Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien
logo-home
Interpreteren onderzoeken en theorie vormen deel 2 - samenvatting €7,49   Ajouter au panier

Resume

Interpreteren onderzoeken en theorie vormen deel 2 - samenvatting

 9 vues  0 fois vendu

Een gestructureerde samenvatting van het chaotische vak van Joris Vlieghe, interpreteren onderzoeken en theorie vormen deel 2! De samenvatting is gemaakt aan de hand van notities uit de les en de cursustekst. Veel succes ermee :) (Laat na aankoop ook gerust een review achter voor je medestudente...

[Montrer plus]

Aperçu 4 sur 41  pages

  • 27 mai 2024
  • 41
  • 2023/2024
  • Resume
Tous les documents sur ce sujet (5)
avatar-seller
elinevanmuysen
Interpreteren, onderzoeken en theorie vormen
deel II
Inleiding
Pedagogiek vs. pedagogie
 Pedagogiek: de wetenschap van het pedagogisch handelen, zelfstandige discipline
 Pedagogie: object van een wetenschap, genaamd pedagogiek (vb. planten en dieren het object
van de biologie)
 ‘Pedagogy’: de didactiek, kunde van het lesgeven, instructiekunde

Centrale kwesties
1) Wat maakt pedagogische wetenschappen tot wetenschap?
2) Wat is er eigen aan pedagogische wetenschappen?
3) De verschillen tussen wetenschappelijke disciplines kwalitatief en kwantitatief

De werkelijkheid bestuderen door haar te interpreteren, op zoek naar hoe de werkelijkheid Dubbelheid: zowel
wordt ervaren en betekenis krijgt (verstaan), en door aspecten van de werkelijkheid te meten,kwalitatief
onderzoek als
op zoek naar de distributie van variabelen en verbanden ertussen met focus op het kwantitatief
formuleren van wetmatigheden (verklaren) onderzoek doen


Verstaan vs. verklaren: een opdeling tussen natuur- en menswetenschappen, en tussen
verschillende benaderingen binnen de menswetenschappen zelf

Opvatting: alle pedagogisch onderzoek is interpretatief
Voorverstaan (Gadamer): we kunnen maar aan het meten slaan nadat we begrepen hebben dat
*onderwerp* een specifieke betekenis heeft voor mensen, en in het bijzonder voor mensen die in een
bijzondere context leven

Opvatting: wetenschappelijk pedagogisch onderzoek was lange tijd kwalitatief
Historisch gesproken niet volledig waar: einde 19de eeuw enorme experimentele interesse in
pedagogische kwesties en sterke populariteit om in laboratoria onderzoek te doen  ontwikkeling
nieuwe disciplines (pedologie, experimentele pedagogiek…) die sterk hebben bijgedragen tot
ontwikkeling van pedagogiek als wetenschappelijke discipline

Onderzoeken en theorie vormen
 Idee: pedagogisch onderzoek is iets dan mensen doen
 Van belang vanuit welke houding t.o.v. de werkelijkheid van opvoeden en onderwijzen men
vertrekt
 Wezenlijk weinig verschil tussen vb. een schoenmaker en een laborant, want gaat in beide
gevallen om concreet handelen dat toewijding aan zaak vereist, respect voor eigenheid van
zaak… beiden zijn een ‘skill’ of een ‘craft’

Deel 1 - Het interpretatieve paradigma binnen de pedagogische wetenschappen en
‘bifurcation of nature’
De aantrekkingskracht van het medische model in de hedendaagse pedagogische
wetenschappen
Een paradigma
 Geheel van (soms onuitgesproken) opvattingen over wat wetenschap is
 Regels, procedures en assumptie om te doen aan en communiceren over wetenschappelijk
onderzoek
 Wetenschap gaat niet vooruit, enkel sprake van vooruitgang binnen een bepaald paradigmatisch
tijdvak
 ‘Paradigmatic shift’; wanneer er geen vooruitgang geboekt kan worden
 Het ene paradigma is niet beter dan het andere, het zijn twee totaal andere manieren van
kijken, die manieren om te verstaan zijn incommensurable = onvergelijkbaar

Debat over de kwestie of pedagogiek nood heeft aan een kwantitatief of kwalitatief paradigma: kant
kiezen van eerste paradigma omdat pedagogische onderzoekers zich spiegelen aan de natuur- en

