Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
samenvatting psychopathologie €6,99   Ajouter au panier

Resume

samenvatting psychopathologie

 13 vues  1 fois vendu

Dit is een heel grondige samenvatting van alles wat je moet kennen voor het vak psychopathologie. Ik had les van Lynn Braeckman en Henk Sap.

Aperçu 8 sur 68  pages

  • 26 mai 2024
  • 68
  • 2023/2024
  • Resume
Tous les documents sur ce sujet (6)
avatar-seller
liesvoets
PSYCHOPATHOLOGIE
HOOFDSTUK 1: ABNORMALITEIT 5


1. HET TERREIN VAN DE KLINISCHE PSYCHOLOGIE 5
2. (AB)NORMAAL GEDRAG ALS 6
3. DRIE DOMINANTE MODELLEN IN DE SAMENLEVING 8
EEN STATISCH MODEL 8
EEN MEDISCH MODEL 9
EEN LEERMODEL/THERAPEUTISCH MODEL 9


DE VERSCHILLENDE BENADERINGEN 10


HOOFDSTUK 2: CLASSIFICATIE 10


WAT IS CLASSIFICEREN? 10
INLEIDING 10
2 oude classificatie systemen: 11
SOORTEN 12
CATEGORIËLE EN DIMENSIONELE CLASSIFICATIE 12
Monothetische en polythetische classificatie 12
Symptomen versus pathogene mechanismen 12
Hiërarchische en nevenschikkende classificatie. 12
CLASSIFICATIE IN CONTEXT 13
CRITERIA VOOR ADEQUATE CLASSIFICATIE 13
DSM-5 13
Diagnostic and Statistical Manual of Mental disorders: geschiedenis 13
Waarom belangrijk voor SOW? 14
indeling: 14
sectie 1 14
HOOFDCATEGORIEËN VAN DE DSM-5 14
COMMENTAAR (EXAMENVRAGEN AAN GEKOPPELD) 15
TOEKOMST 17


HOOFDSTUK 3: ANGSTSTOORNISSEN (DEEL 1) 17


ANGST 17
ANGSTSTOORNISSEN 18
GEGENERALISEERDE ANGSTSTOORNISSEN (GAS) 18
PREVALENTIE EN COMORBIDITEIT 19

,ETHIOLOGIE: OORZAKELIJKHEID 19
BEHANDELING 19


HOOFDSTUK 3: OCD (DEEL 2) 20


OCD: OBSESSIEVE-COMPULSIEVE STOORNIS 20
SPECIFIER: 20
PREVALENTIE EN COMORBIDITEIT 21
EHTIOLOGIE: OORZAKELIJKHEID 21
BEHANDELING (OOIT EEN EXAMENVRAAG) 21


HOOFDSTUK 4: VOEDINGS- EN EETSTOORNISSEN 21


INLEIDING: 21
ANOREXIA NERVOSA (AN) 22
SPECIFIER: 22
SUBGROEPEN: (OOIT EXAMENVRAAG) 22
Lichamelijke gevolgen: 23
BOULIMIA NERVOSA 23
SUBGROEPEN 23
lichamelijke gevolgen 24
andere gevolgen 24
PREVALENTIE EN COMORBIDITEIT 24
ETIOLOGIE 24
HET MULTICAUSALITEITSMODEL 24
BEHANDELING 25


HOOFDSTUK 5: NEUROBIOLOGISCHE ONTWIKKELINGSSTOORNISSEN 25


INLEIDING 25


AUTISMESPECTRUMSTOORNIS (ASS) (DEEL 1) 25


HISTORISCH PERSPECTIEF 25
KLINISCH BEELD 26
AANHOUDENDE TEKORTEN IN SOCIALE RELATIES EN SOCIALE COMMUNICATIE 26
BEPERKTE REPITITIEVE GEDRAGINGEN 27
SPECIFIERS 27
PREVALENTIE EN COMORBIDITEIT 27
ETIOLOGIE 28
BEHANDELING 28


ATTENTION DEFICIT HYPERACTIVITY DISORDER – ADHD (DEEL 2) 28

,HISTORISCH PERSPECTIEF 28
KLINISCH BEELD 29
ONOPLETTENDHEID 29
HYPERACTIVITEIT EN IMPULSIVITEIT 30
PREVALENTIE EN COMORBIDITEIT 31
ETIOLOGIE 31
BEHANDELING 31


HOOFDSTUK 6: DEPRESSIEVE STEMMINGSSTOORNISSEN 31


SYMPTOMATOLOGIE 31
TYPOLOGIE 32
DSM-5 32
STEMMINGSWISSELINGEN ZIJN (AB)NORMAAL ALS … 33
Een burn-out is GEEN depressie 33
ZELFDODING 33
CO-MORBIDITEIT 34
PREVALENTIE 34
PROGNOSE 34


