Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Samenvatting Inleiding tot de filmwetenschap €7,39
Ajouter au panier

Resume

Samenvatting Inleiding tot de filmwetenschap

1 vérifier
 105 vues  6 fois vendu

Samenvatting colleges; inleiding tot de filmwetenschap, FLW BA1 S2. (Bevat mogelijke typefouten.)

Dernier document publié: 4 mois de cela

Aperçu 10 sur 82  pages

  • 25 mai 2024
  • 1 août 2024
  • 82
  • 2023/2024
  • Resume
Tous les documents sur ce sujet (1)

1  vérifier

review-writer-avatar

Par: señoritadinero • 6 mois de cela

Traduit par Google

Super clear!!!

avatar-seller
borntoyapforcedtostudy
BA1 TAAL- EN LETTERKUNDE
THEATER-, FILM- EN LITERATUURWETENSCHAPPEN




INLEIDING TOT DE
FILMWETENSCHAP
Tabla de contenido

FILMSTUDIES: EEN INLEIDING.............................................................. 2

AVANT-GARDE EN ART CINEMA............................................................ 8

FILMTHEORIE: BELÁ BALÁZS & ANDRÉ BAZIN..................................... 19

AUTEUR-EN GENRE THEORIE.............................................................. 29

DE FRANKFURTHER SCHULE.............................................................. 37

FILM, GENDER EN FEMINISME............................................................ 48

QUEER & DEKOLONIALE FILMTHEORIE................................................ 58

DIASPORACINEMA............................................................................. 70

POSTMODERNISME EN FILM.............................................................. 78






, BA1 TAAL- EN LETTERKUNDE
THEATER-, FILM- EN LITERATUURWETENSCHAPPEN

FILMSTUDIES: EEN INLEIDING

ESTHETISCHE ARGUMENTEN


FILM ALS KUNST

- Film is belangrijk om te studeren want film is kunst
- Traditie die nauw aansluit bij filmkritiek > zoeken naar verdiensten van bepaalde
films
 Wat maakt een film bijzonder? Wat maakt een film goed gemaakt?
- Film als medium
- Deel geschiedenis van hoe er over film geschreven/gedacht wordt > staat in
teken van het verdedigen van film als kunst
 Film begint als nieuwe technologische ontwikkeling
 Vulgair imago van zich afschudden om serieus genomen te worden
 Vroeger: schrijfsels over film argumenteren dat je film wel serieus moet
nemen want er gebeurt iets wat esthetisch interessant is > argumenten gaan
in op realisme


FILM EN REALISME

- Film als ultieme vorm om werkelijkheid te benaderen
 Werkelijkheid benaderen: door veel kunstvormen betracht (vooral 19de eeuw,
eeuw van realisme)
 Fotografie en film die onmiddellijke relatie hebben met de werkelijkheid,
opnames en correctie van werkelijkheid inschrijven
- Hugo Munsterberg
 The Photoplay (1916)
 Een van vroegste werken binnen filmstudies
 Kernvraag: “Hoe geeft cinema vorm aan de werkelijkheid?”
 Ook door Siegfried Kracauer en André bazin behandeld


FILM EN AVANT-GARDE

- Film als medium gezien met sterke relatie met het onderbewuste, dromen,
fantasieën, verbeelding van de mens
- Jean Epstein
 Introduceert concept van photogénie
 Zegt dat als cinema en camera iets filmen op een goede manier, die gaat ons
laten kijken naar dingen op een meer diepgaande manier dan het menselijk
hoog kan
 Cinema is het medium om de diepgang van de zaken naar boven te laten
komen
 Photogénie van beelden beschrijven om meer te laten zien dan je in
werkelijkheid kunt ervaren
- Nadruk op montage
 Sovjet-cinema
 Sergei Eisenstein als theoreticus
 Montage als fundament van het filmmedium
 Esthetische traditie > kijken naar wat we met film kunnen doen, en hoe we
de esthetische mogelijkheden kunnen uittypen



