3. Symptomen
• Shock = syndroom
• Symptoompathologie is wisselend
• Circulatoir
o Veralgemeende slechte capillaire perfusie
o Kan oiv sympticus sterke vasoconstrictie vertonen
▪ Bleek, koude extremiteiten, snelle zwakke pols, lage genepen BD
▪ Koud zweet
o Kan ook vasodilatatie (septische shock)
▪ Warme huid
• CVD laag of hoog
• Hyperventilatie en respiratoire alkalose
• Cerebraal
o Meestal behoud van bewustzijn, maar geagiteer, stupor, zwak, duizelig, misselijk
• Laboratoriumafwijkingen
o Acidose
o Hyperkalemie
o Metabole afwijkingen typisch voor stress-syndroom
PROF. SCIOT – ALGEMENE PATHOLOGISCHE ONTLEEDKUNDE
Hoofdstuk 1 – Ziekte en diagnose
Wat is een ziekte? Wat is een diagnose? De rol van de histopathologie
• Ziekte = entiteit van suboptimaal functioneren
• Beperkingen pathologisch anatomisch onderzoek
o Niet elk ziekteproces heeft morfologische uitdrukkingsvorm
(VB: hartritmestoornis niet zichtbaar onder microscoop)
o Morfologische uitdrukkingsvorm niet noodzakelijk diagnose
o Representativiteit → weefsel op juiste plaats nemen (info uit punctie kan onvolledig
zijn)
o Niet alle letsels worden gevonden → door doorsnedes kunne dingen gemist worden
o Soms onderzoek te vroeg → letsels nog in prediagnostisch stadium
Doelstelling van het morfologische onderzoek
• Tumor, onsteking, ander proces?
• Tumor → goedaardig of kwaadaardig?
o Welk soort tumor? Differentiatiegraad?
o Welk stadium uitbreiding of uitzaaiing?
• Etiologie van letsel?
o Infectie door bacterie, virus, endogene of exogene materialen, metabole afwijking?
• Type, graad activiteit/ernst letsel?
o Sluimerende of actieve ontsteking?
• Graad van vordering schade? Graad van omkeerbaarheid van schade?
,Methodes in de pathologie
• Staal dat macroscopisch of microscopisch onderzocht wordt = morfologisch onderzoek
Cytopathologie
• Losse cellen
• Afschrapen van cellen van mucosa/verzamelen uit weefsel (door aspiratie met fijne naald)
• Afwijkende kenmerken van cytoplasma en kernen van cellen die deel uitmaken van tumoren
• Nadelen
o Sampling error → staal is op verkeerde plaats genomen ➔ punctie bevat geen cellen
o Technisch → staal niet goed gefixeerd, uitgestreken, bewerkt
o Interpretatie → niet alle tumoren laten zicht diagnosticeren
• Voordelen
o Weinig ingrijpend
o Betrouwbaar
Histopathologie
• Vertrekt van weefsels
o Biopsietang of naald
o Resectie van orgaan of gedeelte van orgaan (resectiestuk)
• Eerst macroscopisch onderzoek en dan prelevementen genomen
• Parrafinecoupes
o Weefsel gefixeerd in oplossing
o Kleurtechniek; immunohistochemisch, histochemisch
• Sneldiagnostiek door vriescoupe
o Snel invriezen ongefixeerd weerfsel
o Onmiddellijk snijden en kleuren
o Enzymatische + immunologische eigenschappen bewaard
o Detail minder goed
• Histochemie
o Gebruik maken chemische eigenschappen collageen, glycogeen,… in licht stellen)
o Soms ook gebruik van fysische eigenschappen bij weefselvoorbereiding
• Immunohistochemie
o Door antigene kenmerken aantonen
o Antistof brengen die zichtbaar gemaakt kan worden (fluorescerende substantie)
• Enzymhistochemie
o Reactieproducten van enzymreactie zichtbaar maken → aantonen enzymactiviteit
o Meestal enkel op vers ingevroren materiaal
• Elektronenmicroscopie
o Preparatietechniek duurder en moeilijker dan lichtmicroscopie
o Vooral voor subcellulaire substanties
o Bevestiging klinische en morfologische waarschijnlijke diagnosen
• Moleculaire technieken
o Complementariteit sequensen DNA of RNA
o VB: PCR
o Meestal vers ingevroren weefsel i.p.v. gefixeerd weefsel
, Autopsie
• Uitwendige schouwing en inwendige schouwen of sectie
o Organen uit lijk verwijderd, geïnspecteerd, weefselfragmenten gefixeerd voor
microscopisch onderzoek + opgebaard (geen schade aan opgebaarde lichaam van
overledene merkbaar)
• Kan niet tegen uitdrukkelijke wil van nabestaanden
• Respect voor filosofische en religieuze bezwaren
• Indicaties
o Medicolegaal
▪ Verdachte of gewelddadige overlijdens
▪ Gerechtelijke autopsie enkel uitgevoerd bij vordering van parket
▪ Toelating niet nagevraagd bij nabestaanden
o Klinisch/wetenschappelijk
▪ Enkel indien lijk vrijgegeven door parket
▪ Bij ziekte-overlijden nuttig om onbegrepen elementen te verifiëren
• Klinische en sociale relevantie
o Vaststellen doodsoorzaak
o Controle op juistheid klinische diagnose
o Wetenschappelijk onderzoek naar samenhang + oorzaak van ziekten
o Epidemiologie: correcte statistieken i.v.m. incidentie van aantal ziekte en voorstadia
Hoofstuk 2- Celpathologie: cellulaire adaptatie als reactie
celbeschadiging
Reversibele beschadiging
• Fysische, biologische, chemische prikkels kunnen cel beschadiging
• Cel kan zichzelf herstellen
Atrofie
• Vermindering van afmetingen + functie van cel
• Aantal functies afsluiten zodat energiegebruik minimaal wordt
o AZ opname, O2 verbrui + eiwitsynthese dalen
• Oorzaken:
o Verminderde prikkeling cel (immobilisatie lidmaat, spier kan niet meer bewegen)
o Verminderde toevoer bloed en zuurstof
o Onvoldoende aanvoer voedingsstoffen
o Onderbreken trofische signalen (hormonaal of neuronaal)
o Voortdurende beschadiging
o Veroudering
o Occlusie lozingsgang exocriene klier
Hypertofie
• Toename afmeting van cel + functionele capaciteit
• Oorzaken:
o Fysiologische hypertrofie → hormonale signalen (vb baarmoeder zwangerschap)
o Verhoogde functionele belasting → fysiologische belasting (veel trainen spier of
pathologisch zoals hartspier)
o Overvoeding (vetcellen)