Histologie: Epithelen
Definitie: Een laag dat bestaat uit aaneengesloten epitheelcellen en dat geen extra/intercellulaire matrix bevat.
Functie: Beschermen van onderliggende weefsels en opname/afgifte van afvalstoffen en het vormen van klieren
dat zorgt voor het uitscheiden van enzymen en hormonen.
2 soorten epithelen:
1) Bedekkend epitheel: aflijning 2) Klierepitheel: bezitten klieren
Basaalmembraan Lamin Dunne, donkere
Eigenschappen:
a laag
Basalis
1. Bestaat uit meerdere lagen
2. Cellen vormen een (selectieve) barrière Lamin Centraal in
3. Weinig extracellulaire matrix a lamina basalis,
4. Verbonden door intercellulaire verbindingen Densa bestaat uit
5. Basaalmembraan: grens tussen epitheel en onderliggende collageen type 4 +
BW laag. heparansulfaat.
6. GEEN BLOEDVATEN IN EPITHEELLAAG! Lamin Lichtere laag in
a lamina basalis
Lucida met laminine
Functie Lamina basalis: Hechting, filterfunctie, differentiatie van cellen.
Een epitheelcel bestaat uit een cytoskelet dat stevigheid biedt aan de cellen.
in epitheelcellen = keratine!
Immunocytochemie: het kleuren van bepaalde eiwitten om ze zichtbaar te maken in de cel.
Celpolariteit: het feit dat verschillende delen van het epitheel functioneel verschillend zijn.
Gepolariseerde Apicale (naar lumen) Oppervlaktespecialisaties: Microvillii, stereocilliaii, cillia iiien
epitheelcellen flagelleniv.
Lateraal (zijkanten) en zitten Verbindingen: Intercellulairev: occludens, adhaerens, nexus
stevig aan elkaar vast
Basaal (naar basaalmembraanvi) Grenslaag tussen epitheel en onderliggend BW (=lamina propria)
1. (= staafjeszoom) Vingervormige uitsteeksels van 1 μm met functie = oppervlaktevergroting + uitwisseling van
stoffen. Actinefilamenten zijn verantwoordelijk voor het cytoskelet bij de microvilli. Aangehecht aan het “terminaal
web” dat zorgt voor de stevigheid. Glycocalyx = “fuzzy wand” = beschermende wand
2. STATISCH. Functie = oppervlaktevergroting. Ze zijn veel langer en komen niet vaak voor enkel in
bijbal/zintuigen.
3. DYNAMISCH. Functie= slagbeweging. Bestaan uit 2 microtubuli. Axonema: een georganiseerde structuur van 9
doubletten en 1 paar centrale microtubuli. Door de verschuiving van deze microtubuli is deze slagbeweging
mogelijk. Nexine: eiwit dat zorgt voor de ondersteuning door naast elkaar liggende doubletten met elkaar te
verbinden. Dineïne: maakt contact met naburige microtubuli zodat het wandelen mogelijk is voor het afbuigen
van de cillia.
4. Axonema is ook hier aanwezig. Veel ATP aanwezig. (niet zo heel belangrijk om te studeren)
5. Verbindingen TUSSEN cellen met 3 soorten verbindingen:
Macula: ronde/puntvormige verbindingen
Zonula: bandvormig Indeling op basis van vorm!
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur meryemel. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €7,49. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.