, BA1 TAAL- EN LETTERKUNDE
THEATER-, FILM- EN LITERATUURWETENSCHAPPEN

 Sovjet-filmers en theoretici staan in teken van communistisch
maatschappijbeeld en hoe film en de esthetische keuze ervan hieraan gelinkt
kan worden
 Hoogtepunt esthetische traditie die ervoor zorgt dat film als kunstvorm
aanvaard wordt in de maatschappij/cultuurwereld > de auteur theorie


AUTEUR THEORIE

- Idee dat de regisseur van een film de belangrijkste creatieve kracht is achter de
totstandkoming van een film
- Doorbraak in denken over film als kunst
- Ontstaan eind jaren 1940 in Frankrijk > snel weg gevonden naar Engelstalige
filmwereld
- Gewaagde stelling: “een filmmaker kan een kunstenaar zijn”
 Franse theoretici beginnen populaire auteurs (zoals Howard Hawks, Alfred
Hitchcock, John Ford) die binnen een Hollywood cinema werken (filmfabriek,
binnen een kapitalistisch commercieel systeem werken) te classificeren als
auteurs
 Filmmakers die een eigen stempel drukken door op een creatieve manier
met beperkingen van systeem waarbinnen ze werken omgaan
 In die tijd controversieel
 Auteur theoretici gaan zoeken naar patronen, terugkerende stilistische
kenmerken in de films van bepaalde filmmakers > toont het dominante
academische kader = structuralisme
o Structuralisme waarbij in algemeen de humane wetenschappen (in
jaren 1950) een tendens onderging om te zoeken naar een ‘totaal
theorie’
o Wat zijn de algemene principes/structuren die op dezelfde manier
betekenis kunnen genereren?
o Binnen die traditie wordt de auteur theorie geplaats, zoals het
genre theorie
o Genre theorie: groepen van films bij elkaar leggen en kijken naar de
terugkerende patronen op stilistisch en narratief vlak (ook bv. in
marketing, productie)
o Zoeken naar grote theorie die belangrijke patronen ziet en zo alles
kan verklaren
- Auteur theorie zorgde ervoor dat film definitief serieus genomen werd, en
geleidelijk aan institutionalisering is gekomen van filmstudies waarbij
filmgeschiedenissen -filmanalyse gedoceerd begon te worden en boeken
gepubliceerd werden hierover
 Film werd breder in de maatschappij als een kunst erkent
- Sinds auteur theorie zijn er 3 grote formalistische tradities verschenen
1. Fenomenologie: gericht op directe ervaring en interpretatie van films
 Richten op de vraag: “Wat doet film met de zintuigelijke ervaring van u als
kijker?” en de subjectieve ervaring “Hoe gaat film ons lichamelijk en
emotioneel benaderen?
 Onderzocht hoe films de wereld representeren en hoe kijkers met deze
representaties omgaan en op een persoonlijke manier ervaren
2. Psychoanalyse: gericht op onderzoeken van diepere psychologische en
emotionele lagen van films






, BA1 TAAL- EN LETTERKUNDE
THEATER-, FILM- EN LITERATUURWETENSCHAPPEN

 Vormelijke esthetische filmelementen aan onbewuste psychische
prosessen gelinkt > films onderzoeken door de lens van psychoanalytische
theorieën
 In jaren 1970: kijken naar hoe film onbewuste verlangens, angsten,
gebreken, gemis, fantasieën zich verhoudt hiertegen en hoe film dit
presenteert
3. Neoformalisme: gericht op de formele aspecten van film (camerawerk,
montage, geluid) en hoe deze bijdragen aan de betekenis en esthetiek
 ‘Wisconsin school’ > enkele van de belangrijkste auteurs van
neoformalisme waren verbonden aan universiteit van Wisconsin (David
Boardwell, Christian Thompson, Janet Staiger)
 Classical Hollywood cinema waarbij de nadruk ligt op welke narratieve
technieken aan bod komen, welke stilistische elementen terugkerend zijn
en hoe films betekenis genereren door formele eigenschappen > sterk
beïnvloed door de Russische formalisten/Sovjet-theoretici
 Nadruk op moeten terugkeren naar de tekst; wat zien we, wat zijn de
esthetische principes en hoe kunnen we de filmtaal begrijpen, hoe zit deze
ineens en hoe gaan verschillende filmmakers hiermee om?
 Zekere aandacht voor het publiek: link gelegd tussen hoe de films ineen
zitten (narratieve kenmerken van films) en hoe we als kijker informatie
opslaan/begrijpen > welke mentale processen zijn hiervoor aanwezig en
hoe spelen films hierop in?


