Afasie is een stoornis in het taalbegrip en taalproductie.
Afasie is altijd een verworven taalstoornis!
Alle afasie hebben 1 kernsyndroom:
- Woordvindingsproblemen (in min of meerdere maten).
Wat is afasie?
Etymologisch: a pheim aphatos = zonder spreken, geen spraak (misleidend want
het gaat niet om de spraak maar om de taal!).
Definiëring:
Verschil tussen spraak en taalstoornis. Spraakstoornis gaat het om de stem en is motorisch.
AFASIE IS GEEN SPRAAKSTOORNIS
o Taalstoornis:
o Verworven: is niet alleen bij volwassenen, kan ook bij kinderen
o Primaire: verworven primaire taalstoornis. Rechtstreeks verband tussen letsel
en taalstoornis. (Bij dementie kunnen ook primaire taalstoornissen
voorkomen).
o Hersenletsel: ten gevolge van een hersenletsel.
o Focaal/ locaal: plaatselijk hersenletsel (dementie is hele hersenen)
o Taaldominante hemisfeer (linkerhersenhelft) (meestal LH)
Afhankelijk van links-rechtshandigheid.
- Bij rechtshandige mensen is er ongeveer 97% de linkerhersenhelft als taaldominante
hersenhelft. (Betekent dat hier de meeste taal wordt verworven).
- 50% heeft ook links als taaldominante hersenhelft.
- Kans dat iemand afasie oploopt op de linkerhersenhelft is vrij groot.
- 35% heeft de rechterhersenhelft als taaldominante als linkshandigen
- 15 van de linkshandige hebben een bilaterale taaldominante hersenhelft.
Praktische relevantie: iemand die rechtszijdig verlamd is komt dat uit vanuit de
linkerhersenhelft. Hier is dus een grote kans dat er afasie aanwezig is.
Klassieke (verbale) taalmodaliteiten
Receptief – expressief (input-output)
Auditief/mondeling – visueel/schriftelijk
o (Auditief) begrijpen
o Praten (mondeling verbaal uiten)
o (Begrijpend) lezen
o Schrijven
Input- receptief
Output expressief
Kinderafasie
Leeftijdsgrens in klinische praktijk tot 16 jaar.
Verschilt in oorzaak, symptomatologie maar vooral in herstelverloop.
Complexere problematiek namelijk door:
o Verlies/ ontoegankelijkheid (wordt meest aangehouden) van reeds verworven
taal.
o Stoornis in opbouw van de taal (taalverwerving)
, Bij kinderen is het erg onzeker. Je hebt een normale taalontwikkeling en daar zit een breuk
in, dus je weet niet of hij die normale taalontwikkeling weer kan oppakken, omdat er een
letsel is. Is dus gecompliceerder dan bij een volwassene.
Logopedie stopt niet als er een slechte prognose is in het verbale communicatie.
Differentiaaldiagnostiek:
Dysartrie: neurogene musculaire spraakstoornis. (Er kan een aandoening zijn in de
hersenen, zenuwen en spieren). Scheve mond is dysartrie (faciale parese).
Consequentie vervorming van spraak.
Verbale apraxie/ spraakapraxie: verworven stoornis in het doelgericht handelen in de
programmering van de spraak. Dyspraxie: stoornis in de aansturing van de spraak.
Ontwikkelingsstoornis. Wisselende vervormingen, zelfde woord ene keer goed
andere keer fout. Probleem in de planning van de spraak.
RH- taalstoornis: hier krijg je problemen in de pragmatiek. Hoe je de taal in de context
moet gebruiken. Beperkt tot communicatief gedrag.
Taalstoornis bij dementie:
P.P.A.: komt niet vaak voor. Primaire progressieve afasie. Hier gaat langzaamaan
verlies van taal is. Dit is anders dan bij dementie. Het wordt steeds erger. Het
begint met lichte woordvindingsproblemen en daarna kunnen ze het niet meer
begrijpen. (Verworven stoornis). Diagnose stellen gaat altijd multidisciplinair!!!
Taalstoornissen bij overige neurogene ziektebeelden (M. Parkinson,
MS(zenuwgeleiding) ETC): specifieke woordvindingsproblemen noem je geen
afasie!
Cognitieve communicatie ’stoornissen’ (CCS): dit vindt plaats in het activiteitenniveau.
Hier bevinden zich beperkingen in de communicatie.
Dysartie en apraxie = spraak
Afasie = taal
Afasienet.nl
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur nadiajanssen. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €4,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.