUS WAT IS FILOSOFIE?
Filosofie is streven, zoeken, proberen
Filosofie is scheppen van concepten, wereldvisies en horizonten
3
, Filosofie is ook alles wat ze is geweest
scandaleus, radicaal, storend en revolutionair
Een odyssee, terug naar onszelf
AGON: “atletiek van het denken”
Filosofie toont het kritische potentiaal van de vrijheid van het denken
Vriendschap, liefde, verlangen, begeerte
Discipline, kunst
Een way of life
Een onbevangen attitude tegen zichzelf, het weten, de anderen en de wereld
DE FILOSOFIE VAN DE OUDHEID
Filosofie is een Griekse uitvinding
Hegel (19de eeuwse traditionele filosoof): “er is geen filosofie voor de Grieken”
Deleuze (postmoderne, anarschistische filosoof): “filosofie begint met de Grieken”
Twee verschillende soorten filosofen, maar zeggen hetzelfde
Filosoferen is een Griekse manier van denken Griekse geest = met gedachten spelen
Soms zegt men dat de waarheid of een soort van wijsheid niet voor iedereen is, maar het is niet dat bepaalde
mensen geselecteerd zijn sommige mensen hebben het gewoon in zich
Filosofie is iets natuurlijk, het is een mogelijkheid MAAR ‘een zaadje zonder water of licht kan niets doen’
andere factoren hebben een invloed op de mogelijkheid van filosofie (filosofie is niet onafhankelijk):
Vrijheid van politieke instellingen
o Filosofie is een attitude gebaseerd op vrijheid en iets nieuws doen
o Geen censuur filosofie kan zich ontwikkelen
o Democratisch Athene vraagt elke burger om verdediger/vertegenwoordiger voor zichzelf te
zijn leren argumenteren en creatief denken Athene gaf de politieke ruimte voor
filosofie
Ervaring van andere culturen
o Aan de andere kant van het water hebben mensen andere goden cultureel relativisme
(iets dat de filosofie in Griekeland mogelijk maakte)
De markt, de stadstaat
DUS filosofie van vandaag is afhankelijk van de wereld die we hebben. Politiek, economie, cultuur… bepalen
ook filosofie
De Agonale geest van de Grieken
Pan-Helleense spelen:
De Olympische spelen
De Pythische spelen
De Isthmische spelen
De Nemeïsche spelen
vrijheid, erkenning, individualiteit en subjectiviteit
4