Naomi Bordon
Samenvatting strafrecht
DEEL 1: strafrecht
• Inleiding
• De strafwet
• Het misdrijf
• Uitbreiding van de strafbaarheid
• De strafrechtelijke sancties
• Straftoemeting
Inleiding
Strafrecht = geheel van rechtsregels die bepalen onder welke voorwaarden voor specifieke
gedragingen (misdrijven) specifieke sancties (strafrechtelijke sancties) opgelegd en
uitgevoerd worden.
Materieel strafrecht:
• Naar inhoud vb. je vindt bebloed lijk, je kan ervan uitgaan dat het met moord/slagen
en verwondingen te maken heeft.
• Onder welke voorwaarden kunnen handelingen of onthoudingen als misdrijven
worden beschouwd?
• Met welke strafrechtelijke sancties kan men reageren op misdrijven?
o Gevangenis: vrijheidsberoving
o Boete: aantasting patrimonium
o Werkstraf
• Tijdelijke en ruimtelijke personele toepassingssfeer van de normen.
o Wat bijv. bij drugsfeiten met internationale bende, hoe pak je dat
strafrechtelijk aan?
o Sommige mensen genieten van strafrechtelijke immuniteit vb. koning,
diplomaten.
o Toepassing burgerlijke immuniteit koning: vb. koning Albert kon niet
gedagvaard worden tot hij troon afstond aan Filip.
• Strafwetboek (1867)
Formeel strafrecht:
• = strafvordering/strafprocesrecht
• Geheel van rechtsregels m.b.t. de opsporing, de vervolging en de berechting van
personen die ervan verdacht worden een misdrijf te hebben gepleegd en de
rechtsregels m.b.t. de organisatie, bevoegdheid en werking van de publiekrechtelijke
instellingen en organen die daarmee belast zijn (het gerechtelijk apparaat).
o Men is niet verplicht om elk misdrijf te vervolgen bijv. je steelt voor €20, men
kan beslissen niet te vervolgen omdat het niet belangrijk/prioritair is.
• Wetboek van Strafvordering
1
,Naomi Bordon
Strafrecht en strafprocesrecht zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden à je kan geen spel
spelen zonder spelregels.
Beschermende functie strafrecht en strafprocesrecht à je gaat er als maatschappij van uit
dat dader gestraft wordt. Anderzijds zijn de regels er om in de mate van het mogelijke te
voorkomen dat onschuldige mensen veroordeeld worden voor iets wat ze niet gedaan
hebben.
Kenmerken van het strafrecht:
• Publiek recht: aantasting algemeen belang wordt gestraft. Verticale verhouding = je
mag als burger niet heft in eigen handen nemen, het is de overheid die tussenkomt
en regels/sancties oplegt.
o Privaat: wnr je een schadevergoeding (=SV) vraagt gebaseerd op het misdrijf.
Berechting zelf blijft publiek recht.
• Openbare orde: strafrecht zodanig dwingend dat het openbare orde wordt à raakt
maatschappij.
• Legaal recht: geen misdrijf/straf zonder wet. Vb. doodstraf mag niet meer, zelfs niet
voor de ergste criminelen, want staat niet in wetboek.
• Sanctierecht: bedoeling sanctie is dader laten lijden (gevangenis, boete,
contactverbod), soms ook helpen (ontwenningskuur).
o Straffen evolueren constant vb. elektronisch toezicht, werkstraf pas sinds
jaren 2000.
o Heeft preventieve en repressieve (= onderdrukkende) werking.
Drie kernbegrippen:
1. Dader: natuurlijke of rechtspersoon (vb. fraude, schending milieu).
2. Strafrechtelijke sancties
3. Misdrijf
a. Misdaad
2
,Naomi Bordon
b. Wanbedrijf: drugs, slagen en verwonding
c. Overtreding: nachtlawaai, bomen kappen zonder vergunning.
De strafwet
Sw. = strafwetboek
Sv. = strafvordering
Algemeen strafrecht:
• Op alle misdrijven toepasselijke regels
• Boek 1 Strafwetboek
Bijzonder strafrecht:
• Verschillende misdrijven afzonderlijk beschouwd
• Boek 2 Strafwetboek
• Bijzondere wetten vb. Drugwet, Wapenwet
Strafwetboek:
• 1830: Code Pénal
• 1867: Belgisch Strafwetboek
• Mildering en technische correcties vb. weghalen abortus uit Strafwetboek
• Nieuw Strafwetboek: Koens Geens wou dit doorvoeren, maar het zal ervan afhangen
of hij opnieuw minister van Justitie wordt na de verkiezingen.
