beknopt, duidelijk overzicht van het deel vennootschapsbelasting (onderdeel van fiscaal recht), met duidelijke stapsgewijze benadering van de oefeningen/arresten in de les gegeven.
Vennootschapsbelasting
Wie is onderworpen?
• KMO’s
• Multinationals
• Kleine vennootschappen (onderworpen aan lager tarief)
Tarief: 25%
1. BINNENLANDSE VENNOOTSCHAP:
• Inwonerschap – Kan je kiezen of je onder binnenlandse of buitenlandse vennootschap valt?
• Geen keuze, moet voldoen aan 3 voorwaarden voor binnenlandse:
1. Exploitatie onderneming/verrichtingen van winstgevende aard
Bestendige beroepswerkzaamheid die winst oplevert
o Bestendig Duurzame activiteit = niet éénmalig
o GEEN doel om winst uit te keren WEL doel om winst te maken
VZW’s onderworpen aan rechtspersonenbelasting
o Dient voor rechtspersonen die niet voldoen aan de 1ste voorwaarde
o Alleen zeer specifieke types van inkomsten die belast worden
▪ BELASTBAAR:
1) onroerende voorheffing (als structuur is van vzw)
2) dividenden en interesten
▪ NIET BELASTBAAR: inschrijvingsgelden en sponsoringsgelden
o Waar ligt de grens? er wordt gekeken naar de middelen die worden ingezet
2. Rechtspersoonlijkheid
Lex societatis of vergelijkbare rechtsvorm
o Is er een minimumkapitaal, afgescheiden vermogen, in recht optreden
o Lex societatis: buitenlands vennootschapsrecht ken rechtspersoonlijkheid toe
3. Voornaamste inrichting of zetel van bestuur of beheer in België
Op dit criterium proberen ze vaak belastingen te ontlopen (vb. belastingparadijs)
Waar is de zetel van werkelijke leiding?
In BE: vermoeden o.b.v. statutaire zetel tegenbewijs: alleen indien fiscale
woonplaats in ander land
o Omgekeerd ook mogelijk als adres statutaire zetel in buitenland is, kan nog
altijd dat u toch fiscaal inwoner bent in BE o.b.v. de feiten
Feitelijke beoordeling werkelijke leiding a.d.h.v.:
o (1) Zetel in de statuten
o (2) Plaats waar algemene vergadering en raad van bestuur vergaderen
▪ = de organen die de echte leiding hebben over de vennootschap
o (3) Plaats waar strategische beslissingen genomen worden (≠ voorbereiding)
o (4) Inwonerschap gekwalificeerde bestuurder
▪ ! GEEN marionetten (= Luxemburgse “bestuurders” die de facto geen
bestuurders zijn (willen niet mee instaan als foute strategische beslissingen
werden genomen en failliet gaan), loutere inschakeling persoon omwille
nationaliteit) DUS aansprakelijkheid mag NIET beperkt zijn
o (5) Kantoorruimte, gekwalificeerd personeel
o (6) Briefwisseling, bankrekeningen, boekhouding (voeren en bewaren)
, ▪ Postbusvennootschappen = mensen die beweren vennootschap te
hebben (vb. in Malta), MAAR die enkel een postbus hebben in Malta
2. INKOMEN VAN ONROERENDE GOEDEREN
• Inkomen van OG bij vennootschap = winst
Leidt NIET tot opbrengsten!
Het louter eigenaar zijn van
gebouw (geen opbrengsten in
niet-verhuurde OG
RR, enkel activa op balans)
inkomen van leidt NIET tot belasting
onroerende goederen
verhuurde OG Werkelijk bedrag huur &
huurvoordelen
(NIET KI)
• (Vs. natuurlijke persoon, privésfeer, niet-verhuurde OG wordt gekeken naar KI)
• Gewestelijke belasting wel berekend op KI (bijzondere financieringswet)
,3. INKOMEN VAN ROERENDE GOEDEREN
• Roerende goederen vormen in principe winsten die dus onderworpen zijn aan
vennootschapsbelastin
• Roerende inkomsten genieten van veel gunstregimes OMDAT het inkomsten zijn die
genoten worden door vaak hoofdkantoren binnen multinationals om ze te stimuleren om
naar BE te komen
• Belastingheffing bestaat uit 2 delen:
1) roerende voorheffing: dividenden, interesten, royalty’s
Vrijstelling bij toekenning aan vennootschappen bevrijdende werking
(geldt niet in vennootschapsbelasting dividenden waarop al roerende voorheffing
is belast moet dit NIET MEER in de PERSONENbelasting)
o Dividenden
▪ Participatie van tenminste 10%
▪ Houdperiode gedurende tenminste 1 jaar
o Interesten, royalty’s
Verrekening van de roerende voorheffing met de vennootschapsbelasting &
overschot is terugbetaalbaar
2) vennootschapsbelasting
Dividenden: aftrek voor definitief belaste inkomsten (= DBI-aftrek)
Interesten: gewoon belastbaar
Royalty’s: aftrek voor innovatie-inkomsten (= innovatieaftrek)
Schema: hoe multinationals gestructureerd zijn en hoe wij daar als fiscalist naar kijken
• Holding vennootschap:
= Vennootschap waar strategische leiding zit
Wat voor inkomsten krijgen? Zit GEEN operationele activiteit, heeft ALLEEN aandelen
Krijgt dividenden ALS de operationele winst maken gaan die winst uitkeren naar
holding d.m.v. dividend gaan dividend gebruiken om opnieuw te investeren of
aandeelhouders te vergoeden
, Realiseert meerwaarde op aandelen
• Operationele vennootschap:
= Waar echt de activiteit wordt uitgevoerd
Operationele vennootschappen die grensoverschrijdende activiteiten verrichten
• IP-vennootschap:
= Intellectuele eigendomsrechten die vennootschap aanhoudt
Belangrijk want je gaat inkomsten krijgen uit IR (hiervoor vaak aparte vennootschap
opgericht)
Hoe winsten creëren? IP-vennootschap octrooi geven aan operationele vennoot-
schap en in ruil daarvoor krijg ik een vergoeding (= Royalty’s)
Opbrengsten uit octrooien o.b.v. innovatieaftrek voor 85% vrijgesteld
Ingevoerd om grote vennootschappen naar BE te halen
• Hoe kijk je daar als fiscalist naar? kijken naar inkomensstroom
Welke inkomensstromen/opbrengsten zien we in dit plaatje? En welke opbrengsten zijn
fiscaal interessant?
