Handboek Nederlands als tweede taal in het volwassenenonderwijs
Een samenvatting van hoofdstuk 1, 2, 3, 4, 5, 6, 8 en 9 uit Handboek Nederlands als tweede taal in het volwassenonderwijs, Bossen, Kuiken, Vermeer (2018) en van de artikelen Struikelblokken in het Nederlands 1-5, Grezel (2008) aangevuld met relevante informatie uit de colleges gegeven aan de Hogesc...
Samenvatting Bossers et al. - Handboek: NT2 in het volwassenenonderwijs - Hoofdstuk 1 t/m 9
Antwoorden zelftoets Handboek NT2 in het volwassenenonderwijs
Samenvatting taalverwerving H1 t/m 5 Handboek NL als tweede taal
Tout pour ce livre (19)
École, étude et sujet
Hogeschool van Amsterdam (HvA)
Inconnu
Tweede taalverwerving
Tous les documents sur ce sujet (5)
14
revues
Par: wafaa1984allow • 9 mois de cela
Par: imkecaelen • 11 mois de cela
Par: deliverthemail • 1 année de cela
Par: ibahsi11 • 1 année de cela
Par: MNathie • 2 année de cela
Par: senaa98 • 2 année de cela
Par: ejmost • 2 année de cela
Afficher plus de commentaires
Vendeur
S'abonner
mark-janzwart
Avis reçus
Aperçu du contenu
Samenvatting Tweedetaalverwerving
Een samenvatting van hoofdstuk 1, 2, 3, 4, 5, 6, 8 en 9 uit Handboek Nederlands als tweede taal in
het volwassenonderwijs, Bossen, Kuiken, Vermeer (2018) en van de artikelen Struikelblokken in het
Nederlands 1-5, Grezel (2008) aangevuld met relevante informatie uit de colleges gegeven aan de
Hogeschool van Amsterdam (2018-2019).
Inhoud
Hoofdstuk 1 – De context van tweedetaalverwerving en tweedetaalleren ........................................... 3
Proces van tweedetaalverwerving ...................................................................................................... 3
Factoren die tweedetaalverwerving beïnvloeden .............................................................................. 5
Samenvatting....................................................................................................................................... 7
Aanvullingen vanuit colleges ............................................................................................................... 7
Hoofdstuk 2 – Taalonderwijs en didactiek ............................................................................................ 10
Taal leren en verwerven .................................................................................................................... 10
Taalonderwijs .................................................................................................................................... 10
Benaderingen .................................................................................................................................... 11
Competentiegericht taalonderwijs.................................................................................................... 13
Docent, didactische principes, multimedia ....................................................................................... 13
Samenvatting..................................................................................................................................... 14
Aanvullingen vanuit colleges ............................................................................................................. 14
Hoofdstuk 3 – Luisteren ........................................................................................................................ 15
Het luisterproces ............................................................................................................................... 15
Verstaan ............................................................................................................................................ 17
Begrijpen ........................................................................................................................................... 19
Van theorie naar praktijk................................................................................................................... 19
Aspecten van luisteronderwijs: luisterroutine en feedback ............................................................. 22
Hoofdstuk 4 – Spreken .......................................................................................................................... 23
Wat is spreekvaardigheid? ................................................................................................................ 23
Spreekvaardigheid in de les............................................................................................................... 25
Spreken in de les als voorbereiding op spreken buiten de les .......................................................... 27
Feedback op spreken......................................................................................................................... 28
Omgaan met verschillen in spreekvaardigheid ................................................................................. 30
Samenvatting..................................................................................................................................... 30
Aanvullingen vanuit colleges ............................................................................................................. 31
Hoofdstuk 5 – Woordenschat ............................................................................................................... 33
Woordselectie ................................................................................................................................... 33
Doelstelling en didactiek leren van woorden .................................................................................... 35
,Hoofdstuk 1 – De context van tweedetaalverwerving en tweedetaalleren
• T2- verwerving = verwerving van een taal nadat de moedertaal al is verworven.
- Leeftijdsgrens: circa 4 jaar.
- Simultane taalverwerving = T2-verwerving parallel aan moedertaalverwerving.
- Successieve taalverwerving = T2 leren wanneer moedertaal al redelijk wordt beheerst.
• Eerste en tweede taal hebben betrekking op volgorde waarin talen geleerd zijn, niet op
beheersingsniveau.
• Ongestuurde T2-verwerving = oppikken, afhankelijk van taalaanbod omgeving (natuurlijke
verwerving).
• Gestuurde T2-verwerving = onderwijs, lesmateriaal (T2-leren).
• Vreemdetaalverwerving = taal leren die geen omgangstaal is in de gemeenschap waarin de
leerder zich bevindt.
• Structuur van T2-verwerving → wat zeggen leerders precies en op welke wijze hebben zij die
tweede taal verworven?
• Tempo van T2-verwerving → mogelijke factoren die tempo en/of succes van T2-verwerving
bepalen.
Proces van tweedetaalverwerving
• Drie opvattingen over taalverwervingsproces.