Boek 1: misdrijven en bestraffing in het algemeen (art. 1-100ter Sw.)
Boek 2: misdrijven en hun bestraffing in het bijzonder (art. 101-566 Sw.)
Complementaire wetten: staan niet letterlijk in het strafwetboek, worden geacht er logisch
en integraal deel van uit te maken. Ze staan achteraan beide boeken.
• Wet Voorlopige Hechtenis
o Iemand pleegt misdrijf, wegens vluchtgevaar/gevaar voor de maatschappij
kan persoon al in de gevangenis vliegen in afwachting van proces.
• Wet Voorwaardelijke Invrijheidstelling
o Na 1/3, soms ½ van straf kan je al vervroegd vrijkomen.
o Straf op moord = levenslang (=onbepaalde duur)à moeilijker om hiervan ½ of
1/3 te berekenen.
• Wet opschorting, uitstel en probatie
o Probatie: voorwaarden vb. volgen van ontwenningsprogramma, wekelijkse
urinetesten, contactverbod etc. bij drugszaken.
o Uitstel: veroordeeld tot gevangenisstraf met uitstel = enkel wnr je je niet aan
de voorwaarden houdt vlieg je gevang in.
o Opschorting: vrijspraak is niet mogelijk omdat er bewijzen zijn, maar
veroordeling wordt niet uitgesproken. Vb. camerabeelden waarop 18-jarige
graffiti spuit.
§ Voordeel: je behoudt blanco strafregister en als je binnen bepaalde
periode geen nieuwe feiten pleegt zal de veroordeling nooit
uitgesproken worden.
3
, Naomi Bordon
Bijzondere strafwetten: bijzondere materies/categorieën van personen vb. Drugwet,
Wapenwet.
Toepasselijkheid van de beginselen van het algemeen strafrecht op het bijzonder strafrecht.
Principe: Boek 1 is van toepassing op Boek 2.
Uitzondering:
• Andersluidende bepaling: kan zijn dat iets anders staat in B2 dan in B1.
o Vb. samenloop: iemand is onder invloed van drank en drugs, pleegt een
overval en rijdt daarna iemand dood onder invloed à samenloop van
misdrijven. Wet zegt: je kan maar 1 straf krijgen, nl. zwaarste straf.
§ Indien je vb. 10 overvallen pleegt kan je niet 10 x 5 jaar krijgen, enkel
de straf die staat op een overval en dus gewoon 5 jaar.
o Uitzondering: B2 over zwartwerk (zware boetes). Daar kan je niet gewoon
beboet worden voor zwartwerk, maar wordt de boete vermenigvuldigd met
het aantal keer (=aantal werknemers) dat je zwartwerkte.
• Strafbare deelneming
o Regels slechts van toepassing op specifieke misdrijven indien het wordt
vermeld in B2.
o Bij wanbedrijven n.v.t. tenzij expliciet vermeld.
• Verzachtende omstandigheden
o Regels slechts van toepassing op specifieke misdrijven indien het wordt
vermeld in B2.
o Bij wanbedrijven n.v.t. tenzij expliciet vermeld.
Het legaliteitsbeginsel: geen misdrijf of straf zonder wet à strafbare gedragingen en
straffen moeten door de wet geregeld worden.
• Grondwettelijk, strafrechtelijk en internationaalrechtelijk beginsel (art. 12 en 14 Gw.;
art. 2 Sw.).
• Rechtsbescherming: waarborg tegen overheidswillekeur.
De toepassing van de strafwet in de tijd
• Inwerkingtreding strafwet: na verloop van termijn vanaf bekendmaking.
o Nieuwe wet in Staatsblad gepubliceerd à pas dan echt strafbaar vb. kraken.
• Principe: verbod van retroactiviteit à geen terugwerkende kracht.
• Uitzondering: retroactiviteit mildere straffen.
o Art. 2, 2e lid Sw.: “Indien de straf, ten tijde van het vonnis bepaald, verschilt
van die welke ten tijde van het misdrijf was bepaald, wordt de minst zware
straf toegepast.” Kan dus ook voor vrijspraak zorgen indien feit opeens niet
meer strafbaar is vb. overspel.
à Retroactiviteit: je mag wet niet toepassen op feiten die gebeurden voor wet in werking
treedt TENZIJ straf milder is. Vb. diefstal in januari à max. straf was 5 jaar. In februari treedt
nieuwe wet in werking en wordt max. straf 3 jaar. De rechter kan dus max. 3 jaar uitspreken
ten tijde van het vonnis.
4