MAATSCHAPPELIJK-IDEOLOGISCHE ARGUMENTEN

- “Wat is de rol van film in de maatschappij?” > hoe belangrijker de rol = hoe
belangrijker het is om film te studeren
- Belang film in maatschappij in 20ste eeuw
 Om paar weken groot event voor aankondiging van een film in oud-
Antwerpen (50 bioscopen) waar film dominant was in het straatbeeld
 Mensen verschillende keren per week naar bioscoop (gezien als normaal)
 Jaren 1940-1950: toppunt populariteit van cinema
 Cinema als deel van het dagelijks leven en als spektakel van het
dagelijks leven
 Film had belangrijke plaats, ook in kranten
 20ste eeuw = de eeuw van cinema als modern media
 Sterke neergang vanaf opkomst televisie
 Na televisie tot multimediale omgeving gekomen (streaming, online,
video DVD)
 Belang van film is afgenomen
 Film bekeken op verschillende manieren naast bioscoop
 Langspeelfilms als startpunt van entertainmentindustrie
 Film altijd al gezien als deel van ruimer cultureel en media gegeven


FILM EN MODERNITEIT

- Film is een exemplarische kunstvorm voor de moderniteit (als maatschappelijke
en humane conditie waarin we zitten, en zo gegroeid is sinds einde 18 de eeuw)
- Invalshoek om meer te weten te komen over de moderniteit is om film te
bestuderen
 Film is een prototypisch medium/kunstvorm van de moderniteit
- “Wat betekend moderniteit?”



, BA1 TAAL- EN LETTERKUNDE
THEATER-, FILM- EN LITERATUURWETENSCHAPPEN

 Historische context:
 Roots modernisme gaan terug tot 18de -eeuwse verlichting, het geloof
in de menselijke rede die ontstaat die doorloopt tot 19de eeuw (eeuw
van industrialisering/industriële revolutie) waarbij grote
maatschappelijke verschuivingen plaatsvinden die nu nog steeds
aanwezig zijn
 Belangrijke verschuiving: theocratische visie > het idee van de wereld
proberen verklaren vanuit een godsargument vervangen door een
wetenschappelijk argument
o Er is een wetenschappelijke visie op de wereld die dingen op
een wetenschappelijke wijze dingen verklaart, eerder dan te
verwijzen naar een goddelijke inventie
 Wetenschap en technologie maken grote sprongen (in loop van de 19de
eeuw, de eeuw van de uitvindingen) > zorgt voor groot optimisme
o Optimisme over de maakbaarheid van de wereld en hoe
technologie ons meer mogelijkheden verschaft als mens,
armoede uit de wereld haalt, ons leven makkelijker maakt, etc.
o Tegelijkertijd gecounterd door pessimisme > veel
technologische vooruitgangen hebben een schaduw
zijde/negatieve inpakt
o Bv. de guillotine: uitgevonden vanuit een humoristisch idee (tijd
waar ter dood veroordelingen normaal waren)
 Men zocht naar manier om op menselijke manier
doodstraf uit te voeren waarbij je snel en pijnloze een
executie hebt (= optimistisch vooruitgangsidee)
 Voor en na uitvinding guillotine > executie cijfers
stijgen, een onmiddellijk gevolg van een
ontmenselijking van het doden van een ander mens
(= pessimisme)
- Moderniteit die leidt tot maatschappij waar mensen overspoeld worden door
nieuwe technologieën > uitgebeeld in “Modern Times” (Charlie Chaplin, 1936)
- Film vormde essentieel onderdeel van moderniteit > uitvinding eind 19 de eeuw die
ervoor zorgt dat mensen nieuwe prikkels krijgen
 Overgang naar enorme prikkels zullen moderniteit definiëren