1

,medische wetenschappen die een grote vooruitgang heeft geboekt in een combinatie van
experimentele methode, houding van nauwgezetheid (rigeur) en het afstand doen van theoretische
speculatie

Theoretische speculatie: voorafgaand aan medische revolutie was geneeskunde een louter
theoretische en speculatieve aangelegenheid, men dacht enkel over ziekte en gezondheid o.b.v.
compleet achterhaalde modellen

Een écht wetenschappelijke pedagogiek is volledig data-gestuurd (data van kwantitatieve aard),
gebaseerd op empirische bevindingen en minimaal op theoretische reflectie en speculatie

Smeyers en Smith argumenteren dat men geen pedagogiek kan beoefenen zonder interpretatie en
zonder speculatieve theorievorming, hoewel dat resulteert in minder objectieve en rigoureuze
kennis, wordt het meer speculatief
RUIMERE MAATSCHAPPELIJKE TENDENSEN: HET SUCCES VAN DE MEDISCHE
WETENSCHAPPEN, DE HEDENDAAGSE ACADEMISCHE CONTEXT EN DE DOMINANTIE
VAN DE ‘MEDISCHE BLIK’ IN DE KENNISPRODUCTIE
Vier elementen om te verklaren waarom pedagogen zich richten naar het paradigma van de
medische wetenschappen en waarom de pedagogiek zo ‘gemedicaliseerd’ is

1. Prestige van het natuurwetenschappelijke en medische model
 Succes medische wetenschap: verhogen van levensverwachting en behandelen van verschillende
aandoeningen
 Volgens pedagogen leidt imitatie van dit model tot vergelijkbare successen in de opvoeding

2. Maatschappelijke context van wetenschapsbeoefening
 Hedendaagse universiteiten veranderd van autonome kennisinstellingen naar bedrijfsmatige
entiteiten
 Worden gefinancierd door externe investeringsfondsen en beoordeeld op objectieve criteria
 Gevolg: objectieve rankings én competitie tussen onderzoekers en universiteiten
 Neveneffecten: impactsfactor van tijdschriften én focus op kwantitatief en experimenteel
onderzoek

3. Invloed van Michel Foucaults werk
 Idee van paradigmawisselingen: radicaal andere en nieuwe manier van kijken (niet noodzakelijk
vooruitgang)
 Productie van nieuwe kennis: zichtbaarheid wordt gecreëerd en is afhankelijk van historische
omstandigheden
 De ‘medische blik’ heeft manier waarop we naar ziekte en gezondheid kijken veranderd
 O.b.v. systematische productie van medische kennis: ziektes vergelijken, ziektebeelden
identificeren, data veralgemeningen maken, voorspellingen over remedies doen en uittesten

4. Macht en normalisatie
 Tweedeling tussen degene die medische kennis bezitten (epistemologische almacht) en degene
die dat niet doen
 Normale en abnormale gedragingen worden vastgesteld en behandeld door groep experten
 Klinische manier van denken heeft ertoe geleid dat sommige mensen op verkeerde manier
behandeld worden
voorbeeld: homoseksualiteit als ziekte, kleptomanie, pyromanie, trichotillomanie, drapetomanie,
frenologie… (blz. 9)
 Dit heeft geleid tot medicalisering van aspecten van menselijk gedrag en heeft de pedagogiek
beïnvloed om opvoedingskwesties te behandelen als medische aandoeningen die gediagnosticeerd
en behandeld moeten worden

Ivan Illich bekritiseert de medicalisering van onze maatschappij: ‘pathogenic pursuit of health’
1) De schadelijke gevolgen van medische interventies die groter kunnen zijn dan de voordelen
 Iatrogenese: de arts zelf maakt de mensen ziek, vb. overconsumptie van antibiotica,
overhygiëneparadox...