1. Imitatie en transfer
- Behaviorisme van Skinner → proces van gewoontevorming.
- Imitatie en reïnforcement (bekrachtiging): Goed zo!
- Transfer: T1-gewoonte → T2-gewoonte
- Negatieve transfer → interferentie = maken van fouten onder invloed van eerste
taal (interferentiehypothese, transferhypothese).
- Contrastieve analyse → verschillen en contrasten (leerproblemen) tussen T1 en T2 in
kaart brengen.
- Kritiek
- Eerste taalverwerving ook niet (alleen) door imitatie.
- Transferfout moeilijk vast te stellen (ook door eentalige kinderen gemaakt).
- Niet alle fouten te verklaren op grond van moedertaal.
- In eerste fasen T2-verwerving is met name bij volwassenen invloed van T1
merkbaar → spraakverstaan en uitspraak (herkennen en produceren klanken).
- Gebruik T1-woorden die men in T2 niet kent → aanname van transferhypothese
dat hoe groter de verschillen hoe meer transferfouten blijkt niet te kloppen.
- Leerders met verschillende taalachtergronden maken dezelfde syntactische en
morfologische fouten → bepaald door eigenschappen doeltaal.
2. Creatieve constructie en ontwikkelingsvolgorde
- Creatieve vermogens leerder.
- Overeenkomsten eerste- en tweedetaalverwerving.
- Ontwikkelingsfouten of intralinguale fouten, bijvoorbeeld niet of verkeerd vervoegen
werkwoord, weglaten voorzetsels → noodzakelijke stappen in taalverwervingsproces →
creatieveconstructiehypothese.
- Afhankelijk van structuur doeltaal (specifieke eigenschappen).
- Onbewust creëren ‘hypothesen’.
- Systematisch en voorspelbaar.
- Universeletaalverwervingshypothese.
, - Tussentaal (interlanguage) = tussenstappen in taalgebruik T2-verwervers.
- Natuurlijke verwervingsvolgorde (ontwikkelingsvolgorde).
- Taalverwervingsproces = opstellen hypothesen, bijstellen hypothesen (creatieve
constructie).
- Overgeneralisatie = toepassing regel op alle gevallen.
- Ontwikkelingsvolgorde
- Niet betrekking op alle aspecten taalverwervingsproces.
- Geen geldende volgorde voor iedere taalverwerver.
- Wel overeenkomsten T1- en T2-verwerving maar gelijklopen gaat niet op.
- Verschil kinderen/ouderen
- Ouderen → fossilisatie/stagnatie = stokken T2-verwerving.
- Verschil in leeftijd.
- Verschil in taalgebruikssituatie → interactionele benaderingen.
3. Interactie en taalaanbod
- Taalaanbod van omgeving → leerder kan hypotheses opstellen, uitproberen, bijstellen.
- Interactionele benadering = taalaanbod en interactie van moedertaalsprekers.
- Moeilijkheidsgraad = interlanguage (i) + 1.
- Begrijpelijkheid voorwaarde verwerving nieuwe taalelementen.
- Foreigner talk = aangepast, ongrammaticaal aanbod van T1-sprekers.
- Leerder kan hypotheses niet bijstellen.
- Leerder kan dit als beledigend ervaren.
- Niet alleen aanbod maar ook productie van T2-verwerver → zelf leemtes in kennis en
vaardigheden ontdekken.
- Outputhypothese → gedwongen T2 spreken en schrijven.
- Bewuste omgang met vormelijke kenmerken.
- Proberen morfologische en syntactische regels te achterhalen.
- Reproduceren grotere taaleenheden (chunks).
- Kenmerken taalaanbod
- Spreektempo
- Makkelijker om losse woorden te identificeren.
- Beter articuleren, vollediger uitspreken.
- Ook ‘luistertempo’ aanpassen.
- Accentuering en topicalisatie
- Accentuering → benadrukte woorden die meer aandacht krijgen (kernwoorden in
de zin).
- Topicalisatie → nadruk geven door onderwerp af te zonderen, bijvoorbeeld Het
station, waar kan ik dat vinden?
- Eenvoudigere woordkeus en zinsbouw
- Minder moeilijke, minder laagfrequente woorden.
- Herhaling en parafrase
- Taalaanbod begrijpelijker.
- Informatiedichtheid geringer.
- Contextuele inbedding
- Non-verbale context, bijvoorbeeld wijzen naar voorwerp.
- Verbale context: voorbeelden, beelden, parafraseren, herhalen.
- Belangrijk om expliciet voorwerp te benoemen en woord te herhalen.
- Modeling, recasting, expansie
- Niet voortdurend expliciet verbeteren.
- Impliciete feedback
- Modeling = geven van correcte model.
, - Recasting = fout verbeterd teruggeven.
- Expansie = onvolledige uiting uitbreiden tot volledige (bijvoorbeeld
vervoeging werkwoord).
- Feedback → actieve luisterhouding.
- Impliciet → niveau communicatie.
- Expliciet → metaniveau (systeem van de taal).
- Aanbodfrequentie en herhaling
- Hoge aanbodfrequentie.