FILM: EXEMPLARISCH VOOR MODERNITEIT

- Film is exemplarisch omwille van het industriële karakter
 De camera en projector zijn machines/technologische uitvindingen
 Films die oneindig reproduceerbaar zijn
 Films die gemaakt worden in fabriekscondities waarbij er veel professionele
aan werken en er een grote globale verspreiding is
- Moderniteit en modernisme zijn geen synoniemen
 Modernisme kan alleen voortkomen uit de moderniteit
 Mogelijk moderniteit te beleven zonder modernisme
 Moderniteit: periode waarin filmindustrie ontwikkelde en moderniseerde
 Modernisme: kunststroming, artistiek antwoord op moderniteit en nieuwe
maatschappelijke menselijke conditie > kan veel verschillende vormen
aannemen
 Modernisme en kunsten vertrekken vanuit subject dar zichzelf dreigt te
verliezen in de moderniteit (alle prikkels zorgen tot kortsluiting) > op
artistieke manier antwoord bieden door vormexperimenten uit te voeren



, BA1 TAAL- EN LETTERKUNDE
THEATER-, FILM- EN LITERATUURWETENSCHAPPEN

- 1 van gezichten van literair modernisme > Ezra Pound
 Belangrijkste kunststromingen in 19de eeuw: romantisme en realisme
 Modernisme probeert zich hiervan af te zetten door met realisme te breken
 Film en fotografie hebben belangrijke rol
o In schilderkunst: streven naar zo een realistisch mogelijk
gerepresenteerde schilderijen
o Met fotografie: met 1 knop een compleet exacte reproductie van
werkelijkheid krijgen > realistisch doel schilderkunst wordt wankel
 Hierop reageren door te zeggen “relatie met werkelijkheid achter zich
laten, en meer nadenken over wat de kunst zelf is” > minder refereren
naar werkelijkheid en meer naar zichzelf als kunstvorm
 Optimisme van de schilderkunst wordt gecounterd door het
pessimisme in de literatuur
o Afstappen idee alwetende verteller > subjectieve ervaringen
weergeven
o Betrouwbaarheid van verteller weggehaald, gefragmenteerde
subjecten weergeven > antwoord op moderniteit
 Film heeft geen traditie waartegen het zich kan afzetten
 “Make it new”? > er is niets om te vernieuwen
 1ste helft van 20ste eeuw > film is geen modernistisch medium maar
onderdeel van moderniteit waar modernisme zich als kunststroming
vanaf zet en antwoord op bied
 Filmisch modernisme mogelijk
- Waarom is het relevant om film te bestuderen? > via film kan je meer over
moderniteit begrijpen


CULTURAL STUDIES

- Onderzoekstraditie die gericht is op film en maatschappij en op impact van film
op mens en maatschappij > cultural studies
- Sleutelauteur: Stuart Hall (vanaf jaren 1980-1990 groot impact op het veld van
filmstudies)
- Cultural studies ontstaan vanuit onderzoek naar televisie en algemeen onderzoek
naar populaire cultuur
- Kernelementen van cultural studies: films- en cultuurbepaalde manieren van
denken produceren die betekenis geven aan de wereld en vormgeven aan hoe we
de wereld begrijpen
 Bijzondere aandacht op hoe gender etnisch culturele identiteiten, nationale
identiteiten, klassen, seksualiteit gerepresenteerd wordt > klassieke
sociologische thema’s en hoe ze aan bod komen in films
 Circuit of culture: verschillende plaatsen waarop betekenis gecreëerd wordt
1. Representatie
 Veel culture studies gaan in op representaties van bepaalde thematiek
2. Identiteit
 Hoe mensen betekenis geven aan eigen identiteit en leven
3. Productie
 Hoe wordt er betekenis geproduceerd?
4. Consumptie
 Hoe wordt er betekenis gegenereerd aan consumptiekant?
5. Regulering
 De set van normen en waarden (ook wettelijke reguleringen)




, BA1 TAAL- EN LETTERKUNDE
THEATER-, FILM- EN LITERATUURWETENSCHAPPEN

 Cultural studies kijken naar hoe de betekenis genereerd en wat zegt dat over
de maatschappij? Hoe geven de films vorm aan de maatschappij en hoe geeft
de maatschappijvorm aan de films?
 Speciale aandacht aan:
1. Het idee van verzet
 Wat zijn de dominante representatie vormen en welke counter
presentaties kunnen er worden gegeven? Waar zit er mogelijk verzet?
Hoe zat het verzet een impact hebben?
2. De vraag naar macht
 Waar zit de macht? Wie heeft de macht over betekenis?
 Ook over ruimere maatschappelijke normen en waarden die ons de
maatschappij bepalen dat we bepaalde zaken normaal en abnormaal
vinden > kijken naar hoe dit ineen zit? Welke groepen halen er
voordeel uit of nadeel? Waar zit de macht over de culturele
representatie?