HOOFDSTUK 7: VERSLAVING 34


INEIDING 34
SYMPTOMATOLOGIE 35
HET GEBRUIK IS (AB)NORMAAL ALS … 36
INTOXICATIE 36
ONTTREKKINGSSYNDROOM / ONTHOUDINGSVERSCHIJNSELEN 36
TOLERANTIE 37
FYSISCHE AFHANKELIJKHEID 37
PSYCHISCHE AFHANKELIJKHEID 37
REMISSIE 38
TYPOLOGIE 38
GEBRUIK EN MISBRUIK 38
harddrugs en softdrugs 39
VERSLAVENDE MIDDELEN 39
CO-MORBIDITEIT 40
PREVALENTIE 40
PROGNOSE 40


HOOFDSTUK 8: SCHIZOFRENIESPECTRUM EN ANDERE PSYCHOTISCHE STOORNISSEN 40


INLEIDING 40
SYMPTOMATOLOGIE 41
POSITIEVE EN NEGATIEVE SYMPTOMEN 43

,DENKSTOORNISSEN: WANEN 43
Verschillende soorten wanen: 43
misverstanden ivm wanen 44
WAARNEMINGSSTOORNIS: HALLUCINATIES 44
HALLUCINATIES & WANEN: STOORNIS OF CONTINUÜM 45
HALLUCINATIES EN WANEN ZIJN (AB)NORMAAL ALS … 45
TYPOLOGIE 46
ONTSTAAN EN BELOOP 46
CO-MORBIDITEIT 47
PREVALENTIE 47
PROGNOSE 48


DE NEURO-BIOLOGISCHE BENADERING 48


EEN HISTORISCHE SCHETS 48
UITGANGSPUNTEN 49
UITGANGSPUNTEN BIJ DE ETIOLOGIE: 3 VERKLARINGSMODELLEN 49
AFWIJKINGEN IN DE STRUCTUUR VAN DE HERSENEN 49
AFWIJKINGEN IN DE WERKING VAN DE ZENUWEN 50
AFWIJKINGEN OP GENETISCH VLAK 52
POGING TOT BESLUIT 53


EEN PSYCHOANALYTISCHE BENADERING 53


UITGANGSPUNTEN 53
UITGANGSPUNTEN VAN DE ETIOLOGIE 53
ENKELE BASISBEGRIPPEN 54
POGING TOT BESLUIT 54


EEN LEERTHEORETISCHE BENADERING (BEHAVIORISTISCHE BENADERING) 55


UITGANGSPUNTEN 55
UITGANGSPUNTEN VAN DE ETIOLOGIE: 4 LEERPARADIGMA’S 55
HABITUATIE 55
KLASSIEKE CONDITIONERING 55
OPERANTE CONDITIONERING 56
SOCIAAL LEREN 58
POGING TOT BESLUIT 59


EEN HUMANISTISCHE BENADERING 59


UITGANGSPUNTEN 59
UITGANGSPUNTEN VAN DE ETIOLOGIE 59
UITGANGSPUNTEN VOOR DE BEHANDELING 60

,ENKELE BASISBEGRIPPEN 60
POGING TOT BESLUIT 61


EEN COGNITIEVE BENADERING 61


UITGANGSPUNTEN 61
BELANGRIJKE FIGUREN 61
UITGANGSPUNTEN VAN DE ETIOLOGIE 62
UITGANGSPUNTEN VOOR DE BEHANDELING 62
ENKELE BASISBEGRIPPEN 63
POGING TOT BESLUIT 63
opmerking: 64


EEN SYSTEMISCHE BENADERING VAN PSYCHOPATHOLOGIE 64


UITGANGSPUNTEN 64
UITGANGSPUNTEN VAN DE ETIOLOGIE 64
ENKELE BASISBEGRIPPEN 65
POGING TOT BESLUIT 65


HET KWETSBAARHEIDS-STRESS MODEL 65


UITGANGSPUNTEN 65
Kwetsbaarheid en Weerbaarheid worden bepaald door: 66
Stressfactoren worden bepaald door: 67
POGING TOT BESLUIT 67


SOCIOLOGISCHE BENADERING VAN PSYCHOPATHOLOGIE 67


UITGANGSPUNTEN 67
UITGANGSPUNTEN VAN DE ETIOLOGIE 68
de anti-psychiatrie (eind jaren ’60) 68
POGING TOT BESLUIT 68

HOOFDSTUK 1: ABNORMALITEIT
1. HET TERREIN VAN DE KLINISCHE PSYCHOLOGIE
Een sociaal werker binnen de geestelijke gezondheidszorg heeft hierbij bijzondere aandacht voor de meest
kwetsbare groepen in de samenleving
Recent onderzoek suggereert dat naarmate de sociaal-economische status lager is, de prevalentie voor allerlei
psychopathologische stoornissen hoger is.
Daar zijn twee verklaringen voor
1) Een lagere sociaal-economische status van het gezin of milieu waarin men opgroeide/leeft verhoogt
iemands risico (sociale veroorzaking genoemd)