- Veel herhaling → correctheid en vloeiendheid.
- Woord met betekenisaspecten pas onthouden indien minimaal zeven keer
verwerkt in verschillende contexten.
• Samengevat
- Behaviorisme (Skinner, Lado) → proces gewoontevorming en bekrachtiging.
- Nativisme (Chomsky, Pinker) → aangeboren (innate) taalverwervingsmechanisme,
universele grammatica (UG Theory), bestaan LAD (Language Acquisition Device).
- Interactionisme (Piaget, Long) → interactie tussen biologische (nature) en sociale (nurture)
aspecten van taalverwerving.
Factoren die tweedetaalverwerving beïnvloeden
• Achtergrondfactoren
- Leeftijd
- Tempo: oudere mensen leren sneller tweede taal dan jongere kinderen.
- Jonge kinderen lijken taal makkelijker te leren.
- Taalomgeving meer T2.
- Vergelijking met leeftijdsgenoten die taal ook nog niet helemaal beheersen.
- Ouderen in meer complexe taalsituatie.
- Jongere T2-leerders in voordeel voor eindniveau.
- Uitspraak → sensitieve periode.
- Verblijfsduur
- Weinig tot geen T2-contacten → plafondeffect (fossilisatie, stagnatie).
- Sekse
- Meisjes fractie hoger op schrijftaken, geen verschillen op andere taalvaardigheden.
- Interactionele verschillen (coöperatie, aanpassing, feedback) → beter aangepast
taalaanbod → T2-verwerver meer baat.
- Eerstetaalachtergrond
- Interferentie en transfer
- Invloed T1 merkbaar in eerste fase: herkennen en uitspreken klanken.
- In eigen taal geen betekenisonderscheidend verschil, bijvoorbeeld baba/papa,
baard/paard.
- Sterke afwijking klanken en intonatie → meer problemen (bijvoorbeeld
toontalen als Chinees).
- Veel overeenkomsten (bijvoorbeeld Nederlands en Engels) → negatieve transfer,
bijvoorbeeld middle/waist.
- Vooropleiding en geletterdheid
- Verbale (auditieve) input.
- Visuele input (schrift).
- Opzoekmogelijkheden (woordenboek).
- Leerstrategieën.
- Zelfvertrouwen.
, • Cognitieve factoren
- Sensitieve periode → ongeveer tot einde puberteit (afname plasticiteit hersenen).
- Geen kritische periode omdat mensen ook na puberteit T2 op moedertaalniveau leren
beheersen.
- Sensitiviteit voor fonologische, grammaticale en complexe betekenisloze verschijnselen,
bijvoorbeeld er, het, geslacht.
- Intelligentie
- Taalontwikkeling en cognitieve ontwikkeling gaan bij kinderen hand in hand →
intelligentie niet nodig voor taalverwerving.
- Intelligentie → sneller, beter leren, onthouden, cognitief veeleisende taken, zonder
context, gestuurd leren (grammatica-vertaalbenadering).
- Taalaanleg
- Verbale intelligentie
- Taalleerstrategieën
- Compensatiestrategieën: voorspellen, raden.
- Cognitieve strategieën: analyseren (woorddelen), structureren.
- Sociale strategieën: hulp vragen, contact legen.
- Leerstijlen
- Leren: verzamelen, selecteren, organiseren, mentaal representeren.
- Cognitieve stijl
- Holistisch (veldafhankelijk: situaties als geheel in context) of analytisch
(veldonafhankelijk: elementen los van omgeving).
- Verbaal of visueel.
- Rule formers (analytisch) → deductief.
- Oriëntatie op kleine taalelementen (bijvoorbeeld affixen).
- Baat bij aanbieden taalstructuurregels.
- Data gatherers (holistisch) → inductief.
- Oriëntatie op gehele boodschap zonder isolatie elementen.
- Baat bij communicatieve, interactieve benadering in natuurlijke contexten.
• Socio-affectieve factoren
- Sociaal-culturele oriëntatie: attitude en motivatie tegenover samenleving.
- Wisselwerking en ook houding van doeltaalgemeenschap.
- Extravert en introvert
- Echter: verschillende culturele normen van ‘openheid’ en afhankelijk van taalvaardigheid
(communicatief of schools).
- Cultuur: leesresultaten → culturele aansluiting tekst, belang van leerder, repliceren,
memoriseren, participeren, verwachting van rol docent.
• Socialeomgevingsfactoren
- Aard en mate van contact met tweede taal → belangrijkste succesfactor.
- Vooral bij ongestuurd T2-verwerving.
- Taalomgeving → taalaanbod.
- Verschillende situaties.
- Hypotheses over taal bijstellen.
- Nieuwe woorden en constructies.
- Factoren
- Kwaliteit aanbod en interactie.
- Taalaanbod en taalcontact vaak niet geobserveerd en geanalyseerd maar onderzocht
via vragenlijsten.
- Hoogtaalvaardigen makkelijker en meer gevarieerd taalcontact dan laagtaalvaardigen.
- Initiatief in interactie → meer respons.
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur mark-janzwart. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €4,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.