, BA1 TAAL- EN LETTERKUNDE
THEATER-, FILM- EN LITERATUURWETENSCHAPPEN




AVANT-GARDE EN ART CINEMA

FILM ALS ARTISTIEK MEDIUM?

- Geen evidentie > film moest leren om te gaan en ‘aangeboren’ realisme te
koppelen aan vormexperimenten (bv. modernisme in de kunsten)
- Film vaak geassocieerd met vorm van ‘massa-entertainment’
 Vooral jaren 1920: Amerikaanse film volop in bloei > met commercieel
winstbejag geassocieerd
 Veel Europese theoretici die vanuit intellectuele hoek film als massa-
entertainment bekritiseren > hadden niet dezelfde financiële middelen om te
concurreren met Amerikaanse cineasten
 Filmgeschiedenis, filmtheorie en filmwetenschap als discipline > link met het
commerciële en massa-entertainment stond compleet haak op de ‘hoge’ en
elitaire kunsten/traditionele kunsten
- Film is een compleet nieuw medium dat aansluit bij moderne en industriële
revolutie, vooruitgang en rituele oorsprong, ambacht, schilderkunst, sculpturen
die al langere rituele oorsprong hebben
 Kunstwetenschap als academische discipline > film zelden behandelt
 Film viel buiten het curriculum
 Film viel binnen literatuur en theaterwetenschappen
 Nog steeds spanning over film die als medium minder binnen beeldende
kunsttraditie wordt behandeld
- Begin 20ste eeuw veel pogingen om film artistieke status te verlenen
 Vb. Le Film D’art (1908-1919)
 Door Franse filmproducent > om internationaal prestige van film als artistiek
medium nieuw leven in te blazen
 Gingen ten rade bij andere artistieke disciplines: literatuur, theater en opera >
acteurs ingezet om historische, religieuze en mythologische personages van
toneelstukken te vertolken
 Film die verspreid werden door Charles Pathé

FILM EN DE KUNSTEN IN DE VROEGE FILMTHEORIE

- Voor WOI > de esthetische opvatting
 Theoretici die artistiek medium film overwegend relateren aan andere media
(literatuur, theater)
 Vragen stellen zoals “Is film wel respectabel genoeg om zich te meten met
andere kunsten?” “Kan film dezelfde esthetische beroering teweegbrengen als
bijvoorbeeld theater?”
- Na WOI
 Avant-garde bewegingen en andere kunsten kwamen volop op gang (zeker in
Frankrijk)



, BA1 TAAL- EN LETTERKUNDE
THEATER-, FILM- EN LITERATUURWETENSCHAPPEN

 Film specifieke opvatting onderscheiden > veel avant-garde theoretici gingen
film verdedigen als autonome kunstvorm
 Verschil niet meer in relatie tot literatuur en theater, maar als
kunstvorm op zichzelf
 Als visuele kunst met eigen ritme > zien dat er meer gelijkenissen met
beeldende kunsten ontstaan




HUGO MÜNSTERBERG (1863-1916)

- 1 van eerste personen die film als wetenschappelijk medium benaderde
- Duitse psycholoog die experimentele psychologie doceerde aan Harvard
- 1914: zag 1ste langspeelfilm > enorm gegrepen door potentie van nieuwe
kunstvorm (gelinkt vanuit psychologische expertise)
- Maakte in samenwerking met Paramount Pictograph ook zelf films voor
psychologische experimenten
 Geïnteresseerd in welke psychologische effecten film teweeg kan brengen op
toeschouwer
 Beschouwde cinema als projectie van de menselijke geest


THE PHOTOPLAY: A PSYCHOLOGICAL STUDY (1916)