, 2) Een lagere sociaal-economische status van het gezin of milieu waarin men opgroeide/leeft is een
rechtstreeks gevolg van de stoornis (sociale selectie genoemd)
2. (AB)NORMAAL GEDRAG ALS
Criteria voor (ab)normaal gedrag:
SELIGMAN, WALKER en ROSENHAN onderscheiden 7 factoren die bepalen of gedrag (ab)normaal is:
1. (Ab)normaal gedrag als gedrag waaronder mensen lijden
2. (Ab)normaal gedrag als disfunctioneel gedrag
3. (Ab)normaal gedrag als irrationeel en onbegrijpelijk gedrag
4. (Ab)normaal gedrag als onvoorspelbaar en oncontroleerbaar gedrag
5. (Ab)normaal gedrag als opvallend en onconventioneel gedrag
6. (Ab)normaal gedrag als ongemakkelijk aanvoelend gedrag
7. (Ab)normaal gedrag als norm overschrijdend gedrag
Geen van deze criteria is op zichzelf voldoende en noodzakelijk naarmate:
o Aan meer van deze criteria is voldaan
o Een criterium extremer of frequenter voorkomt
o Meer mensen eensgezind zijn in hun beoordeling van deze criteria
o Bestaat er meer evidentie voor de abnormaliteit van het gedrag
Zelden zullen deze criteria allemaal aanwezig zijn
Wanneer we op basis van die criteria gedrag als abnormaal beschouwen betekent dit niet noodzakelijk dat er
ook een psychische stoornis is
CRITERIUM UITGANGSPUNT ABNORMAAL KRITIEK
(Ab)normaal gedrag als De betrokkene staat centraal. Wanneer iemand zeer sterk of zeer De klemtoon ligt heel sterk op
gedrag waaronder mensen Hij of zij kan uiteindelijk het lang lijdt als gevolg van het individuele en de
lijden best zelf bepalen wat voor problematische emoties: persoonlijke waardering door
hem of haar nog kan en wat - Sterke angsten de betrokkene zelf
niet - Extreme negativiteit
- Gevoel van nooitstoppende Niet elk lijden is abnormaal. We
ellende maken in ons leven allemaal
En van daaruit beslist dat het zo niet gebeurtenissen mee die ons
verder kan voor kortere of langere periode
leed bezorgen

Niet elke psychische stoornis
gaat gepaard met persoonlijk
lijden

(Ab)normaal gedrag als Ieder mens heeft in zijn leven Wanneer iemand faalt Disfunctioneel gedrag kan het
disfunctioneel gedrag verschillende rollen te - Als partner eigen functioneren
vervullen - Als ouder ondermijnen, het functioneren
Iemands welbevinden hangt - Als werknemer van anderen ondermijnen
in belangrijke mate af van of - …
iemand al dan niet goed die Maar niet elk disfunctioneel
rollen kan vervullen gedrag gaat gepaard met een
psychische stoornis

Een belangrijk criterium om te spreken van problematisch alcoholmisbruik is de mate waarin iemand nog
functioneert als partner, ouder, werknemer, student…

Een belangrijk criterium om te spreken van een fobie is de mate waarin iemand nog functioneert in het
dagdagelijkse leven (bv als u angst voor pleinen zo groot is dat je u boodschappen niet meer kan doen)

,(Ab)normaal gedrag als Iedere mens gedraagt zich Wanneer iemand zich
irrationeel en rationeel volgens een zekere - Irrationeel of onlogisch
onbegrijpelijk gedrag logica - Zinloos of onbegrijpelijk
- Chaotisch of bizar
Gedraagt, dan beschouwen we dit als abnormaal

Het is bijzonder irrationeel of onlogisch, zinloos of onbegrijpelijk, chaotisch of bizar wanneer iemand zich
gaat uithongeren of overeten op gevaar van eigen leven

(Ab)normaal gedrag als Mensen hebben nood aan: - Wanneer mensen zich onvoorspelbaar gedragen
onvoorspelbaar en - Voorspelbaarheid - Wanneer mensen zich ontremd gedragen
oncontroleerbaar gedrag - Beheersbaarheid - Wanneer mensen de oorzaak of aanleiding van iemands gedrag
niet kunnen achterhalen
Mensen voelen zich bedreigd Dan beschouwen wij dit gedrag als abnormaal
wanneer anderen zich:
- Niet voorspelbaar
- Oncontroleerbaar
Gedragen

Met Aalst carnaval gedragen de voil janetten zich op maandag niet volgens de regels en compleet
ontremd en toch beschouwd niemand die gedrag als abnormaal,
- Omdat het gedrag voorspelbaar was
- De oorzaak of aanleiding van het gedrag duidelijk te achterhalen was

