Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Personeel en organisatie samenvatting Rein De Cooman €9,66   Ajouter au panier

Resume

Personeel en organisatie samenvatting Rein De Cooman

 38 vues  2 fois vendu

Samenvatting van de slides + notities uit de les Academiejaar

Aperçu 4 sur 147  pages

  • 18 mai 2024
  • 147
  • 2023/2024
  • Resume
Tous les documents sur ce sujet (21)
avatar-seller
studenthw2004
Personeel & organisatie

Les 1: organisaties en de rol van mensen


1. WAT IS EEN ORGANISATIE ?

Organisatie = Een samenwerkingsverband van mensen die met behulp van
geschikte kennis en middelen samenwerken om een bepaald doel te bereiken

▪ Management = Anderen laten schitteren door hen juist in te zetten en te
(bege)leiden
❖ Technische vaardigheden
➢ Technische activiteiten die nodig zijn om het doel te
bereiken
❖ Menselijke vaardigheden
➢ Essentie van management is andere in schatten en te laten schitteren. Dat
zijn sociale vaardigheden
❖ Conceptuele vaardigheden
➢ Heel erg grote of kleine samenwerkingen.
➢ Betekent dat iemand managementrollen gaat opnemen, ook de relaties moet
gaan zien tussen alle betrokkenen.
➢ Wat hangt samen met wat, hoe ziet de structuur eruit
▪ Vb. bedrijf: KUL
▪ Vb. organisatie, dat geen bedrijf is: overheidsinstelling
▪ De juiste mensen, kennis en middelen
▪ Samenwerken
▪ Doelen: Samenwerkingsverbanden ontstaan, veranderen en evolueren samen met doelen
❖ Afhankelijk van het doel zal een vorm van samenwerking ontstaan en dat doel zal in
de tijd veranderen
❖ Manier van structuur zal mee veranderen met het doel
❖ Doel aan de basis van de keuzes die gemaakt worden

2. BOUWSTENEN VAN EEN ORGANISATIE

3 fundamentele kenmerken:

▪ Plan/werkwijze om doel te bereiken
▪ Taakdeling
▪ Afstemming

De 3 elementen:

▪ Zijn onderling afhankelijk
▪ Afhankelijk van het organisatiedoel, de omgeving en de individuele werknemers
▪ Komen samen in de organisatiestructuur
❖ Organisatiestructuur = systeem dat aangeeft hoe taken formeel worden verdeeld,
gegroepeerd en gecoördineerd

, ❖ Die 3 fundamentele kenmerken komen samen in een organisatiestructuur

▪ 4 elementen die maken dat een organisatie ontstaat en een
bepaalde structuur krijgt
1. Gemeenschappelijk doel: bv. zoveel mogelijk wagens
verkopen, zoveel mogelijk kennis verspreiden. Iedereen
in de organisatie is nodig om dat doel te bereiken
2. Verdeling van werkzaamheden: Alle activiteiten die
nodig zijn gaan we opdelen in activiteiten om dat doel
te bereiken
3. Hiërarchie van bevoegdheden: bepaalde manier van hiërarchie. Voor een stukje
moeten we dat ook terug samenbrengen
4. Gecoördineerde inspanning: De inspanningen moeten gecoördineerd worden

7 elementen bepalen samen de organisatiestructuur:

1. Taakspecialisatie = In hoeverre omvat één functie/job slechts één handeling met steeds
dezelfde – exact voorgeschreven – bewegingen en materiaal?
❖ Productie/dienstverlening wordt over verschillende mensen verdeeld




❖ Laag: weinig verdeling maken. Bv kleine organisatie met weinig mensen, dan ga je
niet anders kunnen dat iedereen zowat alles doet
❖ Huisarts: laag tov een chirurg
❖ Hoge taakspecialisatie: lopende band waar 1 iemand 1 ketting in de band is en
routineus een taak doet in een systeem
❖ Hoofdreden om keuze te maken: productiviteit, wat gaat werken? Als de strategie is
om zoveel mogelijk te willen doen, is er meer taakspecialisatie aangezien iemand
meer kan doen op een bepaalde tijd. Kan demotiverend of overbelastend werken
aangezien de persoon hele tijd hetzelfde moet doen.
❖ Iemand dat heel veel moet doen moet wennen aan nieuwe situatie etc waardoor dat
langer gaat duren → minder productief

Taakspecialisatie vandaag:

Vb: Zorgstrategisch Plan Vlaanderen voor de algemene ziekenhuizen: Eenvoudige zorg die dicht bij
de mensen staat, ook dicht bij huis bereikbaar is. Voor andere aandoeningen is gespecialiseerde zorg
nodig die schaalgrootte en concentratie van expertise vereist

▪ Traditionele specialisatie: vroeger specialismen op basis van medische disciplines in elk
ziekenhuis (radiologie, chirurgie, interne geneeskunde…)