Holdingvennootschap valt direct op. Welke inkomsten gaat die krijgen? daar zit geen
operationele activiteit, vennootschap heeft alleen aandelen dus welke inkomsten?
1. Inkomsten uit dividenden
Als de operationele vennootschappen winst maken gaan die die winst uitkeren naar
de holdingvenootschap in de vorm van een dividend & die holdingvennootschap
gaat die middelen van dividend gebruiken om ofwel terug te investeren in de groep
of om de aandeelhouders te vergoeden.
2. Realiseert meerwaarden op aandelen
Als er een operationele vennootschap is die je niet meer wil hebben, aandelen
verkopen en realiseer je meerwaarde op aandelen
Dus als je als overheid wil dat die holdingvennootschap gevestigd is in BE moet je het
voor hun interessant maken vandaar ingevoerde gunstregimes
Reden dat je IP-vennootschap apart bekijkt als fiscalist, zelfde redenen vennootschap
waar onderzoek en ontwikkeling gebeurd (denk aan farmacie sector) enkel onderzoek,
niet produceren of op markt brengen gaat licentie daarvoor geven om maar welke
opbrengsten zie je dan? Wat is het fiscaal voordelige om zo te organiseren? Operationele
vennootschappen verkopen die medicijnen en realiseren er winsten mee (komen in
boekhouding operationele vennootschappen) hoe fiscaal optimaliseren? Die
operationele vennootschappen moeten die royalty’s betalen aan de IP, royalty’s zijn
kosten, dus die opbrengsten uit de medicijnen worden verminderd met de royalty’s dus
enkel belastingen betalen op de netto (na aftrek kosten). MAAR dankzij innovatieaftrek
op royalty’s ook amper belastingen betalen allemaal ingevoerd om naar BE te trekken
DBI-aftrek (art. 202 e.v. WIB):
= aftrek voor de holdingvennootschappen (dividenden)
• Dividenden zijn 100% aftrekbaar van de winst
• Voorwaarden:
1) Participatie van tenminste 10% of met aanschaffingswaarde van ten minste
2.500.000 EUR
Les avantages d'acheter des résumés chez Stuvia:
Qualité garantie par les avis des clients
Les clients de Stuvia ont évalués plus de 700 000 résumés. C'est comme ça que vous savez que vous achetez les meilleurs documents.
L’achat facile et rapide
Vous pouvez payer rapidement avec iDeal, carte de crédit ou Stuvia-crédit pour les résumés. Il n'y a pas d'adhésion nécessaire.
Focus sur l’essentiel
Vos camarades écrivent eux-mêmes les notes d’étude, c’est pourquoi les documents sont toujours fiables et à jour. Cela garantit que vous arrivez rapidement au coeur du matériel.
Foire aux questions
Qu'est-ce que j'obtiens en achetant ce document ?
Vous obtenez un PDF, disponible immédiatement après votre achat. Le document acheté est accessible à tout moment, n'importe où et indéfiniment via votre profil.
Garantie de remboursement : comment ça marche ?
Notre garantie de satisfaction garantit que vous trouverez toujours un document d'étude qui vous convient. Vous remplissez un formulaire et notre équipe du service client s'occupe du reste.
Auprès de qui est-ce que j'achète ce résumé ?
Stuvia est une place de marché. Alors, vous n'achetez donc pas ce document chez nous, mais auprès du vendeur Student1510. Stuvia facilite les paiements au vendeur.
Est-ce que j'aurai un abonnement?
Non, vous n'achetez ce résumé que pour €5,99. Vous n'êtes lié à rien après votre achat.