(Ab)normaal gedrag als Ieder mens gedraagt zich … wanneer iemands gedrag sterk afwijkt van hoe ik mij gedraag
opvallend en - Zoals ik mezelf … wanneer gedrag opvalt
onconventioneel gedrag gedraag … wanneer gedrag niet sociaal wenselijk is, dan beschouwen we dit
- Zoals de meeste sneller als abnormaal
mensen zich
gedragen
- Sociaal wenselijk

Mensen met veel piercings of tattoos vallen misschien meer op en wijken misschien meer af van hoe ik
mij gedraag en worden daarom eerder beschouwd als abnormaal

(Ab)normaal gedrag als Mensen zijn sociale wezens Wanneer iemands gedrag openlijk
ongemakkelijk aanvoelend Mensen gedragen zich afwijkt van impliciet, ongeschreven
gedrag volgens impliciete, regels dan beschouwen we dit
ongeschreven sociale regels sneller als abnormaal

- Impliciete, ongeschreven regel: “In sociale contacten houd je oogcontact met wie je praat.”
- Impliciete, ongeschreven regel: “Je maakt GEEN ruzie met je partner op de openbare plaats.”
- Impliciete, ongeschreven regel: “In het toilet ga je NIET plassen naast iemand anders. Laat op
zijn minst één urinoir ertussen”

(Ab)normaal gedrag als Elke maatschappij heeft zijn Wat te zeer afwijkt van die culturele
norm overschrijdend eigen standaardnormen normen en idealen, beschouwen we
gedrag waarnaar mensen streven. dit als abnormaal

Normaal is wat sociaal
aanvaardbaar is

Normaal is hoe mensen zich
zouden moeten gedragen

- Kindhuwelijken een cultureel bepaalde norm OF Een verdoken vorm van pedofilie

, - Homoseksualiteit als een vorm van seksualiteitsbeleving OF Een Westerse decadentie OF Een
ziekelijke afwijking (tot 1973 stond homoseksualiteit in de DSM II)

o Het plaatst meteen de psychopathologie binnen zijn maatschappelijke context

o Wat doen we met gedragingen die aanvaard worden in een andere cultuur als de onze?

o Mensen kunnen er ook voor kiezen om zich niet te conformeren aan de maatschappelijke
normen

o Er zijn heel wat voorbeelden uit de recente geschiedenis, waarbij mensen ‘gek’ werden
verklaard om hen op die manier uit de maatschappij te kunnen verwijderen

Voorbeeld: Gothics als bewuste afwijking van de norm


3. DRIE DOMINANTE MODELLEN IN DE SAMENLEVING


EEN STATISCH MODEL

UITGANGSPUNT:
o De meeste mensen gedragen zich normaal.
o We bekijken het gedrag dus over een populatie en beschouwen het gedrag
van numeriek de grootste groep als normaal gedrag.
o Normaal is dus wat de meeste mensen doen.



ABNORMAAL:
o Een statische minderheid
o Wat afwijkt (in positieve of negatieve zin) van het gemiddelde van de groep waartoe men behoort
De afwijkingen van het gemiddelde kunnen betrekking hebben op
1. De frequentie van het gedrag / de gedachten / de gevoelens
Abnormaal is wat heel uitzonderlijk voorkomt of veel frequenter voorkomt dan bij de meeste mensen het geval
is.
2. De omvang van het gedrag / de gedachten / de gevoelens
Abnormaal is wanneer iemand uitzonderlijk sterk of in tegendeel uitzonderlijk beperkt reageert op een
bepaalde situatie. Bv: Iemand rouwt massaal of helemaal niet
3. De duur van het gedrag / de gedachten / de gevoelens
Abnormaal is wanneer dit gedrag, die gevoelens of die gedachten uitzonderlijk lang blijft bestaan of ook veel
korter duurt dan bij de doorsnee man of vrouw. Bv: Iemand rouwt langer dan 6 maanden
KRITIEK:
o Waar precies leggen we dan de grens tussen normaal en abnormaal gedrag? Hoe ongewoon moet het
gedrag zijn om het abnormaal te noemen?
o Heel wat gedragingen die we maar bij een minderheid terug
§ vinden zijn duidelijk helemaal niet abnormaal
§ gaan niet gepaard met enig persoonlijk lijden
o Dit soort norm is eigenlijk ook erg relatief en afhankelijk van de populatie waarmee je iemand
vergelijkt
o We kunnen ons ook de vraag stellen of (ab)normaal gedrag wel zo makkelijk meetbaar is:
§ hoe betrouwbaar is een dergelijke meting?
§ hoe valide is een dergelijke meting?

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur liesvoets. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €6,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

79271 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€6,99  1x  vendu
  • (0)
  Ajouter