- Uitte enthousiasme voor nieuw medium (1915)
- Ging kijken naar effecten van film op de toeschouwer
- Cinema als projectie van de menselijke geest, als mentale
uitdrukkingsvorm
- Film vergelijken met theater
 Theater kan enorme esthetische beroering op de kijker brengen, veel
empathie naar boven brengen
 Film heeft technieken die theater niet heeft > de close-up (mimiek van
personages lezen), montage
 Veel aandacht voor film-kijker > film is nog geen kunstvorm (wel in
wording), en moet zich distantiëren van theater door middel van
cinematografische technieken (behandeling ruimte, cameratechnieken,
belichting, acteren, etc.)
- Mentale processen in beeld brengen, waarbij film de mentale
uitdrukkingsvorm is
- Film heeft mimische eigenschappen, produceren van realiteit > niet het
doel van film als kunstvorm
- Begrijpen van kracht als film als medium van communicatie
 Geïnteresseerd wat het deed met psychologie van toeschouwer


RICCIOTTO CANUDO (1877-1923)

- Brugfiguur tussen esthetische traditie (voor WO2) en film specifieke opvatting (na
WO1)
 Combineerde beide perspectieven > “film is een verzoening van alle kunsten
samen”
- Italiaanse schrijver, dichter > geboren in Italië maar woonde en werkte in Parijs,
Frankrijk




, BA1 TAAL- EN LETTERKUNDE
THEATER-, FILM- EN LITERATUURWETENSCHAPPEN

- Bracht avant-garde tijdschrift uit > Montjoie! Organe de l’impérialisme artistique
Français (1913-1914)
 Gestopt begin WOI
 Aandacht voor poëzie, proza, beeldende kunst, literatuur, sculptuur, muziek
en geschiedenis
 Promootte kubistische kunst
- Gezien als voorganger van formalistische traditie gezien > film vanuit het
vormelijke beschouwen (minder aandacht inhoud, meer aandacht formele
elementen)
 Zo ver mogelijk van de realiteit
 Duidelijk zijn aan de hand van montages dat het om een
medium/kunstartistiek medium kunst ging
- Gazette De Sept Arts en filmclub Le Club des Amis Du Septième Art opgericht >
dichter beeldende kunstenaars samen verenigde


LA NAISSANCE D’UN SIXIEME ART (1911)

- Film als “zesde kunst” > “plastische kunst in beweging”
 Film als synthese/“voortreffelijke verzoening” van de ritmes van de
ruimte (landbouw/architectuur, beeldhouwkunst en schilderkunst) en
ritmes van de tijd (muziek en poëzie)
 Relatie met futurisme
 Beeldende kunst keken ook naar film en beeldtaal
 Futuristische cinema > weinig bewaarde films
 Futuristisch manifest van cinematografie door F.T. Marinetti
(1916)
o Linken met Canudo zijn opvatting
o Positief > veel geloof in medium film
o Duidelijke ideologische visie van futurisme > geloven in
voortuitgang, snelheid, mechanisering, fascinatie voor
auto’s/trainen (symbolen van snelheid)
o Linken tussen futuristische ideaalbeelden en hoe Benito
Mussolini deze compleet verkeerd heeft ingezet


RÉFLECTIONS SUR LE SEPTIÈME ART (1923)

- Film als “zevende kunst”
- Medium van dans toevoegen aan verschillende kunsten die met tijd
omgaan
- Gebruikte gelovende esthetische ervaring, hybride gelaagdheid van het
medium > “synthetisch tempel” van alle kunsten
- 1ste tekst: Le Sixieme Art ging over wat film is
- Deze tekst: Le Septième Art gaat over wat film moet zijn
 Moet verder gaan dan alleen representatie van de realiteit
 Moet de emoties van de film en de psychologie van de personages
tonen
- Film is multimediaal en krijgt vorm door de andere kunsten
 Niet in relatie tot andere kunsten, maar als ultieme kunstvorm


JAREN 1920: BLOEIPERIODE VAN HISTORISCHE AVANT-GARDE

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur borntoyapforcedtostudy. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €7,39. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

53068 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€7,39  6x  vendu
  • (1)
Ajouter au panier
Ajouté