2

,  Geneeskunde als ‘nieuwe wereldwijde kerk’: medische professionals creëren schijnbehoeften
om hun eigen bestaan te rechtvaardigen

2) De obsessie van maatschappij met het vermijden van gezondheidsrisico’s en constant zoeken naar
medische zekerheid
 Een risico is een kans dat iets (onwenselijks) gebeurt en is een kenmerk van een populatie
 Ontlichamelijking (disembodiment): mensen raken vervreemd van eigen lichaam en leven o.b.v.
berekende risico’s
 Ontstaan van tweedeling tussen leven zoals we dat spontaan ervaren en een abstractie van leven

‘Pathogenic pursuit of health’ leidt tot een overgevoeligheid voor gezondheidsrisico’s, met als gevolg
dat mensen hun leven gaan vormgeven o.b.v. ‘risk avoidance’

Illich wijst op een verschuiving van ‘danger’ naar ‘risk’ in onze perceptie van problemen, vb. de dood
 Dood als gevaar: onze dagelijkse ervaring, die ons aanzet tot handelen gebaseerd op praktische
wijsheid en ervaring
 Dood als risico: iets dat we niet persoonlijk ervaren, maar ons aanspoort ons gedrag te
veranderen
 Resulteert in een samenleving gedreven door risicobeheersing

🔗 Ulrich Beck: van traditionele samenleving naar risicomaatschappij
 Moderne samenleving wordt geconfronteerd met complexere en onvoorspelbare risico’s:
constant nieuwe technologieën en praktijken ontwikkelen zonder dat we de gevolgen ervan
weten
 Nieuwe conditie: dit soort risico’s betreft dat we constant ervaren  constante staat van meta-
kwetsbaarheid
 Gevolg: verlangen naar controle, wat resulteert in ingrijpende en absurde maatregelen

Impact van risicomaatschappij op onderwijs en opvoeding: toenemende druk om risico’s voor
kinderen en jongeren te beheersen, wat resulteert in een groeiend aanbod aan controle- en
monitoringmiddelen, en opleidingen voor opvoeders om met deze complexiteit om te gaan
‘THE BIFURCATION OF NATURE’: WAAROM INTERPRETATIE EEN KWESTIE WERD
Volgens Smeyers en Smith is pedagogiek geen wetenshap die vergelijkbaar is met de geneeskunde

Historische tweedeling tussen ‘hard sciences’ en ‘the humanities’  Charles SnowdatHetinisdeze
in het licht van deze tegenstelling
cursus consequent gesproken
 Twee radicaal tegengestelde paradigma’s/gescheiden culturen wordt over menswetenschappen en
bijvoorbeeld niet over
 Tweedeling vaak teruggevoerd naar verandering in de kennisproductie tijdens de Moderne Tijd
geesteswetenschappen of sociaal-
culturelewetenschappen
 Voor de Moderne Tijd was er een wereldbeeld waarin mens en natuur samen een
Scheppingsorde vormden
 Ontdekkingen van Galilei en Descartes zorgden voor verschuiving in hoe kennis wordt verworven:
inconvenient truths
-Er is geen kosmische ordening waarin de mens en zijn aarde centraal staan, m.a.w. de zon
staat centraal
-Gedachtenexperiment met methodische twijfel: intuïties en zintuigen niet zomaar vertrouwen
-Blinde vlek: foto-receptieve cellen in het oog maken geen rechtstreekse verbinding met de
hersenen
 Kennis wordt verworven via een diep wantrouwen: observaties dienen om foutieve voorstellingen
onderuit te halen
Volgens Popper kan wetenschap maar vooruitgaan door gericht te zoeken naar falsificaties;
onjuiste opvattingen uitschakelen doet onze kennis groeien en de wetenschap gaat vooruit
(voorbeelden blz. 16)

The bifurcation of nature Adolf North Whitehead: onze ervaring van de werkelijkheid wordt
opgedeeld in…
 Objectieve, vaststelbare feiten of kwantiteiten
 Subjectieve, oncontroleerbare impressies of kwaliteiten

Kwantiteiten Kwaliteiten
- Aspecten van werkelijkheid tellen en meten - Aspecten van de werkelijkheid die we kunnen


3

, - Meestal met behulp van een instrument en voelen, maar niet meten, en dus subjectief
onder specifieke condities (laboratorium) blijven
- Voorbeelden: lengte, massa, temperatuur, - Alledaagse kant van wereld (buiten
snelheid, elektrische spanning… laboratorium)
- Eens men een schaal heeft gedefinieerd voor - Voorbeelden: kleuren, klanken, geuren, smaken,
temperatuur, kan met 100% zekerheid zachtheid/hardheid, schoonheid, lieftalligheid…
vastgesteld worden hoe warm het is op een - Typisch: bij onenigheid over kwalitatieve waarde
bepaalde plaats van iets kan er geen extern criterium bestaan
dat leidt tot besluit
- Iemand overtuigen door ander intern mee te
betrekken in eigen ervaring, geen garantie op
succes