,▪ Hedendaagse specialisatie: Specialisatie op basis van technologie, expertise en efficiëntie
(specifieke aandoeningen, gespecialiseerde diagnostische beeldvorming) en generalisatie
voor andere diensten – lokaal zorgnetwerk en specialisatie in klinisch netwerk

2. Afdelingsvorming = Hoe worden de verschillende taken en mensen gecoördineerd en
aangestuurd?
❖ Hoe meer taakspecialisatie, hoe meer nood aan afdelingen en afstemming.
❖ Fragment over beschikbaar op toledo
❖ Eerst taken verdelen maar al die activiteiten moeten ook samen komen. Soms
overleggen en leren over elkaars fouten ➔ afdelingen vormen
❖ Hoe meer je taken hebt opgesplitst, hoe meer je nood hebt aan afdelingen
I. Functionele indeling:
✓ Indeling naar de functies die uitgevoerd worden
➢ Vb.: boekhouding, productie, inkoop, verkoop…
➢ Creëert schaalvoordelen en efficiëntie
➢ Iedereen die dezelfde soort taken uitvoert, gaan we
samenbrengen
✓ Indeling naar fasen in het proces
➢ Vb.: ontwerp, ontwikkeling, uitrol, evaluatie
➢ Fout sneller aan het licht
II. Product indeling:
➢ Vb.: Procter & Gamble: Pampers, Dreft, Pantène, Pringles
III. Geografische indeling:
➢ Volgens regio
➢ Per land een afdeling die verantwoordelijk is voor activiteit
IV. Markt indeling:
➢ Volgens consumentenmarkt
V. Hybride indelingen:
➢ Combinatievormen
➢ (vb.: PMC, SBU)
➢ Bv. product en markt: alle producten scheiden van elkaar maar ook
een particuliere markt en een professionele markt
3. Gezagslijn = een ononderbroken lijn van gezag die van de top van de organisatie naar het
laagste echelon loopt en aangeeft wie leiding heeft over wie
❖ Ononderbroken: principe van eenheid van bevel
❖ Bevoegdheid: Het recht dat de manager op grond van diens positie heeft om orders
te geven en te verwachten dat die uitgevoerd worden
➢ Baas verantwoordelijk voor een
afdeling


❖ Organigram
❖ In het rood: gezagslijn
❖ Vb van een woonzorgcentrum

, 4. Span of control = Het aantal personen waarover een manager de leiding heeft. Bepaalt het
aantal niveaus en managers van de organisatie
❖ Hoe breder de span, hoe efficiënter (kost minder) meer autonomie en vlottere
verticale communicatie, maar bij te breed wordt het niet meer effectief
(onvoldoende ondersteuning en leiding)
➢ Hoe minder afdelingen, hoe groter de kans dat er veel mensen, taken,
activiteiten samenkomen in 1 afdeling. Die verantw. Van de afdeling moet
een grote groep managen en controleren. Daarover gaat de span of control.
➢ Span of control bepaald hoeveel niveaus er zijn binnen een structuur etc. hoe
breder de span, hoe efficiënter want kost minder (1 baas voor meer mensen).
Maar allemaal meer autonomie geven want we gaan die niet allemaal 1 op 1
kunnen managen.
➢ Als het te breed wordt, gaat dat niet meer werken want als baas
onvoldoende ondersteuning kunnen geven ➔ tijd verliezen en gaan de
efficiëntiekosten niet meer kunnen opwegen
❖ Vlakke versus steile organisatiestructuur
➢ Spanwijdte: hoe vlak of steil een
structuur is
➢ Links: span van 4 dus per 4 mensen
een leidinggevende. 7 niveaus van
managers in de organisatie waarbij telkens
4 mensen vallen onder 1 leidinggevende
➢ Rechts: span of control van 8 maar
zelfde hoeveelheid mensen. Vlakkere
structuur. 585 managers nodig.
Communicatie vermoedelijk trager want
meer stapjes aflopen


5. Centralisatie en decentralisatie = De mate waarin de formele besluitvormingsbevoegdheid
gedelegeerd is naar managers onder in de hiërarchie (dicht bij de actie)
❖ Hoe meer lagen in organisatie (hoe meer mensen het moeten passeren), hoe vaker er
wordt overgestapt naar minder centraal model
❖ Snellere communicatie en dichter bij de actie beslissingen nemen want bevoegdheid
is onmiddellijk in de afdeling zelf: decentralisatie
❖ Horizontale decentralisatie: besluitvorming gedelegeerd naar stafdiensten of
departementen
❖ Centralisatie: hoofdkantoor (topmanager) gaat alle beslissingen nemen
❖ Verticale decentralisatie: besluitvorming gedelegeerd naar hiërarchisch lagere
niveaus

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur studenthw2004. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €9,66. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

67474 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€9,66  2x  vendu
  • (0)
  Ajouter