Tweevoudige strategie van het succes van de moderne natuurwetenschap (zie voorbeelden blz. 17 –
20)
1) Wetenschappelijke kennis beperkt zich tot vaststellen en verklaren van verbanden tussen
kwantitatieve variabelen
2) De wetenschap moet buitendien aantonen dat alle kwaliteiten eigenlijk herleid kunnen worden
tot kwantiteiten

De specifi eke context van de pedagogische wetenschappen
De discussie in de menswetenschappen (vooral de pedagogische wetenschappen) draait om de
vraag welke benadering de voorkeur verdient: kwantitatief (positivistisch) of kwalitatief
(interpretatief)

Standpunt van Smeyers en Smith “pedagogiek zal interpretatief zijn of zal het niet zijn” is
traditioneel en reflecteert de lange traditie van interpretatieve pedagogiek = de
geesteswetenschappen pedagogiek (Bildungspädagogik), en richt zich op het introduceren van een
Vooroordeel is productief, we kunnen maar
bestaande
verstaan dankzij een voorverstaan cultuur in de opvoeding, i.p.v. een technische benadering
🔗 Hermeneutiek (blz. 22 voetnoot 44)


Opvoeding wordt gezien als complex en cruciaal onderdeel van het menselijk bestaan, gericht op het
doorgeven van een manier van leven en cultuur  dit heeft geleid tot interpretatieve benadering van
pedagogisch onderzoek

Interpretatief onderzoek Positivistisch onderzoek
- Onderzoeker is betrokken bij - Geen enkele betrokkenheid tussen
onderzoeksproject onderzoeker en onderzoeksobject
- Onderzoeker onderzoekt zichzelf vanuit - De fysicus staat buiten proefopstelling,
bepaald perspectief (gevormd door eigen observeert en noteert zonder enig
opvoeding) vooroordeel
- Vooroordeel is essentieel: vanuit bepaalde - Afstandelijke houding maakt mens blind
interesse en vanuit geheel van reeds voor de betekenis van praktijken
gevormde gedachten over wat er op spel - Kan niets zeggen over wat het betekent te
staat leven, op te groeien en gevormd te worden
- Van binnenuit interpreteren en articuleren in wereld van de menselijke cultuur

De historische achtergrond toont aan waarom een traditionalistische visie (Smeyers en Smith)
interpreteren zo belangrijk vindt en sceptisch staat tegenover kwantitatieve benaderingen
INTERPRETATIE EN DE STUDIE VAN REGELMAAT IN MENSELIJKE PRAKTIJKEN: PETER
WINCHS
THE IDEA OF A SOCIAL SCIENCE
Winch ontwikkelt een taalfilosofische benadering*, geïnspireerd door Wittgenstein, over het volgen
van regels: het begrijpen van regels is essentieel voor het onderscheiden van natuurwetenschappen
en menswetenschappen

*‘Linguistic turn’: alle fenomenen zijn gemedieerd door taal die we gebruiken en het komt erop aan
onderzoek te doen naar de manieren waarop we spreken over de werkelijkheid vooraleer we inzicht
kunnen krijgen in die werkelijkheid


4

Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:

Qualité garantie par les avis des clients

Qualité garantie par les avis des clients

Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.

L’achat facile et rapide

L’achat facile et rapide

Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.

Focus sur l’essentiel

Focus sur l’essentiel

Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.

Foire aux questions

Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?

Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.

Garantie de remboursement : comment ça marche ?

Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.

Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?

Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur elinevanmuysen. Stuvia facilite les paiements au vendeur.

Est-ce que j'aurai un abonnement?

Non, vous n'achetez ce résumé que pour €7,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.

Peut-on faire confiance à Stuvia ?

4.6 étoiles sur Google & Trustpilot (+1000 avis)

67163 résumés ont été vendus ces 30 derniers jours

Fondée en 2010, la référence pour acheter des résumés depuis déjà 14 ans

Commencez à vendre!
€7,49
  • (0)
  Ajouter